Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 05 oktober 2006
gepubliceerd op 27 oktober 2006

Koninklijk besluit houdende maatregelen ter controle van het grensoverschrijdend verkeer van liquide middelen

bron
federale overheidsdienst financien
numac
2006003487
pub.
27/10/2006
prom.
05/10/2006
ELI
eli/besluit/2006/10/05/2006003487/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

5 OKTOBER 2006. - Koninklijk besluit houdende maatregelen ter controle van het grensoverschrijdend verkeer van liquide middelen


VERSLAG AAN DE KONING Sire, Het ontwerp van koninklijk besluit dat wij de eer hebben aan Uwe Majesteit ter ondertekening voor te leggen strekt ertoe uitvoering te geven aan een aantal supranationale en nationale bepalingen in verband met de controle op het grensoverschrijdend verkeer van liquide middelen ten bedrage van 10.000 EUR of meer.

De noodzaak tot het invoeren van dergelijke maatregelen ontspruit aan de vaststelling dat, nu het internationale girale financiële verkeer doelmatig wordt gecontroleerd, criminele groeperingen actief inzake het witwassen van geld of de financiering van het terrorisme meer en meer beroep doen op informele systemen voor de overdracht van fondsen waarbij deze door koeriers of via goederenzendingen fysiek vervoerd worden over de grenzen heen.

Dit ontwerp vindt zijn grondslag in volgende bepalingen : - In september 2004 aanvaardde de plenaire vergadering van de Financiële Actiegroep ter bestrijding van het witwassen van geld en de financiering van het terrorisme te Parijs bijzondere aanbeveling IX ter bestrijding van de financiering van het terrorisme. België is lid van deze Financiële Actiegroep en de aanvaarding van een aanbeveling of bijzondere aanbeveling impliceert de verbintenis deze op doelmatige wijze om te zetten in nationale wetgeving. Bijzondere aanbeveling IX legt Staten op doelmatige controles in te stellen op het grensoverschrijdend verkeer van liquide middelen indien een bepaalde drempel overschreden wordt en te voorzien in sancties indien deze bepalingen niet worden gerespecteerd. - Verordening (EG) Nr. 1889/2005 van het Europees Parlement en de Raad van 26 oktober 2005 betreffende de controle van liquide middelen die de Gemeenschap binnenkomen of verlaten legt een systeem van verplichte schriftelijke aangifte op bij de overbrenging van liquide middelen ten belope van 10.000 euro of meer tussen een lidstaat en een derde land of vice versa. - De besluitwet van 6 oktober 1944 betreffende het inrichten van controles op de overdracht van alle mogelijke goederen en waarden tussen België en het buitenland voorziet in de mogelijkheid uitvoeringsbepalingen te nemen die dergelijke controles instellen.

Voorliggend ontwerp bestaat uit 15 artikelen, verdeeld over 3 hoofdstukken : Hoofdstuk I betreft het verkeer met niet-lidstaten van de Europese Gemeenschap en omvat louter uitvoeringsbepalingen van Verordening nr. 1889/2005. Deze verordening voorziet in de indiening van een aangifte indien liquide middelen ten belope van 10.0000 EUR of meer de Gemeenschap worden binnen- of buitengebracht. Als bevoegde autoriteit voor hetgeen betreft het indienen van deze aangifte de Administratie der douane en accijnzen aangeduid en wordt bepaald dat deze aangifte dient te worden ingediend op de plaats van binnenkomen of uitgaan van de Europese Gemeenschap. Het aanduiden van de administratie der douane en accijnzen als terzake bevoegde autoriteit vloeit voort uit de aanwezigheid van ambtenaren van deze administratie op de punten van binnenkomst/uitgang van de Gemeenschap die op het Belgisch grondgebied liggen, alsmede uit de expertise waarover deze administratie beschikt inzake het transport van reizigers en goederen, aangiften en de controle daarvan. In de naar verwachting meest voorkomende vorm van extracommunautair vervoer van liquide middelen, namelijk via de luchthavens, kunnen binnenkomende reizigers de aangifte indienen door het zogenaamde « rode kanaal » (aangifte te doen) te kiezen bij aankomst of bij vertrek de aangifte in te dienen bij de douanebeambten welke nu reeds verantwoordelijk zijn voor het toezicht inzake teruggave van BTW aan niet rijksinwoners die zich begeven naar een derde land t.o.v. de Gemeenschap.

