gepubliceerd op 20 december 2016
Koninklijk besluit houdende regeling van de aanbieding op gedematerialiseerde wijze van onderhandse huurcontracten tot de formaliteit van de registratie
7 DECEMBER 2016. - Koninklijk besluit houdende regeling van de aanbieding op gedematerialiseerde wijze van onderhandse huurcontracten tot de formaliteit van de registratie
FILIP, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op het Wetboek der registratie-, hypotheek- en griffierechten, artikel 2, derde en vierde lid, ingevoegd bij de wet van 22 december 2009Relevante gevonden documenten type wet prom. 22/12/2009 pub. 31/12/2009 numac 2009003483 bron federale overheidsdienst financien Wet houdende fiscale en diverse bepalingen sluiten en gewijzigd bij de wet van 21 december 2013;
Gelet op het advies van de inspecteur van Financiën, gegeven op 13 juni 2016;
Gelet op de akkoordbevinding van de Minister van Begroting, gegeven op 18 oktober 2016;
Gelet op advies nr. 38/2016 van de Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer, gegeven op 20 juli 2016;
Gelet op advies 60.336/2 van de Raad van State, gegeven op 23 november 2016, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;
Overwegende dat met het oog op administratieve vereenvoudiging ten gunste van de burgers de mogelijkheid om onderhandse huurcontracten betreffende in België gelegen onroerende goederen op gedematerialiseerde wijze ter registratie aan te bieden, werd gerealiseerd;
Overwegende dat de invoering van de mogelijkheid (voor de individuele burger/gebruiker) en de verplichting (voor de grote institutionele verhuurders en de georganiseerde tussenpersonen, die met de Federale Overheidsdienst Financiën een samenwerkingsprotocol hebben gesloten) om huurcontracten op elektronische wijze ter registratie aan te bieden, een efficiëntere uitvoering van de formaliteit van de registratie en de heffing van het verschuldigde registratierecht op de aangeboden huurcontracten tot doel heeft, evenals een snelle en efficiënte aflevering van de inlichtingen omtrent het al dan niet geregistreerd zijn van een huurovereenkomst; dat deze inlichtingen van groot belang zijn, zowel voor de huurder als voor de verhuurder, gezien de registratie van een huurcontract zeer belangrijke burgerrechtelijke gevolgen heeft (zie artikel 1328 Burgerlijk Wetboek, artikel 1743 Burgerlijk Wetboek, artikel 3, § 5, Woninghuurwet en artikel 9, eerste lid, Woninghuurwet);
Overwegende dat nadere regels nodig zijn met betrekking tot deze nieuwe mogelijkheid van wijze van aanbieding;
Overwegende dat het ontwerp van koninklijk besluit ertoe strekt het wettelijk kader te bepalen voor de gedematerialiseerde aanbieding ter registratie van onderhandse huurcontracten;
Overwegende dat het aangewezen is zowel voor individuele burgers als voor grote institutionele verhuurders (bijvoorbeeld de sociale verhuurkantoren) en voor de georganiseerde tussenpersonen (bijvoorbeeld het Beroepsinstituut van Vastgoedmakelaars) in een aangepaste wijze van gedematerialiseerde aanbieding te voorzien;
Overwegende dat voor deze laatste groepen via het voorziene statuut van geregistreerde gebruiker en het sluiten van een samenwerkingsprotocol de mogelijkheid wordt geboden tot een op technisch vlak aangepaste elektronische verzending;
Op de voordracht van de Minister van Financiën, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder : 1° MyRent : de internettoepassing die ter beschikking wordt gesteld door de Federale Overheidsdienst Financiën voor de aanbieding ter registratie op gedematerialiseerde wijze van onderhandse huurcontracten;2° gebruiker : een persoon die MyRent gebruikt voor de aanbieding ter registratie op gedematerialiseerde wijze van een onderhands huurcontract;3° geregistreerde gebruiker : een gebruiker die met de Federale Overheidsdienst Financiën een samenwerkingsprotocol heeft gesloten aangaande de elektronische verzending van onderhandse huurcontracten, met inbegrip van de identificatie, de authenticatie en het rollenbeheer van zijn medewerkers of leden, aan MyRent;4° identificatie : de vaststelling van de unieke identiteit;5° authenticatie : het proces van verificatie waarbij wordt nagegaan of de identiteit die een gebruiker beweert te hebben, hem wel degelijk toebehoort;6° rollenbeheer : het beheer van de onderscheiden toelatingen van de medewerkers of leden van een geregistreerde gebruiker.
Art. 2.Kunnen op gedematerialiseerde wijze ter registratie worden aangeboden : a) de onderhandse akten houdende een in artikel 19, eerste lid, 3°, van het Wetboek der registratie-, hypotheek- en griffierechten bedoelde overeenkomst van verhuring, onderverhuring of overdracht van huur, desgevallend met inbegrip van de documenten die krachtens de artikelen 2 en 11bis van boek III, titel VIII, Hoofdstuk II, afdeling 2, van het Burgerlijk Wetboek bij deze akten gevoegd zijn en die terzelfder tijd ter registratie worden aangeboden;b) de plaatsbeschrijvingen opgemaakt naar aanleiding van een onder a) bedoelde akte. De aanbieding ter registratie van een in het eerste lid bedoeld stuk door een geregistreerde gebruiker of een van zijn leden, namens een van de contracterende partijen, dient te geschieden op gedematerialiseerde wijze met ingang van de eerste dag van de zevende maand die volgt op de datum van inwerkingtreding van het samenwerkingsprotocol.
