Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 03 november 2001
gepubliceerd op 22 november 2001

Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 3 juni 1999 houdende de regels voor het ticketbeheer ter gelegenheid van voetbalwedstrijden

bron
ministerie van binnenlandse zaken
numac
2001001164
pub.
22/11/2001
prom.
03/11/2001
ELI
eli/besluit/2001/11/03/2001001164/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

3 NOVEMBER 2001. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 3 juni 1999 houdende de regels voor het ticketbeheer ter gelegenheid van voetbalwedstrijden


ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 21 december 1998 betreffende de veiligheid bij voetbalwedstrijden, inzonderheid op artikel 10, eerste lid, 5°;

Gelet op het Koninklijk besluit van 3 juni 1999 houdende de regels voor het ticketbeheer ter gelegenheid van voetbalwedstrijden;

Gelet op het gunstig advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 6 juli 2001;

Gelet op de dringende noodzakelijkheid, gemotiveerd door de omstandigheid dat de normen die in dit besluit zijn opgenomen, een verfijning inhouden van de bestaande reglementering inzake ticketbeheer en meer bepaald bestaan uit een strikte reglementering inzake de ter beschikkingstelling van toegangsbewijzen om een dwingende toegangscontrole mogelijk te maken; dat met dit doel een aantal maatregelen opgelegd worden aan de organisatoren van voetbalwedstrijden die zo vlug mogelijk moeten kunnen genomen worden; dat het trouwens ook met het oog op de rechtszekerheid gepast voorkomt dat deze wijziging zo vlug mogelijk in de Belgische juridische orde ingevoerd wordt opdat de gewijzigde politiek inzake ticketbeheer zo vlug mogelijk van kracht kan zijn; dat indien dit niet het geval zou zijn, dit aanleiding zou geven tot verwarring bij de organisatoren van voetbalwedstrijden en het publiek dat zich toegangsbewijzen wenst aan te schaffen;

Dat bij de voetbalclubs, die voorafgaand betrokken zijn geweest bij het overleg voor de totstandkoming van dit Koninklijk besluit, momenteel een verwarring heerst aangezien de ene voetbalclub de bestaande reglementering toepast terwijl de andere club zich reeds richt op de toekomstige reglementering. Dat alzo het publiek dat zich een toegangsbewijs wenst aan te schaffen, geconfronteerd wordt met regels die verschillen van club tot club waarbij door de ene club slechts één toegangsbewijs wordt afgeleverd mits voorlegging van een middel ter legitimatie terwijl de andere club meerdere toegangsbewijzen aan een persoon aflevert middels voorlegging van een middel ter legitimatie of een document ter identificatie. Dat dergelijke situaties leiden tot onduidelijkheid en wantoestanden en het gepast is dat zo vlug mogelijk een einde wordt gemaakt aan deze onzekere toestand. Dat indien de huidige situatie zou bestendigd worden, dit riskeert het nuttig effect voor de voorgestelde reglementering met meerdere maanden uit te stellen, hetgeen strijdig is met het principe van behoorlijk bestuur;

Dat daarenboven het Koninklijk besluit van 3 juni 1999 houdende de regels voor het ticketbeheer ter gelegenheid van voetbalwedstrijden bepaalt dat er aan het centraal secretariaat en op de gedecentraliseerde verkoopspunten respectievelijk 4 en 2 toegangsbewijzen kunnen afgeleverd worden per persoon die zich identificeert waarbij enkel de identiteit van de aankoper gekend dient te zijn. Dat een dergelijke regeling tot gevolg heeft dat een persoon de bijkomende toegangsbewijzen die hij aankoopt, kan doorgeven van personen met een stadionverbod. Dat meer dan 2 jaar toepassing in de praktijk van het Koninklijk besluit immers toegelaten heeft vast te stellen dat inderdaad veelvuldig personen met een stadionverbod zich in een voetbalstadion bevonden; dat dit aanleiding kan geven tot incidenten aanzien dergelijke personen een inherent risico vormen voor de veiligheid. Dat in het voorgestelde Koninklijk besluit wordt voorzien dat slechts een enkel toegangsbewijs kan worden verkregen per persoon die zich identificeert waarbij in afwijking hiervan de organisator nog kan beslissen om aan een persoon maximum drie bijkomende toegangsbewijzen toe te kennen voor zover de personen voor wie ze bestemd zijn geïdentificeerd zijn; dat op die wijze iedere persoon die zich een toegangsbewijs aanschaft, verplicht is zich te identificeren, hetgeen in de huidige reglementering niet het geval is.