Hoofdstuk II betreft de omzetting van Bijzondere Aanbeveling IX van de FAG voor wat het verkeer tussen België en EG-lidstaten aangaat alsook het nemen van uitvoeringsbepalingen in het kader van de besluitwet van 6 oktober 1944. Aangezien de werkingssfeer van Verordening nr.1889/2005 zich niet uitstrekt tot het intracommunautaire grensoverschrijdend vervoer van liquide middelen en de besluitwet niet nader omschrijft hetgeen bedoeld wordt onder « waarden » dienen een aantal elementen zoals « aangifte », « liquide middelen » en « grensoverschrijdend vervoer » allereerst te worden gedefinieerd.

Teneinde te komen tot een zo transparant en homogeen mogelijke regelgeving wordt voor de definiëring van deze begrippen in zeer grote mate teruggegrepen naar de in het kader van Verordening 1889/2005 gebruikte definities.

Wat betreft de aangifteplicht werd evenwel geopteerd voor een meer soepele benadering dan deze inzake extracommunautair vervoer waar een schriftelijke of elektronische aangifte verplicht dient te worden ingediend indien men liquide middelen ter waarde van 10.000 EUR of meer binnen- of buitenbrengt. Inzake het intracommunautaire verkeer van sommen die deze drempel overschrijden werd geopteerd voor een aangifteplicht die geldt indien een bevoegde autoriteit naar aanleiding van een controle de vraag stelt of dergelijke sommen worden vervoerd. De bevoegde autoriteiten voor wat betreft de aangiften inzake het intracommunautaire verkeer zijn degene genoemd in article 6 van de besluitwet van 6 oktober 1944, te weten de officieren van gerechtelijke politie, de ambtenaren en beambten van de Administraties van de Ondernemings- en Inkomensfiscaliteit, der Douane en Accijnzen en der Thesaurie en de bankrevisoren.

Het invoeren van een systematische aangifteplicht voor alle intracommunautair vervoer van liquide middelen ter waarde van 10.000 EUR of meer zou een disproportionele administratieve belasting betekenen voor degenen die aan deze aangifteplicht onderworpen zijn.

Redelijkerwijze mag ervan uitgegaan worden dat deze last enkel zou terechtkomen op de schouders van personen die de wet respecteren daar waar criminelen zich niet zouden storen aan deze bepaling. Bijgevolg zou een dergelijke stringente toepassing niet doelmatig zijn.

In het kader van het intracommunautaire verkeer is de gedane aangifte in eerste instantie mondeling t.o.v. de bevoegde autoriteit die de controle uitvoert. Indien uit de mondelinge aangifte evenwel blijkt dat sommen ter waarde van 10.000 EUR of meer worden vervoerd, wordt een schriftelijke aangifte opgesteld. Naar analogie met hetgeen is voorzien in hoofdstuk I wordt bepaald dat ingeval van onjuiste of onvolledige aangifte geacht wordt dat niet werd voldaan aan de aangifteplicht.

Hoofdstuk III bepaalt welke autoriteiten bevoegd zijn voor het uitoefenen van controles alsmede de voorwaarden en modaliteiten van een in bewaringneming van liquide middelen welke niet correct werden aangegeven en het ter beschikking stellen van de ingezamelde informatie aan de Cel voor Financiële Informatieverwerking. Tevens wordt de bestraffing van inbreuken geregeld.

Voor wat betreft de opsporing en vaststelling van inbreuken zijn alle ambtenaren genoemd in artikel 6 van de besluitwet van 6 oktober 1944 bevoegd, ongeacht of het gaat om extra- of intracommunautair vervoer.

De bevoegde autoriteiten krijgen de mogelijkheid natuurlijke personen, hun vervoermiddelen, bagage en elk ander recipiënt waarin zich liquide middelen kunnen bevinden te controleren alsook de identiteit van de betrokkenen vast te stellen.

Indien niet werd voldaan aan de aangifteplicht of indien werd voldaan aan de aangifteplicht doch er aanwijzingen bestaan die laten vermoeden dat de liquide middelen afkomstig zijn uit illegale activiteiten of voor de financiering van dergelijke activiteiten zullen worden aangewend zal de bevoegde autoriteit de liquide middelen in bewaring nemen.

Deze inbewaringneming is een administratieve maatregel waarvan de duurtijd de 14 kalenderdagen niet mag overschrijden. Deze termijn wordt ingegeven enerzijds door de bekommernis de rechten van de persoon die weliswaar niet voldeed aan de aangifteplicht of waar aanwijzingen inzake illegale activiteiten bestaan te respecteren terwijl anderzijds de bevoegde gerechtelijke autoriteiten over de nodige tijd dienen te beschikken om een oriënterend onderzoek in te stellen en te beslissen over een eventuele verdere gerechtelijke inbeslagname. Indien de bevoegde gerechtelijke autoriteit niet optreedt binnen de 14 dagen zal de bevoegde autoriteit die de liquide middelen in bewaring heeft genomen deze ter beschikking stellen van de vervoerder.

