22 DECEMBER 2006. - Decreet houdende wijziging van het decreet van 7 mei 2004 houdende de toekenning van dienstencheques voor kinderopvang (1)

Het Vlaams Parlement heeft aangenomen en Wij, Regering, bekrachtigen hetgeen volgt : decreet houdende wijziging van het decreet van 7 mei 2004 houdende de toekenning van dienstencheques voor kinderopvang.

Artikel 1.Dit decreet regelt een gemeenschaps- en gewestaan-gelegenheid. HOOFDSTUK II. - Wijzigingen aan het decreet van 7 mei 2004 houdende de toekenning van dienstencheques voor kinderopvang

Art. 2.In artikel 2 van het decreet van 7 mei 2004 houdende de toekenning van dienstencheques voor kinderopvang worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° punt 4° wordt vervangen door wat volgt : « 4° gebruikers : natuurlijke personen die gebruik kunnen maken van de dienstencheque voor kinderopvang.De Vlaamse Regering kan deze categorie nader bepalen. »; 2° punt 5° wordt vervangen door wat volgt : « 5° onderneming : a) een door Kind en Gezin erkend kinderdagverblijf, initiatief voor buitenschoolse opvang of dienst voor opvanggezinnen;b) diensten voor gezinszorg erkend door de Vlaamse Gemeenschap;c) een rechtspersoon wiens activiteit of doel geheel of gedeeltelijk bestaat uit het instaan voor kinderopvang;of d) een minicrèche of zelfstandig kinderdag verblijf met een door Kind en Gezin uitgereikt attest van toezicht;»; 3° punt 6° wordt vervangen door wat volgt : « 6° Kind en Gezin : het intern verzelfstandigd agentschap met rechtspersoonlijkheid opgericht bij decreet van 30 april 2004 tot oprichting van het intern verzelfstandigd agentschap met rechtspersoonlijkheid Kind en Gezin;»; 4° een punt 7° wordt toegevoegd, dat luidt als volgt : « 7° gemandateerde voorziening : voorziening erkend door Kind en Gezin als coördinatiepunt voor de flexibele en occasionele kinderopvang, overeenkomstig de in artikel 8bis bepaalde voorwaarden.».

Art. 3.In hetzelfde decreet wordt een artikel 3bis ingevoegd, dat luidt als volgt : «

Artikel 3bis.Aanvragen tot kinderopvang door middel van dienstencheques kunnen enkel worden ingediend bij de gemandateerde voorzieningen. ».

Art. 4.In artikel 8 van hetzelfde decreet worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° in § 2 wordt punt 2° vervangen door wat volgt : « 2° de onderneming ziet erop toe dat enkel kinderen van de gebruiker worden opgevangen;»; 2° in § 2 wordt het punt 3° vervangen door wat volgt : « 3° de onderneming maakt schriftelijke afspraken met de gebruiker, in ieder geval over : a) de bereikbaarheid van de gebruiker;b) een regeling in geval van ziekte van een of meer kinderen;c) de huishoudelijke taken gerelateerd aan de kinderopvang, die de werknemer in voorkomend geval uitvoert;d) in voorkomend geval, de samenwerking met derden;»; 3° in § 2, 4°, wordt c) vervangen door wat volgt : « c) de huishoudelijke taken gerelateerd aan de kinderopvang, die de werknemer in voorkomend geval uitvoert.»; 4° in § 2, 4°, wordt d) opgeheven;5° § 3 wordt vervangen door wat volgt : « § 3.De Vlaamse Regering kan supplementaire erkenningsvoorwaarden opleggen. ».

Art. 5.In hetzelfde decreet wordt een hoofdstuk IIIbis, dat bestaat uit een artikel 8bis, ingevoegd, dat luidt als volgt : « HOOFDSTUK IIIbis. - Erkenning als gemandateerde voorziening

Artikel 8bis.Een voorziening kan slechts door Kind en Gezin als een gemandateerde voorziening worden erkend als die een samenwerkingsovereenkomst afsluit met de erkende ondernemingen die actief zijn in haar werkingsgebied, waarin wordt bepaald op welke wijze de medewerkers van de erkende onderneming bij de kinderopvang zullen worden ingeschakeld en op welke wijze de gemandateerde voorziening de kwaliteit van de door de erkende onderneming geleverde kinderopvang bewaakt.

De gemandateerde voorziening maakt schriftelijke afspraken met de gebruiker over : a) het aantal kinderen dat wordt opgevangen;b) de identiteit van de kinderen die worden opgevangen;c) de opvangmomenten en de opvangduur. De Vlaamse Regering kan supplementaire erkenningsvoorwaarden opleggen.

De Vlaamse Regering bepaalt de procedure van de erkenning, evenals de schorsing en intrekking ervan.

De Vlaamse Regering bepaalt de parameters voor de indeling van de werkingsgebieden van de gemandateerde voorzieningen. ».

Art. 6.In artikel 9 van hetzelfde decreet wordt § 2 opgeheven.

Art. 7.Art. 11 van hetzelfde decreet wordt vervangen door wat volgt : «

Artikel 11.De Vlaamse Regering wijst de personeelsleden aan belast met het toezicht op de naleving van de bepalingen van dit decreet en zijn uitvoeringsbesluiten.

De Vlaamse Regering wijst de ambtenaren aan belast met de rapportering aan de Vlaamse Regering over de werkgelegenheidseffecten en de effecten op de kinderopvang die door de dienstencheques worden teweeggebracht. ». .

Art. 8.Hoofdstuk VII van hetzelfde decreet, dat bestaat uit artikel 12, wordt opgeheven. HOOFDSTUK III. - Inwerkingtredingsbepaling

Art. 9.Dit decreet treedt in werking de dag van de inwerkingtreding van het decreet van 7 mei 2004 houdende de toekenning van dienstencheques voor kinderopvang.

Kondigen dit decreet af, bevelen dat het in het Belgisch Staatsblad zal worden bekendgemaakt.

Brussel, 22 december 2006.

De minister-president van de Vlaamse Regering, Y. LETERME De Vlaamse minister van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin, I. VERVOTTE. _______ Nota (1) Zitting 2006-2007. Stukken. - Voorstel van decreet, 1017 - Nr. 1. - Verslag, 1017 - Nr. 2. - Tekst aangenomen door de plenaire vergadering, 1017 - Nr.3.

Handelingen. - Bespreking en aanneming. Vergaderingen van 21 december 2006.