8 NOVEMBER 2007. - Besluit van de Regering betreffende de aanbestedingsprocedure inzake frequenties voor de analoge aardse klankradio-omroep

De regering van de Duitstalige gemeenschap, Gelet op het decreet van 27 juni 2005 over de radio-omroep en de filmvoorstellingen, inzonderheid op artikel 50;

Gelet op het advies van de Raad van State nr. 43.138/3, gegeven op 5 juni 1997 met toepassing van artikel 84, § 1, lid 1, 1°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, vervangen bij de wet van 2 april 2003;

Op de voordracht van de Minister van Cultuur en Media, Monumentenzorg, Jeugd en Sport;

Na beraadslaging, Besluit : Definities

Artikel 1.Voor de toepassing van voorliggend besluit dient te worden verstaan onder : 1° « decreet » : het decreet van 27 juni 2005 over de radio-omroep en de filmvoorstellingen;2° « beslissingskamer » : de beslissingskamer van de Mediaraad van de Duitstalige Gemeenschap;3° « toewijzingsprocedure » : de procedure bepaald in artikel 50, lid 1, van het decreet. Principe

Art. 2.Worden in het kader van een toewijzingsprocedure inzake frequenties voor de analoge aardse klankradio-omroep meer aanvragen ingediend dan er beschikbare frequenties zijn, dan gebeurt de toewijzing overeenkomstig de volgende aanbestedingsprocedure.

De aanbestedingsprocedure wordt geopend door een formele mededeling in het Belgisch Staatsblad.

De termijn om zich kandidaat te stellen is van zes weken vanaf de opening van de aanbestedingsprocedure.

Aanbestedingsvoorwaarden

Art. 3.De aanvragen in het kader van een aanbestedingsprocedure voor frequenties voor de analoge aardse klankradio-omroep worden bij de beslissingskamer schriftelijk ingediend. Onvolledige of laattijdige aanvragen worden niet in aanmerking genomen.

De aanvragen bevatten : 1° de uitleg dat voldaan wordt aan de voorwaarden die in de artikelen 52 en 53 van het decreet voor de toewijzing van radiofrequenties bepaald zijn; 2° gedetailleerde bewijzen dat voldaan wordt aan de criteria m.b.t. de geschiktheidsevaluatie die in artikel 4 bepaald zijn.

De kandidaten kunnen worden gehoord.

Evaluatie van de geschiktheid

Art. 4.De opdracht wordt toegekend aan de kandidaat die het best geschikt schijnt te zijn om de radiobehoeften te dekken.

De criteria op basis waarvan de kandidaten worden geëvalueerd naar hun geschiktheid zijn : 1° het gebruik van de frequentie voor de uitzending van analoge aardse klankradio-omroep; 2° de astemming van hun plannen op het verlenen van de aanbesteden dienst, in het bijzonder m.b.t. de geschiktheid van de kandidaat de capaciteiten feitelijk te baat te nemen zodra ze ter beschikking worden gesteld en 3° de geschiktheid van de maatregelen die de kandidaat, zowel op het technisch als op het functioneel vlak, beoogt te nemen om schadelijke interferentie te vermijden en de blootstelling van de bevolking aan elektromagnetische velden te beperken. Bij gelijke geschiktheid wordt de voorrang verleend aan de kandidaten die de kwalitatief beste dienst leveren.

Openbaarmaking van de beslissing

Art. 5.De beslissing wordt aan de geselecteerde kandidaat en aan de overige kandidaten schriftelijk medegedeeld. Het resultaat van de selectieprocedure wordt in elk geval op de website van de Mediaraad bekendgemaakt.

Eupen, 8 november 2007.

Voor de Regering van de Duitstalige Gemeenschap : De Minister-President, Minister van Lokale Besturen, K.-H. LAMBERTZ De Minister van Cultuur en Media, Monumentenzorg, Jeugd en Sport, Mevr. I. WEYKMANS