Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 04 april 2014
gepubliceerd op 28 mei 2014

Koninklijk besluit tot goedkeuring van het stagereglement van het Instituut van de auto-experts

bron
federale overheidsdienst economie, k.m.o., middenstand en energie
numac
2014011300
pub.
28/05/2014
prom.
04/04/2014
ELI
eli/besluit/2014/04/04/2014011300/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

4 APRIL 2014. - Koninklijk besluit tot goedkeuring van het stagereglement van het Instituut van de auto-experts


FILIP, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 15 mei 2007Relevante gevonden documenten type wet prom. 15/05/2007 pub. 02/06/2008 numac 2007011262 bron federale overheidsdienst economie, k.m.o., middenstand en energie Wet tot erkenning en bescherming van het beroep van auto-expert en tot oprichting van een Instituut van de auto-experts type wet prom. 15/05/2007 pub. 08/12/2008 numac 2008000980 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet tot erkenning en bescherming van het beroep van auto-expert en tot oprichting van een Instituut van de auto-experts. - Duitse vertaling sluiten tot erkenning en bescherming van het beroep van auto-expert en tot oprichting van een Instituut van de auto-experts, de artikelen 13, 21 en 40, § 2, eerste lid, d, gewijzigd bij de wet van 30 juni 2011;

Gelet op de beslissing van de raad van het Instituut van de auto-experts van 14 maart 2014 tot vaststelling van het stagereglement;

Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 3 april 2014;

Op de voordracht van Onze Minister van Middenstand, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Het door de raad van het Instituut van de auto-experts opgestelde en als bijlage aan dit besluit gehecht stagereglement heeft bindende kracht.

Art. 2.Onze Minister van Middenstand is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 4 april 2014.

FILIP Van Koningswege : De Minister van Middenstand en K.M.O.'s, Mevr. S. LARUELLE

Stagereglement auto-experts HOOFDSTUK I. - Algemene bepalingen

Artikel 1.Voor de toepassing van dit stagereglement wordt verstaan onder : 1° De wet : de wet van 15 mei 2007Relevante gevonden documenten type wet prom. 15/05/2007 pub. 02/06/2008 numac 2007011262 bron federale overheidsdienst economie, k.m.o., middenstand en energie Wet tot erkenning en bescherming van het beroep van auto-expert en tot oprichting van een Instituut van de auto-experts type wet prom. 15/05/2007 pub. 08/12/2008 numac 2008000980 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet tot erkenning en bescherming van het beroep van auto-expert en tot oprichting van een Instituut van de auto-experts. - Duitse vertaling sluiten tot erkenning en bescherming van het beroep van auto-expert en tot oprichting van een Instituut van de auto-experts;2° Het Instituut : het Instituut zoals bedoeld in artikel 2 van de wet;3° De algemene vergadering : de algemene vergadering zoals bedoeld in artikel 2 van de wet;4° De Raad : de raad van het Instituut zoals bedoeld in artikel 2 van de wet;5° Het Uitvoerend Comité : het uitvoerend comité zoals bedoeld in artikel 2 van de wet;6° De stagecommissie : de stagecommissie zoals bedoeld in artikel 2 van de wet;7° De beroepscommissie : de beroepscommissie zoals bedoeld in artikel 2 van de wet;8° De minister : de minister die bevoegd is voor Middenstand.

Art. 2.Dit reglement is van toepassing op kandidaat-stagiairs auto-experts, op stagiairs auto-experts, op kandidaat-stagemeesters en op stagemeesters. Het is eveneens van toepassing op de kandidaten die gehouden zijn een door het Instituut georganiseerde aanpassingsstage te doorlopen of een bekwaamheidsproef af te leggen overeenkomstig artikel 5, § 1, 4 °, van de wet. HOOFDSTUK II. - Stagekenmerken

Art. 3.De stage is een opleiding die zowel betrekking heeft op de praktische kennis als op de ethiek die vereist is voor de uitoefening van het beroep van auto-expert. Deze opleiding wordt volbracht als zelfstandige of als loontrekkende. HOOFDSTUK III. - Samenstelling en bevoegdheden van de stagecommissie