De inbreuken op de bepalingen van voorliggend besluit worden vastgesteld bij proces-verbaal. Dit wordt opgesteld door de bevoegde autoriteit die de controle uitvoert en omvat minstens de informatie opgenomen in de aangifteformulieren opgenomen in bijlagen I of I van voorliggend besluit alsmede de omstandigheden van de vaststelling en eventuele verklaringen van de inbreukpleger. Gelet op de korte termijn waarin de bevoegde gerechtelijke autoriteiten dienen op te treden inzake een eventuele gerechtelijke inbeslagname zullen de processen-verbaal van inbreuken opgesteld in het kader van voorliggend besluit ten spoedigste aan de bevoegde gerechtelijke overheden overgemaakt worden. Een kopie van de aan de bevoegde gerechtelijke autoriteiten overgemaakte processen-verbaal wordt ter kennisgeving overgemaakt aan de Cel voor Financiële Informatieverwerking.

De Cel voor Financiële Informatieverwerking is tevens gemachtigd kennis te nemen van alle in het kader van dit besluit ingediende aangiften, die door de autoriteiten bevoegd voor de indiening van de aangiften worden opgeslagen en verwerkt.

Tenslotte worden de inbreuken op de bepalingen van dit besluit bestraft overeenkomstig hetgeen is bepaald in de besluitwet van 6 oktober 1944, te weten een gevangenisstraf van acht dagen tot vijf jaar en een geldboete van 25 tot 25.000 EUR. De bepalingen van het Eerste Boek van het Strafwetboek, met inbegrip van deze van hoofdstuk VII en artikel 85, zijn op deze inbreuken van toepassing.

In het ontwerp werd rekening gehouden met de opmerkingen die de Raad van State, afdeling Wetgeving formuleerde in zijn advies nr. 40.800/2/V, gegeven op 25 juli 2006.

Wat betreft het laatste punt van dit advies menen wij evenwel dat het afzien van de administratieve in bewaringneming van de liquide middelen in de hypothese dat een correcte aangifte werd ingediend doch elementen voorhanden zijn welke laten vermoeden dat de liquide middelen afkomstig zijn uit illegale activiteiten of voor de financiering van dergelijke activiteiten zullen worden aangewend disproportioneel is en niet in overeenstemming met de bepalingen van Bijzondere aanbeveling IX van de FATF. Daarenboven zal de administratieve in bewaringneming in dergelijk geval meestal van zeer korte duur zijn, namelijk de tijd die het kost om de bevoegde gerechtelijke instanties en de Cel voor Financiële Informatieverwerking in te lichten en een beslissing van deze autoriteiten te bekomen.

Dit koninklijk besluit is van toepassing vanaf 15 juni 2007.

Wij hebben de eer te zijn, Sire, van Uwe Majesteit de zeer eerbiedige en zeer getrouwe dienaars, De Vice-Eerste Minister en Minister van Justitie, Mevr. L. ONKELINX De Vice-Eerste Minister en Minister van Financiën, D. REYNDERS

5 OKTOBER 2006. - Koninklijk besluit houdende maatregelen ter controle van het grensoverschrijdend verkeer van liquide middelen (1) ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op Verordening (EG) Nr. 1889/2005 van het Europees Parlement en de Raad van 26 oktober 2005 betreffende de controle van liquide middelen die de Gemeenschap binnenkomen of verlaten;

Gelet op de besluitwet van 6 oktober 1944 betreffende het inrichten van controles op de overdracht van alle mogelijke goederen en waarden tussen België en het buitenland, gewijzigd bij de wet van 28 februari 2002;

Gelet op de 40 Aanbevelingen en IX Bijzondere Aanbevelingen van de Financiële Actie Groep inzake Witwassen, inzonderheid op Bijzondere Aanbeveling IX betreffende cash-koeriers en de interpretatieve nota bij deze bijzondere aanbeveling;

Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 2 juni 2006;

Gelet op de akkoordbevinding van Onze Minister van Begroting, gegeven op 23 juni 2006;

Gelet op het advies Nr 40.800/2/V van de Raad van State, gegeven op 25 juli 2006, in toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 1°, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State;

Op de voordracht van Onze Vice-Eerste Minister en Minister van Financiën en Onze Vice-Eerste Minister en Minister van Justitie en op het advies van Onze in Raad vergaderde Ministers, Hebben Wij besloten en besluiten Wij : HOOFDSTUK I Verkeer met niet-lidstaten van de Europese Gemeenschap Definities

Artikel 1.Voor de toepassing van dit hoofdstuk wordt verstaan onder : a) « verordening » : Verordening (EG) nr.1889/2005 van het Europees Parlement en de Raad van 26 oktober 2005 betreffende de controle van liquide middelen die de Gemeenschap binnenkomen of verlaten; b) « bevoegde autoriteit » : de autoriteit, bevoegd om de aangiften in ontvangst te nemen is de Administratie der douane en accijnzen. Aangifteplicht

Art. 2.De aangifte, waarvan het model opgenomen is in bijlage I wordt langs elektronische weg of schriftelijk ingediend bij de bevoegde autoriteit op de plaats van binnenkomen of uitgaan van de Europese Gemeenschap.

