gepubliceerd op 05 februari 2016
Koninklijk besluit tot regeling van de examens waarbij het gerechtspersoneel in de gelegenheid wordt gesteld te bewijzen dat zij in staat zijn de bepalingen na te komen van de wet op het gebruik der talen in gerechtszaken
SELOR - SELECTIEBUREAU VAN DE FEDERALE OVERHEID
Reglement van orde Taaltesten voor het gerechtspersoneel
13 MAART 2007. - Koninklijk besluit tot regeling van de examens waarbij het gerechtspersoneel in de gelegenheid wordt gesteld te bewijzen dat zij in staat zijn de bepalingen na te komen van de wet op het gebruik der talen in gerechtszaken
Voor zover de nadere regels eigen aan de aard van de taalexamens niet bepaald door de wet of het bovengenoemde koninklijk besluit, heeft de Afgevaardigd bestuurder a.i. van SELOR besloten dat : Art. 1 Test « Artikel 4 » § 1 modaliteiten De taalcompetenties van de test "Artikel 4" van het bovengenoemde K.B. van 2007 worden gemeten met de volgende dragers en in deze volgorde : ? Stap 1 : het begrijpen van gebruikelijke mondelinge boodschappen en het begrijpen van gebruikelijke teksten : pc-testen. ? Stap 2 : de vaardigheid om een gesprek te voeren over een onderwerp dat verband houdt met de functie en de vaardigheid om zich mondeling vlot uit te drukken over een onderwerp dat verband houdt met de functie: interview met een jury. ? Stap 3 : het opstellen van correcte schriftelijke teksten, met uitsluiting van vertalingen: pc-test met beoordeling door een jury. § 2 minima Het minimum om voor elke competentie te slagen is 60 %. De kandidaat dient voor een stap te slagen alvorens de volgende stap te kunnen afleggen.
Wanneer een stap twee competenties bevat, dient de kandidaat voor beide competenties te slagen alvorens naar de volgende stap te kunnen gaan binnen dezelfde sessie. § 3 gedeeltelijke vrijstellingen De kandidaten die gedeeltelijke vrijstellingen behaald hebben voor competenties uit de test "artikel 12" van het koninklijk besluit van 8 maart 2001Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 08/03/2001 pub. 31/03/2001 numac 2001002020 bron ministerie van ambtenarenzaken Koninklijk besluit tot vaststelling van de voorwaarden voor het uitreiken van de bewijzen omtrent de taalkennis voorgeschreven bij artikel 53 van de wetten op het gebruik van de talen in bestuurszaken samengevat op 18 juli 1966 sluiten tot vaststelling van de voorwaarden voor het uitreiken van de bewijzen omtrent de taalkennis voorgeschreven bij artikel 53 van de wetten op het gebruik van de talen in bestuurszaken samengevat op 18 juli 1966, of voor equivalenten ervan op de voorwaarde dat ze minstens 60 % behaald hadden, worden vrijgesteld voor de desbetreffende competenties uit het artikel 4 van het K.B. van 2007.
De kandidaten die slagen voor een deel van de competenties uit het artikel 4 worden ervan vrijgesteld bij latere sessies.
Art. 2 Test « Artikel 5 » § 1 modaliteiten De taalcompetenties van de test "Artikel 5" van het K.B. van 2007 worden gemeten met de volgende dragers en in deze volgorde : ? Stap 1 : de luistervaardigheid en de leesvaardigheid : pc-testen ? Stap 2 : de vaardigheid om een gesprek te voeren en de vaardigheid om zich mondeling uit te drukken : interview met een jury ? Stap 3 : het opstellen van schriftelijke teksten, met uitsluiting van vertalingen: pc-test met beoordeling door een jury. § 2 minima Het minimum om voor elke competentie te slagen is 70 %. De kandidaat dient voor een stap te slagen alvorens de volgende stap te kunnen afleggen. Dit minimum wordt gestaafd door de vereiste van "taalbeheersing [die] overeenkomt met de taalbeheersing die wordt verwacht van de houders van de overeenkomstige diploma's die in die taal" vermeld in artikel 5 van het K.B. van 2007 en verankerd onder de vorm van een minimum van 70 % per taalcompetentie in het Koninklijk besluit van 8 maart 2001Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 08/03/2001 pub. 31/03/2001 numac 2001002020 bron ministerie van ambtenarenzaken Koninklijk besluit tot vaststelling van de voorwaarden voor het uitreiken van de bewijzen omtrent de taalkennis voorgeschreven bij artikel 53 van de wetten op het gebruik van de talen in bestuurszaken samengevat op 18 juli 1966 sluiten voor dezelfde taalbeheersing.
