Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 05 februari 2015
gepubliceerd op 20 februari 2015

Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 22 december 1967 houdende algemeen reglement betreffende het rust- en overlevingspensioen der zelfstandigen

bron
federale overheidsdienst sociale zekerheid
numac
2015200873
pub.
20/02/2015
prom.
05/02/2015
ELI
eli/besluit/2015/02/05/2015200873/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

5 FEBRUARI 2015. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 22 december 1967 houdende algemeen reglement betreffende het rust- en overlevingspensioen der zelfstandigen


FILIP, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op het koninklijk besluit van 30 januari 1997Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 30/01/1997 pub. 10/05/2013 numac 2013000317 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Koninklijk besluit betreffende het pensioenstelsel der zelfstandigen met toepassing van de artikelen 15 en 27 van de wet van 26 juli 1996 tot modernisering van de sociale zekerheid en tot vrijwaring van de leefbaarheid van de wettelijke pensioenstelsels en van artikel 3, § 1, 4°, van de wet van 26 juli 1996 strekkende tot realisatie van de budgettaire voorwaarden tot deelname van België aan de Europese en Monetaire Unie. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten betreffende het pensioenstelsel der zelfstandigen met toepassing van de artikelen 15 en 27 van de wet van 26 juli 1996 tot modernisering van de sociale zekerheid en tot vrijwaring van de leefbaarheid van de wettelijke pensioenstelsels en van artikel 3, § 1, 4° van de wet van 26 juli 1996 strekkende tot realisatie van de budgettaire voorwaarden tot deelname van België aan de Europese en Monetaire Unie, bekrachtigd door de wet van 26 juni 1997, artikel 5, § 3, gewijzigd bij de wet van 8 april 2003 en bij de wet van 16 januari 2006;

Gelet op het koninklijk besluit van 22 december 1967 houdende algemeen reglement betreffende het rust- en overlevingspensioen der zelfstandigen;

Gelet op het advies van het Algemeen beheerscomité voor het sociaal statuut der zelfstandigen, gegeven op 23 september 2014;

Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 21 november 2014;

Gelet op de akkoordbevinding van de Minister van Begroting van 19 december 2014;

Gelet op de regelgevingsimpactanalyse uitgevoerd overeenkomstig de artikelen 6 en 7 van de wet van 15 december 2013Relevante gevonden documenten type wet prom. 15/12/2013 pub. 31/12/2013 numac 2013021138 bron federale overheidsdienst kanselarij van de eerste minister Wet houdende diverse bepalingen inzake administratieve vereenvoudiging sluiten houdende diverse bepalingen inzake administratieve vereenvoudiging;

Gelet op het advies 55.875/1 van de Raad van State, gegeven op 14 april 2014, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;

Gelet op het advies 56.502/1 van de Raad van State, gegeven op 11 juli 2014, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;

