gepubliceerd op 18 mei 2004
Koninklijk besluit houdende goedkeuring van de eerste aanvulling van het Beheersprotocol tussen de Staat, de HST-Fin, de Nationale Maatschappij der Belgische Spoorwegen en de Federale participatiemaatschappij
11 MEI 2004. - Koninklijk besluit houdende goedkeuring van de eerste aanvulling van het Beheersprotocol tussen de Staat, de HST-Fin, de Nationale Maatschappij der Belgische Spoorwegen en de Federale participatiemaatschappij
ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet van 17 maart 1997 betreffende de financiering van het HST-Project.
Gelet op het koninklijk besluit van 20 mei 1997 houdende goedkeuring van het Beheersprotocol tussen de Staat, de HST-Fin, de Nationale Maatschappij der Belgische Spoorwegen en de Federale participatiemaatschappij;
Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 17 november 2003;
Gelet op de akkoordbevinding van Onze Minister van Begroting van 17 november 2003;
Op de voordracht van Onze Minister van Begroting en Overheidsbedrijven en op het advies van Onze in Raad vergaderde Ministers, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.Aanvulling nr. 1 bij het beheersprotocol tussen de Staat, de HST-Fin, de Nationale Maatschappij der Belgische Spoorwegen en de Federale participatiemaatschappij, opgenomen in bijlage bij dit besluit, wordt goedgekeurd.
Art. 2.Dit besluit treedt in werking de dag waarop het in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt.
Art. 3.Onze Minister van Overheidsbedrijven wordt belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 11 mei 2004.
ALBERT Van Koningswege : De Minister van Begroting en Overheidsbedrijven, J. VANDE LANOTTE
Aanvulling nr. 1 bij het Beheersprotocol van 24 april 1997 tussen de Belgische Staat, de HST-Fin, de Nationale Maatschappij der Belgische Spoorwegen en de Federale participatiemaatschappij TUSSEN : de BELGISCHE STAAT vertegenwoordigd door de heer Johan Vande Lanotte, Vice-eerste minister, Minister van Begroting en van Overheidsbedrijven, waarvan het kabinet gevestigd is te 1000 Brussel, Koningsstraat 180, hierna de "Staat", de HST-Fin, naamloze vennootschap van publiek recht, met maatschappelijke zetel te 1050 Brussel, Louizalaan 54, vertegenwoordigd door de heer Karel VINCK, Gedelegeerd bestuurder en de heer Robert Tollet, Voorzitter van de Raad van bestuur, krachtens artikel 19 van de statuten hierna de "HST-Fin", de Nationale Maatschappij der Belgische Spoorwegen afgekort N.M.B.S.., naamloze vennootschap van publiek recht, met maatschappelijke zetel te 1060 Brussel, Frankrijkstraat 85, vertegenwoordigd door de heer Karel Vinck, Gedelegeerd bestuurder en de heer Vincent Bourlard, directeur-generaal hiertoe aangesteld, krachtens artikel 19 van de statuten hierna de "N.M.B.S.", EN : de FEDERALE PARTICIPATIEMAATSCHAPPIJ, vertegenwoordigd door de Heer Robert Tollet, Voorzitter van de raad van bestuur, en de Heren Jean Courtin en Paul Van Rompuy, gedelegeerd bestuurders, hierna de "F.P.M.".
Gelet op de wet van 17 maart 1997 betreffende de financiering van het HST-Project.
Gelet op het koninklijk besluit van 20 mei 1997 houdende goedkeuring van het Beheersprotocol tussen de Staat, HST-Fin, de Nationale Maatschappij der Belgische Spoorwegen en de Federale Participatiemaatschappij;
WORDT UITEENGEZET HETGEEN VOLGT : (a) Overwegende dat overeenkomstig artikel 493 van de Programmawet van 24 december 2002 de N.M.B.S. gemachtigd wordt om vanaf 2003 het beheersprotocol aan te passen om de overdracht van één vijfde van de stortingen van de dividenden die verschuldigd zijn aan HST-Fin, te besteden aan de uitvoering van nieuwe maatregelen ter bevordering van duurzame mobiliteit. (b) Overwegende dat overeenkomstig artikel 6, § 1 van de Wet van 17 maart 1997 betreffende de financiering van het HST-project, gewijzigd door de Programmawet van 24 december 2003,de Federale Participatiemaatschappij zal in het boekjaar 2003 inschrijven op een kapitaalverhoging van HST-Fin, buiten voorkeurrecht, voor een totaal bedrag, met inbegrip van een uitgiftepremie, van honderd achtenveertig miljoen zevenhonderdzesendertigduizend honderd en veertien euro en achtentachtig cent, (148.736.114,88 euro )" En zal in het boekjaar 2004 inschrijven op een kapitaalverhoging van HST-Fin, buiten voorkeurrecht, voor een totaal bedrag, met inbegrip van een uitgiftepremie, van vijftig miljoen euro en één cent, waarvan vijfentwintig miljoen euro uiterlijk op 10 januari 2004 zullen gestort worden en vijfentwintig miljoen euro en één cent zullen gestort worden volgens de modaliteiten bepaald in een bij Ministerraad overlegd koninklijk besluit. (c) Overwegende dat overeenkomstig artikel 3, § 4 van de Wet van 17 maart 1997 betreffende de financiering van het HST-project de HST-Fin aldus tot taak heeft om de investeringen verbonden aan de taken van openbare dienst van de N.M.B.S., zoals omschreven in artikel 156 van de Wet van 21 maart 1991 betreffende de hervorming van sommige economische overheidsbedrijven, te financieren, door in te schrijven op gewone aandelen van de N.M.B.S., uitgegeven overeenkomstig artikel 56 van de programmawet van 20 december 1995 houdende fiscale, financiële en diverse bepalingen.
