gepubliceerd op 18 december 2023
Koninklijk besluit tot vervanging van artikel 32 van het koninklijk besluit van 20 juli 1971 houdende instelling van een uitkeringsverzekering en een moederschapsverzekering ten voordele van de zelfstandigen en van de meewerkende echtgenoten
11 DECEMBER 2023. - Koninklijk besluit tot vervanging van artikel 32 van het koninklijk besluit van 20 juli 1971 houdende instelling van een uitkeringsverzekering en een moederschapsverzekering ten voordele van de zelfstandigen en van de meewerkende echtgenoten
VERSLAG AAN DE KONING Sire, Het koninklijk besluit dat wij de eer hebben Uwe Majesteit ter ondertekening voor te leggen bepaalt onder welke voorwaarden de arbeidsongeschiktheidsuitkeringen worden toegekend aan de zelfstandigen tijdens periodes van preventieve hechtenis of vrijheidsberoving.
Het heeft tot doel de reglementering die van toepassing is op de zelfstandigen af te stemmen op de regelgeving die van toepassing is op de werknemers.
In concreto, vanaf 1 januari 2024 : - de toekenning van de uitkeringen wordt geschorst in geval van hechtenis in uitvoering van een strafrechtelijke veroordeling, wanneer de gerechtigde daadwerkelijk in de gevangenis verblijft; - in geval van internering, zullen de uitkeringen die met de helft verminderd zijn worden toegekend aan de geïnterneerde zonder gezinslast. De geïnterneerde met gezinslast zal het geheel van zijn uitkering ontvangen.
In het licht van het advies nr. 74.618/2 van 31 oktober 2023 van de Raad van State en gelet op de gemaakte opmerkingen, wordt hierna enige toelichting gegeven.
Het advies van de Gegevensbeschermingsautoriteit zoals vermeld door de Raad van State in het kader van het onderzoek van de voorafgaande vormvereisten, hoeft niet te worden ingewonnen. Het ontwerpbesluit voorziet immers niet in de invoering van een nieuwe flux van persoonsgegevens: het is de gegevensflux die momenteel bestaat in de uitkeringsverzekering voor zelfstandigen die zal worden gebruikt om de maatregelen uit te voeren die door het ontwerp van koninklijk besluit worden ingevoerd.
Vandaag bestaat deze gegevensflux immers om de toepassing van het huidige artikel 32 van het koninklijk besluit van 20 juli 1971 toe te laten dat bepaalt dat "de gerechtigde die geen personen ten laste heeft en die, hetzij in een gevangenis is opgesloten of in een gesticht voor sociale bescherming is geïnterneerd, hetzij in een bedelaarstehuis is geplaatst, slechts recht heeft op de helft van de uitkering waarop hij aanspraak zou kunnen maken indien hij zich niet in één van die toestanden bevond".
In dat kader kan er naar het huidige leesrecht worden verwezen waarover de verzekeringsinstellingen beschikken overeenkomstig het koninklijk besluit van 27 januari 2021Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 27/01/2021 pub. 19/02/2021 numac 2021040511 bron federale overheidsdienst justitie Koninklijk besluit tot uitvoering van artikel 7, § 2, van de wet van 5 mei 2019 houdende diverse bepalingen inzake informatisering van Justitie en modernisering van het statuut van rechters in ondernemingszaken en inzake de notariële aktebank, voor wat het leesrecht van de in artikel 7, § 1, 13°, van die wet bedoelde instellingen of diensten betreft sluiten tot uitvoering van artikel 7, § 2, van de wet van 5 mei 2019 houdende diverse bepalingen inzake informatisering van Justitie en modernisering van het statuut van rechters in ondernemingszaken en inzake de notariële aktebank, voor wat het leesrecht van de in artikel 7, § 1, 13°, van die wet bedoelde instellingen of diensten betreft en dat de vorm aanneemt van een automatische doorzending door de Federale Overheidsdienst Justitie.
Het is de interpretatie van de gegevens van deze huidige flux die zal worden gewijzigd om het nieuwe artikel 32 uit te voeren.
