gepubliceerd op 30 november 2000
Decreet houdende instemming met volgende internationale akten : 1. Protocol tot aanpassing van de institutionele aspecten van de Europa-Overeenkomst waarbij een associatie tot stand wordt gebracht tussen de Europese Gemeenschappen en hun Lidstaten enerzijds, en Roemenië, anderzijds, teneinde rekening te houden met de toetreding van de Republiek Oostenrijk, de Republiek Finland en het Koninkrijk Zweden tot de Europese Unie, en de Bijlagen I en II, opgemaakt te Brussel op 28 juni 1999 2. Protocol tot aanpassing van de institutionele aspecten van de Europa-Overeenkomst waarbij een associatie tot stand wordt gebracht tussen de Europese Gemeenschappen en hun Lidstaten enerzijds, en de Republiek Polen anderzijds, teneinde rekening te houden met de toetreding van de Republiek Oostenrijk, de Republiek Finland en het Koninkrijk Zweden tot de Europese Unie, en de Bijlagen I en II, opgemaakt te Brussel op 25 juni 1999 3. Protocol tot aanpassing van de institutionele aspecten van de Europa-Overeenkomst waarbij een associatie tot stand wordt gebracht tussen de Europese Gemeenschappen en hun Lidstaten enerzijds, en de Republiek Bulgarije anderzijds, teneinde rekening te houden met de toetreding van de Republiek Oostenrijk, de Republiek Finland en het Koninkrijk Zweden tot de Europese Unie, en de Bijlagen I en II, opgemaakt te Brussel op 30 juni 1999 4. Protocol tot aanpassing van de institutionele aspecten van de Europa-Overeenkomst waarbij een associatie tot stand wordt gebracht tussen de Europese Gemeenschappen en hun Lidstaten enerzijds, en de Republiek Slowakije anderzijds, teneinde rekening te houden met de toetreding van de Republiek Oostenrijk, de Republiek Finland en het Koninkrijk Zweden tot de Europese Unie, en de Bijlagen I en II, opgemaakt te Brussel op 25 juni 1999 5. Protocol tot aanpassing van de institutionele aspecten van de Europa-Overeenkomst waarbij een associatie tot stand wordt gebracht tussen de Europese Gemeenschappen ...
23 OKTOBER 2000. - Decreet houdende instemming met volgende internationale akten : 1. Protocol tot aanpassing van de institutionele aspecten van de Europa-Overeenkomst waarbij een associatie tot stand wordt gebracht tussen de Europese Gemeenschappen en hun Lidstaten enerzijds, en Roemenië, anderzijds, teneinde rekening te houden met de toetreding van de Republiek Oostenrijk, de Republiek Finland en het Koninkrijk Zweden tot de Europese Unie, en de Bijlagen I en II, opgemaakt te Brussel op 28 juni 1999 2. Protocol tot aanpassing van de institutionele aspecten van de Europa-Overeenkomst waarbij een associatie tot stand wordt gebracht tussen de Europese Gemeenschappen en hun Lidstaten enerzijds, en de Republiek Polen anderzijds, teneinde rekening te houden met de toetreding van de Republiek Oostenrijk, de Republiek Finland en het Koninkrijk Zweden tot de Europese Unie, en de Bijlagen I en II, opgemaakt te Brussel op 25 juni 1999 3. Protocol tot aanpassing van de institutionele aspecten van de Europa-Overeenkomst waarbij een associatie tot stand wordt gebracht tussen de Europese Gemeenschappen en hun Lidstaten enerzijds, en de Republiek Bulgarije anderzijds, teneinde rekening te houden met de toetreding van de Republiek Oostenrijk, de Republiek Finland en het Koninkrijk Zweden tot de Europese Unie, en de Bijlagen I en II, opgemaakt te Brussel op 30 juni 1999 4. Protocol tot aanpassing van de institutionele aspecten van de Europa-Overeenkomst waarbij een associatie tot stand wordt gebracht tussen de Europese Gemeenschappen en hun Lidstaten enerzijds, en de Republiek Slowakije anderzijds, teneinde rekening te houden met de toetreding van de Republiek Oostenrijk, de Republiek Finland en het Koninkrijk Zweden tot de Europese Unie, en de Bijlagen I en II, opgemaakt te Brussel op 25 juni 1999 5. Protocol tot aanpassing van de institutionele aspecten van de Europa-Overeenkomst waarbij een associatie tot stand wordt gebracht tussen de Europese Gemeenschappen ...