Op de voordracht van de Minister van Pensioenen en de Minister van de Zelfstandigen en op het advies van de in Raad vergaderde Ministers, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.In artikel 46ter van het koninklijk besluit van 22 december 1967 houdende algemeen reglement betreffende het rust- en overlevingspensioen der zelfstandigen, ingevoegd bij het koninklijk besluit van 18 juli 1997 en laatst gewijzigd bij het koninklijk besluit van 21 februari 2010, worden volgende wijzigingen aangebracht : 1° in paragraaf 1, A, wordt het tweede lid vervangen als volgt : « Voor de kwartalen gedekt door de voortgezette verzekering in de zin van de artikelen 38 tot 40, gelegen in het jaar waarin het pensioen ingaat, is het fictief inkomen gelijk aan de bedrijfsinkomsten, eventueel beperkt overeenkomstig artikel 5, § 2, laatste lid, van het koninklijk besluit van 30 januari 1997Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 30/01/1997 pub. 10/05/2013 numac 2013000317 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Koninklijk besluit betreffende het pensioenstelsel der zelfstandigen met toepassing van de artikelen 15 en 27 van de wet van 26 juli 1996 tot modernisering van de sociale zekerheid en tot vrijwaring van de leefbaarheid van de wettelijke pensioenstelsels en van artikel 3, § 1, 4°, van de wet van 26 juli 1996 strekkende tot realisatie van de budgettaire voorwaarden tot deelname van België aan de Europese en Monetaire Unie. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten, op basis waarvan de in artikel 41 bedoelde bijdragen voor de kwartalen van het voorafgaande jaar werden betaald.»; 2° paragraaf 1, A, wordt aangevuld met een lid, luidende : « Indien de voortgezette verzekering aanvangt in het jaar waarin het pensioen ingaat, is het fictief inkomen gelijk aan de bedrijfsinkomsten die in aanmerking genomen werden met het oog op de inning, voor de kwartalen van het voorafgaande jaar, van de bijdragen verschuldigd krachtens het koninklijk besluit nr.38, desgevallend beperkt tot het in artikel 12, § 1, eerste lid, 1° bedoelde bedrag, geherwaardeerd overeenkomstig artikel 14 van hetzelfde besluit. »; 3° paragraaf 1, E, 2), wordt aangevuld met de bepaling onder c), luidende : « c) Indien de gelijkgestelde periode aanvangt in het jaar waarin het pensioen ingaat, is het fictief inkomen gelijk aan het jaarlijks gemiddelde van de inkomsten, bedoeld in artikel 5, § 2 van het koninklijk besluit van 30 januari 1997Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 30/01/1997 pub. 10/05/2013 numac 2013000317 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Koninklijk besluit betreffende het pensioenstelsel der zelfstandigen met toepassing van de artikelen 15 en 27 van de wet van 26 juli 1996 tot modernisering van de sociale zekerheid en tot vrijwaring van de leefbaarheid van de wettelijke pensioenstelsels en van artikel 3, § 1, 4°, van de wet van 26 juli 1996 strekkende tot realisatie van de budgettaire voorwaarden tot deelname van België aan de Europese en Monetaire Unie. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten of krachtens A van deze paragraaf, van de vier kalenderjaren die voorafgaan aan 1 januari van het jaar waarin het pensioen ingaat.Nochtans, indien in de loop van de periode die voor de berekening van het gemiddelde in aanmerking zou moeten worden genomen, één of meerdere jaren geen enkel kwartaal omvatten waarvoor een inkomen op grond van deze littera in aanmerking kan worden genomen, wordt dit gemiddelde berekend op grond van alleen die jaren die ten minste een dergelijk kwartaal omvatten.

Indien voor een bepaald jaar rekening moet gehouden worden met meer dan één inkomen in de zin van het voorgaande lid, dan wordt alleen het hoogste inkomen in aanmerking genomen.

Voor de toepassing van het eerste lid worden bijdragen, waarvan de zelfstandige werd vrijgesteld door de Commissie voor vrijstelling van bijdragen, geacht betaald te zijn.

Wat betreft de jaren die voorafgaan aan het jaar waarin de gelijkgestelde periode ingaat, worden de inkomsten in de zin van het eerste lid, met het oog op de toepassing van het bedoelde lid, vermenigvuldigd met de coëfficiënt die wordt verkregen door het gemiddelde van de maandelijkse indexcijfers der consumptieprijzen van het jaar waarin de gelijkgestelde periode ingaat te delen door hetzelfde gemiddelde van elke der betrokken jaren. » 4° in paragraaf 2, wordt, in de Franse tekst, het woord "moyen" ingevoegd tussen de woorden "l'indice" en de woorden "des prix";5° paragraaf 2 wordt aangevuld met een lid, luidende : « Wanneer, voor de toepassing van dit artikel, rekening dient gehouden met het gemiddeld indexcijfer der consumptieprijzen van het jaar waarin het rustpensioen ingaat, is dat gemiddelde gelijk aan het gemiddelde bedoeld in het vorige lid.»

Art. 2.De bepalingen van dit besluit zijn van toepassing op de pensioenen die daadwerkelijk en voor de eerste maal ten vroegste ingaan op 1 januari 2015.

Art. 3.Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 januari 2015.

Art. 4.De minister bevoegd voor Pensioenen en de minister bevoegd voor de Zelfstandigen zijn, ieder wat hem betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 5 februari 2015.

FILIP Van Koningswege : De Minister van Zelfstandigen, W. BORSUS De Minister van Pensioenen, D. BACQUELAINE

^