gepubliceerd op 05 augustus 2013
Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 27 januari 2011, gesloten in het Paritair Subcomité voor het bedrijf der hardsteengroeven en der groeven van uit te houwen kalksteen in de provincie Henegouwen, tot oprichting van een fonds voor bestaanszekerheid "Fonds 2e pijler PSC 102.01" genoemd en tot vaststelling van zijn statuten
3 APRIL 2013. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 27 januari 2011, gesloten in het Paritair Subcomité voor het bedrijf der hardsteengroeven en der groeven van uit te houwen kalksteen in de provincie Henegouwen, tot oprichting van een fonds voor bestaanszekerheid "Fonds 2e pijler PSC 102.01" genoemd en tot vaststelling van zijn statuten (1)
ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet van 7 januari 1958Relevante gevonden documenten type wet prom. 07/01/1958 pub. 31/03/2011 numac 2011000170 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de Fondsen voor bestaanszekerheid Officieuze coördinatie in het Duits sluiten betreffende de fondsen voor bestaanszekerheid, inzonderheid op artikel 2;
Gelet op de wet van 5 december 1968Relevante gevonden documenten type wet prom. 05/12/1968 pub. 22/05/2009 numac 2009000346 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;
Gelet op het verzoek van het Paritair Subcomité voor het bedrijf der hardsteengroeven en der groeven van uit te houwen kalksteen in de provincie Henegouwen;
Op de voordracht van de Minister van Werk, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 27 januari 2011, gesloten in het Paritair Subcomité voor het bedrijf der hardsteengroeven en der groeven van uit te houwen kalksteen in de provincie Henegouwen, tot oprichting van een fonds voor bestaanszekerheid "Fonds 2e pijler PSC 102.01" genoemd en tot vaststelling van zijn statuten.
Art. 2.De minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Châteauneuf-de-Grasse, 3 april 2013.
ALBERT Van Koningswege : De Minister van Werk, Mevr. M. DE CONINCK _______ Nota (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 7 januari 1958Relevante gevonden documenten type wet prom. 07/01/1958 pub. 31/03/2011 numac 2011000170 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de Fondsen voor bestaanszekerheid Officieuze coördinatie in het Duits sluiten, Belgisch Staatsblad van 7 februari 1958. Wet van 5 december 1968Relevante gevonden documenten type wet prom. 05/12/1968 pub. 22/05/2009 numac 2009000346 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969.
Bijlage Paritair Subcomité voor het bedrijf der hardsteengroeven en der groeven van uit te houwen kalksteen in de provincie Henegouwen Collectieve arbeidsovereenkomst van 27 januari 2011 Oprichting van een fonds voor bestaanszekerheid "Fonds 2e pijler PSC 102.01" genoemd en vaststelling van zijn statuten (Overeenkomst geregistreerd op 3 maart 2011 onder het nummer 103309/CO/102.01)
Artikel 1.Toepassingsgebied Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers en op de werknemers tewerkgesteld in de ondernemingen die behoren tot de bevoegdheid van het Paritair Subcomité voor het bedrijf der hardsteengroeven en der groeven van uit te houwen kalksteen in de provincie Henegouwen.
Art. 2.Doelstelling Deze collectieve arbeidsovereenkomst richt een fonds "2e pijler" op voor de werknemers die behoren tot het Paritair Subcomité voor het bedrijf der hardsteengroeven en der groeven van uit te houwen kalksteen in de provincie Henegouwen, waarvan de statuten als bijlage zijn overgenomen.
Art. 3.Inwerkingtreding en duur Deze collectieve arbeidsovereenkomst treedt in werking op 1 januari 2011 en wordt gesloten voor onbepaalde tijd.
Art. 4.Opzegging van de collectieve arbeidsovereenkomst Deze collectieve arbeidsovereenkomst kan worden opgezegd door een van de partijen met een opzeggingstermijn van zes maanden betekend per ter post aangetekende brief, gericht aan de voorzitter van het Paritair Subcomité voor het bedrijf der hardsteengroeven en der groeven van uit te houwen kalksteen in de provincie Henegouwen.