Voor het overige is de ontwerptekst aangepast rekening houdend met de opmerkingen van de Raad van State geformuleerd in zijn advies nr. 74.618/2 van 31 oktober 2023.
Wij hebben de eer te zijn, Sire, Van Uwe Majesteit, de zeer eerbiedige en zeer getrouwe dienaars, De minister van Zelfstandigen, D. CLARINVAL De minister van Sociale Zaken, F. VANDENBROUCKE
RAAD VAN STATE, afdeling Wetgeving Advies 74.618/2, van 31 oktober 2023, over een ontwerp van koninklijk besluit 'tot vervanging van artikel 32 van het koninklijk besluit van 20 juli 1971 houdende instelling van een uitkeringsverzekering en een moederschapsverzekering ten voordele van de zelfstandigen en van de meewerkende echtgenoten' Op 6 oktober 2023 is de Raad van State, afdeling Wetgeving, door de Vice eersteminister en Minister van Middenstand, Zelfstandigen, KMO's en Landbouw, Institutionele Hervormingen en Democratische Vernieuwing verzocht binnen een termijn van dertig dagen een advies te verstrekken over een ontwerp van koninklijk besluit 'tot vervanging van artikel 32 van het koninklijk besluit van 20 juli 1971 houdende instelling van een uitkeringsverzekering en een moederschapsverzekering ten voordele van de zelfstandigen en van de meewerkende echtgenoten'.
Het ontwerp is door de tweede kamer onderzocht op 31 oktober 2023. De kamer was samengesteld uit Patrick RONVAUX, kamervoorzitter, Pierre Olivier DE BROUX en Laurence VANCRAYEBECK, staatsraden, Christian BEHRENDT, assessor, en Esther CONTI, toegevoegd griffier.
Het verslag is uitgebracht door Aurore PERCY, auditeur.
De overeenstemming tussen de Franse en de Nederlandse tekst van het advies is nagezien onder toezicht van Patrick RONVAUX. Het advies, waarvan de tekst hierna volgt, is gegeven op 31 oktober 2023.
Aangezien de adviesaanvraag ingediend is op basis van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de wetten 'op de Raad van State', gecoördineerd op 12 januari 1973, beperkt de afdeling Wetgeving overeenkomstig artikel 84, § 3, van de voornoemde gecoördineerde wetten haar onderzoek tot de rechtsgrond van het ontwerp, de bevoegdheid van de steller van de handeling en de te vervullen voorafgaande vormvereisten.
Wat die drie punten betreft, geeft het ontwerp aanleiding tot de volgende opmerkingen.
VOORAFGAANDE VORMVEREISTEN Het ontworpen artikel 32, § 3, van het koninklijk besluit van 20 juli 1971 'houdende instelling van een uitkeringsverzekering en een moederschapsverzekering ten voordele van de zelfstandigen en van de meewerkende echtgenoten' heeft betrekking op de verwerking van persoonsgegevens. [1] Bijgevolg moet het advies van de Gegevensbeschermingsautoriteit ingewonnen worden.
Indien de aan de Raad van State voorgelegde tekst naar aanleiding van het vervullen van dat vormvereiste nog wijzigingen zou ondergaan die niet louter vormelijk zijn en die niet zouden voortvloeien uit het gevolg dat aan dit advies gegeven wordt, zouden de gewijzigde of toegevoegde bepalingen op hun beurt om advies aan de afdeling Wetgeving voorgelegd moeten worden, overeenkomstig artikel 3, § 1, eerste lid, van de gecoördineerde wetten 'op de Raad van State'.
