Etaamb.openjustice.be
Decreet van 29 februari 2008
gepubliceerd op 08 april 2008

Decreet betreffende de inrichting van de proeven voor de balans opmakende evaluaties in het gewoon secundair onderwijs met volledig leerplan

bron
ministerie van de franse gemeenschap
numac
2008029189
pub.
08/04/2008
prom.
29/02/2008
ELI
eli/decreet/2008/02/29/2008029189/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

29 FEBRUARI 2008. - Decreet betreffende de inrichting van de proeven voor de balans opmakende evaluaties in het gewoon secundair onderwijs met volledig leerplan (1)


Het Parlement van de Franse Gemeenschap heeft aangenomen en Wij, Regering, bekrachtigen hetgeen volgt : HOOFDSTUK I. - Wijzigingen aan de wet van 19 juli 1971 betreffende de algemene structuur en de organisatie van het secundair onderwijs

Artikel 1.In artikel 9, eerste lid, van de wet van 19 juli 1971 betreffende de algemene structuur en de organisatie van het secundair onderwijs, worden de woorden "vijftien dagen" vervangen door de woorden "achttien dagen".

Art. 2.In artikel 9, eerste lid, van dezelfde wet, worden de woorden "met uitzondering van de proeven in verband met de uitreiking van het kwalificatiegetuigschrift" ingevoegd na het woord "evaluatietoetsen".

Art. 3.In artikel 9, van de zelfde wet, wordt een lid toegevoegd, luidend als volgt : "Gedurende de periodes bedoeld in de vorige leden, moeten de meerderjarige leerlingen die het wensen en de minderjarige leerlingen wier ouders (of de persoon die het ouderlijk gezag bekleedt) het wensen (wenst) opgenomen worden binnen de inrichting en er een opvoedende of pedagogische begeleiding genieten. »

Art. 4.In dezelfde wet, wordt een artikel 9bis ingevoegd, luidend als volgt : «

Artikel 9bis.Onverminderd artikel 9 van deze wet, wanneer een inrichtingshoofd in het onderwijs ingericht door de Franse Gemeenschap of een inrichtende macht in het onderwijs gesubsidieerd door de Franse Gemeenschap proeven voor balans opmakende evaluatie inricht in de vorm van tussentijdse evaluaties of examens, worden de volgende regels in acht genomen : a) Gedurende het schooljaar, met uitzondering van de proeven ingericht in juni en september, mogen evaluatieproeven niet over meer dan acht open schooldagen verspreid worden voor de eerste graad en over meer dan twaalf dagen voor de andere graden.Als de proeven ten einde zijn gekomen, worden de dag daarna de lessen voortgezet volgens een normale uurregeling behalve wanneer het einde van de zittijd samenvalt met het begin van een schoolvakantie of een weekeinde in welk geval de lessen hervat worden de eerste dag na het einde van de schoolvakantie of het weekeinde. Nochtans, als de proeven ten einde zijn gekomen, kunnen de lessen opgeschort worden, desgevallend, gedurende een maximum van vier dagen voor de eerste graad en van vijf dagen voor de andere graden om de mogelijkheid te bieden om klassenraden in te richten waaronder maximum een dag bestemd voor de uitreiking van de schoolrapporten volgens een aangepaste uurregeling. Deze dag(en) wordt (worden) meegeteld in de acht en twaalf open schooldagen bepaald in dit lid.

Wanneer een inrichtingshoofd, in het onderwijs ingericht door de Franse Gemeenschap, of de inrichtende macht in het gesubsidieerd onderwijs, deze dagen gedeeltelijk of geheel niet gebruikt, op het einde van de evaluatieproeven bedoeld in dit lid, kunnen deze besteed worden aan de inrichting van klassenraden gedurende het schooljaar. b) Gedurende de maand juni, en voor de drie graden, eindigen de evaluatieproeven ten laatste de negende open schooldag inbegrepen voor de schoolvakantie.Nochtans, wanneer de proeven in verband met de uitreiking van het kwalificatiegetuigschrift ingericht worden op het einde van de periode bestemd voor de proeven voor de balans opmakende evaluaties, kunnen deze laatste een einde nemen, voor de betrokken klassen, ten vroegste de twaalfde open schooldag inbegrepen voor de schoolvakantie.

