Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 12 augustus 2024
gepubliceerd op 28 augustus 2024

Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 22 november 2023, gesloten in het Paritair Comité voor het verzekeringswezen, betreffende het individuele recht op opleiding en de opleidingsinspanningen 2023-2024

bron
federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg
numac
2024202845
pub.
28/08/2024
prom.
12/08/2024
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

12 AUGUSTUS 2024. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 22 november 2023, gesloten in het Paritair Comité voor het verzekeringswezen, betreffende het individuele recht op opleiding en de opleidingsinspanningen 2023-2024 (1)


FILIP, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 5 december 1968Relevante gevonden documenten type wet prom. 05/12/1968 pub. 22/05/2009 numac 2009000346 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;

Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor het verzekeringswezen;

Op de voordracht van de Minister van Werk,

Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 22 november 2023, gesloten in het Paritair Comité voor het verzekeringswezen, betreffende het individuele recht op opleiding en de opleidingsinspanningen 2023-2024.

Art. 2.De minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te l'île-d'Yeu, 12 augustus 2024.

FILIP Van Koningswege : De Minister van Werk, P.-Y. DERMAGNE _______ Nota (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968Relevante gevonden documenten type wet prom. 05/12/1968 pub. 22/05/2009 numac 2009000346 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. Bijlage Paritair Comité voor het verzekeringswezen Collectieve arbeidsovereenkomst van 22 november 2023 Individuele recht op opleiding en opleidingsinspanningen 2023-2024 (Overeenkomst geregistreerd op 21 december 2023 onder het nummer 184865/CO/306) Inleiding De sociale partners hebben deze overeenkomst gesloten ter uitvoering van het sectorakkoord 2023-2024.

De overeenkomst kadert in hoofdstuk 12 van de wet van 3 oktober 2022Relevante gevonden documenten type wet prom. 03/10/2022 pub. 10/11/2022 numac 2022206360 bron federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg Wet houdende diverse arbeidsbepalingen sluiten houdende diverse arbeidsbepalingen die een individueel recht op opleiding invoert. Naast deze overeenkomst worden er afzonderlijk nog vier overeenkomsten gesloten inzake opleiding van risicogroepen en de financiering van het sectorfonds voor opleiding, FOPAS. 1. - Toepassingsgebied

Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers en de werknemers van de ondernemingen die ressorteren onder het Paritair Comité voor het verzekeringswezen. 2. - Individueel recht op opleiding

Art.2. Ter uitvoering van de wet van 3 oktober 2022Relevante gevonden documenten type wet prom. 03/10/2022 pub. 10/11/2022 numac 2022206360 bron federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg Wet houdende diverse arbeidsbepalingen sluiten houdende diverse arbeidsbepalingen bedraagt het individuele recht op opleiding voor een voltijds tewerkgestelde werknemer : - 4 opleidingsdagen per jaar in 2023; - 5 opleidingsdagen per jaar vanaf 2024.

Artikel 50, § 3 van de wet bepaalt hoe men dit recht pro rata vaststelt voor deeltijds tewerkgestelde werknemers en/of werknemers die in de loop van het kalenderjaar met een arbeidsovereenkomst zijn aangeworven.

Art. 3.De opleidingen waarop dit individuele recht betrekking heeft zijn : - zowel formele als informele opleidingen (zoals omschreven in artikel 50, § 1 van de wet van 3 oktober 2022Relevante gevonden documenten type wet prom. 03/10/2022 pub. 10/11/2022 numac 2022206360 bron federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg Wet houdende diverse arbeidsbepalingen sluiten houdende diverse arbeidsbepalingen); - opleidingen over welzijnsaangelegenheden zoals bedoeld in de wet van 4 augustus 1996Relevante gevonden documenten type wet prom. 04/08/1996 pub. 24/07/1997 numac 1996015142 bron ministerie van buitenlandse zaken, buitenlandse handel en ontwikkelingssamenwerking Wet houdende goedkeuring van de Overeenkomst tussen het Koninkrijk België en de Arabische Republiek Egypte tot het vermijden van dubbele belasting en het voorkomen van het ontgaan van belasting inzake belastingen naar het inkomen, ondertekend te Kaïro op 3 januari 1991 type wet prom. 04/08/1996 pub. 08/06/2005 numac 2005015073 bron federale overheidsdienst buitenlandse zaken, buitenlandse handel en ontwikkelingssamenwerking Wet houdende instemming met de Overeenkomst tussen het Koninkrijk België en de Republiek Gabon tot het vermijden van dubbele belasting en tot het voorkomen van het ontgaan van belasting inzake belastingen naar het inkomen en naar het vermogen, ondertekend te Brussel op 14 januari 1993 type wet prom. 04/08/1996 pub. 21/10/1999 numac 1999015088 bron ministerie van buitenlandse zaken, buitenlandse handel en internationale samenwerking Wet houdende instemming met het Protocol tussen de regering van het Koninkrijk België en de regering van de Franse Republiek betreffende het kraamgeld, ondertekend te Brussel op 26 april 1993 sluiten betreffende het welzijn van de werknemers bij de uitvoering van hun werk.

