Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 10 december 2012
gepubliceerd op 18 april 2013

Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 5 december 2004 houdende vaststelling van productnormen voor inwendige verbrandingsmotoren in niet voor de weg bestemde mobiele machines. - Addendum

bron
federale overheidsdienst volksgezondheid, veiligheid van de voedselketen en leefmilieu
numac
2013024120
pub.
18/04/2013
prom.
10/12/2012
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

FEDERALE OVERHEIDSDIENST VOLKSGEZONDHEID, VEILIGHEID VAN DE VOEDSELKETEN EN LEEFMILIEU


10 DECEMBER 2012. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 5 december 2004Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 05/12/2004 pub. 13/12/2004 numac 2004022890 bron federale overheidsdienst volksgezondheid, veiligheid van de voedselketen en leefmilieu Koninklijk besluit houdende normen inzake verontreinigende gasvormige en deeltjesemissies van inwendige verbrandingsmotoren voor mobiele niet voor de weg bestemde machines en tot wijziging van het koninklijk besluit van 6 maart 2002 betreffende het geluidsvermogen voor materieel voor gebruik buitenshuis sluiten houdende vaststelling van productnormen voor inwendige verbrandingsmotoren in niet voor de weg bestemde mobiele machines. - Addendum


In het koninklijk besluit van 10 december 2012 tot wijziging van het koninklijk besluit van 5 december 2004Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 05/12/2004 pub. 13/12/2004 numac 2004022890 bron federale overheidsdienst volksgezondheid, veiligheid van de voedselketen en leefmilieu Koninklijk besluit houdende normen inzake verontreinigende gasvormige en deeltjesemissies van inwendige verbrandingsmotoren voor mobiele niet voor de weg bestemde machines en tot wijziging van het koninklijk besluit van 6 maart 2002 betreffende het geluidsvermogen voor materieel voor gebruik buitenshuis sluiten houdende vaststelling van productnormen voor inwendige verbrandingsmotoren in niet voor de weg bestemde mobiele machines - addendum - van het Belgisch Staatsblad van 14 januari 2013, op pagina 1202 tussen het verslag aan de Koning en het koninklijk besluit, dient het Advies van de Raad van State worden toegevoegd : ADVIES 51.288/3 VAN 8 MEI 2012 VAN DE AFDELING WETGEVING VAN DE RAAD VAN STATE De Raad van State, afdeling Wetgeving, derde kamer, op 24 april 2012 door de Staatssecretaris voor Leefmilieu verzocht hem, binnen een termijn van dertig dagen, van advies te dienen over een ontwerp van koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 5 december 2004Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 05/12/2004 pub. 13/12/2004 numac 2004022890 bron federale overheidsdienst volksgezondheid, veiligheid van de voedselketen en leefmilieu Koninklijk besluit houdende normen inzake verontreinigende gasvormige en deeltjesemissies van inwendige verbrandingsmotoren voor mobiele niet voor de weg bestemde machines en tot wijziging van het koninklijk besluit van 6 maart 2002 betreffende het geluidsvermogen voor materieel voor gebruik buitenshuis sluiten houdende vaststelling van productnormen voor inwendige verbrandingsmotoren in niet voor de weg bestemde mobiele machines', heeft het volgende advies gegeven : 1. Met toepassing van artikel 84, § 3, eerste lid, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, heeft de afdeling Wetgeving zich toegespitst op het onderzoek van de bevoegdheid van de steller van de handeling, van de rechtsgrond, alsmede van de vraag of aan de te vervullen vormvereisten is voldaan. Strekking van het ontwerp 2. Het om advies voorgelegde ontwerp strekt ertoe het koninklijk besluit van 5 december 2004Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 05/12/2004 pub. 13/12/2004 numac 2004022890 bron federale overheidsdienst volksgezondheid, veiligheid van de voedselketen en leefmilieu Koninklijk besluit houdende normen inzake verontreinigende gasvormige en deeltjesemissies van inwendige verbrandingsmotoren voor mobiele niet voor de weg bestemde machines en tot wijziging van het koninklijk besluit van 6 maart 2002 betreffende het geluidsvermogen voor materieel voor gebruik buitenshuis sluiten houdende vaststelling van productnormen voor inwendige verbrandingsmotoren in niet voor de weg bestemde mobiele machines' te wijzigen.Met die wijziging wordt beoogd Richtlijn 2011/88/EU van het Europees Parlement en de Raad van 16 november 2011 tot wijziging van Richtlijn 97/68/EG wat betreft de voorschriften voor motoren die in het kader van de flexibele regeling in de handel zijn gebracht' om te zetten in het interne recht.

