Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 12 december 2021
gepubliceerd op 19 januari 2022

Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 15 april 2021, gesloten in het Paritair Comité voor het vervoer en de logistiek, betreffende het statuut van de vakbondsafvaardiging

bron
federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg
numac
2021205097
pub.
19/01/2022
prom.
12/12/2021
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

12 DECEMBER 2021. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 15 april 2021, gesloten in het Paritair Comité voor het vervoer en de logistiek, betreffende het statuut van de vakbondsafvaardiging (1)


FILIP, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 5 december 1968Relevante gevonden documenten type wet prom. 05/12/1968 pub. 22/05/2009 numac 2009000346 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;

Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor het vervoer en de logistiek;

Op de voordracht van de Minister van Werk, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 15 april 2021, gesloten in het Paritair Comité voor het vervoer en de logistiek, betreffende het statuut van de vakbondsafvaardiging.

Art. 2.De minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 12 december 2021.

FILIP Van Koningswege : De Minister van Werk, P.-Y. DERMAGNE _______ Nota (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968Relevante gevonden documenten type wet prom. 05/12/1968 pub. 22/05/2009 numac 2009000346 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. Bijlage Paritair Comité voor het vervoer en de logistiek Collectieve arbeidsovereenkomst van 15 april 2021 Statuut van de vakbondsafvaardiging (Overeenkomst geregistreerd op 6 mei 2021 onder het nummer 164572/CO/140) HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied

Artikel 1.§ 1. Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers die een taxionderneming of die diensten voor het verhuren van voertuigen met chauffeur uitbaten en die ressorteren onder het Paritair Comité voor het vervoer en de logistiek alsook op hun werknemers. § 2. Onder "werknemers", wordt verstaan : de arbeiders en arbeidsters, aangegeven in de RSZ-categorie 068. HOOFDSTUK II. - Algemene bepalingen

Art. 2.De werkgevers erkennen dat hun werknemers het recht hebben zich te laten vertegenwoordigen door een in de sector representatieve vakbondsafvaardiging, waarvan het statuut in deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt vastgesteld.

De vakbondsafvaardiging bestaat uit werknemers die aangesloten zijn bij één van de in de sector representatieve werknemersorganisaties en die door deze laatste organisatie worden aangeduid.

Art. 3.De werkgevers en de vakbondsafgevaardigden dienen in alle omstandigheden blijk te geven van rechtvaardigheid, billijkheid en verzoeningsgezindheid, welke bepalend zijn voor goede sociale betrekkingen in de onderneming. Zij zullen de sociale wetgeving, de collectieve arbeidsovereenkomsten en het arbeidsreglement naleven, en hun inspanningen bundelen ten einde de naleving ervan te verzekeren.

Art. 4.De werkgevers verbinden er zich toe geenszins druk uit te oefenen op hun werknemers met het oog hen te beletten bij een vakbonden aan te sluiten, noch aan de niet-aangesloten werknemers andere voorrechten dan aan de bij een vakbond aangesloten werknemers toe te kennen.

Art. 5.De ondertekenende vakbonden gaan de verbintenis aan de vrijheid van vereniging te eerbiedigen en ervoor te zorgen dat hun leden in de onderneming voor hun propaganda geen methoden aanwenden die onverenigbaar zijn met hetgeen bepaald is in deze collectieve arbeidsovereenkomst.

Tevens zullen de vakbondsafgevaardigden elke tekortkoming aan de arbeidstucht en aan het beroepsgeheim persoonlijk vermijden en door hun collega's doen vermijden, en het optreden van de leiding der onderneming en van haar vertegenwoordigers op de verschillende gezagsposten niet zonder gegronde reden bemoeilijken. HOOFDSTUK III. - Oprichting en samenstelling

Art. 6.In bedrijven met minstens 50 werknemers zal een vakbondsafvaardiging door de in de sector representatieve vakverenigingen worden aangeduid uit de effectieve leden van de ondernemingsraad en/of het comité voor preventie en bescherming op het werk.

De werkgever kan zich niet verzetten tegen de oprichting van een vakbondsafvaardiging.

Art. 7.Aan de term "onderneming" wordt dezelfde begripsinhoud toegekend als in de wetgeving op de ondernemingsraden. Indien via een collectieve arbeidsovereenkomst op bedrijfsvlak een gemeenschappelijke ondernemingsraad of comité voor preventie en bescherming op het werk werd opgericht voor een groep ondernemingen, bestaat ook de mogelijkheid om slechts een vakbondsafvaardiging voor de werknemers op te richten.

Art. 8.Het aantal afgevaardigden wordt beperkt tot maximaal één afgevaardigde per in de sector representatieve vakbondorganisatie die vertegenwoordigd is in de ondernemingsraad of, bij onstentenis, van het comité voor preventie en bescherming op het werk in het bedrijf.

