4 JULI 2001. - Koninklijk besluit tot vaststelling van de datum van inwerkingtreding van de bepalingen van de wet van 21 juni 2001 tot wijziging van verscheidene bepalingen inzake het federaal parket

ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 21 juni 2001 tot wijziging van verscheidene bepalingen inzake het federaal parket, inzonderheid op artikel 68;

Gelet op de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, inzonderheid op artikel 3, § 1, vervangen bij de wet van 4 juli 1989 en gewijzigd bij de wet van 4 augustus 1996;

Gelet op de dringende noodzakelijkheid;

Overwegende dat de wet van 22 december 1998 betreffende de verticale integratie van het openbaar ministerie, het federaal parket en de raad van de procureurs des Konings, voorzag in de oprichting van een federaal parket bestaande uit een federale procureur en federale magistraten;

Overwegende dat de toepassing op het terrein niet mogelijk is zolang niet een aantal zaken in verband met bevoegdheden, het statuut van de magistraten en de personeelsformatie wettelijk op punt werden gesteld;

Overwegende dat de wet van 7 december 1998 tot organisatie van een geïntegreerde politiedienst, gestructureerd op twee niveaus, verschillende taken toebedeelt aan de federale procureur en de federale magistraten;

Overwegende dat voormelde wet in werking is getreden op 1 januari 2001 zonder dat de federale procureur en de federale magistraten aangewezen waren;

Overwegende dat daarom bij wet van 22 december 2000 tot invoeging van een artikel 257bis in de wet van 7 december 1998 tot organisatie van een geïntegreerde politiedienst, gestructureerd op twee niveaus, bij wege van overgangsmaatregel wordt voorzien dat in afwachting van de aanwijzing van de federale procureur en de federale magistraten, hun taken worden waargenomen door magistraten die daartoe bij in ministerraad overlegd ministerieel besluit worden aangeduid;

Overwegende dat ernaar gestreefd wordt om de uitwerking van deze overgangsregeling in de tijd te beperken;

Overwegende dat het in die optiek aangewezen is dat procedures tot invulling van de vacante plaatsen van de federale procureur en de federaal magistraat zo snel mogelijk kunnen worden opgestart;

Op de voordracht van Onze Minister van Justitie, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.De bepalingen van de wet van 21 juni 2001 tot wijziging van verscheidene bepalingen inzake het federaal parket, treden in werking op 21 mei 2002 met uitzondering van de artikelen 1, 2, 13, 17, 20 tot en met 24, 26 tot en met 35, 40, 41, 42, 44, 61, 63 tot en met 68 die in werking treden de dag waarop dit besluit in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt.

Art. 2.Dit besluit treedt in werking de dag waarop het in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt.

Art. 3.Onze Minister van Justitie is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 4 juli 2001.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Justitie, M. VERWILGHEN