Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 10 september 2010
gepubliceerd op 26 oktober 2010

Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 10 december 2009, gesloten in het Paritair Comité voor de gesubsidieerde inrichtingen van het vrij onderwijs, tot oprichting van een Vlaams sociaal en waarborg fonds en tot vaststelling van zijn statuten

bron
federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg
numac
2010204413
pub.
26/10/2010
prom.
10/09/2010
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

10 SEPTEMBER 2010. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 10 december 2009, gesloten in het Paritair Comité voor de gesubsidieerde inrichtingen van het vrij onderwijs, tot oprichting van een Vlaams sociaal en waarborg fonds en tot vaststelling van zijn statuten (1)


ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 7 januari 1958Relevante gevonden documenten type wet prom. 07/01/1958 pub. 31/03/2011 numac 2011000170 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de Fondsen voor bestaanszekerheid Officieuze coördinatie in het Duits sluiten betreffende de fondsen voor bestaanszekerheid, inzonderheid op artikel 2;

Gelet op de wet van 5 december 1968Relevante gevonden documenten type wet prom. 05/12/1968 pub. 22/05/2009 numac 2009000346 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;

Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor de gesubsidieerde inrichtingen van het vrij onderwijs;

Op de voordracht van de Minister van Werk, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 10 december 2009, gesloten in het Paritair Comité voor de gesubsidieerde inrichtingen van het vrij onderwijs, tot oprichting van een Vlaams sociaal en waarborg fonds en tot vaststelling van zijn statuten.

Art. 2.De Minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 10 september 2010.

ALBERT Van Koningswege : De Vice-Eerste Minister en Minister van Werk en Gelijke Kansen, belast met het Migratie- en asielbeleid, Mevr. J. MILQUET _______ Nota (1) Verwijzingen naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 7 januari 1958Relevante gevonden documenten type wet prom. 07/01/1958 pub. 31/03/2011 numac 2011000170 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de Fondsen voor bestaanszekerheid Officieuze coördinatie in het Duits sluiten, Belgisch Staatsblad van 7 februari 1958. Wet van 5 december 1968Relevante gevonden documenten type wet prom. 05/12/1968 pub. 22/05/2009 numac 2009000346 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969.

Bijlage Paritair Comité voor de gesubsidieerde inrichtingen van het vrij onderwijs Collectieve arbeidsovereenkomst van 10 december 2009 Oprichting van een Vlaams sociaal en waarborg fonds en vaststelling van zijn statuten (Overeenkomst geregistreerd op 4 mei 2010 onder het nummer 99233/CO/152) TITEL I. - Oprichting

Artikel 1.Het Paritair Comité voor de gesubsidieerde inrichtingen van het vrij onderwijs richt, bij toepassing van de wet van 7 januari 1958Relevante gevonden documenten type wet prom. 07/01/1958 pub. 31/03/2011 numac 2011000170 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de Fondsen voor bestaanszekerheid Officieuze coördinatie in het Duits sluiten betreffende de fondsen voor bestaanszekerheid, een Vlaams sociaal en waarborgfonds op waarvan de statuten hierna worden vastgesteld.

Art. 2.Deze collectieve arbeidsovereenkomst treedt in werking op 1 januari 2010 en is gesloten voor een onbepaalde duur. Zij kan door elk van de partijen worden opgezegd mits een opzegging van zes maanden, te betekenen bij een ter post aangetekende brief, gericht aan de voorzitter van het Paritair Comité voor de gesubsidieerde inrichtingen van het vrij onderwijs.

TITEL II. - Statuten I. Benaming en maatschappelijke zetel

Art. 3.Er wordt met ingang van 1 januari 2010 een fonds voor bestaanszekerheid opgericht genaamd "Vlaams Sociaal en Waarborgfonds voor de gesubsidieerde inrichtingen van het vrij onderwijs".

Art. 4.De maatschappelijke zetel van het fonds is gevestigd te Brussel, Handelsstraat 82, te 1040 Brussel.