Art. 9.De erkende vakbonden kiezen de aangewezen afgevaardigden omwille van hun bevoegdheid en omwille van het gezag waarover zij voor het uitoefenen van hun taak moeten beschikken.

Zij waken er tevens over dat de afgevaardigden zoveel mogelijk representatief zijn voor de verschillende afdelingen van de onderneming. HOOFDSTUK IV. - Bevoegdheid

Art. 10.De bevoegdheid van de vakbondsafvaardiging heeft onder meer betrekking op : - de arbeidsverhoudingen in de onderneming; - de onderhandelingen met het oog op het sluiten van collectieve arbeidsovereenkomsten in de onderneming, zonder dat daarbij afbreuk wordt gedaan aan de collectieve arbeidsovereenkomsten of aan de akkoorden van sociale vrede die op andere vlakken zijn gesloten; - de toepassing in de onderneming van de sociale wetgeving, van de collectieve arbeidsovereenkomsten, van de individuele arbeidsovereenkomsten en de toepassing van het arbeidsreglement; - de naleving van de algemene beginselen bepaald in de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 5.

Art. 11.De vakbondsafvaardiging heeft het recht door de werkgever of zijn plaatsvervanger ten spoedigste, en ten laatste 3 kalenderdagen na daarom te hebben verzocht, te worden gehoord naar aanleiding van elk geschil of betwisting van collectieve aard die in de onderneming ontstaat of zou dreigen te ontstaan. Dit geldt ook in geval van een geschil of betwisting van individuele aard dat niet werd opgelost via gebruikelijke hiërarchische weg.

Art. 12.Elke individuele klacht wordt langs de gewone hiërarchische weg ingediend door de belanghebbende werknemer, die op zijn verzoek wordt bijgestaan door zijn vakbondsafgevaardigde. De vakbondsafgevaardigde heeft het recht te worden gehoord naar aanleiding van elk individueel geschil of betwisting die langs deze weg niet kon worden opgelost.

Art. 13.Ten einde de in voorgaande artikelen 11 en 12 bedoelde geschillen of betwistingen te voorkomen, moet de vakbondsafvaardiging voorafgaandelijk door de werkgever worden ingelicht over de veranderingen die de contractuele of gebruikelijke arbeids- en beloningsvoorwaarden kunnen wijzigen, met uitzondering van inlichtingen van individuele aard. Zij wordt inzonderheid ingelicht over de wijzigingen die voortvloeien uit de wet, de collectieve arbeidsovereenkomsten of bepalingen van algemene aard die in de individuele arbeidsovereenkomsten zijn opgenomen. HOOFDSTUK V. - Statuut van de leden der vakbondsafvaardiging

Art. 14.Het mandaat van vakbondsafgevaardigde duurt maximum vier jaar en gaat in op het tijdstip van de aanwijzing. Zijn duur is verbonden met duur van zijn mandaat in de ondernemingsraad en/of het comité voor preventie en bescherming op het werk.

Art. 15.Het mandaat van vakbondsafgevaardigde eindigt : - wanneer de termijn verstrijkt; - wanneer zijn mandaat in de ondernemingsraad en of in het comité voor preventie en bescherming op het werk verstrijkt; - wanneer de afgevaardigde als dusdanig ontslag neemt uit het mandaat; dit ontslag moet hij schriftelijk aan de werkgever meedelen; - wanneer de afgevaardigde niet meer deel uitmaakt van het arbeiderspersoneel der onderneming; - wanneer de vakbond, waardoor de afgevaardigde werd aangewezen, deze door een andere werknemer vervangt, of wanneer de afgevaardigde geen lid meer is van die vakbond. De vakbond licht de werkgever hierover schriftelijk in.

Art. 16.Wanneer aan het mandaat van een afgevaardigde een einde komt, kan de betrokken vakorganisatie een nieuwe afgevaardigde aanduiden conform de bepalingen van het artikel 6 en dit voor de overblijvende duur van het mandaat.

Art. 17.De vakbondsafgevaardigden hebben recht op de normale bevorderingen van de categorie waartoe zij behoren.

Art. 18.De vakbondsafgevaardigde is beschermd overeenkomstig zijn mandaat in ondernemingsraad en/of comité voor preventie en bescherming op het werk. HOOFDSTUK VI. - Werking van de vakbondsafvaardiging

Art. 19.De vakbondsafvaardiging wordt naargelang de noodwendigheden tijdens de gebruikelijke openingsuren van de kantoren door de werkgever of diens afgevaardigde ontvangen.