Art. 4.De stagecommissie is enerzijds samengesteld uit twee leden beroepsbeoefenaars van een verschillende taalrol die elk halfjaar om beurten het voorzitterschap en het vice-voorzitterschap van de stagecommissie waarnemen, en anderzijds uit vier plaatsvervangende leden: twee Nederlandstaligen en twee Franstaligen. De effectieve leden en plaatsvervangers van de stagecommissie worden door de raad van het Instituut onder de leden beroepsbeoefenaars van het Instituut aangewezen zodra hij door de algemene vergadering is ingesteld of vernieuwd. Hun mandaat loopt vanaf hun aanwijzing tot aan de aanwijzing van hun opvolger. De plaatsvervangende leden kunnen enkel deelnemen aan de vergaderingen van de stagecommissie wanneer zij een effectief lid van hun taalrol vervangen. In geval van een door een Duitstalige ingediende aanvraag voor inschrijving op de lijst met stagiairs wordt de stagecommissie bij de uitoefening van haar opdracht bijgestaan door een Duitstalig lid beroepsbeoefenaar van het Instituut dat door haar wordt aangewezen en noch lid van de Raad van het Instituut, noch lid van de beroepscommissie is.

Art. 5.De stagecommissie is belast met de goedkeuring van de stageovereenkomsten en de voorbereiding van de aanvraagdossiers voor inschrijving op de lijst met stagiairs voor de bevoegde Kamer. Indien het dossier van de aanvrager onvolledig is, brengt de stagecommissie hem hiervan per aangetekende brief op de hoogte en verduidelijkt zij welke elementen ontbreken. De in artikel 6, § 1 bedoelde termijn van een maand wordt opgeschort vanaf de datum van verzending van de aangetekende brief die wijst op de ontbrekende elementen tot aan de datum van verzending van de aangetekende brief die deze elementen verstrekt. HOOFDSTUK IV. - Aanvraag voor inschrijving op de lijst met stagiairs

Art. 6.§ 1. De natuurlijke personen die erom verzoeken en beantwoorden aan de voorwaarden bedoeld in paragraaf 2 worden ingeschreven op de lijst met stagiairs.

De aanvraag voor inschrijving op de lijst met stagiairs wordt ingediend door middel van een aanvraagformulier dat per aangetekende brief naar de raad van het Instituut wordt gestuurd. De bevoegde kamer betekent binnen de maand van verzending van de aangetekende brief haar beslissing aan de aanvrager en schrijft hem, in voorkomend geval, in op de lijst met stagiairs, die op de website van het Instituut wordt gepubliceerd. Het door de raad van het Instituut goedgekeurde aanvraagformulier is beschikbaar op de website van het Instituut. § 2. De aanvrager moet aantonen dat hij voldoet aan de in artikel 5, § 1, 1°, 2°, c) of d) en 5° van de wet opgesomde voorwaarden. Voor de kandidaat die de stage niet op zelfstandige basis uitvoert, is de voorwaarde bepaald in artikel 5, § 1, 5°, niet van toepassing. § 3. Het ingevulde aanvraagformulier moet vergezeld zijn van : - Een uittreksel uit het strafregister dat minder dan drie maanden oud is; - Een bewijs van beroepskwalificatie krachtens artikel 5, § 1 van de wet; - Drie behoorlijk ingevulde en ondertekende exemplaren van de stageovereenkomst die afgesloten werd tussen de kandidaat-stagiair en een stagemeester die aan de kwalificatie-eisen bedoeld in artikel 9 van dit reglement voldoet. - Ingeval de kandidaat-stagiair zijn activiteiten als zelfstandige wenst uit te oefenen : a) een bewijs van zijn inschrijving bij de Kruispuntbank van Ondernemingen onder een nacebel-code die betrekking heeft op het gereglementeerde beroep van auto-expert;b) een exemplaar van de aannemingsovereenkomst dat enerzijds ondertekend is door de stagiair die zijn activiteiten als zelfstandige wenst uit te oefenen en anderzijds door de stagemeester en/of de onderneming waarvoor de stagiair zijn opdrachten uitvoert.Deze overeenkomst bepaalt de vergoedingswijze van de stagiair en de terugbetaling van de door hem gemaakte kosten voor rekening van de mede contracterende onderneming. - Ingeval de kandidaat-stagiair zijn activiteiten als loontrekkende wenst uit te oefenen, een exemplaar van de arbeidsovereenkomst dat ondertekend wordt met de stagemeester of de rechtspersoon bedoeld in artikel 12, § 2, waarbinnen de stage wordt uitgevoerd. Deze arbeidsovereenkomst voorziet de vergoedingswijze van de stagiair en de terugbetaling van de door hem gemaakte kosten voor rekening van de stagemeester of de rechtspersoon waarbinnen hij werkt. HOOFDSTUK V. - Stageovereenkomst