II. Doel

Art. 5.Het fonds heeft tot doel : 1° het innen van de bijdragen, nodig voor zijn werking;2° het toekennen van aanvullende sociale voordelen aan de werklieden en werksters van het vrij onderwijs;3° het verzekeren van de uitkering van deze voordelen;4° het verzekeren van de financiering van tewerkstellings- en opleidingsinitiatieven ten behoeve van risicogroepen, zoals bedoeld bij hoofdstuk II van het koninklijk besluit van 27 januari 1997 houdende maatregelen ter bevordering van de werkgelegenheid met toepassing van artikel 7, § 2, van de wet van 26 juli 1996 tot bevordering van de werkgelegenheid en tot preventieve vrijwaring van het concurrentievermogen;5° de terugbetaling van de door de werkgevers betaalde vergoedingen in het kader van conventioneel en halftijds brugpensioen;6° het nemen en financieren van initiatieven van tewerstellings- en opleidingsinitiatieven andere dan deze opgesomd in artikel 5, 4°. III. Toepassingsgebied

Art. 6.Deze statuten zijn van toepassing op de werkgevers van de inrichtingen van het vrij onderwijs waarvan de maatschappelijke zetel gevestigd is in het Vlaams Gewest, en voor de inrichtingen gesubsidieerd door de Vlaamse Gemeenschap, waarvan de maatschappelijke zetel in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest gevestigd is en die bij de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid ingeschreven zijn op de Nederlandse taalrol en op de werklieden en werksters, hierna "werklieden" genoemd, van de hierboven vernoemde inrichtingen.

IV. Toekenning en uitkering van de aanvullende sociale voordelen

Art. 7.De in artikel 6 bedoelde werklieden hebben recht op aanvullende sociale voordelen ten laste van het fonds waarvan de aard, het bedrag, de toekenningsvoorwaarden en de uitkeringsmodaliteiten worden vastgesteld bij collectieve arbeidsovereenkomst, gesloten in het Paritair Comité voor de gesubsidieerde inrichtingen van het vrij onderwijs en algemeen verbindend verklaard bij koninklijk besluit.

Art. 8.De uitkering van de aanvullende sociale voordelen mag in geen geval afhankelijk zijn van de storting door de werkgever van de bijdragen welke hem zijn opgelegd.

V. Beheer

Art. 9.Het fonds wordt beheerd door een raad van beheer, welke paritair is samengesteld uit afgevaardigden van de werkgevers en de werknemers, vertegenwoordigd in het Paritair Comité voor de gesubsidieerde inrichtingen van het vrij onderwijs. Deze raad bestaat uit zes leden, te weten : drie afgevaardigden van de werkgevers en drie afgevaardigden van de werknemers. De leden van de raad van beheer worden aangeduid door het Paritair Comité voor de gesubsidieerde inrichtingen van het vrij onderwijs onder gewone of plaatsvervangende leden van dit comité (die behoren tot de Nederlandse taalrol). Hun mandaat eindigt wanneer zij ophouden lid te zijn van het paritair comité. In dat geval worden zij vervangen door een lid van het paritair comité dat behoort tot dezelfde groep als het lid waarvan het mandaat een einde nam.

Art. 10.De raad van beheer duidt in zijn midden de voorzitter aan onder de vertegenwoordigers van de werkgevers.

Art. 11.De raad van beheer vergadert op uitnodiging van de voorzitter. De voorzitter is gehouden de raad minstens éénmaal per jaar bijeen te roepen en telkens wanneer twee leden van de raad erom verzoeken. De uitnodigingen moeten de agenda vermelden. De notulen worden opgemaakt door de secretaris, aangewezen door de raad van beheer. De beslissingen worden éénparig genomen. Opdat de stemming geldig zou zijn, moeten minstens vier leden aanwezig zijn, waarvan de helft de werkgevers en de andere helft de werknemers vertegenwoordigt.

Er kan slechts worden gestemd over de punten welke op de agenda voorkomen.

