gepubliceerd op 16 juli 2010
Koninklijk besluit betreffende de toepassingsmodaliteiten van de vrijstelling van de minderwaarden bedoeld in artikel 48/1 van het Wetboek op de inkomstenbelastingen 1992
9 JULI 2010. - Koninklijk besluit betreffende de toepassingsmodaliteiten van de vrijstelling van de minderwaarden bedoeld in artikel 48/1 van het Wetboek op de inkomstenbelastingen 1992
VERSLAG AAN DE KONING Sire, De wet van 31 januari 2009 betreffende de continuïteit van de ondernemingen voegt in het Wetboek op de inkomstenbelastingen 1992 een artikel 48/1 in dat stelt dat « de winst die voortvloeit uit de minderwaarden die door de schuldenaar zijn opgetekend op bestanddelen van het passief ten gevolge van de homologatie van een reorganisatieplan door de rechtbank of ten gevolge van de vaststelling door de rechtbank van een minnelijk akkoord krachtens de wet van 31 januari 2009 » wordt vrijgesteld volgens de nadere toepassingsregels die de Koning vaststelt.
Het besluit dat wij ter ondertekening aan Uwe Majesteit voorleggen heeft tot doel deze toepassingsregels vast te stellen.
Artikel 1 van dit besluit voegt een nieuw artikel 27/1 in het KB/WIB 92 in dat in zijn paragraaf 1 stelt dat de in artikel 48/1, WIB 92 vermelde vrijstelling van toepassing is voor het aanslagjaar dat is verbonden aan het belastbare tijdperk tijdens hetwelk het reorganisatieplan of het minnelijk akkoord volledig is uitgevoerd voor zover de belastingplichtige een kopie van het desbetreffend vonnis gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad overlegt en aantoont dat het plan of akkoord volledig is uitgevoerd.
Naar aanleiding van het advies van de Raad van State wordt in de tekst zelf van dit besluit verduidelijkt welk vonnis wordt bedoeld; het betreft : 1° wat de homologatie van een reorganisatieplan betreft, het vonnis in uitvoering van het artikel 55 van de wet van 31 januari 2009 betreffende de continuïteit van ondernemingen;2° en, wat de reorganisatie door een minnelijk akkoord betreft, het vonnis in uitvoering van het artikel 43 van dezelfde wet. In het voormeld artikel 27/1, paragraaf 1, KB/WIB 92 wordt tevens het beginsel vastgelegd dat de vrijstelling slechts geldt wanneer het reorganisatieplan of het minnelijk akkoord volledig is uitgevoerd.
Artikel 27/1, paragraaf 2, eerste lid, KB/WIB 92, voorziet evenwel in een afwijking op het bovenvermeld beginsel in die zin dat het een tijdelijke vrijstelling instelt voor het aanslagjaar dat is verbonden aan het belastbare tijdperk tijdens hetwelk het vonnis dat het reorganisatieplan homologeert of het minnelijk akkoord vaststelt, is gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad en het behoud van die vrijstelling voor de volgende aanslagjaren voor zover bepaalde voorwaarden worden nageleefd.
Paragraaf 2, tweede lid, van artikel 27/1, KB/WIB 92 bepaalt dat de voorheen vrijgestelde winst als winst wordt aangemerkt van het belastbare tijdperk gedurende hetwelk één van de voorwaarden niet of niet langer wordt nageleefd.
Tenslotte stelt paragraaf 2, derde lid van artikel 27/1, KB/WIB 92 dat de sommen die tijdelijk zijn vrijgesteld, definitief vrijgesteld zijn wanneer het reorganisatieplan of het minnelijk akkoord volledig is uitgevoerd en dit voor zover de desbetreffende voorwaarde wordt nageleefd.
Paragraaf 3 van artikel 27/1, KB/WIB 92 stelt dat de ter staving van de vrijstelling vereiste verantwoordingsstukken moeten worden gevoegd bij de belastingaangifte die de belastingplichtige overeenkomstig artikel 305, WIB 92 moet overleggen voor het belastbare tijdperk waarvoor de belastingplichtige de vrijstelling wenst te bekomen of te behouden. Er wordt opgemerkt dat de belastingplichtige die een afschrift van het desbetreffende vonnis heeft overgelegd om de tijdelijke vrijstelling te bekomen uiteraard niet gehouden is dit voor een tweede keer over te leggen voor de periode waarvoor hij de definitieve vrijstelling vraagt.