De interne procedure bedoeld bij het vijfde lid van artikel 96 van het Decreet van 24 juli 1997 dat de prioritaire taken bepaalt van het basisonderwijs en van het secundair onderwijs en de structuren organiseert die het mogelijk maken ze uit te voeren, dient te geschieden minstens gedurende de laatste twee open schooldagen voor de schoolvakantie. Ingeval een inrichtende macht of een inrichtingshoofd bedrijfsstages inricht zoals bedoeld bij artikel 53 van het decreet van 24 juli 1997 dat de prioritaire taken bepaalt van het basisonderwijs en van het secundair onderwijs en de structuren organiseert die het mogelijk maken ze uit te voeren, gedurende de periode bepaald in het vorige lid, kan de Regering een afwijking toekennen voor de inrichting van de balans opmakende proeven voor de betrokken klassen op een ander ogenblik van het jaar inbegrepen gedurende de eerste drie open schooldagen van de maand september, met inachtneming van de bepalingen van artikel 9 van de wet van 19 juli 1971 betreffende de algemene structuur en de organisatie van het secundair onderwijs. c) Wanneer de inrichtende macht verkiest overgangsexamens in te richten en deze gedeeltelijk of geheel ingericht worden in september, kunnen deze examens niet meer dan de eerste drie open schooldagen bestrijken.d) Naast de bepalingen bedoeld bij de punten a), b) en c), van dit lid, kunnen de lessen opgeschort worden om klassenraden in te richten gedurende een maximum van drie dagen. Het inrichtingshoofd, in het onderwijs ingericht door de Franse Gemeenschap, en de inrichtende macht in het gesubsidieerd onderwijs, na het advies te hebben ingenomen van de leerkrachten, beslist voor ieder studiejaar over de keuze van de disciplines die onderworpen zijn aan dergelijke proeven en aan de andere inrichtingsregels voor de zittijd, in het kader, wat betreft het onderwijs ingericht door de Franse Gemeenschap, van de nadere regels bepaald, desgevallend, door de Regering. Naargelang het aantal besloten proeven per zittijd, per jaar en per onderwijsvorm, verdeelt het inrichtingshoofd of de inrichtende macht deze over het geheel van de periode bepaald voor de samenvallende graad.

Het inrichtingshoofd of de inrichtende macht bepaalt een programmering voor de zittijden van de proeven voor de balans opmakende evaluaties waarin namelijk begrepen zijn de examendatums, de klassenraden en de oudervergaderingen. Gedurende het schooljaar, richt het inrichtingshoofd of de inrichtende macht minstens een oudervergadering in na elke zittijd van de proeven voor de balans opmakende evaluatie.

De programmering bepaald met toepassing van deze bepaling wordt voorafgaandelijk, in het onderwijs ingericht door de Franse Gemeenschap, aan het basisoverlegcomité om advies voorgelegd, in het door de Franse Gemeenschap gesubsidieerd officieel onderwijs, aan de plaatselijke paritaire commissie, en in het vrij onderwijs gesubsidieerd door de Franse Gemeenschap, aan de bedrijfsraad of, bij gebrek daaraan, aan de vakvereniging, met het recht om de zaak om advies aanhangig te maken bij het overlegbureau in geval van onenigheid, alsook aan het advies van de Participatieraad.

Voor ten laatste 15 november, zendt het inrichtingshoofd of de inrichtende macht aan het bestuur de programmering over samen met het advies uitgebracht door de plaatselijke overlegorganen met als doel het nagaan van de overeenstemming van deze met de wetsbepalingen en deelt ze aan de ouders mede. »

Art. 5.In dezelfde wet, wordt een artikel 9ter, luidend als volgt, ingevoegd : «

Artikel 9ter.De Diensten van de Regering worden belast met het toezicht op de naleving van de bepalingen bedoeld bij de artikelen 9 en 9bis van deze wet. »

Art. 6.In artikel 24 van de wet van 29 mei 1959 houdende wijziging van sommige bepalingen van de onderwijswetgeving, zoals gewijzigd bij de decreten van 12 juli 2001, wordt een paragraaf 2sexties ingevoegd, luidend als volgt : « § 2sexties. Indien de inrichtende macht de artikelen 9 en 9bis van de wet van 19 juli 1971 betreffende de algemene structuur en de organisatie van het secundair onderwijs, niet naleeft, wordt de procedure bedoeld bij § 2 ingezet. » HOOFDSTUK II. - Inwerkingtreding

Art. 7.Dit decreet treedt in werking zodra het in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt.

Kondigen dit decreet af, bevelen dat het in het Belgisch Staatsblad zal worden bekendgemaakt.

Brussel, 29 februari 2008.

De Minister-Presidente, belast met het leerplichtonderwijs, Mevr. M. ARENA De Vice-Presidente, Minister van Hoger Onderwijs, Wetenschappelijk Onderzoek en Internationale Betrekkingen, Mevr. M.-D. SIMONET, De Vice-President, Minister van Begroting, Financiën, Ambtenarenzaken en Sport, M. DAERDEN, De Minister van Cultuur en de Audiovisuele Sector, Mevr. F. LAANAN, De Minister van Jeugd en Onderwijs voor sociale promotie, M. TARABELLA De Minister van Kinderwelzijn, Hulpverlening aan de Jeugd en Gezondheid, Mevr. C. FONCK _______ Nota's (1) Zitting 2007-2008 : Stukken van de Raad.- Ontwerp van decreet, nr. 518-1. - Verslag nr. 518-2.

Integraal verslag. - Bespreking en aanneming. - Vergadering van 26 februari 2008.

^