Blanco aangifteformulieren worden daartoe ter beschikking gesteld. HOOFDSTUK II Verkeer met lidstaten van de Europese Gemeenschap Definities

Art. 3.Voor de toepassing van dit hoofdstuk wordt verstaan onder : a) « liquide middelen » : - verhandelbare instrumenten aan toonder, met inbegrip van monetaire instrumenten aan toonder zoals reischeques, verhandelbare instrumenten (waaronder cheques, promessen en betalingsopdrachten) die aan toonder gesteld zijn, geëndosseerd zijn zonder beperking, op naam van een fictieve begunstigde gesteld zijn, of anderszins een zodanige vorm hebben dat de aanspraak erop bij afgifte wordt overgedragen, en onvolledige instrumenten (waaronder cheques, promessen en betalingsopdrachten) die ondertekend zijn, maar niet op naam van een begunstigde gesteld zijn; - contant geld (bankbiljetten en muntstukken die als betaalmiddel in omloop zijn); b) « bevoegde autoriteit » : De in artikel 6 van de besluitwet van 6 oktober 1944 betreffende het inrichten van controles op de overdracht van alle mogelijke goederen en waarden tussen België en het buitenland vermelde personen;c) « grensoverschrijdend vervoer » : het vervoer van liquide middelen tussen België en een lidstaat van de Europese Gemeenschap of tussen deze lidstaat en België : - hetzij op de persoon, in de bagage of aan boord van het vervoermiddel dat door een natuurlijk persoon gebruikt wordt; - hetzij op enige ander manier, al dan niet door een natuurlijk persoon; d) « aangifte » : mondelinge of schriftelijke verklaring omtrent het grensoverschrijdend vervoer van liquide middelen die door een natuurlijk persoon wordt gedaan naar aanleiding van een controle uitgevoerd door een bevoegde autoriteit. Aangifteplicht

Art. 4.Het grensoverschrijdend vervoer van liquide middelen ter waarde van 10.000 EUR of meer dient door de natuurlijke personen of, indien de liquide middelen niet worden vervoerd onder begeleiding van een natuurlijk persoon, door de eigenaar van deze middelen op verzoek van een bevoegde autoriteit te worden aangegeven.

Art. 5.De aangifte wordt mondeling gedaan ten overstaan van de bevoegde autoriteit. Indien uit de mondelinge aangifte evenwel blijkt dat de aangever liquide middelen ter waarde van 10.000 EUR of meer vervoert zal een schriftelijke aangifte worden opgesteld met gebruikmaking van het formulier opgenomen in bijlage II bij dit besluit. Dit formulier wordt door de bevoegde autoriteit kosteloos ter beschikking gesteld van de aangever.

Art. 6.Indien de in de aangifte verstrekte gegevens onjuist of onvolledig zijn, wordt geacht dat niet voldaan werd aan de aangifteplicht. HOOFDSTUK III. - Controlemaatregelen, bevoegdheden, bewaring der aangiften en beteugeling van inbreuken

Art. 7.§ 1 De autoriteiten genoemd in Art. 6 van debesluitwet van 6 oktober 1944 betreffende het inrichten van controles op de overdracht van alle mogelijke goederen en waarden tussen België en het buitenland zijn bevoegd voor de opsporing en vaststelling van inbreuken op de bepalingen van dit besluit. § 2 Zij zijn er daartoe toe gemachtigd de natuurlijke personen, hun vervoermiddelen en bagage alsmede elk ander recipiënt waarin zich liquide middelen kunnen bevinden te controleren. § 3 De bevoegde autoriteiten zijn ertoe gemachtigd de overlegging van de identiteitsdocumenten van de betrokkenen te eisen.

Art. 8.§ 1. Indien niet werd voldaan aan de aangifteplicht of indien werd voldaan aan de aangifteplicht doch aanwijzingen bestaan die laten vermoeden dat de liquide middelen afkomstig zijn uit illegale activiteiten of voor de financiering van dergelijke activiteiten zullen worden aangewend neemt de bevoegde autoriteit de liquide middelen in bewaring. § 2. De duur van de inbewaringneming door de bevoegde autoriteit zal de 14 kalenderdagen niet overschrijden te rekenen vanaf het ogenblik dat de natuurlijke persoon of de eigenaar niet meer kan beschikken over de liquide middelen. Na het verstrijken van deze periode worden de liquide middelen ter beschikking gesteld van de vervoerder of eigenaar onverminderd de mogelijkheid tot verdere inbeslagname door of op vordering van de bevoegde gerechtelijke autoriteiten.

