1 SEPTEMBER 2004. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 16 januari 2003 tot toekenning van een Copernicuspremie aan bepaalde personeelsleden van het administratief en logistiek kader van de geïntegreerde politie, gestructureerd op twee niveaus

ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 27 december 2000 houdende diverse bepalingen met betrekking tot de rechtspositie van het personeel van de politiediensten, inzonderheid op artikel 4, § 1, tweede lid;

Gelet op de wet van 7 december 1998 tot organisatie van een geïntegreerde politiedienst, gestructureerd op twee niveaus, gewijzigd bij de wet van 26 april 2002, inzonderheid op artikel 121;

Gelet op het koninklijk besluit van 16 januari 2003 tot toekenning van een Copernicuspremie aan bepaalde personeelsleden van het administratief en logistiek kader van de geïntegreerde politie, gestructureerd op twee niveaus, inzonderheid op de artikelen 1, 2, 8 en 9;

Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 9 mei 2003;

Gelet op de akkoordbevinding van Onze Minister van Begroting, gegeven op 5 augustus 2003;

Gelet op de akkoordbevinding van Onze Minister van Ambtenarenzaken, gegeven op 6 juni 2003;

Gelet op het protocol Nr. 110/1 (2) van 3 december 2003 van het onderhandelingscomité van de politiediensten van 15 oktober 2003;

Gelet op het advies van de adviesraad van burgemeesters van 4 februari 2004;

Gelet op het advies Nr. 36.804/2 van de Raad van State, gegeven op 14 mei 2004;

Op de voordracht van Onze Minister van Binnenlandse Zaken, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Artikel 1, eerste lid, van het koninklijk besluit van 16 januari 2003 tot toekenning van een Copernicuspremie aan bepaalde personeelsleden van het administratief en logistiek kader van de geïntegreerde politie, gestructureerd op twee niveaus, wordt aangevuld als volgt : « 3° niveau A (1). »

Art. 2.Artikel 8 van hetzelfde besluit wordt aangevuld als volgt : « § 3. Voor de eerste betaling van de premie aan de personeelsleden bedoeld in artikel 1, eerste lid, 3°, worden de prestaties geleverd gedurende het jaar 2002 in aanmerking genomen in niveau A (1) of in een gelijkgesteld niveau zoals bepaald krachtens bijlage 12 van het RPPol, in de hoedanigheid van vastbenoemd ambtenaar, stagiair en/of contractueel personeelslid, van de federale politie, van een gemeente of van een korps van de lokale politie.

In afwijking van artikel 2, eerste lid, b), wordt het percentage genoemd in die bepaling vastgesteld op 80 in plaats van op 92 voor de berekening van het bedrag van de premie die wordt toegekend aan de personeelsleden van niveau A (1) voor de jaren 2003 en 2004. »

Art. 3.Artikel 9, 2°, van hetzelfde besluit wordt aangevuld als volgt : « en voor het personeel bedoeld in artikel 1, eerste lid, 3°. »

Art. 4.Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 mei 2003.

Art. 5.Onze Minister van Binnenlandse Zaken is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, op 1 september 2004.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Binnenlandse Zaken, P. DEWAEL