WORDT OVEREENGEKOMEN HETGEEN VOLGT : TITEL I. - Wijziging van het Beheersprotocol Artikel 1 Artikel 4 wordt vervangen door De F.P.M. schrijft, overeenkomstig artikel 6, § 1 van de Wet van 17 maart 1997 betreffende de financiering van het HST-project, uiterlijk op 31 december 2003 in op een kapitaalverhoging van HST-Fin, buiten voorkeurrecht, voor een totaal bedrag, met inbegrip van een uitgiftepremie, van honderd achtenveertig miljoen zevenhonderdzesendertigduizend honderd en veertien euro en achtentachtigtachtig cent, (148.736.114,88 euro ), en schrijft in het boekjaar 2004 in op een kapitaalverhoging van HST-Fin, buiten voorkeurrecht, voor een totaal bedrag, met inbegrip van een uitgiftepremie, van vijftig miljoen euro en één cent (50.000.000,01 euro ), waarvan vijfentwintig miljoen euro (25.000.000 euro ) uiterlijk op 10 januari 2004 zullen gestort worden en vijfentwintig miljoen euro en één cent (25.000.000,01 euro ) zullen gestort worden volgens de modaliteiten bepaald in een bij Ministerraad overlegd Koninklijk Besluit.
Artikel 2 In artikel 10, lid 1 wordt tussen de woorden "ingebrachte fondsen " en "bestemmen " de volgende tekst ingevoegd In de boekjaren 1997 tot en met 2000" Artikel 3 Invoegen van een artikel 12bis : De N.M.B.S. gaat over tot een kapitaalverhoging van 64.135.960 gewone aandelen, met een nominale eenheidswaarde van 3,09866906 euro, wat neerkomt op een totaal van honderd achtennegentig miljoen zevenhonderdzesendertigduizend honderd en veertien euro en negentachtig cent, (198.736.114,89 euro ). De kapitaalverhoging gebeurt met naleving van artikel 56 van de programmawet van 20 december 1995 houdende fiscale, financiële en diverse bepalingen Deze kapitaalverhoging van de N.M.B.S. zal in meerdere fase gebeuren.
Uiterlijk op 31 december 2003 zal een eerste kapitaalverhoging van honderd achtenveertig miljoen zevenhonderdzesendertigduizend honderd en veertien euro en achtentachtig cent, (148.736.114,88 euro ) volledig worden onderschreven door de HST-Fin. De HST-Fin stort honderd achtenveertig miljoen zevenhonderdzesendertigduizend honderd en veertien euro en achtentachtig cent, (148.736.114,88 euro ) uiterlijk op 31 december 2003. Een tweede kapitaalverhoging zal in 2004 gebeuren, voor vijfentwintig miljoen euro (25.000.000 euro ) uiterlijk op 10 januari 2004 met storting op dezelfde datum, en voor vijfentwintig miljoen euro en één cent (25.000.000,01 euro ) volgens de modaliteiten bepaald in een bij Ministerraad overlegd koninklijk besluit.
TITEL II. - Wijziging bijlage D van het Beheersprotocol Artikel 4 Een artikel 5.2.5 wordt toegevoegd : « De N.M.B.S. is gemachtigd om het dividend te verminderen met de geraamde kost voor de bijkomende maatregelen ter bevordering van duurzame mobiliteit (de "mobiliteitsbijdrage") [Dit bedrag wordt beperkt tot 10,9 miljoen euro voor het jaar 2003, alsmede voor het jaar 2004] De N.M.B.S. is vervolgens definitief en onherroepelijk vrijgesteld van de betaling van deze vermindering" Artikel 5 De minimumwinst bepaald in artikel 5.3 moet gelezen worden als : drie miljard tweehonderd vijftig miljoen frank verminderd met de mobiliteitsbijdrage.
Artikel 6 De laatste zin van artikel 5.3.3, § 1 wordt als volgt vervolledigd : « die niet veroorzaakt werd door de vermindering van het dividend met de mobiliteitsbijdrage. » Artikel 7 In artikel 5.3.3 wordt een nieuw lid toegevoegd na de eerste : « De vermindering van het dividend met de mobiliteitsbijlrage geeft samen met de interesten hierop aanleiding tot de vorming van de mobiliteitsbijdrageschuld. De interesten op deze schuld worden berekend pro-rata temporis op basis van de gemiddelde rentevoet zoals opgenomen in het activiteitenverslag voor de maand september van het betrokken jaar.
Artikel 8 Artikel 5.3.8, tweede lid wordt vervangen door : « Het beheersprotocol zal worden herzien indien ten laatste op 31.12.2005 nog geen schuldovername heeft plaatsgevonden in uitvoering van artikel 493 van de Programmawet (I) van 24 december 2002. » Artikel 9 In artikel 5.4 wordt een nieuwe paragraaf toegevoegd : « De mobiliteitsbijdrage en de mobiliteitsbijdrageschuld mogen niet beschouwd worden als een structureel deficit".
Opgemaakt te Brussel, op 21 februari 2004, in vier originele exemplaren, waarvan elke partij één exemplaar ontvangen heeft.
Voor de Belgische Staat : J. VANDE LANOTTE Vice-Eerste Minister, Minister van Begroting en Overheidsbedrijven Voor de HST-Fin, K. VINCK, gedelegeerd bestuurder R. TOLLET, voorzitter Voor de N.M.B.S., K. VINCK gedelegeerd bestuurder V. BOURLARD, directeur-generaal Voor de Federale Participatiemaatschappij, P. VAN ROMPUY, gedelegeerd bestuurder J. COURTIN, gedelegeerd bestuurder R. TOLLET, voorzitter