Art. 7.§ 1. Er wordt een schriftelijke stageovereenkomst geldig voor de volledige duur van de stage gesloten tussen de kandidaat-stagiair en de stagemeester. Die mag economisch niet afhankelijk zijn van de stagiair. § 2. De stageovereenkomst vangt aan op het ogenblik dat de kandidaat-stagiair wordt ingeschreven op de lijst met stagiairs. De kamer deelt de stagiair zijn inschrijvingsdatum mee per aangetekende brief. § 3. De stageovereenkomst kan door elke partij unilateraal worden opgezegd door middel van een aangetekende brief die dezelfde dag naar de andere partij evenals naar de stagecommissie wordt gestuurd. In dat geval wordt de opzegging van kracht een maand na de datum van verzending van de aangetekende brieven.

Indien een overeenkomst met wederzijdse toestemming wordt opgezegd, moet de kamer per aangetekende brief door de stagemeester hiervan op de hoogte worden gebracht. De stagemeester voegt een exemplaar toe van de gedateerde en door beide partijen ondertekende akte van instemming met de opzegging. § 4. Zodra de stagemeester niet meer op de lijst met stagemeesters staat, wordt de stageovereenkomst automatisch ontbonden. Deze ontbinding wordt van kracht de tweede dag na de dag waarop de aangetekende brief ter zake door de kamer naar de stagiair wordt verstuurd. § 5. Ingeval een stagiair wordt weggelaten van de lijst of een tuchtstraf met schrapping heeft gekregen, wordt de stageovereenkomst ontbonden vanaf de datum van schrapping of van kennisgeving van de straf. De stagemeester wordt hiervan per aangetekende brief door de kamer op de hoogte gebracht.

Art. 8.§ 1. De kamer stelt een model van stageovereenkomst op dat beschikbaar is op de website van het Instituut. § 2. De stageovereenkomst omvat ten minste de volgende bepalingen : - De verbintenis van de partijen om zich te schikken naar het stagereglement en de door het Instituut gegeven instructies; - De verbintenis van de partijen om hun functies loyaal in te vullen en de legitieme beroepsbelangen van de andere partij niet te schaden. § 3. De stageovereenkomst wordt door de twee partijen ondertekend. § 4. De stageovereenkomst kan ondertekend worden door een op de lijst van het Instituut ingeschreven rechtspersoon en een stagiair, op voorwaarde dat deze rechtspersoon de natuurlijke persoon aanwijst die voldoet aan de in artikel 9 bepaalde voorwaarden en de stagiair effectief zal opleiden, en dat deze natuurlijke persoon de stageovereenkomst eveneens voor akkoord ondertekent. HOOFDSTUK VI. - Erkenning van de stagemeester

Art. 9.Om als stagemeester erkend te worden, moet de kandidaat ten minste vijf jaar ingeschreven zijn bij het Instituut. Deze bepaling is slechts van toepassing vanaf het zesde jaar na de oprichting van het Instituut. Tijdens de periode van vijf jaar na de oprichting van het Instituut wordt de stageovereenkomst ondertekend door een lid dat kan aantonen dat het een beroepservaring als auto-expert van ten minste vijf jaar heeft. Bovendien moet de kandidaat aan de voorwaarden voldoen die eventueel door de Raad worden opgelegd.