ONDERZOEK VAN HET ONTWERP DISPOSITIEF Artikel 1 1. Uit de bij de adviesaanvraag gevoegde stukken blijkt dat het ontworpen besluit "tot doel [heeft] de reglementering die van toepassing is op de zelfstandigen af te stemmen op de regelgeving die van toepassing is op de werknemers" wat betreft het schorsen van de toekenning van de uitkering aan personen die een vrijheidsstraf uitzitten. Het ontworpen artikel 32, § 1, van het koninklijk besluit van 20 juli 1971 wordt bijgevolg op dezelfde manier gesteld als artikel 233 van het koninklijk besluit van 3 juli 1996Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 03/07/1996 pub. 10/12/2007 numac 2007000977 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Koninklijk besluit tot uitvoering van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994. - Duitse vertaling van wijzigingsbepalingen van het eerste semester van het jaar 2007 type koninklijk besluit prom. 03/07/1996 pub. 19/12/2008 numac 2008001031 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Koninklijk besluit tot uitvoering van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994. - Duitse vertaling van wijzigingsbepalingen sluiten 'tot uitvoering van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994', zoals dat artikel bij het koninklijk besluit van 19 januari 2016 gewijzigd is, en dat van toepassing is op werknemers. Het ontworpen artikel 32, § 1, tweede lid, voorziet niet alleen in het geval waarin de gerechtigde daadwerkelijk in de gevangenis verblijft, aangezien daarin, naar het voorbeeld van artikel 233, § 1, tweede lid, van het koninklijk besluit van 3 juli 1996Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 03/07/1996 pub. 10/12/2007 numac 2007000977 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Koninklijk besluit tot uitvoering van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994. - Duitse vertaling van wijzigingsbepalingen van het eerste semester van het jaar 2007 type koninklijk besluit prom. 03/07/1996 pub. 19/12/2008 numac 2008001031 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Koninklijk besluit tot uitvoering van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994. - Duitse vertaling van wijzigingsbepalingen sluiten bepaald wordt dat de schorsing van de toekenning van de uitkering ook geldt wanneer de straf in de volgende twee gevallen buiten de gevangenis uitgevoerd wordt: 1° de uitgaansvergunning bedoeld in artikel 4 van de wet van 17 mei 2006Relevante gevonden documenten type wet prom. 17/05/2006 pub. 15/06/2006 numac 2006009456 bron federale overheidsdienst justitie Wet betreffende de externe rechtspositie van de veroordeelden tot een vrijheidsstraf en de aan het slachtoffer toegekende rechten in het raam van de strafuitvoeringsmodaliteiten (2) type wet prom. 17/05/2006 pub. 15/06/2006 numac 2006009457 bron federale overheidsdienst justitie Wet houdende oprichting van strafuitvoeringsrechtbanken sluiten 'betreffende de externe rechtspositie van de veroordeelden tot een vrijheidsstraf en de aan het slachtoffer toegekende rechten in het raam van de strafuitvoeringsmodaliteiten';en 2° het penitentiair verlof bedoeld in artikel 6 van diezelfde wet. Het ontwerp houdt daardoor rekening met de gedeeltelijke vernietiging van artikel 233 bij arrest nr. 241.794 van de Raad van State d.d. 14 juni 2018. Bij dat arrest heeft de afdeling Bestuursrechtspraak immers vastgesteld dat de regeling van de beperkte detentie de uitoefening van een beroepsactiviteit mogelijk maakte zodat, volgens de logica die ten grondslag gelegen heeft aan de aanneming van artikel 105 van de wet 'betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen', gecoördineerd op 14 juli 1994, waaraan artikel 233 van het koninklijk besluit van 3 juli 1996Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 03/07/1996 pub. 10/12/2007 numac 2007000977 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Koninklijk besluit tot uitvoering van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994. - Duitse vertaling van wijzigingsbepalingen van het eerste semester van het jaar 2007 type koninklijk besluit prom. 03/07/1996 pub. 19/12/2008 numac 2008001031 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Koninklijk besluit tot uitvoering van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994. - Duitse vertaling van wijzigingsbepalingen sluiten rechtsgrond ontleent, de schorsing van de toekenning van de arbeidsongeschiktheidsuitkeringen in een dergelijke situatie haar bestaansreden verliest. Bijgevolg zijn in die bepaling de woorden "3° de beperkte detentie bedoeld in artikel 21 van de voormelde wet van 17 mei 2006Relevante gevonden documenten type wet prom. 17/05/2006 pub. 15/06/2006 numac 2006009456 bron federale overheidsdienst justitie Wet betreffende de externe rechtspositie van de veroordeelden tot een vrijheidsstraf en de aan het slachtoffer toegekende rechten in het raam van de strafuitvoeringsmodaliteiten (2) type wet prom. 17/05/2006 pub. 15/06/2006 numac 2006009457 bron federale overheidsdienst justitie Wet houdende oprichting van strafuitvoeringsrechtbanken sluiten" vernietigd.