De opzegging van deze collectieve arbeidsovereenkomst brengt automatisch de ontbinding teweeg van het "Fonds 2e pijler PSC 102.01".
Art. 5.Algemeen verbindendverklaring De partijen vragen de algemeen verbindendverklaring.
Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 3 april 2013.
De Minister van Werk, Mevr. M. DE CONINCK
Bijlage bij de collectieve arbeidsovereenkomst van 27 januari 2011, gesloten in het Paritair Subcomité voor het bedrijf der hardsteengroeven en der groeven van uit te houwen kalksteen in de provincie Henegouwen, tot oprichting van een fonds voor bestaanszekerheid "Fonds 2e pijler PSC 102.01" genoemd en tot vaststelling van zijn statuten Statuten van het "Fonds 2e pijler PSC 102.01" voor het bedrijf der hardsteengroeven en der groeven van uit te houwen kalksteen in de provincie Henegouwen (2PLSCPPG) HOOFDSTUK I. - Oprichting, benaming, maatschappelijke zetel, doelstelling en duur
Artikel 1.Een fonds voor bestaanszekerheid voor het bedrijf der hardsteengroeven en der groeven van uit te houwen kalksteen in de provincie Henegouwen "Fonds 2e pijler PSC 102.01" wordt opgericht overeenkomstig de bepalingen van de wet van 7 januari 1958Relevante gevonden documenten type wet prom. 07/01/1958 pub. 31/03/2011 numac 2011000170 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de Fondsen voor bestaanszekerheid Officieuze coördinatie in het Duits sluiten betreffende de fondsen voor bestaanszekerheid.
Art. 2.De maatschappelijke zetel van het "Fonds 2e pijler PSC 102.01" is gevestigd c/o Fédération des Carrières de Petit Granit - Pierre Bleue de Belgique - chemin des Carrières 1 - 7063 Neufvilles.
Art. 3.Het "Fonds 2e pijler PSC 102.01" wordt opgericht om de rol te vervullen van inrichter van het sectoraal pensioenstelsel zoals bepaald door de collectieve arbeidsovereenkomst van 27 januari 2011 tot oprichting van een sectoraal pensioenstelsel voor de werknemers tewerkgesteld in de ondernemingen die behoren tot de bevoegdheid van het Paritair Subcomité voor het bedrijf der hardsteengroeven en der groeven van uit te houwen kalksteen in de provincie Henegouwen.
Art. 4.De rol van inrichter van het sectoraal pensioenstelsel is beperkt tot : - de organisatie van de overdracht van de noodzakelijke gegevens voor de inwerkingstelling en voor de werking van het sectoraal pensioenstelsel; - de eventuele inzameling van de bijdragen bij de werkgevers van de sector; - de organisatie van de financiële overdracht; - de controle van de algemene werking en van de resultaten van de pensioeninstelling die belast is met het sectoraal pensioenstelsel; - de informatie aan de aangeslotenen en aan hun werkgevers betreffende het sectoraal pensioenstelsel; - de bepaling van de modaliteiten en van de procedures noodzakelijk voor de uitvoering van de rol van inrichter. HOOFDSTUK II. - Toepassingsgebied
Art. 5.Deze statuten zijn van toepassing : 1° op de werkgevers die behoren tot het toepassingsgebied van de collectieve arbeidsovereenkomst van 27 januari 2011 tot oprichting van een sectoraal pensioenstelsel voor de werknemers tewerkgesteld in de ondernemingen die behoren tot de bevoegdheid van het Paritair Subcomité voor het bedrijf der hardsteengroeven en der groeven van uit te houwen kalksteen in de provincie Henegouwen;2° op de werklieden en werksters tewerkgesteld door de werkgevers bedoeld in 1°. HOOFDSTUK III. - Voordelen
Art. 6.Het sectoraal pensioenstelsel vormt het voordeel toegekend door het "Fonds 2e pijler PSC 102.01".
