9 JANUARI 2007. - Koninklijk besluit houdende wijziging van het koninklijk besluit van 22 december 2000 betreffende de selectie en de loopbaan van het rijkspersoneel

ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de artikelen 37 en 107, tweede lid, van de Grondwet;

Gelet op het koninklijk besluit van 22 december 2000 betreffende de selectie en de loopbaan van het rijkspersoneel, inzonderheid op de artikelen 2 en 3, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 16 november 2001;

Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 23 februari 2006;

Gelet op het protocol nr. 560 van 6 juli 2006 van het Comité voor de federale, de gemeenschaps- en de gewestelijke overheidsdiensten;

Gelet op het advies 41.254/3 van de Raad van State, gegeven op 21 november 2006;

Op de voordracht van Onze Minister van Ambtenarenzaken en op advies van Onze in Raad vergaderde Ministers, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.In artikel 2 van het koninklijk besluit van 22 december 2000 betreffende de selectie en de loopbaan van het rijkspersoneel, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 16 november 2001, worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° in de Franse tekst, wordt het eerste lid vervangen als volgt : « Il est créé une commission de concertation relative aux procédures de sélection présidée par l'administrateur délégué ou son représentant.» 2° het tweede lid wordt vervangen als volgt : « Die commissie is samengesteld uit : 1° de afgevaardigd bestuurder en een houder van een managementfunctie - 2 bij SELOR - Selectiebureau van de Federale Overheid;2° de directeur-generaal van het Opleidingsinstituut van de Federale Overheid of zijn afgevaardigde;3° twee ambtenaren van niveau A van de Federale Overheidsdienst Personeel en Organisatie respectievelijk belast met de wervingspolitiek en de loopbaanontwikkeling;4° twee vertegenwoordigers van elke representatieve vakorganisatie als bedoeld bij artikel 7 van de wet van 19 december 1974 tot regeling van de betrekkingen tussen de overheid en de vakbonden van haar personeel. »

Art. 2.Artikel 3 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 16 november 2001, wordt vervangen als volgt : «

Art. 3.§ 1. Er wordt onder het voorzitterschap van de afgevaardigd bestuurder of zijn vertegenwoordiger een adviescommissie voor selectie opgericht.

De adviescommissie is samengesteld uit : 1° de afgevaardigd bestuurder;2° een houder van een managementfunctie - 2 bij SELOR - Selectiebureau van de Federale Overheid;3° twee professoren, waarvan een Nederlandstalige en een Franstalige, van het universitair onderwijs of van het hoger onderwijs van twee cycli, benoemd om hun bevoegdheid in het domein van het human resourcesmanagement;4° twee professoren, waarvan een Nederlandstalige en een Franstalige, van het universitair onderwijs of van het hoger onderwijs van twee cycli, benoemd om hun bevoegdheid in het domein van de beoordeelkunde;5° twee ambtenaren van tenminste niveau A, een Nederlandstalige en een Franstalige, belast met de werving in een overheidsdienst behorende tot het federaal administratief openbaar ambt;6° twee leraren, waarvan een Nederlandstalige en een Franstalige, met een universitair diploma of een diploma van het hoger onderwijs van twee cycli, benoemd om hun bevoegdheid in het domein van het leerproces van één van de landstalen hetzij als moedertaal hetzij als tweede taal. De leden worden door Ons benoemd op voordracht van de Minister van Ambtenarenzaken. Hun mandaat duurt zes jaar en is hernieuwbaar. § 2. De adviescommissie heeft tot taak : 1° adviezen uit te brengen omtrent : a) de wetenschappelijke gegrondheid en de doeltreffendheid van selectiemethodes en instrumenten, met inbegrip van klachten hieromtrent;b) de gedrags- en beroepscode die voor alle vormen van selectie in acht moet worden genomen;2° voorstellen te doen met het oog op de uniformisering of de verbetering van de selectieprocedures;3° op verzoek van de Minister van Ambtenarenzaken, advies uit te brengen omtrent de proeven waaraan de kandidaten zijn onderworpen. De adviescommissie kan personen die in een bepaald domein bijzonder bevoegd zijn, uitnodigen om de vergaderingen bij te wonen.

De conclusies van de commissie worden na elke vergadering opgenomen in een proces-verbaal dat aan de Minister van Ambtenarenzaken wordt overgemaakt. § 3. Het uitwerken of wijzigen van het selectie-instrumentarium wordt door de afgevaardigd bestuurder van SELOR aan het advies van de commissie voorgelegd. § 4. De commissie vergadert ten minste zesmaal per jaar of op verzoek van de Minister van Ambtenarenzaken. »

Art. 3.Dit besluit treedt in werking de dag waarop het in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt.

Art. 4.Onze Minister van Ambtenarenzaken is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 9 januari 2007.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Ambtenarenzaken, Ch. DUPONT