Evenwel dient opgemerkt te worden dat de wet van 17 mei 2006Relevante gevonden documenten type wet prom. 17/05/2006 pub. 15/06/2006 numac 2006009456 bron federale overheidsdienst justitie Wet betreffende de externe rechtspositie van de veroordeelden tot een vrijheidsstraf en de aan het slachtoffer toegekende rechten in het raam van de strafuitvoeringsmodaliteiten (2) type wet prom. 17/05/2006 pub. 15/06/2006 numac 2006009457 bron federale overheidsdienst justitie Wet houdende oprichting van strafuitvoeringsrechtbanken sluiten, sinds de wijziging ervan bij de wet van 11 juli 2018Relevante gevonden documenten type wet prom. 11/07/2018 pub. 18/07/2018 numac 2018040294 bron federale overheidsdienst justitie Wet houdende diverse bepalingen in strafzaken type wet prom. 11/07/2018 pub. 18/07/2018 numac 2018012879 bron federale overheidsdienst beleid en ondersteuning Wet houdende eerste aanpassing van de algemene uitgavenbegroting voor het begrotingsjaar 2018 type wet prom. 11/07/2018 pub. 20/07/2018 numac 2018040327 bron federale overheidsdienst financien Wet in het kader van de integratie van de hypotheekkantoren in de Administratie Rechtszekerheid van de Algemene Administratie van de Patrimoniumdocumentatie van de Federale Overheidsdienst Financiën en van de nieuwe organisatie-en bevoegdheidsverdeling binnen de Administratie Rechtszekerheid sluiten 'houdende diverse bepalingen in strafzaken', in een andere vorm van detentie voorziet, namelijk de plaatsing in een transitiehuis. [2] Artikel 9/1 van de wet van 17 mei 2006Relevante gevonden documenten type wet prom. 17/05/2006 pub. 15/06/2006 numac 2006009456 bron federale overheidsdienst justitie Wet betreffende de externe rechtspositie van de veroordeelden tot een vrijheidsstraf en de aan het slachtoffer toegekende rechten in het raam van de strafuitvoeringsmodaliteiten (2) type wet prom. 17/05/2006 pub. 15/06/2006 numac 2006009457 bron federale overheidsdienst justitie Wet houdende oprichting van strafuitvoeringsrechtbanken sluiten luidt als volgt: "De plaatsing in een transitiehuis is een vorm van detentie waarbij de veroordeelde gedetineerde zijn vrijheidsstraf ondergaat op basis van een plaatsingsplan.