Artikel 2 van dit besluit in ontwerp brengt in artikel 74, tweede lid, 1°, KB/WIB 92 de gepaste wijzigingen aan.
Dit besluit is van toepassing op de homologaties van een reorganisatieplan of op de vaststellingen van een minnelijk akkoord gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad vanaf 1 april 2009, datum van de inwerkingtreding van de wet van 31 januari 2009 betreffende de continuïteit van de ondernemingen.
Ik heb de eer te zijn, Sire, Van Uwe Majesteit, de zeer eerbiedige en zeer getrouwe dienaar, De Vice-Eerste Minister en Minister van Financiën, D. REYNDERS
ADVIES 48.180.1 VAN 11 MEI 2010 VAN DE AFDELING WETGEVING VAN DE RAAD VAN STATE De Raad van State, afdeling Wetgeving, eerste kamer, op 26 april 2010 door de Minister van Financiën verzocht hem, binnen een temijn van dertig dagen, van advies te dienen over een ontwerp van koninklijk besluit "over de toepassingsregels van de vrijstelling van opgetekende minderwaarden bedoeld in artikel 48/1 van het Wetboek op de inkomstenbelastingen 1992 krachtens de wet van 31 januari 2009 betreffende de continiuïteit van de onderneningen", heeft het volgende advies gegeven : Rekening houdend met het ogenblik waarop dit advies gegeven wordt, vestigt de Raad van State de aandacht van de regering op het feit dat de ontstentenis van de controle die het Parlement krachtens de Grondwet moet kunnen uitoefenen, tot gevolg heeft dat de regering niet over de volheid van haar bevoegdheid beschikt. Dit advies wordt evenwel gegeven zonder dat wordt nagegaan of dit ontwerp in die beperkte bevoegdheid kan worden ingepast, aangezien de afdeling Wetgeving geen kennis heeft van het geheel van de feitelijke gegevens welke de regering in aanmerking kan nemen als ze te oordelen heeft of het vaststellen of het wijzigen van een verordening noodzakelijk is.
Strekking en rechtsgrond van het ontwerp Het om advies voorgelegde ontwerp van koninklijk besluit strekt ertoe de toepassingsregels vast te stellen voor de vrijstelling van opgetekende minderwaarden bedoeld in artikel 48/1 van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 (hierna : WIB 92), zoals die bepaling werd ingevoegd bij de wet van 31 januari 2009 betreffende de continuïteit van de ondernemingen.
Het voornoemde artikel 48/1 WlB 92 biedt rechtsgrond voor de ontworpen regeling en luidt : « De winst die voortvloeit uit de minderwaarden die door de schuldenaar zijn opgetekend op bestanddelen van het passief ten gevolge van de homologatie van een reorganisatieplan door de rechtbank of ten gevolge van de vaststelling door de rechtbank van een minnelijk akkoord krachtens de wet van 31 januari 2009 betreffende de continuïteit van de ondernemingen wordt vrijgesteld volgens de nadere toepassingsregels die de Koning vaststelt. » (1) Onderzoek van de tekst Aanhef Volgens de richtlijnen inzake wetgevingstechniek is het niet zinvol om in de aanhef de vroegere wijzigingen te vermelden van de regeling die wordt gewijzigd. Het is evenmin nodig de nummers te vermelden van de artikelen waarop de wijziging betrekking heeft. Een wijziging kan immers eveneens bestaan in de toevoeging van nieuwe bepalingen aan de gewijzigde tekst. Bovendien zullen de betrokken artikelen en de vermelding van hun vroegere wijzigingen herkenbaar zijn bij het lezen van de wijzigingsbepalingen van het ontworpen besluit (2). Men schrappe derhalve in het tweede lid van de aanhef de woorden ", artikel 74, tweede lid, 1°, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 17 september 2005 en van 11 december 2006".
Artikel 1 1. In diverse onderdelen van het ontworpen artikel 27/1 van het KB/WIB 92, wordt gerefereerd aan een in het Belgisch Staatsblad bekendgemaakt vonnis, zonder dat evenwel duidelijk wordt vermeld om welk vonnis het gaat. Naar het zeggen van de gemachtigde zou het in het ontworpen artikel 27/1, eerste lid, gaan om het vonnis bedoeld in artikel 43 van de wet van 31 januari 2009, terwijl in het ontworpen artikel 27/1, tweede lid, het vonnis bedoeld in artikel 55 van de voornoemde wet wordt beoogd. In het ontworpen artikel 27/1, vijfde lid, zou een vonnis in de zin van artikel 40 van de wet van 31 januari 2009 worden bedoeld.