Art. 9.De inbreuken op de bepalingen van dit besluit alsook de aanwijzingen zoals bedoeld in artikel 8 § 1 van dit besluit worden vastgesteld middels proces-verbaal. Dit proces-verbaal dient minstens de informatie vervat in de aangiften opgenomen in bijlagen I of II bij dit besluit te omvatten, de omstandigheden der vaststelling van de inbreuk en de in bewaringneming en de verklaringen afgelegd door de vervoerder of eigenaar van de liquide middelen.

Art. 10.De bevoegde autoriteit bedoeld in artikel 1 b) of 3 b) van dit besluit slaat de aangiften bedoeld in de artikelen 2 en 3 d) van dit besluit, alsook de processen-verbaal bedoeld in artikel 9 van dit besluit en de inlichtingen bedoeld in artikel 5.2 van de verordening op, verwerkt deze en stelt ze ter beschikking van de Cel voor Financiële Informatieverwerking, welke gemachtigd is er kennis van te nemen.

Art. 11.De bevoegde autoriteiten bedoeld in artikel 7, § 1 van dit besluit maken de opgestelde processen-verbaal over aan de bevoegde gerechtelijke overheden en bezorgen er een afschrift van aan de Cel voor Financiële Informatieverwerking.

Art. 12.De inbreuken op de bepalingen van de Verordening en van dit besluit worden bestraft overeenkomstig hetgeen is bepaald in artikel 5 van de besluitwet van 6 oktober 1944 betreffende het inrichten van controles op de overdracht van alle mogelijke goederen en waarden tussen België en het buitenland.

Art. 13.Dit besluit is van toepassing vanaf 15 juni 2007.

Art. 14.Onze Minister bevoegd voor Financiën en Onze Minister bevoegd voor Justitie zijn, ieder wat hem betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 5 oktober 2006.

ALBERT Van Koningswege : De Vice-Eerste Minister en Minister van Justitie, Mevr. L. ONKELINX De Vice-Eerste Minister en Minister van Financiën, D. REYNDERS _______ Nota's (1) Verwijzingen naar het Belgisch Staatsblad : Besluitwet van 6 oktober 1944, Belgisch Staatsblad van 7 oktober 1944; Wet van 28 februari 2002, Belgische Staatsblad van 3 mei 2002; errata, Belgisch Staatsblad van 28 november 2002, 2e editie.

BIJLAGE I 1/ Exemplaar voor de douane Federale overheidsdienst Financiën Administratie der douane en accijnzen AANGIFTE VAN GELDVERVOER TER WAARDE VAN 10.000 EUR OF MEER Aangifte voor te leggen aan de belgische douaneautoriteiten in het kader van Verordening (EG) Nr. 1889/2005 van het europees Parlement en de Raad van 26 oktober 2005 betreffende de controle van liquide middelen die de Gemeenschap binnenkomen of verlaten (P.B. L 309/9 van 25.11.2005) Verklarende nota op ommezijde 1. Aard aangifte : Binnenkomst in de EG/Verlaten van de EG (Schrap wat niet van toepassing is).2. Drager van de waarden (Natuurlijke persoon) a) Naam en voornaam : .. . . . b) Hoofdadres : .. . . . c) Nationaliteit : .. . . . d) Nr. Van identiteitskaart of paspoort : . . . . . e) Geboorteplaats en -datum : .. . . . 3. Opdrachtgever (ingeval van overbrenging voor rekening van derden) a) Naam en voornaam of maatschappelijke benaming : .. . . . b) Adres of maatschappelijke zetel : .. . . . 4. Begunstigde van de waarden a) Naam en voornaam of maatschappelijke benaming : .. . . . b) Adres of maatschappelijke zetel : .. . . . 5. Aard en waarde van de waarden a) Bedrag van de valuta in EUR : .. . . . b) Indien andere dan EUR ($, P, etc.) : naam, land en bedrag : . . . . .,zijn . . . . . EUR c) Cheques of andere financiële instrumenten (zie ommezijde) : EUR : . . . . . d) Totale waarde (a + b + c) in EUR : .. . . . 6. Vervoerswijze a) Lucht;Vlucht nr. : . . . . . b) Zee; Naam van het schip en kajuit : . . . . . 7. Gevolgd traject a) Land van vertrek : .. . . . b) Land van bestemming : . . . . . c) EG-lidstaat van uitgang (bij uitvoer) : .. . . .,d) EG-lidstaat van binnenkomst (bij invoer) : . . . . . 8. Bron en gebruik : a) Economische oorsprong : .. . . . b) Voorzien gebruik : .. . . .