De uitvoering van de vrijheidsstraf loopt voort tijdens de duur van de plaatsing in een transitiehuis." In verband met die maatregel wordt in de parlementaire voorbereiding van de wet van 11 juli 2018Relevante gevonden documenten type wet prom. 11/07/2018 pub. 18/07/2018 numac 2018040294 bron federale overheidsdienst justitie Wet houdende diverse bepalingen in strafzaken type wet prom. 11/07/2018 pub. 18/07/2018 numac 2018012879 bron federale overheidsdienst beleid en ondersteuning Wet houdende eerste aanpassing van de algemene uitgavenbegroting voor het begrotingsjaar 2018 type wet prom. 11/07/2018 pub. 20/07/2018 numac 2018040327 bron federale overheidsdienst financien Wet in het kader van de integratie van de hypotheekkantoren in de Administratie Rechtszekerheid van de Algemene Administratie van de Patrimoniumdocumentatie van de Federale Overheidsdienst Financiën en van de nieuwe organisatie-en bevoegdheidsverdeling binnen de Administratie Rechtszekerheid sluiten gesteld "(...) dat het hier nog steeds gaat over een detentie en geen toekenning van een alternatieve modaliteit van strafuitvoering zoals de beperkte detentie of het elektronisch toezicht of over de toekenning van een vervroegde invrijheidsstelling waarbij de aard en of de duur van de straffen worden gewijzigd". [3] Door niet te voorzien in een schorsing van de toekenning van de uitkering in geval van plaatsing in een transitiehuis geeft het ontwerp aanleiding tot een verschil in behandeling tussen gedetineerden die in een transitiehuis geplaatst zijn en gedetineerden die hun straf in de gevangenis uitzitten, aangezien de laatstgenoemden de enigen zijn die de uitkering niet meer ontvangen. De beslissing waarbij een gedetineerde in een transitiehuis geplaatst wordt, leidt er als zodanig evenwel niet toe dat gedetineerden een beroepsactiviteit kunnen uitoefenen. [4] De steller van het ontwerp moet dat verschil in behandeling kunnen verantwoorden, in het bijzonder in het licht van het criterium dat de Raad van State in zijn arrest nr. 241.794 d.d. 14 juni 2018 gehanteerd heeft, namelijk de mogelijkheid om een beroepsactiviteit uit te oefenen. 2.1. Hoewel bij artikel 86, § 3, van de wet 'betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen', gecoördineerd op 14 juli 1994, niet uitdrukkelijk de verwerking van persoonsgegevens beoogd wordt, lijkt het evenwel aannemelijk dat de wetgever, door te bepalen dat ten voordele van de zelfstandigen en van de meewerkende echtgenoten in een uitkeringsverzekering voorzien kan worden, een verwerking van persoonsgegevens toegestaan heeft om te zorgen voor de controle van de naleving van de voorwaarden waaraan men moet voldoen om in aanmerking te komen voor die uitkeringsverzekering, zoals die verwerking bepaald wordt in het ontworpen artikel 32, § 3, van het koninklijk besluit van 20 juli 1971. [5] Wat de uitwisseling van gegevens tussen de verzekeringsinstellingen en de Federale Overheidsdienst Justitie betreft, sluit die bepaling meer bepaald aan bij het koninklijk besluit van 27 januari 2021Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 27/01/2021 pub. 19/02/2021 numac 2021040511 bron federale overheidsdienst justitie Koninklijk besluit tot uitvoering van artikel 7, § 2, van de wet van 5 mei 2019 houdende diverse bepalingen inzake informatisering van Justitie en modernisering van het statuut van rechters in ondernemingszaken en inzake de notariële aktebank, voor wat het leesrecht van de in artikel 7, § 1, 13°, van die wet bedoelde instellingen of diensten betreft sluiten 'tot uitvoering van artikel 7, § 2, van de wet van 5 mei 2019 houdende diverse bepalingen inzake informatisering van Justitie en modernisering van het statuut van rechters in ondernemingszaken en inzake de notariële aktebank, voor wat het leesrecht van de in artikel 7, § 1, 13°, van die wet bedoelde instellingen of diensten betreft'.