De werkgever of diens afgevaardigde dient zo spoedig mogelijk, minstens binnen de 7 kalenderdagen een antwoord te verstrekken op elke klacht die door een vakbondsafgevaardigde wordt voorgelegd.

Art. 20.De syndicaal afgevaardigden verrichten hun opdracht binnen de arbeidsuren. De tijd die de vakbondsafgevaardigden besteden aan het vervullen van hun opdracht wordt als arbeidstijd beschouwd.

De onderneming stelt een lokaal ter beschikking van de afgevaardigden om hen toe te laten hun opdrachten op een passende manier uit te oefenen.

Art. 21.Aan de vakbondsafgevaardigden zal de nodige tijd en de nodige faciliteiten verleend worden om hun taken te kunnen volbrengen, en zonder de goede gang van de onderneming te verstoren, contacten met leden van het personeel afzonderlijk en met de directie der onderneming te hebben.

Aan de vakbondsafgevaardigden wordt eveneens de mogelijkheid geboden om, met het akkoord van de directie der onderneming, deel te nemen aan vakbondsvergaderingen of -congressen. De afwezigheid die daaruit voortvloeit mag de goede gang der onderneming niet verstoren. Zij moet in de mate van het mogelijke ten minste een week op voorhand bij de directie der onderneming worden aangevraagd en in ieder geval behoorlijk gemotiveerd.

Wanneer één der partijen evenwel een onderling akkoord over de normale toepassing van de faciliteiten, vermeld in vorig lid, in de weg staat, kan de andere partij het geschil aanhangig maken bij het verzoeningsbureau van het paritair comité.

Art. 22.De vakbondsafvaardiging verstrekt mondelinge en/of schriftelijke mededelingen aan het personeel.

De organisatie van het werk mag hierdoor niet verstoord worden. De mededelingen moeten van profes-sionele of van syndicale aard zijn.

Art. 23.Op gemotiveerd verzoek mag de vakbondsafvaardiging in de onderneming tijdens de werkuren, in overleg met de werkgever en met inachtneming van de behoeften van de dienst, voorlichtingsvergaderingen voor het personeel beleggen. De werkgever kan, met gegronde reden, het verzoek niet inwilligen. HOOFDSTUK VII. - Voorkoming en beslechting van geschillen

Art. 24.Wanneer een geschil ontstaat binnen de onderneming, wendt de vakbondsafvaardiging alle middelen aan om het geschil langs onderhandelingen met de directie te beslechten. In geval van noodzaak erkend door de vakbondsafvaardiging of door het ondernemingshoofd, kunnen de partijen, na de andere partij vooraf te hebben verwittigd, beroep doen op de secretarissen van hun respectievelijke organisaties.

Indien op die manier geen oplossing kan worden gevonden, kan het geschil worden voorgelegd aan het verzoeningsbureau van het paritair comité.

Een stakingsaanzegging of aanzegging tot lock-out kan enkel ingediend worden, nadat voornoemd verzoeningsbureau zich binnen een termijn van 15 dagen heeft uitgesproken over het geschil. De stakingsaanzegging of aanzegging tot lock-out loopt over een termijn van ten minste twee weken. De aanzegging dient te gebeuren via aangetekende brief gericht aan de werkgever of aan de werknemersorganisaties en aan de voorzitter van het paritair comité.

Zolang deze overeenkomst loopt, verbinden de partijen er zich toe geen staking of lock-out te beginnen zonder voormelde procedure van verzoening te hebben gevolgd. HOOFDSTUK VIII. - Geldigheidsduur

Art. 25.Deze collectieve arbeidsovereenkomst treedt in werking met ingang op 15 april 2021 en is gesloten voor onbepaalde duur.

Zij kan door elk van de contracterende partijen worden opgezegd. Deze opzegging moet minstens drie maanden op voorhand geschieden bij een ter post aangetekende brief, gericht aan de voorzitter van het Paritair Comité voor het vervoer en de logistiek, die zonder verwijl de betrokken partijen in kennis zal stellen. De termijn van drie maanden begint te lopen vanaf de datum van verzending van bovengenoemde aangetekende brief.

Overeenkomstig artikel 14 van de wet van 5 december 1968Relevante gevonden documenten type wet prom. 05/12/1968 pub. 22/05/2009 numac 2009000346 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités worden, voor wat betreft de ondertekening van deze collectieve arbeidsovereenkomst, de handtekeningen van de personen die deze aangaan namens de werknemersorganisaties enerzijds en namens de werkgeversorganisaties anderzijds, vervangen door de, door de voorzitter en de secretaris ondertekende en door de leden goedgekeurde notulen van de vergadering.

Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 12 december 2021.

De Minister van Werk, P.-Y. DERMAGNE

^