Dat met deze wijziging dan ook vermeden wordt dat personen met een stadionverbod het stadion alsnog zouden kunnen betreden en op die wijze de veiligheid in het stadion kan gegarandeerd worden en niet in gevaar gebracht wordt door de aanwezigheid van personen met een stadionverbod;

Gelet op het advies van de Raad van State, gegeven op 1 oktober 2001, met toepassing van artikel 84, eerste lid 2° van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973 en vervangen door de wet van 4 augustus 1996;

Op de voordracht van Onze Minister van Binnenlandse Zaken en op het advies van Onze in Raad vergaderde Ministers, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.In artikel 1 van het Koninklijk besluit van 3 juni 1999 houdende de regels voor het ticketbeheer ter gelegenheid van voetbalwedstrijden worden de volgende wijzigingen aangebracht : a) in artikel 1, 7°, wordt na « zijn identiteit » toegevoegd « en zijn supporterskeuze ».b) in artikel 1, 8°, wordt na « een natuurlijke persoon » toegevoegd « of vereniging » en wordt na « voor een groep natuurlijke personen » toegevoegd « waarbij de identiteit en de supporterskeuze van elke individuele persoon gekend is ».c) artikel 1 wordt aangevuld met het volgende punt, luidende : « 9° « nominatieve gegevens » : naam en voorna(a)m(en) van de natuurlijke persoon aan wie een toegangsbewijs of abonnement wordt toegewezen ».

Art. 2.In het eerste lid van artikel 2 wordt na « 19 » toegevoegd « 19bis ».

Het tweede lid van artikel 2 van hetzelfde besluit wordt aangevuld als volgt : « evenwel zijn de artikelen 19, § 4 en § 5, tweede lid, slechts van toepassing op deze wedstrijden wanneer de organisator een ploeg is van de eerste nationale afdeling ».

Art. 3.Het artikel 6 wordt aangevuld met een vierde punt, luidend : « 4° de nominatieve gegevens van de houder van het abonnement ».

Art. 4.Artikel 9 van hetzelfde besluit wordt vervangen als volgt : «

Art. 9.Op elk toegangsbewijs dat verkregen wordt overeenkomstig artikel 19, § 2, van dit besluit, worden de naam en de voorna(a)m(en) van de houder van het toegangsbewijs gedrukt, alsook de naam van de titularis van de groepskaart via dewelke hij het toegangsbewijs heeft verkregen.

Op elk toegangsbewijs dat een persoon verkrijgt overeenkomstig artikel 19, § 3 en § 4 van dit besluit, worden de naam en de voornaam van die persoon gedrukt ».

Art. 5.Artikel 13 van hetzelfde besluit wordt aangevuld met een derde lid, luidend : « De door de organisator aan de rivaliserende club toegekende toegangsbewijzen, dienen door de rivaliserende club onder de eigen supporters verdeeld te worden ».

Art. 6.§ 1. Het artikel 19, § 3, van hetzelfde besluit wordt vervangen als volgt : «

Art. 19.§ 3. Elke persoon die zich identificeert aan de hand van een middel ter legitimatie of een document ter identificatie, kan op het centrale secretariaat van de organisator en op de door de organisator erkende gedecentraliseerde verkooppunten één enkel toegangsbewijs verkrijgen.

In afwijking van het eerste lid kan de organisator beslissen om aan een persoon die zich identificeert aan de hand van een middel ter legitimatie of een document ter identificatie, maximum drie bijkomende toegangsbewijzen toe te kennen voor zover de personen voor wie ze zijn bestemd, geïdentificeerd zijn aan de hand van een middel ter legitimatie of een document ter identificatie.

De nominatieve gegevens van iedere houder alsook zijn supporterskeuze worden geregistreerd. » § 2. Het artikel 19, § 4 wordt vervangen als volgt : « § 4. Elke persoon die zich identificeert aan de hand van een middel ter legitimatie kan aan de loketten van het stadion en in de drie uren die de wedstrijd voorafgaan, één toegangsbewijs verkrijgen.

De nominatieve gegevens van deze persoon alsook zijn supporterskeuze worden geregistreerd ». § 3. Het artikel 19, § 5 wordt vervangen als volgt : «

Art. 19.§ 5. In afwijking van § 3, kan de organisator meerdere toegangsbewijzen toekennen aan een vader, moeder of voogd indien het gaat om toegangsbewijzen bestemd voor kinderen jonger dan 16 jaar en voorzover zij mee opgenomen zijn op het middel ter legitimatie van de vader, moeder of voogd of voor zover het document ter identificatie van deze kinderen door de vader, moeder of voogd wordt voorgelegd.

In afwijking van § 4 kan de organisator meerdere toegangsbewijzen toekennen aan vader, moeder of voogd, indien het gaat om toegangsbewijzen bestemd voor kinderen jonger dan 16 jaar en voorzover zij mee opgenomen zijn op het middel ter legitimatie van de vader, moeder of voogd.

De nominatieve gegevens van de houders, alsook hun supporterskeuze worden geregistreerd. »

Art. 7.In hoofdstuk III van hetzelfde besluit wordt een afdeling 2bis ingevoegd, luidende : « Afdeling 2bis. - Bepalingen eigen aan wedstrijden tussen ploegen van de eerste nationale afdeling. »

Artikel 19bis.Onverminderd artikel 12, 3° van dit besluit, kent de organisator enkel abonnementen toe aan personen die zich hebben geïdentificeerd via een middel ter legitimatie, en die hun supporterskeuze bekend gemaakt hebben ».

Art. 8.Dit besluit treedt in werking de dag waarop het in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt.

Art. 9.Onze Minister van Binnenlandse Zaken is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 3 november 2001.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Binnenlandse Zaken, A. DUQUESNE

^