Het ontworpen artikel 32, § 3, van het koninklijk besluit van 20 juli 1971 geeft aanleiding tot de volgende opmerkingen. 2.2. In het ontwerp wordt bepaald dat de gegevens "op elektronische wijze" verkregen worden. Er moet verduidelijkt worden of de gegevens overeenkomstig artikel 2, § 1, van het koninklijk besluit van 27 januari 2021Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 27/01/2021 pub. 19/02/2021 numac 2021040511 bron federale overheidsdienst justitie Koninklijk besluit tot uitvoering van artikel 7, § 2, van de wet van 5 mei 2019 houdende diverse bepalingen inzake informatisering van Justitie en modernisering van het statuut van rechters in ondernemingszaken en inzake de notariële aktebank, voor wat het leesrecht van de in artikel 7, § 1, 13°, van die wet bedoelde instellingen of diensten betreft sluiten in het kader van een "leesrecht" overgedragen worden en, zo ja, of dat leesrecht de vorm aanneemt van een automatische doorzending door de Federale Overheidsdienst Justitie dan wel van een mogelijkheid tot rechtstreekse raadpleging van de gegevens, of van die beide modaliteiten, overeenkomstig artikel 4 van datzelfde koninklijk besluit. 2.3. Het koninklijk besluit van 27 januari 2021Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 27/01/2021 pub. 19/02/2021 numac 2021040511 bron federale overheidsdienst justitie Koninklijk besluit tot uitvoering van artikel 7, § 2, van de wet van 5 mei 2019 houdende diverse bepalingen inzake informatisering van Justitie en modernisering van het statuut van rechters in ondernemingszaken en inzake de notariële aktebank, voor wat het leesrecht van de in artikel 7, § 1, 13°, van die wet bedoelde instellingen of diensten betreft sluiten regelt, wat de databank "Sidis Suite" betreft, het leesrecht waarover de instellingen en de diensten bedoeld in artikel 7, § 1, 13°, van de wet van 5 mei 2019 beschikken. Het ontworpen besluit is blijkbaar een lex specialis, aangezien het de toegang regelt die de verzekeringsinstellingen hebben tot de "Sidis Suite" gegevens in het kader van de uitbetaling van de uitkeringen aan zelfstandigen ten aanzien van wie een maatregel van hechtenis of van gevangenzetting getroffen is.
Aangezien het op grond van het recht op eerbiediging van het privéleven verplicht is om in de regelgeving de essentiële elementen van de verwerkingen van persoonsgegevens te vermelden, moet het ontwerp aangevuld worden met de vermelding van de in artikel 3 van het koninklijk besluit van 27 januari 2021Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 27/01/2021 pub. 19/02/2021 numac 2021040511 bron federale overheidsdienst justitie Koninklijk besluit tot uitvoering van artikel 7, § 2, van de wet van 5 mei 2019 houdende diverse bepalingen inzake informatisering van Justitie en modernisering van het statuut van rechters in ondernemingszaken en inzake de notariële aktebank, voor wat het leesrecht van de in artikel 7, § 1, 13°, van die wet bedoelde instellingen of diensten betreft sluiten bedoelde categorieën van gegevens die nodig zijn voor de uitvoering van artikel 32, § § 1 en 2, van het ontworpen besluit en met de vermelding van de maximumtermijn voor het bewaren van die gegevens door de verzekeringsinstellingen.
DE GRIFFIER Esther CONTI DE VOORZITTER, Patrick RONVAUX _______ Nota [1] Zie opmerking 2 die infra bij artikel 1 gemaakt wordt. [2] Artikelen 9/1 tot 9/3 van de wet van 17 mei 2006Relevante gevonden documenten type wet prom. 17/05/2006 pub. 15/06/2006 numac 2006009456 bron federale overheidsdienst justitie Wet betreffende de externe rechtspositie van de veroordeelden tot een vrijheidsstraf en de aan het slachtoffer toegekende rechten in het raam van de strafuitvoeringsmodaliteiten (2) type wet prom. 17/05/2006 pub. 15/06/2006 numac 2006009457 bron federale overheidsdienst justitie Wet houdende oprichting van strafuitvoeringsrechtbanken sluiten. [3] Parl.St. Kamer 2017-18, nr. 54-2969/001, 64. [4] In het "plaatsingsplan" kan bepaald worden dat de in een transitiehuis geplaatste gedetineerde een beroepsactiviteit moet uitoefenen en in dat geval is het mogelijk om uitgaansvergunningen toe te kennen en andere strafuitvoeringsmodaliteiten die nodig zijn voor de uitvoering van het plaatsingsplan (zie O. Nederlandt en A.-S. Vanhouche, "Les maisons de transition: miroir aux alouettes ou pied dans la porte?" in C. Guillain en D. Scalia (eds.), Les coûts du système pénal, Bruxelles, la Charte, 2020, 42-43). [5] Zie in vergelijkbare zin advies 74.414/4 van 2 oktober 2023 over een ontwerp van besluit van de Franse Gemeenschapsregering 'relatif à l'agrément et au subventionnement de services spécifiques d'accompagnement à la parentalité'.
