24 MAART 2000. - Decreet waarbij een waarborg van het Gewest wordt verleend aan bepaalde bedrijven die door de dioxinecrisis van 1999 werden getroffen (1)

De Waalse Gewestraad heeft aangenomen en Wij, Regering, bekrachtigen hetgeen volgt :

Artikel 1.Behalve de landbouwbedrijven bedoeld in de artikelen 2, 2°, en 3 van de wet van 3 december 1999 betreffende steunmaatregelen ten gunste van landbouwbedrijven getroffen door de dioxinecrisis, komen in aanmerking voor de tegemoetkoming van het Waarborgfonds bedoeld onder titel I, hoofdstuk I, afdeling II, van de wet van 4 augustus 1978 tot economische heroriëntering alsmede voor een rentetoelage en een forfaitair bedrag van 10 000 BEF, de bedrijven die hun aanvraag uiterlijk 1 mei 2000 hebben ingediend en de volgende voorwaarden vervullen : 1° een natuurlijk persoon met commerciële doeleinden zijn of voor een zelfstandig beroep bestemd zijn of een handelsvennootschap of een vennootschap zijn die de rechtsvorm van een handelsvennootschap heeft aangenomen, of een Europees economisch samenwerkingsverband of een economisch samenwerkingsverband zijn;2° minstens één exploitatiezetel in het Waalse Gewest hebben;3° de hoofdactiviteit is gericht op de productie, de verwerking, het vervoer of de handel van producten van dierlijke oorsprong of van afgeleide producten voor menselijke of dierlijke consumptie, waarbij : a) hetzij voornoemde producten tussen 1 juni en 30 september 1999 onderworpen werden aan Belgische of gemeenschappelijke regeringsmaatregelen die genomen werden om de verkoop of de uitvoer van eventueel met dioxinen of PCB's besmette producten te beletten;b) hetzij buitenlandse overheden naar aanleiding van de dioxinecrisis in België maatregelen hebben getroffen om de invoer van bovenbedoelde producten te blokkeren;c) hetzij de activiteit gedurende de in punt a) bedoelde periode werd belemmerd door afbestellingen of vertragingen van de leveringen van producten die het voorwerp hebben uitgemaakt van de regeringsmaatregelen bedoeld in a) en b);4° minstens 60 % van de omzet van het jaar 1998 is verwezenlijkt in de getroffen exploitatiezetel waar één of meer van de in 3° bedoelde activiteiten verricht worden;5° op ere verklaren te voldoen aan de wettelijke en reglementaire voorschriften die van toepassing zijn op de uitoefening van het beroep of de bedoelde activiteiten;6° op ere verklaren niet betrokken te zijn bij de dierenvoedselproductie, -verwerking of -commercialisering die het voorwerp hebben uitgemaakt van strafvervolgingen of burgerlijke rechtsvorderingen wegens een eventuele verantwoordelijkheid voor besmetting van voormeld dierenvoedsel met dioxinen of PCB's; 7° vóór 27 mei 1999 niet failliet zijn verklaard of het voorwerp zijn geweest van een gerechtelijk akkoord en op die datum geen belangrijke achterstanden hebben gehad i.v.m. belastingen, sociale lasten, bezoldigingen, noch schulden t.o.v. kredietinstellingen; 8° het bewijs leveren van de verslechtering van zijn financiële toestand en van het oorzakelijk verband tussen de verslechtering en de dioxinecrisis;9° de exploitatiezetel is niet in aanmerking gekomen voor een tegemoetkoming bedoeld in het decreet van 30 september 1999 inzake het toekennen van een tegemoetkoming van het Waarborgfonds, noch voor de rentetoelage voor bedrijven die getroffen werden door de dioxinecrisis van 1999, noch voor een tegemoetkoming van de Staat of een ander Gewest om nieuw bedrijfskapitaal aan te leggen, noch voor een tegemoetkoming uit de privé-sector om de geleden schade te dekken; 10° de omzet van de getroffen exploitatiezetel is tussen begin juni en eind september 1999 gedaald met minstens 20 % over drie maanden, 25 % over twee maanden of 40 % over één maand t.o.v. de gemiddelde omzet van de overeenstemmende maand(en) in de jaren 1996, 1997 en 1998.

Voor een bedrijf dat minder dan drie jaar bestaat, wordt de omzetdaling prorata temporis berekend op grond van de beschikbare cijfers.