Het verdient aanbeveling, ter wille van de leesbaarheid en de begrijpelijkheid van het ontwerp, dat ofwel in de tekst van het ontwerp, ofwel in het verslag aan de Koning telkens zou worden geëxpliciteerd welke vonnissen precies worden beoogd in welke bepaling. 2. In het ontworpen artikel 27/1, eerste en vijfde lid, wordt melding gemaakt van een vonnis dat "volledig is uitgevoerd of werd beëindigd". Een vonnis kan een procedure beëindigen, maar het is niet duidelijk wat dient te worden verstaan onder de "beëindiging" van een vonnis. De tekst van het ontwerp dient op dit punt te worden aangepast.
Artikel 3 In het verslag aan de Koning wordt met betrekking tot de bepaling van inwerkingtreding het volgende vermeld : « Dit besluit is van toepassing op de homologaties van een reorganisatieplan of op de vaststellingen van een minnelijk akkoord gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad vanaf 1 april 2009, datum van de inwerkingtreding van de wet van 31 januari 2009 betreffende de continuïteit van de ondernemingen. » Deze vermelding dient met zoveel woorden te worden geïntegreerd in artikel 3 van het ontwerp.
De kamer was samengesteld uit : De heren : M. Van Damme, kamervoorzitter;
J. Baert en W. Van Vaerenbergh, staatsraden;
M. Rigaux en L. Denys, assessoren van de afdeling Wetgeving;
Mevr. A. Beckers, griffier.
Het verslag werd uitgebracht door Mevr. A. Somers, adjunct-auditeur.
De griffier, A. Beckers.
De voorzitter, M. Van Damme. _______ Nota's (1) Deze bepaling werd in ontwerpvorm niet om advies voorgelegd aan de Raad van State, afdeling wetgeving.De Raad heeft zich derhalve niet kunnen uitspreken omtrent, onder meer, de overeenstemming van die bepaling met het legaliteitsbeginsel in fiscale zaken. (2) Beginselen van de wetgevingstechniek.Handleiding voor het opstellen van wetgevende en reglementaire teksten, Raad van State, 2008, nr. 30, formule F 3-3, te raadplegen op de internetsite van de Raad van State (www.raadvst-consetat.be).
9 JULI 2010. - Koninklijk besluit betreffende de toepassingsmodaliteiten van de vrijstelling van de minderwaarden bedoeld in artikel 48/1 van het Wetboek op de inkomstenbelastingen 1992 (1) ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992, artikel 48/1, ingevoegd bij de wet van 31 januari 2009;
Gelet op het KB/WIB 92;
Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 18 maart 2010;
Gelet op het akkoord van Onze Staatssecretaris voor Begroting van 22 april 2010;
Gelet op het advies 48.180/1 van de Raad van State, gegeven op 11 mei 2010, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 1°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;
Op de voordracht van Onze Vice-Eerste Minister en Minister van Financiën, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.In Hoofdstuk I van het KB/WIB 92 wordt een Afdeling IXbis ingevoegd met als opschrift "Vrijstelling van de winst die voortvloeit uit minderwaarden die zijn opgetekend ten gevolge van de homologatie van een reorganisatieplan of ten gevolge van de vaststelling van een minnelijk akkoord (Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992, artikel 48/1)" en die een artikel 27/1 bevat, luidende : «
Art. 27/1.§ 1. De in artikel 48/1 van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 bedoelde vrijstelling is van toepassing voor het aanslagjaar dat is verbonden aan het belastbare tijdperk tijdens hetwelk het reorganisatieplan of het minnelijk akkoord volledig is uitgevoerd voor zover de belastingplichtige een afschrift overlegt van het in het Belgisch Staatsblad bekend gemaakte vonnis dat in uitvoering van artikel 55 van de wet van 31 januari 2009 betreffende de continuïteit van de ondernemingen, het reorganisatieplan homologeert of dat in uitvoering van artikel 43 van die wet het minnelijk akkoord vaststelt en hij aantoont dat dit plan of dit akkoord volledig is uitgevoerd. § 2. In afwijking van paragraaf 1, is de in artikel 48/1 van hetzelfde Wetboek bedoelde vrijstelling