11 DECEMBER 2023. - Koninklijk besluit tot vervanging van artikel 32 van het koninklijk besluit van 20 juli 1971 houdende instelling van een uitkeringsverzekering en een moederschapsverzekering ten voordele van de zelfstandigen en van de meewerkende echtgenoten FILIP, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994, artikel 86, § 3, gewijzigd bij de wetten van 22 augustus 2002, 29 maart 2012 en 7 mei 2019;
Gelet op het koninklijk besluit van 20 juli 1971 houdende instelling van een uitkeringsverzekering en een moederschapsverzekering ten voordele van de zelfstandigen en van de meewerkende echtgenoten;
Gelet op het advies van het Beheerscomité van de uitkeringsverzekering voor zelfstandigen van de Dienst voor uitkeringen van het Rijksinstituut voor ziekte- en invaliditeitsverzekering, gegeven op 12 juli 2023;
Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 27 juli 2023;
Gelet op de akkoordbevinding van de Staatssecretaris voor Begroting, d.d. 17 september 2023;
Gelet op de impactanalyse van de regelgeving uitgevoerd overeenkomstig artikelen 6 en 7 van de wet van 15 december 2013Relevante gevonden documenten type wet prom. 15/12/2013 pub. 31/12/2013 numac 2013021138 bron federale overheidsdienst kanselarij van de eerste minister Wet houdende diverse bepalingen inzake administratieve vereenvoudiging sluiten houdende diverse bepalingen inzake administratieve vereenvoudiging;
Gelet op het advies nr. 74.618/2 van de Raad van State, gegeven op 31 oktober 2023, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;
Op de voordracht van de Minister van Sociale Zaken en de Minister van Zelfstandigen, en op het advies van de in Raad vergaderde Ministers, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.Artikel 32 van het koninklijk besluit van 20 juli 1971 houdende instelling van een uitkeringsverzekering en een moederschapsverzekering ten voordele van de zelfstandigen en van de meewerkende echtgenoten, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 11 december 1987, wordt vervangen als volgt: "
Art. 32.§ 1. De toekenning van de uitkering wordt geschorst tijdens een periode waarin de gerechtigde het voorwerp vormt van een maatregel van hechtenis of gevangenzetting in uitvoering van een strafrechtelijke veroordeling waardoor hij daadwerkelijk in en gevangenis of in een transitiehuis verblijft.
De schorsing van de toekenning van de uitkering geldt ook tijdens het tijdvak waarin de gerechtigde zich in uitvoering van een beslissing van de bevoegde instantie buiten de gevangenis of het transitiehuis bevindt wegens de toepassing van één van de volgende strafuitvoeringsmodaliteiten: 1° de uitgaansvergunning bedoeld in artikel 4 van de wet van 17 mei 2006Relevante gevonden documenten type wet prom. 17/05/2006 pub. 15/06/2006 numac 2006009456 bron federale overheidsdienst justitie Wet betreffende de externe rechtspositie van de veroordeelden tot een vrijheidsstraf en de aan het slachtoffer toegekende rechten in het raam van de strafuitvoeringsmodaliteiten (2) type wet prom. 17/05/2006 pub. 15/06/2006 numac 2006009457 bron federale overheidsdienst justitie Wet houdende oprichting van strafuitvoeringsrechtbanken sluiten betreffende de externe rechtspositie van de veroordeelden tot een vrijheidsstraf en de aan het slachtoffer toegekende rechten in het raam van de strafuitvoeringsmodaliteiten, behalve als de gerechtigde op grond van deze strafuitvoeringsmodaliteit een beroepsactiviteit met de toelating van de adviserend arts overeenkomstig de modaliteiten van dit besluit verricht;; 2° het penitentiair verlof bedoeld in artikel 6 van de voormelde