Art. 10.De kandidaat-stagemeester richt zijn aanvraag tot de bevoegde kamer van de Raad. Daartoe gebruikt hij het model dat door de Raad werd opgesteld en beschikbaar is op de website van het Instituut. De Raad is belast met de toekenning en de intrekking van het statuut van stagemeester. HOOFDSTUK VII. - Stageduur en -bepalingen

Art. 11.§ 1. De stage duurt twee jaar en omvat, naast de uren praktijkopleiding, minimum 200 dagen in België uitgevoerde en in voltijds equivalent berekende beroepspraktijk. § 2. De kamer kan een stage schorsen naar aanleiding van een met redenen omkleed verzoek van een van beide partijen. De periode waarin de stage is geschorst, wordt niet meegeteld in de berekening van de duur van de stage. § 3. Wanneer de stageovereenkomst werd opgezegd of opgeheven overeenkomstig respectievelijk paragraaf 3, 4 en 5 van artikel 7, wordt de stage geschorst vanaf de datum waarop de opzegging of opheffing van kracht wordt. De stage wordt hernomen vanaf de dag waarop de Commissie instemt met een nieuwe stageovereenkomst.

Deze nieuwe stageovereenkomst wordt aan de stagecommissie voorgelegd binnen een termijn van maximum drie maanden vanaf de dag waarop de opzegging of opheffing van de vorige stageovereenkomst van kracht wordt. § 4. Als de stagiair een schorsing heeft ondergaan ingevolge een tuchtstraf, wordt de stage voor de duur van deze schorsing geschorst.

Art. 12.§ 1. De stagiair mag geen werkgever van de stagemeester zijn. § 2. De stagiair kan voor de wet alleen stichter, vennoot, zaakvoerder, bestuurder of lid van het directiecomité van een rechtspersoon zijn in de ogen van de wet, indien het gaat om een rechtspersoon waar zijn stagemeester het beroep als zelfstandige of loontrekker uitoefent en indien de stagemeester niet onder het hiërarchische gezag van zijn stagiair staat. § 3. De stagiair die aantoont dat hij alle redelijke middelen heeft aangewend om een stagemeester te vinden en er uiteindelijk geen gevonden heeft, kan de stagecommissie vragen hem ambtshalve een stagemeester onder de leden van het Instituut aan te wijzen die voldoet aan de in artikel 9 bepaalde erkenningsvoorwaarden. In dat geval vervult de stagiair zijn stage onder het statuut van zelfstandige. HOOFDSTUK VIII. - Verplichtingen van de stagiair

Art. 13.De inschrijving op de lijst met stagiairs houdt voor de stagiair de volgende verplichtingen in : 1° de in artikel 4 van de wet omschreven activiteiten gedurende de hele stage uitoefenen;2° de beroepsdeontologie en -reglementering naleven;3° de jaarlijkse bijdrage betalen;4° tweehonderd uur praktijkopleiding volgen in een of meer in België gevestigde herstelwerkplaatsen die beantwoorden aan de door de raad van het Instituut vastgestelde criteria;5° halfjaarlijkse stageverslagen opstellen op basis van het door de kamer opgestelde model dat beschikbaar is op de website van het Instituut, en die naar de bevoegde kamer overzenden;6° zijn stagemeester geen klanten ontnemen. HOOFDSTUK IX. - Verplichtingen van de stagemeester

Art. 14.§ 1. De stagemeester verbindt zich ertoe de stagiair bij te staan en raad te geven, de opleiding van deze stagiair te voltooien en effectief toezicht te houden op de werken die hem worden toegewezen.

Hij moet bijzondere aandacht schenken aan de vorming van de kandidaat in zijn betrekkingen met de verschillende marktspelers, waaronder zijn collega's auto-experts.

Hij moet bij hem een grote zin voor professionalisme ontwikkelen.