De personen die recht hebben op dit voordeel zijn de werklieden en de werksters tewerkgesteld door de werkgevers die vallen onder het toepassingsgebied van de collectieve arbeidsovereenkomst van 27 januari 2011 tot oprichting van een sectoraal pensioenstelsel voor de werknemers tewerkgesteld in de ondernemingen die behoren tot de bevoegdheid van het Paritair Subcomité voor het bedrijf der hardsteengroeven en der groeven van uit te houwen kalksteen in de provincie Henegouwen.
De voornoemde collectieve arbeidsovereenkomst vermeldt de aard van dit voordeel, de toekennings- en vereffeningsmodaliteiten ervan. HOOFDSTUK IV. - Beheer
Art. 7.Het "Fonds 2e pijler PSC 102.01" wordt beheerd door een raad van bestuur die paritair is samengesteld uit vertegenwoordigers van de werkgevers en van de werknemers die betrokken zijn bij dit sectoraal pensioenstelsel.
Deze raad is samengesteld uit zes effectieve leden, drie vertegenwoordigers van de werkgevers en drie vertegenwoordigers van de werknemers.
De raad van bestuur wordt aangevuld met zes plaatsvervangende leden die mogen deelnemen een de vergaderingen, zonder stemrecht, behalve in geval van verhindering, de plaatsvervangende leden vervangen de effectieve leden en oefenen dezelfde bevoegdheden uit.
De organisaties vertegenwoordigd in het paritair subcomité wijzen, na overleg, onder hun effectieve leden, de effectieve leden aan in de raad van bestuur van het fonds.
De plaatsvervangende leden van elke vertegenwoordiging worden aangesteld door de effectieve leden van hun respectieve vertegenwoordiging, voor een duur van vier jaar.
Het mandaat van een effectief lid vervalt tegelijkertijd met zijn mandaat van lid van het paritair subcomité.
In geval van overlijden of ontslag van een bestuurder voorziet de raad van bestuur in zijn vervanging met naleving van de regels die voorafgaan.
Art. 8.De raad van bestuur stelt zijn voorzitter aan, in eigen midden, afwisselend voor een periode van twee jaar respectievelijk bij elk van de vertegenwoordigingen te beginnen met een voorzitter van de werkgeversvertegenwoordiging.
De raad van bestuur stelt, op de voordracht van de werkgeversvertegenwoordiging, een secretaris aan. Deze is belast met het dagelijks beheer van het fonds. De secretaris moet niet noodzakelijk lid zijn van de raad van bestuur.
Art. 9.De raad van bestuur komt bijeen na bijeenroeping door de voorzitter. Bij afwezigheid van de voorzitter, komt hij bijeen na bijeenroeping door de secretaris en wordt voorgezeten door het oudste lid in functie van de werkgeversvertegenwoordiging.
De voorzitter is verplicht om de raad tenminste één keer per jaar bijeen te roepen en binnen veertien dagen, wanneer twee leden dit aanvragen.
De agenda moet op de convocaties worden vermeld.
De notulen van de vergaderingen worden opgesteld door de secretaris en verzonden naar de bestuurders binnen 30 dagen na de vergadering. Zij worden ondertekend door de voorzitter of door twee bestuurders.
De besluiten zijn slechts geldig als zij tenminste de stem krijgen van twee leden van elke representatieve groep en op voorwaarde dat het voorgelegd punt op de agenda van de vergadering werd geplaatst.
Art. 10.De raad van bestuur heeft de ruimste bevoegdheden voor het beheer en het bestuur van het "Fonds 2e pijler PSC 102.01" en kan alle maatregelen nemen die nodig blijken voor de goede werking ervan.
Hij wordt vertegenwoordigd in alle juridische rechtsvorderingen door de voorzitter of de bestuurder die hiertoe is afgevaardigd.