Ik, ondergetekende verklaar drager te zijn van de hierboven opgesomde waarden. Deze aangifte is correct en volledig. Ik ben ervan op de hoogte dat ingeval de medegedeelde gegevens onvolledig of onjuist blijken te zijn wordt geacht dat niet werd voldaan aan de aangifteplicht. Elk verzuim van indiening van een aangifte, elke onjuiste of onvolledige aangifte wordt bestraft met een gevangenisstraf van acht dagen tot vijf jaar en een geldboete van 25 tot 25.000 EUR (Art. 5 besluitwet van 6 oktober 1944).

Gedaan te . . . . . op...../...../20..... Handtekening : Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld BIJLAGE I 2/ Kopie voor de aangever Federale overheidsdienst Financiën Administratie der douane en accijnzen AANGIFTE VAN GELDVERVOER TER WAARDE VAN 10.000 EUR OF MEER Aangifte voor te leggen aan de belgische douaneautoriteiten in het kader van Verordening (EG) Nr. 1889/2005 van het europees Parlement en de Raad van 26 oktober 2005 betreffende de controle van liquide middelen die de Gemeenschap binnenkomen of verlaten (P.B. L 309/9 van 25 november 2005) Verklarende nota op ommezijde 1. Aard aangifte : Binnenkomst in de EG/Verlaten van de EG (Schrap wat niet van toepassing is).2. Drager van de waarden (Natuurlijke persoon) a) Naam en voornaam : .. . . . b) Hoofdadres : .. . . . c) Nationaliteit : .. . . . d) Nr. Van identiteitskaart of paspoort : . . . . . e) Geboorteplaats en -datum : .. . . . 3. Opdrachtgever (ingeval van overbrenging voor rekening van derden) a) Naam en voornaam of maatschappelijke benaming : .. . . . b) Adres of maatschappelijke zetel : .. . . . 4. Begunstigde van de waarden a) Naam en voornaam of maatschappelijke benaming : .. . . . b) Adres of maatschappelijke zetel : .. . . . 5. Aard en waarde van de waarden a) Bedrag van de valuta in EUR : .. . . . b) Indien andere dan EUR ($, £, etc.) : naam, land en bedrag : . . . . .,zijn . . . . . EUR c) Cheques of andere financiële instrumenten (zie ommezijde) : EUR : . . . . . d) Totale waarde (a + b + c) in EUR : .. . . . 6. Vervoerswijze a) Lucht;Vlucht nr. : . . . . . b) Zee; Naam van het schip en kajuit : . . . . . 7. Gevolgd traject a) Land van vertrek : .. . . . b) Land van bestemming : . . . . . c) EG-lidstaat van uitgang (bij uitvoer) : .. . . .,d) EG-lidstaat van binnenkomst (bij invoer) : . . . . . 8. Bron en gebruik : a) Economische oorsprong : .. . . . b) Voorzien gebruik : .. . . .

Ik, ondergetekende verklaar drager te zijn van de hierboven opgesomde waarden. Deze aangifte is correct en volledig. Ik ben ervan op de hoogte dat ingeval de medegedeelde gegevens onvolledig of onjuist blijken te zijn wordt geacht dat niet werd voldaan aan de aangifteplicht. Elk verzuim van indiening van een aangifte, elke onjuiste of onvolledige aangifte wordt bestraft met een gevangenisstraf van acht dagen tot vijf jaar en een geldboete van 25 tot 25000 EUR (artikel 5 besluitwet van 6 oktober 1944).

Gedaan te . op...../...../20..... Handtekening : Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld Verklarende nota bij de velden van de aangifte 2. Het betreft de identiteit van de drager van de fondsen, m.a.w. de natuurlijke persoon die het geld vervoert. 3. Niet invullen indien u het geld vervoert voor eigen rekening.4. De begunstigde van de waarden is de persoon of vennootschap waaraan de fondsen zullen worden overgedragen, al dan niet in het kader van een handelstransactie.Indien deze persoon niet bekend is, dient u « nog niet gekend » in te vullen. Indien de aangever de waarden behoudt vult hij een tweede maal zijn/haar naam in. 5. a) Het gaat om speciën (bankbiljetten en geldstukken die als geldig betaalmiddel in omloop zijn).Bij voorbeeld : 25.000 euro b) Zie a), bij voorbeeld « Britse ponden, Verenigd Koninkrijk, 10.000 P, zijnde 14.700 EUR » c) Onder « cheques of elk ander financieel instrument » dient te worden verstaan de financiële instrumenten aan toonder zoals reischeques, verhandelbare instrumenten (daaronder begrepen cheques, promessen en betalingsopdrachten) aan toonder, geëndosseerd zonder beperkingen, op naam van een fictieve begunstigde gesteld, of die een zodanige vorm hebben dat de aanspraak erop bij afgifte wordt overgedragen.Worden eveneens bedoeld : alle zogenaamd « onvolledige » instrumenten zoals cheques, promessen en betalingsopdrachten die weliswaar ondertekend zijn maar waarop nog geen bedrag werd ingevuld of waarop de naam van de begunstigde nog niet werd ingevuld. 8 a) Het betreft niet de geografische maar wel de economische oorsprong van de middelen. Bij voorbeeld : spaargelden, erfenis, opbrengst van een verkoop, kasgelden enz. 8 b) Bij voorbeeld : aankoop, betaling voor een verrichte dienst enz.