Hij mag maximum twee stagiairs tegelijkertijd hebben, op voorwaarde dat die niet in hetzelfde stagejaar zitten. § 2. De stagemeester vergoedt de stagiair op een correcte manier voor zijn prestaties die hij voor rekening van de stagemeester verricht. De stagemeester mag noch rechtstreeks noch onrechtstreeks een vergoeding vragen omdat hij stagemeester is. § 3. Voor de in dienst genomen stagiair zijn de loonschalen van de collectieve arbeidsovereenkomst van toepassing waaronder de onderneming waar hij tewerkgesteld is, valt. § 4. De stagemeester houdt toezicht op het opstellen van de stageverslagen door de stagiair en formuleert met betrekking tot deze stageverslagen, in voorkomend geval, zijn opmerkingen. De stageverslagen worden door de stagemeester medeondertekend. § 5. Als de stagemeester zijn verplichtingen als stagemeester niet nakomt, kan de Kamer de stageovereenkomsten die op hem betrekking hebben ontbinden. HOOFDSTUK X. - Einde van de stage

Art. 15.§ 1. De bevoegde kamer van de Raad van het Instituut beoordeelt op basis van de stage of de stagiair zijn stage overeenkomstig de vereisten van de wet en dit stagereglement heeft uitgevoerd. § 2. Zij brengt de stagiair op de hoogte van haar beslissing binnen de twee maanden volgend op de laatste dag van zijn stage zoals bepaald in toepassing van artikel 11. § 3. Bij afwezigheid van kennisgeving van de beslissing binnen de termijn voorzien in paragraaf 2 wordt de stage geacht ongeldig te zijn. § 4. De stagiair kan een beroep indienen tegen de beslissing die zijn stage ongeldig maakt onder de voorwaarden zoals voorzien in artikel 30 van de wet.

In geval van afwezigheid van kennisgeving van de beslissing begint de beroepstermijn bepaald in artikel 30 van de wet te lopen de dag na de dag volgend op de dag van het verlopen van de termijn van twee maanden bedoeld in paragraaf 2. HOOFDSTUK XI. - Geschillenregeling

Art. 16.Elk geschil aangaande de interpretatie of de uitvoering van de stageovereenkomst wordt voorgelegd aan de voorzitter van stagecommissie van het IAE, die de partijen tracht te verzoenen.

Elk geschil dat niet door de tussenkomst van de voorzitter van de stagecommissie kan verholpen worden, wordt voorgelegd aan de bevoegde kamer van de raad van het IAE. HOOFDSTUK XI. - Inschrijving op het tableau van de beroepsbeoefenaars

Art. 17.De aanvraag tot inschrijving op de lijst van leden beroepsbeoefenaars wordt ingediend aan de hand van een inschrijvingsformulier gericht aan de raad van het instituut via aangetekende zending.

De bevoegde kamer betekent zijn beslissing aan de aanvrager in de maand van de aangetekende zending en schrijft de aanvrager, in voorkomend geval, in op de lijst van leden beroepsbeoefenaars die gepubliceerd wordt op de website van het Instituut.

Het door de raad van het Instituut goedgekeurde aanvraagformulier is beschikbaar op de website van het Instituut.

Art. 18.De bevoegde kamer schrijft de natuurlijke personen aanvragers in op het tableau van beroepsbeoefenaars die beantwoorden aan de voorwaarden bedoeld in artikel 5, § 1, 1° tot 5° van de wet.

Art. 19.De bevoegde kamer schrijft de rechtspersonen aanvragers in op het tableau van beroepsbeoefenaars die beantwoorden aan de voorwaarden bedoeld in artikel 5, § 2, 1° tot 4° van de wet.

Art. 20.De rechtspersonen die erom verzoeken en die beantwoorden aan voorwaarden bedoeld in artikel 5, § 2, 1°, 2°, 3° en 4° van de wet worden ingeschreven op het tableau van beroepsbeoefenaars.

Art. 21.Indien de bevoegde kamer haar beslissing niet betekent binnen de termijn bedoeld in artikel 16 wordt de stage geacht geweigerd te zijn.

De termijn om beroep aan te tekenen tegen deze weigering bij verstek begint te lopen de dag volgend op de laatste dag van de in artikel 16 bedoelde termijn.

Art. 22.De aanvrager die zijn inschrijving op het tableau van beroepsbeoefenaars geweigerd ziet kan beroep aantekenen tegen deze beslissing bij de beroepscommissie onder de voorwaarden voorzien in artikel 30 van de wet.

Gezien om gevoegd te worden bij het koninklijk besluit van 4 april 2014 tot goedkeuring van het stagereglement van het Instituut van de auto-experts.

FILIP Van Koningswege : De Minister van Middenstand en K.M.O.'s, Mevr. S. LARUELLE

^