Art. 3.De aanbieding ter registratie op gedematerialiseerde wijze van de in artikel 2, eerste lid, bedoelde stukken wordt gedaan via MyRent.
Art. 4.De Federale Overheidsdienst Financiën wordt met betrekking tot MyRent beschouwd als de verantwoordelijke voor de verwerking in de zin van artikel 1, § 4, van de wet van 8 december 1992 tot bescherming van de persoonlijke levenssfeer ten opzichte van de verwerking van de persoonsgegevens.
Art. 5.De verantwoordelijke voor de verwerking maakt gebruik van informaticatechnieken die: 1. de integriteit van de gegevens verzekeren door middel van aangepaste beveiligingstechnieken;2. de vertrouwelijkheid van de gegevens waarborgen;3. toelaten dat de gebruiker ondubbelzinnig kan worden geïdentificeerd en geauthenticeerd. De verantwoordelijke voor de verwerking voorziet in een strikt en adequaat toegangsbeheer dat toelaat de personen te identificeren en te authenticeren die gemachtigd zijn om toegang te hebben tot de gegevens, ze te gebruiken en ze te verwerken en dat toelaat hun relevante hoedanigheden en toegangsmachtigingen te controleren en te beheren.
Art. 6.De identificatie en de authenticatie van een gebruiker van MyRent gebeurt door middel van een elektronische identiteitskaart of een door een certificatieautoriteit erkend certificaat klasse 3.
De identificatie, de authenticatie en het rollenbeheer van de medewerkers of leden van een geregistreerde gebruiker gebeurt onder de verantwoordelijkheid van de geregistreerde gebruiker.
Art. 7.Onverminderd de wettelijke vereisten voor het verlenen van de formaliteit van de registratie, wordt het elektronisch verzonden stuk door het bevoegde kantoor geregistreerd mits het overeenkomstig de voorschriften vastgesteld door de Federale Overheidsdienst Financiën in MyRent wordt geüpload.
Art. 8.De elektronische verzending van de stukken moet vergezeld gaan van de volgende metagegevens : 1° de identiteit van de contracterende partijen, te weten : a) wat betreft een natuurlijke persoon : 1) zijn naam;2) zijn eerste voornaam;3) zijn woonplaats;4) zijn datum en plaats van geboorte;b) wat betreft een rechtspersoon : 1) zijn maatschappelijke naam;2) zijn maatschappelijke zetel;3) zijn rechtsvorm;4) indien een dergelijk nummer hem is toegekend, zijn ondernemingsnummer bedoeld in artikel 5 van de wet van 16 januari 2003Relevante gevonden documenten type wet prom. 16/01/2003 pub. 05/02/2003 numac 2003011027 bron federale overheidsdienst economie, k.m.o., middenstand en energie Wet tot oprichting van een Kruispuntbank van Ondernemingen, tot modernisering van het handelsregister, tot oprichting van erkende ondernemingsloketten en houdende diverse bepalingen sluiten tot oprichting van een Kruispuntbank van Ondernemingen, tot modernisering van het handelsregister, tot oprichting van erkende ondernemingsloketten en houdende diverse bepalingen;2° het adres van het verhuurde goed;3° het type van het elektronisch verzonden stuk;4° de datum van de huurovereenkomst;5° de begindatum van de huurovereenkomst;6° de duur van de huurovereenkomst;7° het bedrag van de huurprijs en de periodiciteit ervan;8° het bedrag van de lasten en de periodiciteit ervan;9° de bestemming van het verhuurde goed.
Art. 9.De gebruiker kan de vermelding van de registratie van een door hem op gedematerialiseerde wijze aangeboden stuk raadplegen in zijn dossier in MyRent na identificatie en authenticatie.
Aan een geregistreerde gebruiker wordt de vermelding van de registratie van een door hem op gedematerialiseerde wijze aangeboden stuk op dezelfde wijze verzonden, overeenkomstig de voorschriften die werden vastgesteld in het samenwerkingsprotocol gesloten tussen de Federale Overheidsdienst Financiën en de geregistreerde gebruiker.
Art. 10.Indien een in artikel 2, tweede lid, bedoeld stuk door overmacht of technische storing niet op elektronische wijze kan worden verzonden, wordt de formaliteit van de registratie uitgevoerd op voorlegging van het stuk op papier.
Art. 11.Dit besluit treedt in werking op 1 januari 2017.
Art. 12.De minister die bevoegd is voor Financiën is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 7 december 2016.
FILIP Van Koningswege : De Minister van Financiën, J. VAN OVERTVELDT