gepubliceerd op 24 februari 2000
Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 74 van 17 november 1999, gesloten in de Nationale Arbeidsraad, betreffende het behoud van het normaal loon van de wettelijk samenwonende werknemers voor de afwezigheidsdagen ter gelegenheid van bepaalde familiegebeurtenissen
7 FEBRUARI 2000. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 74 van 17 november 1999, gesloten in de Nationale Arbeidsraad, betreffende het behoud van het normaal loon van de wettelijk samenwonende werknemers voor de afwezigheidsdagen ter gelegenheid van bepaalde familiegebeurtenissen (1)
ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op de artikelen 18 en 28;
Gelet op het verzoek van de Nationale Arbeidsraad;
Op de voordracht van Onze Minister van Werkgelegenheid, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst nr. 74 van 17 november 1999, gesloten in de Nationale Arbeidsraad, betreffende het behoud van het normaal loon van de wettelijk samenwonende werknemers voor de afwezigheidsdagen ter gelegenheid van bepaalde familiegebeurtenissen.
Art. 2.Onze Minister van Werkgelegenheid is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 7 februari 2000.
ALBERT Van Koningswege : De Minister van Werkgelegenheid, Mevr L. ONKELINX _______ Nota (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. Bijlage Nationale Arbeidsraad Collectieve arbeidsovereenkomst nr. 74 van 17 november 1999, gesloten in de Nationale Arbeidsraad, betreffende het behoud van het normaal loon van de wettelijk samenwonende werknemers voor de afwezigheidsdagen ter gelegenheid van bepaalde familiegebeurtenissen Geregistreerd op 10 januari 2000 onder het nr. 53436/CO/300 Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités;
Gelet op advies nr. 1.287 van 17 november 1999 betreffende de toekenning van kort verzuim aan samenwonende werknemers;
Overwegende dat de wetgever bij wet van 23 november 1998 de wettelijke samenwoning heeft ingevoerd;
Overwegende dat ervoor gezorgd moet worden dat wettelijk samenwonenden recht hebben op het behoud van het normale loon wanneer zij deelnemen aan belangrijke familiegebeurtenissen;
Hebben de navolgende interprofessionele organisaties van werkgevers en van werknemers : - het Verbond van Belgische Ondernemingen; - de nationale middenstandsorganisaties erkend overeenkomstig de wetten betreffende de organisatie van de Middenstand, gecoördineerd op 28 mei 1979; - de Belgische Boerenbond; - "la Fédération nationale des Unions professionnelles agricoles"; - "l'Alliance agricole belge"; - het Algemeen Christelijk Vakverbond van België; - het Algemeen Belgisch Vakverbond; - de Algemene Centrale der Liberale Vakbonden van België, op 17 november 1999 in de Nationale Arbeidsraad de volgende collectieve arbeidsovereenkomst gesloten.
Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werknemers tewerkgesteld op grond van een arbeidsovereenkomst bedoeld bij de wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten of bij de wet van 1 april 1936 op de arbeidsovereenkomst wegens dienst op binnenschepen en die wettelijk samenwonen met een andere persoon alsook op de werkgevers die hen tewerkstellen.
Onder wettelijke samenwoning wordt verstaan, de toestand van samenleven van twee personen, zoals bedoeld in de wet van 23 november 1998 tot invoering van de wettelijke samenwoning.
Commentaar De wet van 23 november 1998 voegt in het Burgerlijk Wetboek een hoofdstuk betreffende de wettelijke samenwoning in.
Art. 2.De persoon die wettelijk samenwoont met de werknemer wordt met de echtgenoot/echtgenote van de werknemer gelijkgesteld voor de toepassing van : - het koninklijk besluit van 28 augustus 1963 betreffende het behoud van het normaal loon van de werklieden, de dienstboden, de bedienden en de werknemers aangeworven voor de dienst op binnenschepen, voor afwezigheidsdagen ter gelegenheid van familiegebeurtenissen of voor de vervulling van staatsburgerlijke verplichtingen of van burgerlijke opdrachten; - de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 16 van 24 oktober 1974 betreffende het behoud van het normaal loon van de werknemers voor de afwezigheidsdagen ter gelegenheid van bepaalde familiegebeurtenissen.
Commentaar De wetgeving biedt de werknemers de mogelijkheid afwezig te zijn met behoud van het normale loon ter gelegenheid van bepaalde familiegebeurtenissen die plaatshebben in de familie van hun echtgenoot/echtgenote. Deze overeenkomst heeft tot doel dat recht uit te breiden tot de werknemers die wettelijk samenwonen. Er wordt dus voorzien in een uitbreiding door gelijkstelling, die betrekking heeft op alle reeds bestaande gevallen van afwezigheid met behoud van loon ter gelegenheid van familiegebeurtenissen in de familie van de echtgenoot/echtgenote.
Art. 3.Deze overeenkomst is gesloten voor onbepaalde tijd.
Zij treedt in werking op de dag waarop de wet van 23 november 1998 tot invoering van de wettelijke samenwoning in werking treedt.
Zij treedt buiten werking op de datum van inwerkingtreding van het koninklijk besluit waarbij het beginsel van de gelijkstelling van wettelijk samenwonenden met gehuwden wordt opgenomen in het koninklijk besluit van 28 augustus 1963 betreffende het behoud van het normaal loon van de werklieden, de dienstboden, de bedienden en de werknemers aangeworven voor de dienst op binnenschepen, voor afwezigheidsdagen ter gelegenheid van familiegebeurtenissen of voor de vervulling van staatsburgerlijke verplichtingen of van burgerlijke opdrachten.
Zij kan op verzoek van de meest gerede ondertekenende partij worden herzien of opgezegd, met inachtneming van een opzeggingstermijn van zes maanden.
De organisatie die het initiatief tot herziening of opzegging neemt, moet de redenen ervan aangeven en amendementsvoorstellen indienen. De andere organisaties verbinden er zich toe deze binnen een maand na ontvangst ervan in de Nationale Arbeidsraad te bespreken.
Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 7 februari 2000.
De Minister van Werkgelegenheid, Mevr. L. ONKELINX