Ontvankelijkheid van de adviesaanvraag 3. Luidens het ontworpen artikel 10, § 2bis, eerste lid, van het koninklijk besluit van 5 december 2004Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 05/12/2004 pub. 13/12/2004 numac 2004022890 bron federale overheidsdienst volksgezondheid, veiligheid van de voedselketen en leefmilieu Koninklijk besluit houdende normen inzake verontreinigende gasvormige en deeltjesemissies van inwendige verbrandingsmotoren voor mobiele niet voor de weg bestemde machines en tot wijziging van het koninklijk besluit van 6 maart 2002 betreffende het geluidsvermogen voor materieel voor gebruik buitenshuis sluiten kan de keuringsinstantie toestemming geven voor het in de handel brengen van bepaalde motoren voor railvoertuigen en locomotieven (artikel 4, 2°, van het ontwerp). De rechtsgrond voor die ontworpen bepaling wordt geboden door artikel 5, § 1, eerste lid, 2°, van de wet van 21 december 1998Relevante gevonden documenten type wet prom. 21/12/1998 pub. 11/02/1999 numac 1998022861 bron ministerie van sociale zaken, volksgezondheid en leefmilieu Wet betreffende de productnormen ter bevordering van duurzame productie- en consumptiepatronen en ter bescherming van het leefmilieu en de volksgezondheid type wet prom. 21/12/1998 pub. 03/09/2009 numac 2009000546 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende productnormen ter bevordering van duurzame productie- en consumptiepatronen en ter bescherming van het leefmilieu en de volksgezondheid. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten betreffende de productnormen ter bevordering van duurzame productie- en consumptiepatronen en ter bescherming van het leefmilieu, de volksgezondheid en de werknemers'. Naar luid van die bepaling kan de Koning, teneinde het leefmilieu, de volksgezondheid of de werknemers te beschermen en duurzame productie- en consumptiepatronen te bevorderen, maatregelen nemen om onder meer het op de markt brengen van een product afhankelijk te maken van een voorafgaande toelating, alsook de voorwaarden te bepalen waaronder die toelatingen kunnen worden verleend, opgeschort of ingetrokken. Op grond van artikel 5, § 1, tweede lid, van de wet van 21 december 1998Relevante gevonden documenten type wet prom. 21/12/1998 pub. 11/02/1999 numac 1998022861 bron ministerie van sociale zaken, volksgezondheid en leefmilieu Wet betreffende de productnormen ter bevordering van duurzame productie- en consumptiepatronen en ter bescherming van het leefmilieu en de volksgezondheid type wet prom. 21/12/1998 pub. 03/09/2009 numac 2009000546 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende productnormen ter bevordering van duurzame productie- en consumptiepatronen en ter bescherming van het leefmilieu en de volksgezondheid. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten moeten de besluiten genomen ter uitvoering van artikel 5, § 1, eerste lid, 2°, van diezelfde wet, worden vastgesteld na overleg in Ministerraad.

In de adviesaanvraag wordt vermeld dat geen « kopij van de notificatie van de beraadslaging in de Ministerraad [is] bijgevoegd, vermits het ontwerp niet dient vastgesteld te worden na overleg in de Ministerraad ».

Om de hiervoor gegeven redenen kan met die zienswijze niet worden ingestemd.