Art. 4.Het individuele recht op opleiding wordt in de sector omkaderd/geconcretiseerd aan de hand van de beginselen en procedures die verder in deze overeenkomst staan. 3. - Toegankelijkheidsbeginsel

Art.5. De opleiding is toegankelijk voor alle werknemers zolang zij een link heeft met het beroepsleven binnen de onderneming. 4. - Aanvraag- en opvolgprocedure

Art.6. Elke werknemer heeft het recht om tegenover zijn werkgever zijn opleidingsbehoeften uit te drukken binnen het kader van een jaarlijkse behoefte-evaluatie.

Deze opleidingen moeten echter wel verband houden met het beroepsleven in de onderneming.

Art. 7.De werknemer kan, wanneer zijn rechtstreekse hiërarchie de opleiding weigert, een beroep indienen bij de directie Human Resources van zijn directie Human Resources van zijn weigering blijft, dient hij zijn beslissing schriftelijk te motiveren ten aanzien van de werknemer. 5. - Verslag aan de ondernemingsraad

Art.8. Een verslag over de cijfers inzake opleiding op collectief niveau zal samen met de jaarlijkse economische en financiële inlichtingen aan de ondernemingsraad worden voorgelegd. Dat verslag zal onder meer gegevens bevatten over het aantal opleidingsdagen die tijdens het jaar werden georganiseerd, de verschillende soorten opleidingen, het aantal betrokken werknemers en het aandeel geweigerde verzoeken alsook de reden voor de weigering. 6. - Budgettaire kredietlijn voor opleiding binnen de onderneming

Art.9. § 1. De ondertekenende partijen verlengen de budgettaire kredietlijn voor opleiding binnen de onderneming waarbij dezelfde voorwaarden gelden als in het vorige akkoord (waarnaar in de volgende paragrafen wordt verwezen). Het gaat om een punt dat wordt uitgevoerd onder de verantwoordelijkheid van het beheerscomité van FOPAS. § 2. De in § l bedoelde budgettaire kredietlijn heeft betrekking op de werknemers die ressorteren onder de collectieve arbeidsovereenkomst van 19 februari 1979 (dit zijn alle werknemers, uitgezonderd de werknemers die vallen onder de directie, zoals gedefinieerd in artikel 2 van de overeenkomst in kwestie). § 3. De in § 1 bedoelde budgettaire kredietlijn financiert de interne opleidingen die aansluiten bij de filosofie van de al door of via FOPAS georganiseerde opleidingen of die een aanvulling op deze opleidingen vormen. § 4. De onderneming krijgt een in euro uit te drukken en door FOPAS volgens onderstaande formule te berekenen budgettaire lijn : Gemiddelde FOPAS-opleidingskost vermenigvuldigd met het aantal opleidingen georganiseerd door/via FOPAS voor de werknemers van de onderneming gedeeld door 2. § 5. Op vraag van de onderneming zal FOPAS dit krediet storten op basis van bewijsstukken (overeenkomstig de regels die zijn vastgelegd door het beheerscomité van FOPAS). § 6. De ondernemingsraad, of bij afwezigheid hiervan de vakbondsafvaardiging, zal een verslag ontvangen over de aldus gefinancierde opleidingen en de betrokken werknemers. § 7. Het krediet wordt gefinancierd met de reserves van FOPAS. Eind 2024 evalueert het beheerscomité dit stelsel, waarbij het rekening zal houden met de financiële haalbaarheid en de doeltreffendheid ervan (opleidingspercentage, beoogde werknemers,...).

Deze evaluatie wordt aan het paritair comité bezorgd. 7. - Fonds voor vakbondsopleiding

Art.10. § 1. Voor de jaren 2023-2024 wordt voorzien in een toelage van 1 200 000 EUR voor het fonds voor vakbondsopleiding.

Deze toelage is als volgt verdeeld : - een storting van 700 000 EUR door Assuralia voor vakbondsactiviteiten; - een storting van 500 000 EUR door FOPAS voor vakbondsopleiding. § 2. Deze bedragen worden gestort op voorwaarde dat de hieronder vermelde bepalingen in acht genomen zijn (jaarverslag over de verdeling en de aanwending van de bedragen voor vakbondsopleiding, volgend lid en de clausule "sociale vrede" in het sectorakkoord 2023-2024).

De vakbondsorganisaties bezorgen in de loop van het eerste kwartaal van 2025 aan Assuralia een jaarverslag over de aanwending van de bedragen voor vakbondsopleiding op basis van het overeengekomen model. 8. - Geldigheidsduur

Art.11. Deze collectieve arbeidsovereenkomst treedt in werking op 1 januari 2023 en treedt buiten werking op 31 december 2024, behalve wat de bepalingen over het individuele recht betreft (de artikelen 2 tot en met 8), die voor onbepaalde duur worden gesloten. Deze bepalingen kunnen opgezegd worden, door één van de partijen, met een opzeg van drie maanden, betekend aan de voorzitter van het Paritair Comité voor het verzekeringswezen via een aangetekende brief per post.

Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 12 augustus 2024.

De Minister van Werk, P-Y. DERMAGNE


^