OPGELET : Indien u problemen heeft met het invullen van de aangifte of bepaalde zaken niet begrijpt, volg het rode kanaal en contacteer een douaneambtenaar VOORALEER de gecontroleerde zone te verlaten.

Gezien om te worden gevoegd bij Ons besluit van 5 oktober 2006.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Financiën, D. REYNDERS De Minister van Justitie, Mevr. L. ONKELINX

BIJLAGE II 1/ Exemplaar voor de bevoegde overheid Federale overheidsdienst Financiën Administratie der douane en accijnzen AANGIFTE VAN INTRACOMMUNAUTAIR GRENSOVERSCHRIJDEND GELDVERVOER TER WAARDE VAN 10.000 EUR OF MEER Aangifte gedaan aan de bevoegde Belgische autoriteiten in het kader van het koninklijk besluit van ... 2006 houdende maatregelen ter controle van het grensoverschrijdend verkeer van liquide middelen Verklarende nota op ommezijde 1. Aard aangifte : Binnenkomst in België/Verlaten van België (Schrap wat niet van toepassing is).2. Drager van de waarden (Natuurlijke persoon) a) Naam en voornaam : .. . . . b) Hoofdadres : .. . . . c) Nationaliteit : .. . . . d) Nr. Van identiteitskaart of paspoort : . . . . . e) Geboorteplaats en -datum : .. . . . 3. Opdrachtgever (ingeval van overbrenging voor rekening van derden) a) Naam en voornaam of maatschappelijke benaming : .. . . . b) Adres of maatschappelijke zetel : .. . . . 4. Begunstigde van de waarden a) Naam en voornaam of maatschappelijke benaming : .. . . . b) Adres of maatschappelijke zetel : .. . . . 5. Aard en waarde van de waarden a) Bedrag van de valuta in EUR : .. . . . b) Indien andere dan EUR ($, £, etc.) : naam, land en bedrag : . . . . .,zijn . . . . . EUR. c) Cheques of andere financiële instrumenten (zie ommezijde) : EUR : . . . . . d) Totale waarde (a + b + c) in EUR : .. . . . 6. Vervoerswijze a) Lucht;Vlucht nr. : . . . . . b) Zee; Naam van het schip en kajuit pavillon : . . . . . c) Weg;Nummerplaat voertuig . . . . . d) Trein; Nummer van de trein . . . . . 7. Gevolgd traject c) EG-lidstaat van vertrek : .. . . . d) EG-lidstaat van bestemming : . . . . . 8. Bron en gebruik : a) Economische oorsprong : .. . . . b) Voorzien gebruik : .. . . .

Ik, ondergetekende verklaar drager te zijn van de hierboven opgesomde waarden. Deze aangifte is correct en volledig. Ik ben ervan op de hoogte dat ingeval de medegedeelde gegevens onvolledig of onjuist blijken te zijn wordt geacht dat niet werd voldaan aan de aangifteplicht. Elk verzuim van indiening van een aangifte op aanvraag, elke onjuiste of onvolledige aangifte wordt bestraft met een gevangenisstraf van acht dagen tot vijf jaar en een geldboete van 25 tot 25000 EUR (artikel 5 besluitwet van 6 oktober 1944).

Gedaan te ............................................................................. op.................................................../...../20.....