Het voorgeschreven collegiale overleg in de Ministerraad kan niet worden gelijkgesteld met een « voorafgaand vormvereiste » in de zin van artikel 84, § 3, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State. Dat overleg is immers bedoeld om alle ministers de gelegenheid te bieden van gedachten te wisselen over een voorgelegd ontwerpbesluit en mee te werken aan het opstellen ervan. Pas wanneer een consensus bereikt is, kan een ontwerp van koninklijk besluit worden beschouwd als zijnde in zoverre gereed dat het om advies kan worden voorgelegd aan de afdeling Wetgeving van de Raad van State. Een minister kan dat advies bijgevolg niet aanvragen voordat over het ontwerp van koninklijk besluit is overlegd in de Ministerraad en voordat het in voorkomend geval is aangepast als gevolg van dat overleg.

Daaruit volgt dat de adviesaanvraag wat betreft artikel 4, 2°, van het ontwerp, in zoverre het ertoe strekt in het koninklijk besluit van 5 december 2004Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 05/12/2004 pub. 13/12/2004 numac 2004022890 bron federale overheidsdienst volksgezondheid, veiligheid van de voedselketen en leefmilieu Koninklijk besluit houdende normen inzake verontreinigende gasvormige en deeltjesemissies van inwendige verbrandingsmotoren voor mobiele niet voor de weg bestemde machines en tot wijziging van het koninklijk besluit van 6 maart 2002 betreffende het geluidsvermogen voor materieel voor gebruik buitenshuis sluiten een artikel 10, § 2bis, in te voegen, voorbarig, en bijgevolg, niet ontvankelijk is.

Rechtsgrond 4. De rechtsgrond voor de overige bepalingen van het ontworpen besluit wordt geboden door de artikelen 5, § 1, eerste lid, 1° en 3°, en 19bis, § 3, 1°, van de wet van 21 december 1998Relevante gevonden documenten type wet prom. 21/12/1998 pub. 11/02/1999 numac 1998022861 bron ministerie van sociale zaken, volksgezondheid en leefmilieu Wet betreffende de productnormen ter bevordering van duurzame productie- en consumptiepatronen en ter bescherming van het leefmilieu en de volksgezondheid type wet prom. 21/12/1998 pub. 03/09/2009 numac 2009000546 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende productnormen ter bevordering van duurzame productie- en consumptiepatronen en ter bescherming van het leefmilieu en de volksgezondheid. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten. Vormvereisten 5. Uit het dossier blijkt niet dat het ontwerp het voorwerp heeft uitgemaakt van het voorafgaande onderzoek voorgeschreven bij artikel 19/1, § 1, van de wet van 5 mei 1997Relevante gevonden documenten type wet prom. 05/05/1997 pub. 18/06/1997 numac 1997021155 bron diensten van de eerste minister 5 MEI 1997 Wet betreffende de coördinatie van het federale beleid inzake duurzame ontwikkeling sluiten betreffende de coördinatie van het federale beleid inzake duurzame ontwikkeling'.Dat onderzoek dient derhalve nog te gebeuren.

Indien het voorafgaande onderzoek het vereist, dient overeenkomstig artikel 19/2 van die wet ook een duurzame ontwikkelingseffectbeoordeling plaats te vinden.