Wanneer een stap twee competenties bevat, dient de kandidaat voor beide competenties te slagen alvorens naar de volgende stap te kunnen gaan binnen dezelfde sessie. § 3 gedeeltelijke vrijstellingen De kandidaten die gedeeltelijke vrijstellingen behaald hebben voor competenties uit de bovengenoemde test "artikel 7 niveau C" uitgereikt krachtens het koninklijk besluit van 8 maart 2001Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 08/03/2001 pub. 31/03/2001 numac 2001002020 bron ministerie van ambtenarenzaken Koninklijk besluit tot vaststelling van de voorwaarden voor het uitreiken van de bewijzen omtrent de taalkennis voorgeschreven bij artikel 53 van de wetten op het gebruik van de talen in bestuurszaken samengevat op 18 juli 1966 sluiten tot vaststelling van de voorwaarden voor het uitreiken van de bewijzen omtrent de taalkennis voorgeschreven bij artikel 53 van de wetten op het gebruik van de talen in bestuurszaken samengevat op 18 juli 1966, of voor equivalenten ervan met een score van minstens 70 %, worden vrijgesteld voor de desbetreffende competenties uit het artikel 5 uit het K.B. van 2007.
De kandidaten die slagen voor een deel van de competenties uit het artikel 5 worden ervan vrijgesteld bij latere sessies. § 4 volledige vrijstellingen De kandidaten die een certificaat "Artikel 7 niveau C" (of artikel 7 op een hoger niveau) behaald hebben krachtens het Koninklijk besluit van 8 maart 2001Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 08/03/2001 pub. 31/03/2001 numac 2001002020 bron ministerie van ambtenarenzaken Koninklijk besluit tot vaststelling van de voorwaarden voor het uitreiken van de bewijzen omtrent de taalkennis voorgeschreven bij artikel 53 van de wetten op het gebruik van de talen in bestuurszaken samengevat op 18 juli 1966 sluiten, of het equivalent daarvan in termen van geteste competenties en geteste competentieniveaus, genieten van een vrijstelling voor de test "artikel 5" uit het K.B. van 2007 m.b.t. het gerechtspersoneel omdat ze voldaan hebben aan de vereiste om een om "taalbeheersing" aan te tonen "die te vergelijken is met de taalbeheersing die wordt verwacht van de houders van de overeenkomstige diploma's die in die taal". Het verslag aan de Koning van het K.B. van 2007 legt trouwens expliciet het verband tussen deze taaltest en de "betrekkingen die behoren tot het niveau C/2".
Art. 3 Test « Artikel 6 » § 1 modaliteiten De taalcompetenties van de test "Artikel 6" van het K.B. van 2007 worden gemeten met de volgende dragers en in deze volgorde : ? Stap 1 : vaardigheid om elementaire mondelinge boodschappen te begrijpen en vaardigheid om elementaire teksten te verstaan : pc-testen ? Stap : 2 vaardigheid om een elementair gesprek te voeren over een onderwerp dat verband houdt met de functie: interview met een jury. § 2 minima Het minimum om voor elke competentie te slagen is 50 %. De kandidaat dient voor een stap te slagen alvorens de volgende stap te kunnen afleggen. Wanneer een stap twee competenties bevat, dient de kandidaat voor beide competenties te slagen alvorens naar de volgende stap te kunnen gaan binnen dezelfde sessie. § 3 gedeeltelijke vrijstellingen De kandidaten die gedeeltelijke vrijstellingen behaald hebben voor competenties uit de bovengenoemde test "9, § 2, tweede alinea", van het koninklijk besluit van 8 maart 2001Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 08/03/2001 pub. 31/03/2001 numac 2001002020 bron ministerie van ambtenarenzaken Koninklijk besluit tot vaststelling van de voorwaarden voor het uitreiken van de bewijzen omtrent de taalkennis voorgeschreven bij artikel 53 van de wetten op het gebruik van de talen in bestuurszaken samengevat op 18 juli 1966 sluiten tot vaststelling van de voorwaarden voor het uitreiken van de bewijzen omtrent de taalkennis voorgeschreven bij artikel 53 van de wetten op het gebruik van de talen in bestuurszaken samengevat op 18 juli 1966 of voor equivalenten ervan op hetzelfde niveau, worden vrijgesteld voor de desbetreffende competenties uit het artikel 6.
De kandidaten die slagen voor een deel van de competenties uit het artikel 6 worden ervan vrijgesteld bij latere sessies.
Art. 4 Algemene administratieve bepalingen De inschrijving aan een taaltest is strikt individueel en gebeurt via de website www.selor.be De ingeschreven kandidaat ontvangt automatisch een e-mail betreffende de bevestiging van zijn inschrijving.
De resultaten worden aan de kandidaat per e-mail na elke gedeelte van de test medegedeeld.
Een proces-verbaal wort opgemaakt zodra de sessie afgesloten is. Na de handtekening van het proces-verbaal ontvangt de kandidaat die geslaagd is een taalattest binnen de maand in zijn Selor-account.
Een kopie van het proces-verbaal wordt overgemaakt aan de directeur-generaal van het Directoraat-generaal Rechterlijke Organisatie van de Federale Overheidsdienst Justitie.
Art. 5 Inwerkingtreding Dit besluit vervangt alle vorige besluiten inzake taaltesten voor het gerechtspersoneel. Dit besluit treedt in werking de dag waarop het in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt.
Brussel, 25 januari 2016.
Koen Verlinden Afgevaardigd bestuurder a.i.