Art. 12.De raad van beheer heeft tot opdracht het fonds te beheren en alle maatregelen te treffen welke nodig blijken voor zijn goede werking. Hij beschikt over de meest uitgebreide bevoegdheden voor het beheer en de leiding van het fonds. De raad van beheer treedt in al zijn handelingen op en handelt in rechte bij monde van de voorzitter of de daartoe aangestelde afgevaardigde beheerder. De beheerders zijn slechts verantwoordelijk voor de uitvoering van hun mandaat. Zij gaan geen enkele persoonlijke verplichting aan wegens hun beheer, ten opzichte van de verbintenissen van het fonds.

Art. 13.De raad van beheer kan zijn bevoegdheden geheel of ten dele overdragen aan een of meer van zijn leden of zelfs aan derden.

Art. 14.De administratiekosten van het fonds worden jaarlijks door de raad van beheer vastgesteld.

VI. Financiering

Art. 15.De bijdrage van de werkgevers aan het Vlaams sociaal en waarborgfonds wordt percentsgewijze vastgesteld op de brutolonen welke in aanmerking worden genomen bij het berekenen van de sociale zekerheidsbijdragen.

Art. 16.De bijdragen zullen vastgesteld worden in een afzonderlijke collectieve arbeidsovereenkomst, gesloten binnen het Paritair Comité voor de gesubsidieerde inrichtingen van het vrij onderwijs.

Art. 17.Het bedrag van de bijdrage kan alleen worden gewijzigd bij collectieve arbeidsovereenkomst, gesloten in het bevoegd paritair comité en algemeen verbindend verklaard bij koninklijk besluit.

Art. 18.De bijdrage wordt geïnd en ingevorderd door de Rijksdienst voor Maatschappelijke Zekerheid, in toepassing van artikel 7 van de wet van 7 januari 1958Relevante gevonden documenten type wet prom. 07/01/1958 pub. 31/03/2011 numac 2011000170 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de Fondsen voor bestaanszekerheid Officieuze coördinatie in het Duits sluiten betreffende de fondsen voor bestaanszekerheid.

VII. Balans en rekeningen

Art. 19.Het dienstjaar vangt aan op 1 januari en sluit op 31 december van hetzelfde jaar. Elk jaar, op 31 december, worden de balans en de rekeningen van het afgelopen dienstjaar afgesloten. De balans en de rekeningen moeten op gebied van boekhouding duidelijk zijn omschreven.

VIII. Toezicht

Art. 20.De raad van beheer, alsmede de bij toepassing van artikel 12 van de wet van 7 januari 1958Relevante gevonden documenten type wet prom. 07/01/1958 pub. 31/03/2011 numac 2011000170 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de Fondsen voor bestaanszekerheid Officieuze coördinatie in het Duits sluiten betreffende de fondsen voor bestaanszekerheid, door het Paritair Comité voor de gesubsidieerde inrichtingen van het vrij onderwijs aangewezen persoon, brengen jaarlijks ieder een schriftelijk verslag uit over het vervullen van hun opdracht tijdens het verlopen jaar. De balans met bovengenoemde schriftelijke verslagen moeten uiterlijk gedurende de maand april ter goedkeuring aan het Paritair Comité voor de gesubsidieerde inrichtingen van het vrij onderwijs worden voorgelegd.

IX. Ontbinding en vereffening

Art. 21.De ontbinding van het fonds wordt door het Paritair Comité voor de gesubsidieerde inrichtingen van het vrij onderwijs uitgesproken. Het paritair comité beslist over de bestemming van de goederen en waarden van het fonds, na kwijting van het passief, door aan deze goederen en waarden een bestemming te geven welke overeenkomt met het doel waartoe het fonds is opgericht. Het Paritair Comité voor de gesubsidieerde inrichtingen van het vrij onderwijs wijst de in artikel 9 bedoelde leden van de raad van beheer als vereffenaars aan.

Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 10 september 2010.

De Vice-Eerste Minister en Minister van Werk en Gelijke Kansen, belast met het Migratie- en asielbeleid, Mevr. J. MILQUET

^