De raad van bestuur kan de totaliteit of een deel van zijn bevoegdheden overdragen aan één of meerdere van zijn leden of zelfs aan derden.
Art. 11.De bestuurders gaan geen enkele persoonlijke verplichting aan betreffende de verbintenissen van het fonds. Hun verantwoordelijkheid is beperkt tot de uitvoering van het mandaat dat zij hebben ontvangen.
Hun mandaat wordt niet bezoldigd. HOOFDSTUK V. - Financiële overdracht
Art. 12.De bijdragen voor de financiering van het sectoraal pensioenstelsel worden vastgesteld door collectieve arbeidsovereenkomsten gesloten in het Paritair Subcomité voor het bedrijf der hardsteengroeven en der groeven van uit te houwen kalksteen in de provincie Henegouwen.
Art. 13.De raad van bestuur zal een beslissing nemen in verband met het feit dat de bijdragen zullen worden geïnd en ingevorderd door de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid of dat deze rechtstreeks zullen worden geïnd bij elke werkgever die valt onder deze collectieve arbeidsovereenkomst. Hij zal enerzijds de werkgevers hiervan op de hoogte brengen alsook de pensioeninstelling opdat deze tijdig de administratieve maatregelen kunnen nemen.
Art. 14.Zoals artikel 7 van de wet van 7 januari 1958Relevante gevonden documenten type wet prom. 07/01/1958 pub. 31/03/2011 numac 2011000170 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de Fondsen voor bestaanszekerheid Officieuze coördinatie in het Duits sluiten betreffende de fondsen voor bestaanszekerheid bepaalt, zijn de berekenings-, innings- en invorderingswijzen van deze bijdragen, en van de eventuele bijdrageverhogingen, en van de verwijlintresten dezelfde als toepasselijk inzake sociale zekerheidsbijdragen.
Art. 15.Deze bijdragen worden gestort aan de pensioeninstelling die belast is met het sectoraal pensioenstelsel, na inning van de beheerskosten van 4,06 pct. ten voordele van het "Fonds 2e pijler PSC 102.01".
De raad van bestuur kan de pensioeninstelling mandateren opdat zij deze bijdragen zou innen ofwel rechtstreeks bij de werkgevers, ofwel rechtstreeks bij de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid. In dit laatste geval zal de pensioeninstelling de beheerskosten vereffenen ten opzichte van het "Fonds 2e pijler PSC 102.01".
Art. 16.Het boekjaar vangt aan op 1 januari en wordt afgesloten op 31 december.
Art. 17.Elk jaar, uiterlijk in de loop van de maand maart, moet de begroting ter goedkeuring worden voorgelegd aan het paritair subcomité.
Art. 18.De rekeningen van het afgelopen boekjaar worden afgesloten op 31 december. De raad van bestuur alsook de revisor of de expert boekhouder aangesteld door het paritair comité, met toepassing van artikel 12 van de wet van 7 januari 1958Relevante gevonden documenten type wet prom. 07/01/1958 pub. 31/03/2011 numac 2011000170 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de Fondsen voor bestaanszekerheid Officieuze coördinatie in het Duits sluiten betreffende de fondsen voor bestaanszekerheid, stellen elk een schriftelijk jaarverslag op betreffende de uitvoering van hun taak voor het voorbije jaar. De rekeningen en de jaarverslagen moeten ter goedkeuring worden voorgelegd aan het paritair subcomité uiterlijk in de loop van de maand juni. HOOFDSTUK VI. - Ontbinding
Art. 19.In geval van ontbinding van het "Fonds 2e pijler PSC 102.01" stelt het Paritair Subcomité voor het bedrijf der hardsteengroeven en der groeven van uit te houwen kalksteen in de provincie Henegouwen de vereffenaars aan, bepaalt hun bevoegdheden en bezoldigingen en preciseert de bestemming van het vermogen van het "Fonds 2e pijler PSC 102.01".
Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 3 april 2013.
De Minister van Werk, Mevr. M. DE CONINCK