Art. 2.Het krediet waaruit geput mag worden om de tegemoetkoming van het Waarborgfonds en de rentetoelage te betalen, moet : 1° dienen om het door de dioxinecrisis verminderde bedrijfskapitaal te stijven;2° minstens 1 miljoen frank bedragen; 3° gelijk zijn aan maximum 30 % van de tussen 1 juni en 30 september 1999 gedaalde omzet van de exploitatiezetel, t.o.v. de omzet tijdens de overeenstemmende periode in 1998, met een maximumbedrag in hoofdsom van 50 miljoen frank per bedrijf; 4° maximum vijf jaar duren. Het totaalbedrag van de in het eerste lid bedoelde kredieten mag niet hoger zijn dan 5 miljard frank in hoofdsom.

Art. 3.De tegemoetkoming van het Waarborgfonds dient voor de aflossing van de hoofdsom en de interesten, met inbegrip van de achterstallige interesten, behalve de kosten van het in artikel 2 bedoelde krediet. De waarborg dekt 50 % van het krediet.

De waarborg wordt vrijgemaakt en verleend volgens de procedure en de regels die de Regering bepaalt.

Art. 3bis.§ 1. Het bedrag van de rentetoelage is gelijk aan : 1° het totaal van de renten, voor de kredieten waarvan de hoofdsom minder dan 10 miljoen BEF bedraagt of voor de eerste tien miljoen van een hoger krediet;2° 3 % of 2 % voor het gedeelte van elk krediet boven 10 miljoen BEF, al naar gelang het bedrijf minder of meer dan 50 personen tewerkstelt. § 2. De rentetoelage wordt verleend en vereffend volgens de procedure en de regels die de Regering bepaalt.

Art. 3ter.Na goedkeuring van het dossier wordt aan de in artikel 1 bedoelde bedrijven een forfaitair bedrag van 10 000 BEF verleend dat de kosten voor het aanleggen van het aanvraagdossier gedeeltelijk zal dekken.

Art. 4.De Commissie die ingesteld is krachtens het decreet van 30 september 1999 inzake het toekennen van een tegemoetkoming van het Waarborgfonds en van een rentetoelage aan de bedrijven die schade ondervonden hebben ten gevolge van de dioxinecrisis van 1999, is met name bevoegd om : 1° de omzetdaling van een bedrijf te schatten die te wijten is aan de marktverstoring veroorzaakt door de dioxinebesmetting van bepaalde levensmiddelen of dierenvoedsel;2° de tegemoetkoming van het Waarborgfonds te verlenen in afwijking van de artikelen 12 à 27 van de wet van 4 augustus 1978 tot economische heroriëntering.

Art. 5.Artikel 12 van het decreet van 6 mei 1999 houdende oprichting van de publiekrechtelijke naamloze vennootschap « Société de Garantie régionale wallonne (S.G.R.W.) » (Waalse Gewestelijke Waarborgmaatschappij) is niet van toepassing in het kader van dit decreet.

Art. 6.In artikel 1 van het decreet van 30 september 1999 inzake het toekennen van een tegemoetkoming van het Waarborgfonds en van een rentetoelage aan de bedrijven die schade ondervonden hebben ten gevolge van de dioxinecrisis van 1999 worden de termen « vóór 31 januari 2000 » vervangen door de termen « uiterlijk 1 mei 2000 ».

Art. 7.Dit decreet treedt in werking en heeft uitwerking de dag waarop het in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt, behalve artikel 6 dat uitwerking heeft op 31 januari 2000.

Kondigen dit decreet af, bevelen dat het in het Belgisch Staatsblad zal worden bekendgemaakt.

Namen, 24 maart 2000.

De Minister-President, E. DI RUPO De Minister van Economie, K.M.O.'s, Onderzoek en Nieuwe Technologieën, S. KUBLA De Minister van Vervoer, Mobiliteit en Energie, J. DARAS De Minister van Begroting, Uitrusting en Openbare Werken J.-Cl. VAN CAUWENBERGHE De Minister van Ruimtelijke Ordening, Stedenbouw en Leefmilieu, M. FORET De Minister van Tewerkstelling, Vorming en Huisvesting, M. DAERDEN De Minister van Binnenlandse Aangelegenheden en Ambtenarenzaken, J.-M. SEVERIN De Minister van Sociale Aangelegenheden en Gezondheid, Th. DETIENNE De Minister van Landbouw en Landelijke Aangelegenheden, J. HAPPART _______ Nota (1) Zitting 1999-2000. Stukken van de Raad. - 87 (1999-2000) Nrs. 1 à 8.

Volledig verslag. - Openbare vergadering van 15 maart 2000. Bespreking - Stemming.