4 MAART 2001. - Koninklijk besluit houdende benoeming van de leden van de Evaluatiecommissie voor de actieve implanteerbare medische hulpmiddelen

ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 25 maart 1964 op de geneesmiddelen, inzonderheid op artikel 1bis, ingevoegd bij de wet van 21 juni 1983 en gewijzigd bij de wet van 20 oktober 1998;

Gelet op het koninklijk besluit van 15 juli 1997 betreffende de actieve implanteerbare medische hulpmiddelen, inzonderheid op artikel 13;

Gelet op het advies van de Hoge Gezondheidsraad, gegeven op 12 februari 2001;

Overwegende dat onvoldoende vrouwen voorgedragen werden door de universiteiten, representatieve beroepsorganisaties e.a., die bevoegd zijn in het betrokken domein en die over de vereiste expertise beschikken; de weinige bevoegde en deskundige vrouwen vervullen reeds één of meerdere mandaten en wensen zich geen kandidaat te stellen om in de commissie te zetelen zodat niet voldaan kan worden aan artikel 2bis, § 1 van de wet van 20 juli 1990 ter bevordering van de evenwichtige aanwezigheid van mannen en vrouwen in organen met adviserende bevoegdheid;

Op de voordracht van Onze Minister van Consumentenzaken, Volksgezondheid en Leefmilieu, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.§ 1. Wordt benoemd tot voorzitter van de Evaluatiecommissie voor de actieve implanteerbare medische hulpmiddelen : de heer Y. Taeymans. § 2. Wordt benoemd tot ondervoorzitter van de Evaluatiecommissie voor de actieve implanteerbare medische hulpmiddelen : de heer C. Hanet.

Art. 2.Worden benoemd tot effectieve leden van de Evaluatiecommissie voor de actieve implanteerbare medische hulpmiddelen : 1) Onder de kandidaten, doctors in geneeskunde, voorgesteld door de universiteiten : de heer R.Tavernier; de heer D. de Cannière; de heer A. Waleffe. 2) Onder de kandidaten, houders van een universitair diploma betreffende de aangewende technieken voor de fabricage van deze hulpmiddelen, voorgesteld door de universiteiten : de heer P.Verdonck; de heer J. Vereecken; de heer R. Hanus. 3) Onder de kandidaten, industrie-apothekers gespecialiseerd in de industriële productie van steriel medisch materiaal, voorgesteld door de representatieve beroepsorganisaties : Mevr.F. Delhalle. 4) Onder de kandidaten, ziekenhuis-apothekers, voorgesteld door de representatieve beroepsorganisaties : Mevr.D. Wouters. 5) De adviseur-generaal van de Algemene Farmaceutische Inspectie : de heer A.Pauwels.

Art. 3.Worden benoemd tot plaatsvervangende leden : 1) Onder de kandidaten, doctors in geneeskunde, voorgesteld door de universiteiten : de heer B.Nuttin; de heer R. Verhelst; de heer J. Brotchi. 2) Onder de kandidaten, houders van een universitair diploma betreffende de aangewende technieken voor de fabricage van deze hulpmiddelen, voorgesteld door de universiteiten : de heer R.Puers; de heer J. Van Humbeek; de heer J.-L. Delplancke. 3) Onder de kandidaten, industrie-apothekers gespecialiseerd in de industriële productie van steriel medisch materiaal, voorgesteld door de representatieve beroepsorganisaties : de heer P.Nelis. 4) Onder de kandidaten, ziekenhuis-apothekers, voorgesteld door de representatieve beroepsorganisaties : Mevr.A.-M. Moens. 5) Als afgevaardigde van de Adviseur-generaal van de Algemene Farmaceutische Inspectie : Mevr.E. Gay.

Art. 4.Onze Minister van Consumentenzaken, Volksgezondheid en Leefmilieu, is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 4 maart 2001.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Consumentenzaken, Volksgezondheid en Leefmilieu, Mevr. M. AELVOET