wet van 17 mei 2006Relevante gevonden documenten type wet prom. 17/05/2006 pub. 15/06/2006 numac 2006009456 bron federale overheidsdienst justitie Wet betreffende de externe rechtspositie van de veroordeelden tot een vrijheidsstraf en de aan het slachtoffer toegekende rechten in het raam van de strafuitvoeringsmodaliteiten (2) type wet prom. 17/05/2006 pub. 15/06/2006 numac 2006009457 bron federale overheidsdienst justitie Wet houdende oprichting van strafuitvoeringsrechtbanken sluiten. § 2. De toekenning van de uitkering wordt beperkt tot de helft voor de geïnterneerde gerechtigde die geen persoon ten laste heeft en die in een door de bevoegde instantie aangewezen inrichting verblijft onder het statuut van een plaatsing. De volledige uitkering wordt evenwel aan deze gerechtigde toegekend als hij vanwege de bevoegde instantie de toelating heeft verkregen om de inrichting te verlaten voor een ononderbroken periode van ten minste zeven dagen, vanaf de eerste dag van deze periode. § 3. Voor de toepassing van de vorige paragrafen en in uitvoering van het koninklijk besluit van 27 januari 2021Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 27/01/2021 pub. 19/02/2021 numac 2021040511 bron federale overheidsdienst justitie Koninklijk besluit tot uitvoering van artikel 7, § 2, van de wet van 5 mei 2019 houdende diverse bepalingen inzake informatisering van Justitie en modernisering van het statuut van rechters in ondernemingszaken en inzake de notariële aktebank, voor wat het leesrecht van de in artikel 7, § 1, 13°, van die wet bedoelde instellingen of diensten betreft sluiten tot uitvoering van artikel 7, § 2, van de wet van 5 mei 2019 houdende diverse bepalingen inzake informatisering van Justitie en modernisering van het statuut van rechters in ondernemingszaken en inzake de notariële aktebank, voor wat het leesrecht van de in artikel 7, § 1, 13°, van die wet bedoelde instellingen of diensten betreft, beschikt de verzekeringsinstelling waarbij de gerechtigde is aangesloten of ingeschreven, over een leesrecht dat de vorm aanneemt van een automatische elektronische doorzending van alle gegevens bedoeld in artikel 3 van het voormelde koninklijk besluit van 27 januari 2021Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 27/01/2021 pub. 19/02/2021 numac 2021040511 bron federale overheidsdienst justitie Koninklijk besluit tot uitvoering van artikel 7, § 2, van de wet van 5 mei 2019 houdende diverse bepalingen inzake informatisering van Justitie en modernisering van het statuut van rechters in ondernemingszaken en inzake de notariële aktebank, voor wat het leesrecht van de in artikel 7, § 1, 13°, van die wet bedoelde instellingen of diensten betreft sluiten door de Federale Overheidsdienst Justitie uit zijn databank.
Indien de vereiste gegevens niet beschikbaar zijn in de voormelde databank, gebeurt de noodzakelijke gegevensuitwisseling via een papieren attest.
De overeenkomstig deze paragraaf ontvangen gegevens worden niet langer bewaard dan noodzakelijk voor de verwezenlijking van het doel van de verwerking ervan, met een maximale bewaartermijn van drie jaar te rekenen vanaf 1 januari van het jaar volgend op de afsluiting van het arbeidsongeschiktheidsdossier in de verzekeringsinstelling.".
Art. 2.Dit besluit treedt in werking op 1 januari 2024.
Art. 3.De minister bevoegd voor Sociale Zaken en de minister bevoegd voor Zelfstandigen zijn, ieder wat hem betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 11 december 2023.
FILIP Van Koningswege : De Minister van Zelfstandigen, D. CLARINVAL De Minister van Sociale Zaken, F. VANDENBROUCKE