Handtekening : Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld BIJLAGE II 2/ Kopie voor de aangever Federale overheidsdienst Financiën Administratie der douane en accijnzen AANGIFTE VAN INTRACOMMUNAUTAIR GRENSOVERSCHRIJDEND GELDVERVOER TER WAARDE VAN 10.000 EUR OF MEER Aangifte gedaan aan de bevoegde Belgische autoriteiten in het kader van het koninklijk besluit van ... 2006 houdende maatregelen ter controle van het grensoverschrijdend verkeer van liquide middelen Verklarende nota op ommezijde 1. Aard aangifte : Binnenkomst in België/Verlaten van België (Schrap wat niet van toepassing is).2. Drager van de waarden (Natuurlijke persoon) a) Naam en voornaam : .. . . . b) Hoofdadres : .. . . . c) Nationaliteit : .. . . . d) Nr. Van identiteitskaart of paspoort : . . . . . e) Geboorteplaats en -datum : .. . . . 3. Opdrachtgever (ingeval van overbrenging voor rekening van derden) a) Naam en voornaam of maatschappelijke benaming : .. . . . b) Adres of maatschappelijke zetel : .. . . . 4. Begunstigde van de waarden a) Naam en voornaam of maatschappelijke benaming : .. . . . b) Adres of maatschappelijke zetel : .. . . . 5. Aard en waarde van de waarden a) Bedrag van de valuta in EUR : .. . . . b) Indien andere dan EUR ($, £, etc.) : naam, land en bedrag : . . . . .,zijn . . . . . EUR. c) Cheques of andere financiële instrumenten (zie ommezijde) : EUR : . . . . . d) Totale waarde (a + b + c) in EUR : .. . . . 6. Vervoerswijze a) Lucht;Vlucht nr. : . . . . . b) Zee; Naam van het schip en kajuit pavillon : . . . . . c) Weg;Nummerplaat voertuig . . . . . d) Trein; Nummer van de trein . . . . . 7. Gevolgd traject c) EG-lidstaat van vertrek : .. . . .,d) EG-lidstaat van bestemming : . . . . . 8. Bron en gebruik : a) Economische oorsprong : .. . . . b) Voorzien gebruik : .. . . .

Ik, ondergetekende verklaar drager te zijn van de hierboven opgesomde waarden. Deze aangifte is correct en volledig. Ik ben ervan op de hoogte dat ingeval de medegedeelde gegevens onvolledig of onjuist blijken te zijn wordt geacht dat niet werd voldaan aan de aangifteplicht. Elk verzuim van indiening van een aangifte op aanvraag, elke onjuiste of onvolledige aangifte wordt bestraft met een gevangenisstraf van acht dagen tot vijf jaar en een geldboete van 25 tot 25000 EUR (artikel 5 besluitwet van 6 oktober 1944).

Gedaan te ..........................................;...............................op......................................................../...../20.....

Handtekening : Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld Verklarende nota bij de velden van de aangifte 2. Het betreft de drager van de fondsen, m.a.w. de natuurlijke persoon die het geld vervoert. 3. Niet invullen indien u het geld vervoert voor eigen rekening.4. De begunstigde van de waarden is de persoon of vennootschap waaraan de fondsen zullen worden overgedragen, al dan niet in het kader van een handelstransactie.Indien deze persoon niet bekend is, dient u « nog niet gekend » in te vullen. Indien de aangever de waarden behoudt vult hij een tweede maal zijn/haar naam in. 5. a) Het gaat om speciën (bankbiljetten en geldstukken die als geldig betaalmiddel in omloop zijn).Bij voorbeeld : 25.000 euro . b) Zie a), bij voorbeeld « Britse ponden, Verenigd Koninkrijk, 10.000 P, zijnde 14.700 EUR ». c) Onder « cheques of elk ander financieel instrument » dient te worden verstaan de financiële instrumenten aan toonder zoals reischeques, verhandelbare instrumenten (daaronder begrepen cheques, promessen en betalingsopdrachten) aan toonder, geëndosseerd zonder beperkingen, op naam van een fictieve begunstigde gesteld, of die een zodanige vorm hebben dat de aanspraak erop bij afgifte wordt overgedragen.Worden eveneens bedoeld : alle zogenaamd « onvolledige » instrumenten zoals cheques, promessen en betalingsopdrachten die weliswaar ondertekend zijn maar waarop nog geen bedrag werd ingevuld of waarop de naam van de begunstigde nog niet werd ingevuld. 8 a) Het betreft niet de geografische maar wel de economische oorsprong van de middelen. Bij voorbeeld : spaargelden, erfenis, opbrengst van een verkoop, kasgelden enz. 8 b) Bij voorbeeld : aankoop, betaling voor een verrichte dienst enz.

OPGELET : Indien u vragen hebt of problemen ondervindt bij het invullen van deze aangifte dient u bij de controlerende ambtenaren de nodige inlichtingen in te winnen vooraleer u de ondertekende aangifte indient.

De indiening van deze aangifte stelt u niet vrij van een eventuele aangifteplicht in de lidstaat /lidstaten waarheen u zich begeeft.

Gezien om te worden gevoegd bij Ons besluit van 5 oktober 2006.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Financiën, D. REYNDERS De Minister van Justitie, Mevr. L. ONKELINX

^