Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 10 februari 2008
gepubliceerd op 09 april 2008

Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 21 september 2006, gesloten in het Paritair Comité voor de voedingsnijverheid, betreffende de invoering van een functieclassificatie in de aardappelverwerkende nijverheid en de aardappelschilbedrijven

bron
federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg
numac
2008012086
pub.
09/04/2008
prom.
10/02/2008
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

10 FEBRUARI 2008. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 21 september 2006, gesloten in het Paritair Comité voor de voedingsnijverheid, betreffende de invoering van een functieclassificatie in de aardappelverwerkende nijverheid en de aardappelschilbedrijven (1)


ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;

Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor de voedingsnijverheid;

Op de voordracht van Onze Minister van Werk, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 21 september 2006, gesloten in het Paritaire Comité voor de voedingsnijverheid, betreffende de invoering van een functieclassificatie in de aardappelverwerkende nijverheid en de aardappelschilbedrijven.

Art. 2.Onze Minister van Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 10 februari 2008.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Werk, J. PIETTE _______ Nota (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. Bijlage Paritair Comité voor de voedingsnijverheid Collectieve arbeidsovereenkomst van 21 september 2006 Invoering van een functieclassificatie in de aardappelverwerkende nijverheid en de aardappelschilbedrijven (Overeenkomst geregistreerd op 11 januari 2007 onder het nummer 81500/CO/118.21.22) HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied

Artikel 1.§ 1. Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers en de arbeiders van de ondernemingen met als hoofdactiviteit : -het schillen en/of versnijden van aardappelen; - en/of het verwerken van aardappelen tot een halffabrikaat door koken, bakken, pureren of drogen; - en/of het produceren van een afgewerkt product in de vorm van frieten, kroketten, chips, puree, vlokken, granulaten of aanverwanten, op basis van aardappelen of van halffabrikaat op basis van aardappelen. § 2. Met "arbeiders" worden : de mannelijke en vrouwelijke arbeiders bedoeld. § 3. Deze collectieve arbeidsovereenkomst is niet van toepassing op de ondernemingen waar op ondernemingsniveau een collectieve arbeidsovereenkomst geldt die een analytische functieclassificatie inhoudt. Indien er twee of meer vakbonden vertegenwoordigd zijn in de onderneming, dient deze collectieve arbeidsovereenkomst ondertekend te worden door minstens twee van deze vakbonden.

Paritair commentaar Per 1 juli 2006 is dit het geval voor Veurne Snack Foods, Mc Cain site Grobbendonk en Farm Frites/Farmo. HOOFDSTUK II. - Begrippenkader

Art. 2.Voor de toepassing van onderhavige collectieve arbeidsovereenkomst wordt verstaan onder : 1. taak : een reeks van verrichtingen en/of handelingen die nodig is voor en gericht is op het met resultaat uitoefenen van een gedeelte van de functie;2. functie : het geheel van bijeenhorende taken en verantwoordelijkheden dat aan een arbeider binnen een bedrijf is opgedragen;3. referentiefunctie : een functie die afgeleid is uit een sectorale analyse en die als vergelijkingspunt fungeert bij de indeling van een functie in een functieklasse.De exhaustieve lijst van de referentiefuncties zoals opgenomen in de sectorale functieclassificatie (bijlage 1) en hun beschrijving (bijlage 2) maken integraal deel uit van onderhavige collectieve arbeidsovereenkomst; 4. functieweging : de weging van elke referentiefunctie op basis van de ORBA-methode;5. functieklasse : alle referentiefuncties die op basis van hun weging vallen binnen eenzelfde van de acht wegingsintervallen. HOOFDSTUK III. - Sectorale functieclassificatie

Art. 3.§ 1. De referentiefuncties werden beschreven en gewogen volgens de ORBA-methode. § 2. De referentiefuncties werden na weging op basis van de toegekende ORBA-punten in acht functieklassen ingedeeld, met als resultaat de sectorale functieclassificatie opgenomen in bijlage 1. HOOFDSTUK IV. Toepassing van de functieclassificatie op ondernemingsvlak

Art. 4.Voor elke arbeider zal de inhoud van de reële functie vergeleken worden met de inhoud van de referentiefuncties. De titel van de functie is slechts een indicatie.

De reële functies worden naar analogie met de aangehaalde referentiefuncties ingedeeld in één van de acht functieklassen zoals vermeld in de sectorale functieclassificatie (bijlage 1).