De Raad van de Duitstalige Gemeenschap heeft aangenomen en Wij, Regering, bekrachtigen hetgeen volgt :
Artikel 1.Het Protocol tot aanpassing van de institutionele aspecten van de Europa-Overeenkomst waarbij een associatie tot stand wordt gebracht tussen de Europese Gemeenschappen en hun Lidstaten enerzijds, en Roemenië anderzijds, teneinde rekening te houden met de toetreding van de Republiek Oostenrijk, de Republiek Finland en het Koninkrijk Zweden tot de Europese Unie, en de Bijlagen I en II, opgemaakt te Brussel op 28 juni 1999 zullen volkomen uitwerking hebben.
Art. 2.Het Protocol tot aanpassing van de institutionele aspecten van de Europa-Overeenkomst waarbij een associatie tot stand wordt gebracht tussen de Europese Gemeenschappen en hun Lidstaten enerzijds, en de Republiek Polen anderzijds, teneinde rekening te houden met de toetreding van de Republiek Oostenrijk, de Republiek Finland en het Koninkrijk Zweden tot de Europese Unie, en de Bijlagen I en II, opgemaakt te Brussel op 25 juni 1999, zullen volkomen uitwerking hebben.
Art. 3.Het Protocol tot aanpassing van de institutionele aspecten van de Europa-Overeenkomst waarbij een associatie tot stand wordt gebracht tussen de Europese Gemeenschappen en hun Lidstaten enerzijds, en de Republiek Bulgarije anderzijds, teneinde rekening te houden met de toetreding van de Republiek Oostenrijk, de Republiek Finland en het Koninkrijk Zweden tot de Europese Unie, en de Bijlagen I en II, opgemaakt te Brussel op 30 juni 1999 zullen volkomen uitwerking hebben.
Art. 4.Het Protocol tot aanpassing van de institutionele aspecten van de Europa-Overeenkomst waarbij een associatie tot stand wordt gebracht tussen de Europese Gemeenschappen en hun Lidstaten enerzijds, en de Republiek Slowakije anderzijds, teneinde rekening te houden met de toetreding van de Republiek Oostenrijk, de Republiek Finland en het Koninkrijk Zweden tot de Europese Unie, en de Bijlagen I en II, opgemaakt te Brussel op 25 juni 1999 zullen volkomen uitwerking hebben.
Art. 5.Het Protocol tot aanpassing van de institutionele aspecten van de Europa-Overeenkomst waarbij een associatie tot stand wordt gebracht tussen de Europese Gemeenschappen en hun Lidstaten enerzijds, en de Republiek Hongarije anderzijds, teneinde rekening te houden met de toetreding van de Republiek Oostenrijk, de Republiek Finland en het Koninkrijk Zweden tot de Europese Unie, en de Bijlagen I en II, opgemaakt te Brussel op 28 juni 1999 zullen volkomen uitwerking hebben.
Art. 6.Het Protocol tot aanpassing van de institutionele aspecten van de Europa-Overeenkomst waarbij een associatie tot stand wordt gebracht tussen de Europese Gemeenschappen en hun Lidstaten enerzijds, en de Tsjechische Republiek anderzijds, teneinde rekening te houden met de toetreding van de Republiek Oostenrijk, de Republiek Finland en het Koninkrijk Zweden tot de Europese Unie, en de Bijlagen I en II, opgemaakt te Brussel op 29 november 1999 zullen volkomen uitwerking hebben Wij kondigen dit decreet af en bevelen dat het door het Belgisch Staatsblad bekendgemaakt wordt.
Eupen, op 23 oktober 2000.
K.H. LAMBERTZ Minister-President, Minister van Werkgelegenheid, Gehandicaptenbeleid, Media en Sport B. GENTGES Minister van Onderwijs en Vorming, Cultuur en Toerisme H. NIESSEN Minister van Jeugd en Gezin, Monumentenzorg, Gezondheid en Sociale Aangelegenheden _______ Nota (1) Zitting : 2000-20001. Bescheiden van de Raad : 46 (2000-2001) Voorstel van decreet.
Integraal verslag : Bespreking en aanneming - Vergadering van 14 februari 2000.