gepubliceerd op 10 januari 2023
Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 18 april 2021 tot uitvoering van artikel 309/2, § 6, van het Gerechtelijk Wetboek
10 NOVEMBER 2022. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 18 april 2021Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 18/04/2021 pub. 22/04/2021 numac 2021041017 bron federale overheidsdienst justitie Koninklijk besluit tot uitvoering van artikel 309/2, § 6, van het Gerechtelijk Wetboek sluiten tot uitvoering van artikel 309/2, § 6, van het Gerechtelijk Wetboek
FILIP, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op het Gerechtelijk Wetboek, artikel 309/2, § 6, ingevoegd bij de wet van 5 mei 2019Relevante gevonden documenten type wet prom. 05/05/2019 pub. 19/06/2019 numac 2019041200 bron federale overheidsdienst justitie Wet houdende diverse bepalingen inzake informatisering van Justitie, modernisering van het statuut van rechters in ondernemingszaken en inzake de notariële aktebank type wet prom. 05/05/2019 pub. 24/05/2019 numac 2019030435 bron federale overheidsdienst justitie Wet houdende diverse bepalingen in strafzaken en inzake erediensten, en tot wijziging van de wet van 28 mei 2002 betreffende de euthanasie en van het Sociaal Strafwetboek type wet prom. 05/05/2019 pub. 12/06/2019 numac 2019202558 bron federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg Wet tot wijziging van de wet van 26 juni 2002 betreffende de sluiting van de ondernemingen sluiten en gewijzigd bij de wet van 17 februari 2021;
Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 22 april 2022;
Gelet op de akkoordbevinding van de Staatssecretaris voor Begroting, d.d. 30 juni 2022;
Gelet op de akkoordbevinding van de Minister van Ambtenarenzaken, d.d. 1 juli 2022 ;
Gelet op het protocol nr. 518 houdende de besluiten van de onderhandelingen van het Sectorcomité III - RO Justitie, op datum van 7 september 2022;
Gelet op het protocol nr. 74 van het Onderhandelingscomité voor de griffiers, referendarissen en parketjuristen van de Rechterlijke Orde, afgesloten op 7 september 2022;
Gelet op advies 72.213/1 van de Raad van State, gegeven op 6 oktober 2022, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;
Op de voordracht van de Minister van Justitie, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.In artikel 1 van het koninklijk besluit van 18 april 2021Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 18/04/2021 pub. 22/04/2021 numac 2021041017 bron federale overheidsdienst justitie Koninklijk besluit tot uitvoering van artikel 309/2, § 6, van het Gerechtelijk Wetboek sluiten tot uitvoering van artikel 309/2, § 6, van het Gerechtelijk Wetboek worden de volgende wijzigingen aangebracht: a) het eerste lid wordt vervangen als volgt: "De personeelsformatie van het secretariaat van de gedelegeerd Europese aanklagers wordt vastgesteld als volgt: 1° 2 attachés, van het niveau A;2° minimum 2 secretarissen, van niveau B; 3° maximum 4 secretarissen, van niveau B."; b) in het vierde lid wordt de eerste zin vervangen als volgt: "Bij tijdelijke verhindering van een attaché of secretaris kan de procureur-generaal bij het hof van beroep te Brussel op vraag van een gedelegeerd Europese aanklager en na advies van naar gelang het geval de hoofdsecretaris en de magistraat-korpschef, een personeelslid van niveau A van het rechtsgebied Brussel of bij het federaal parket of een personeelslid van niveau B van een parketsecretariaat dat zich situeert in het rechtsgebied Brussel voor de duur van de verhindering en met zijn toestemming aanwijzen om de verhinderde attaché of secretaris van dezelfde taalrol te vervangen.".
Art. 2.In artikel 2 van hetzelfde koninklijk besluit, wordt het vierde lid vervangen als volgt: "De kandidaat moet een beroepservaring van minstens één jaar hebben als parketjurist in een parket voor de functie van niveau A of als personeelslid in een parketsecretariaat voor de functie van niveau B.".
Art. 3.In artikel 4, tweede lid, van hetzelfde koninklijk besluit, worden de woorden "de attaché de weddeschaal zoals bepaald in artikel 370, § 1 en § 2, van het Gerechtelijk Wetboek en" ingevoegd tussen het woord "geniet" en de woorden "het personeelslid, aangewezen in niveau B".
Art. 4.De minister bevoegd voor Justitie is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 10 november 2022.
FILIP Van Koningswege : De Minister van Justitie V. VAN QUICKENBORNE