Art. 5.§ 1. De arbeider die meerdere functies uitoefent die onder dezelfde functieklasse vallen, wordt ingedeeld in dezelfde functieklasse. § 2. De arbeider die regelmatig meerdere functies uitoefent die onder verschillende functieklassen vallen, wordt in de functieklasse ingedeeld die overeenstemt met de hoogste functie, op voorwaarde dat de hogere functie, gemiddeld genomen, gedurende minstens 33 pct. van de tijd uitgeoefend wordt. § 3. De arbeider die occasioneel meerdere functies uitoefent die tot verschillende functieklassen behoren, blijft in de functieklasse ingedeeld die overeenstemt met zijn gebruikelijke functie. HOOFDSTUK V. - Communicatie

Art. 6.De werkgever deelt aan elke arbeider de referentiefunctie(s) mee uit de lijst van de referentiefuncties (bijlage 1) op basis waarvan hij in zijn functieklasse werd ingedeeld alsook diens functieklasse. De functie en de functieklasse van de arbeider worden vermeld op diens loonfiche. HOOFDSTUK VI. - Beroepsprocedure Art. 7 § 1. Iedere arbeider heeft de mogelijkheid om beroep aan te tekenen tegen zijn functiewaardering en/of indeling. § 2. Het beroep dient schriftelijk te gebeuren en zal uitsluitend gebaseerd zijn op de beschrijving van de reële functie, desnoods aangevuld met een vergelijking met andere gewaardeerde en/of ingedeelde functies. § 3. De werkgever zal gevolg geven aan het beroep door het organiseren van een vergadering. In de ondernemingen met vakbondsafvaardiging kan de betrokken werknemer zich laten bijstaan zoals bepaald in de collectieve arbeidsovereenkomst van 27 april 2005 betreffende het statuut van de syndicale afvaardiging (koninklijk besluit van 6 december 2005, Belgisch Staatsblad van 29 december 2005) (inzonderheid door toepassing van artikelen 19, 20 en 36 tot 41). In de ondernemingen zonder vakbondsafvaardiging kan de betrokkene zich laten bijstaan door de regionale secretaris van zijn vakbond. De werkgever kan zich laten bijstaan door zijn werkgeversorganisatie. Beide partijen kunnen zich laten bijstaan door de classificatiedeskundigen van hun respectieve organisaties. In gemeenschappelijk overleg kunnen zij beslissen beroep te doen op een vertegenwoordiger van de systeemhouder van de ORBA-methode. § 4. Indien er geen vergelijk gevonden wordt, kunnen de partijen beroep doen op het verzoeningsbureau van het paritair comité overeenkomstig de bepalingen van artikelen 11 tot en met 20 van het huishoudelijk reglement van het paritair comité van 17 december 2002.

Het verzoeningsbureau zal zich laten bijstaan door deskundigen van de werkgevers-federaties vertegenwoordigd in het paritair comité en de deskundigen van de representatieve werknemersorganisaties. Het verzoeningsbureau kan beslissen beroep te doen op een vertegenwoordiger van de systeemhouder van de ORBA-methode. De raad van beheer van het sociaal fonds kan beslissen de vergoeding voor de tussenkomst van de systeemhouder van de ORBA-methode ten laste te nemen. HOOFDSTUK VII. - Sociale vrede

Art. 8.De syndicale organisaties verbinden er zich toe om tot einde 2010 geen andere eisen te stellen met betrekking tot de functieclassificatie dan de toepassing van deze collectieve arbeidsovereenkomst, noch op het niveau van de deelsector noch op het niveau van de ondernemingen. HOOFDSTUK VIII. - Inwerkingtreding

Art. 9.§ 1. Deze collectieve arbeidsovereenkomst treedt in werking op 1 juli 2006 en wordt aangegaan voor onbepaalde duur. § 2. De partijen hebben vanaf 1 januari 2011 de mogelijkheid deze collectieve arbeidsovereenkomst op te zeggen bij een ter post aangetekende brief gericht aan de voorzitter van het Paritair Comité voor de voedingsnijverheid en aan de erin vertegenwoordigde organisaties mits naleving van een opzeggingstermijn van 12 maanden die ingaat op 1 januari van het jaar dat volgt op de betekening van de opzegging.

Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 10 februari 2008.

De Minister van Werk, J. PIETTE Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 10 februari 2008.

De Minister van Werk, J. PIETTE Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 10 februari 2008.

De Minister van Werk, J. PIETTE

^