Onderzoek van de tekst Aanhef 6. In het eerste lid van de aanhef dient de wet van 21 december 1998Relevante gevonden documenten type wet prom. 21/12/1998 pub. 11/02/1999 numac 1998022861 bron ministerie van sociale zaken, volksgezondheid en leefmilieu Wet betreffende de productnormen ter bevordering van duurzame productie- en consumptiepatronen en ter bescherming van het leefmilieu en de volksgezondheid type wet prom. 21/12/1998 pub. 03/09/2009 numac 2009000546 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende productnormen ter bevordering van duurzame productie- en consumptiepatronen en ter bescherming van het leefmilieu en de volksgezondheid. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten met zijn juiste opschrift te worden vermeld ( wet van 21 december 1998Relevante gevonden documenten type wet prom. 21/12/1998 pub. 11/02/1999 numac 1998022861 bron ministerie van sociale zaken, volksgezondheid en leefmilieu Wet betreffende de productnormen ter bevordering van duurzame productie- en consumptiepatronen en ter bescherming van het leefmilieu en de volksgezondheid type wet prom. 21/12/1998 pub. 03/09/2009 numac 2009000546 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende productnormen ter bevordering van duurzame productie- en consumptiepatronen en ter bescherming van het leefmilieu en de volksgezondheid. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten betreffende de productnormen ter bevordering van duurzame productie- en consumptiepatronen en ter bescherming van het leefmilieu, de volksgezondheid en de werknemers). Voordrachtformule 7. Aangezien het de bedoeling is dat de Vice-Eerste Minister en Minister van Binnenlandse Zaken het te nemen besluit mede ondertekent, dient zij dit besluit ook mede voor te dragen. Artikelen 3 en 4 8. In de Nederlandse tekst van het ontworpen artikel 3, § 6 (artikel 3 van het ontwerp) en van het ontworpen artikel 10, § 2bis (artikel 4 van het ontwerp), wordt de ene keer gewag gemaakt van een « motortreinstel » en de andere keer van « railvoertuigen ».In de voornoemde Richtlijn 2011/88/EU en in de overige bepalingen van het koninklijk besluit van 5 december 2004Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 05/12/2004 pub. 13/12/2004 numac 2004022890 bron federale overheidsdienst volksgezondheid, veiligheid van de voedselketen en leefmilieu Koninklijk besluit houdende normen inzake verontreinigende gasvormige en deeltjesemissies van inwendige verbrandingsmotoren voor mobiele niet voor de weg bestemde machines en tot wijziging van het koninklijk besluit van 6 maart 2002 betreffende het geluidsvermogen voor materieel voor gebruik buitenshuis sluiten wordt daarentegen enkel gewag gemaakt van de term « motortreinstel ». Met het oog op de uniformiteit dient in de ontworpen bepalingen uitsluitend gewag te worden gemaakt van de term « motortreinstel ».

Artikel 7 9. Luidens artikel 7 van het ontwerp treedt het te nemen besluit in werking op 10 februari 2012 (lees : heeft het (te nemen) besluit uitwerking met ingang van 10 februari 2012). In dat verband moet worden opgemerkt dat het verlenen van terugwerkende kracht aan besluiten slechts onder bepaalde voorwaarden toelaatbaar kan worden geacht. Dat is het geval indien er voor de retroactiviteit een wettelijke grondslag bestaat, de retroactiviteit betrekking heeft op een regeling die, met inachtneming van het gelijkheidsbeginsel, voordelen toekent, of in zoverre de retroactiviteit noodzakelijk is voor de continuïteit of de goede werking van het bestuur en daardoor, in beginsel, geen verkregen situaties worden aangetast. Enkel indien de retroactiviteit van de betrokken bepalingen in één van de opgesomde gevallen valt in te passen, kan deze worden gebillijkt (1). (1) In dat verband wenst de Raad van State de stellers van het ontwerp erop te wijzen dat artikel 2, lid 1, eerste alinea, van Richtlijn 2011/88/EU bepaalt dat de lidstaten de nodige wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen die deze richtlijn implementeren slechts dienen vast te stellen uiterlijk op 24 november 2012. De kamer was samengesteld uit : De heren : P. Lemmens, kamervoorzitter;

J. Smets et B. Seutin, staatsraden;

J. Velaers, assessor van de afdeling Wetgeving;

Mevr. G. Verberckmoes, griffier.

Het verslag werd uitgebracht door Mevrouw K. Bams, eerste auditeur. (...) De griffier, G. Verberckmoes.

De voorzitter, P. Lemmens.

De Vice-Eerste Minister en Minister van Binnenlandse Zaken en Gelijke Kansen, Mevr. J. MILQUET De Staatssecretaris voor Leefmilieu, Energie en Mobiliteit, toegevoegd aan de Minister van Binnenlandse Zaken en Gelijke Kansen, en Staatssecretaris voor Staatshervorming, M. WATHELET

^