van toepassing voor het aanslagjaar dat is verbonden aan het belastbare tijdperk tijdens hetwelk het vonnis dat in uitvoering van de artikelen 43 of 55 van dezelfde wet van 31 januari 2009 in het Belgisch Staatsblad is bekend gemaakt en wordt die vrijstelling behouden voor de volgende aanslagjaren voor zover : 1° de vrijgestelde winst geboekt is en blijft op een afzonderlijke rekening van het passief van de balans tot op de datum waarop het reorganisatieplan of het minnelijk akkoord volledig is uitgevoerd;2° de vrijgestelde winst niet tot grondslag voor de berekening van enige beloning of toekenning dient tot op de datum waarop het reorganisatieplan of het minnelijk akkoord volledig is uitgevoerd;3° de belastingplichtige die aanspraak maakt op de vrijstelling, een afschrift van het in het Belgisch Staatsblad bekend gemaakte desbetreffend vonnis overlegt;4° de belastingplichtige die voor enig belastbare tijdperk aanspraak maakt op het behoud van de vrijstelling een document overlegt waaruit blijkt dat het reorganisatieplan of het minnelijk akkoord nog niet volledig is uitgevoerd en nog steeds wordt nageleefd bij het afsluiten van het desbetreffende belastbare tijdperk. Ingeval een of andere van deze voorwaarden gedurende enig belastbaar tijdperk niet langer wordt nageleefd of ontbreekt, wordt de voorheen vrijgestelde winst aangemerkt als winst van dat belastbare tijdperk.
De sommen die overeenkomstig het eerste lid tijdelijk zijn vrijgesteld, zijn definitief vrijgesteld onder de in paragraaf 1 bedoelde voorwaarden vanaf het aanslagjaar dat verband houdt met het belastbare tijdperk tijdens hetwelk het reorganisatieplan of het minnelijk akkoord volledig is uitgevoerd. § 3. De in paragraaf 1 en in paragraaf 2, eerste lid, 3° en 4°, bedoelde documenten moeten worden toegevoegd aan de in artikel 305 van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 bedoelde aangifte die betrekking heeft op het belastbare tijdperk waarvoor de belastingplichtige de vrijstelling wenst te bekomen of te behouden. »
Art. 2.In artikel 74, tweede lid, 1°, van hetzelfde besluit, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 17 september 2005 en van 11 december 2006, wordt voor het eerste streepje een streepje toegevoegd, luidende : « - de winst die voortvloeit uit de minderwaarden die door de schuldenaar zijn opgetekend op bestanddelen van het passief ten gevolge van de homologatie van een reorganisatieplan door de rechtbank of ten gevolge van de vaststelling door de rechtbank van een minnelijk akkoord krachtens de wet van 31 januari 2009 betreffende de continuïteit van de ondernemingen, voor het aanslagjaar dat verband houdt met het belastbare tijdperk tijdens hetwelk het reorganisatieplan of het minnelijk akkoord volledig is uitgevoerd voor zover de in artikel 27/1 bedoelde voorwaarden worden nageleefd; ».
Art. 3.Dit besluit is van toepassing op de homologaties van een reorganisatieplan of op de vaststellingen van een minnelijk akkoord gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad vanaf 1 april 2009, datum van de inwerkingtreding van de wet van 31 januari 2009 betreffende de continuïteit van de ondernemingen.
Art. 4.Onze Minister die bevoegd is voor Financiën, is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 9 juli 2010.
ALBERT Van Koningswege : De Vice-Eerste Minister en Minister van Financiën, D. REYNDERS _______ Nota (1) Verwijzingen naar het Belgisch Staatsblad : Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992, gecoördineerd bij koninklijk besluit van 10 april 1992, Belgisch Staatsblad van 30 juli 1992. Koninklijk besluit tot uitvoering van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992, Belgisch Staatsblad van 13 september 1993.
Wet van 31 januari 2009 betreffende de continuïteit van de ondernemingen, Belgisch Staatsblad van 29 februari 2009.
Wetten op de Raad van State, gecoördineerd bij koninklijk besluit van 12 januari 1973, Belgisch Staatsblad van 21 maart 1973.