Etaamb.openjustice.be
Decreet van 16 juli 2021
gepubliceerd op 25 augustus 2021

Decreet over zero-emissievoertuigen en voertuigen aangedreven door alternatieve brandstoffen

bron
vlaamse overheid
numac
2021032395
pub.
25/08/2021
prom.
16/07/2021
ELI
eli/decreet/2021/07/16/2021032395/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

16 JULI 2021. - Decreet over zero-emissievoertuigen en voertuigen aangedreven door alternatieve brandstoffen (1)


Het VLAAMS PARLEMENT heeft aangenomen en Wij, REGERING, bekrachtigen hetgeen volgt: Decreet over zero-emissievoertuigen en voertuigen aangedreven door alternatieve brandstoffen HOOFDSTUK 1. - Algemene bepalingen

Artikel 1.Dit decreet regelt een gewestaangelegenheid.

Art. 2.Dit decreet voorziet, voor wat de bevoegdheden van het Vlaamse Gewest betreft, in de gedeeltelijke omzetting van richtlijn 2014/94/EU van het Europees Parlement en de Raad van 22 oktober 2014 betreffende de uitrol van infrastructuur voor alternatieve brandstoffen.

Art. 3.In dit decreet en in de uitvoeringsbesluiten ervan wordt verstaan onder: 1° alternatieve brandstoffen: brandstoffen of energiebronnen die, althans gedeeltelijk, dienen als vervanging van fossiele oliebronnen in de energievoorziening voor vervoer en die ertoe kunnen bijdragen dat de energievoorziening kool stofvrij wordt en de milieuprestatie van de vervoerssector beter wordt, zoals: a) elektriciteit;b) waterstof;c) brandstof geproduceerd uit de biologisch afbreekbare fractie van producten, afvalstoffen en residuen van biologische oorsprong uit de landbouw met inbegrip van plantaardige en dierlijke stoffen, de bosbouw en aanverwante bedrijfstakken met inbegrip van de visserij en de aquacultuur, alsook de biologisch afbreekbare fractie van bedrijfs- en huishoudelijk afval;d) synthetische en paraffinehoudende brandstoffen;e) aardgas, met inbegrip van biomethaan, in gasvorm (cng) en in vloeibare vorm (lng);f) vloeibaar petroleumgas (lpg);2° bevoegde overheid: het Departement Mobiliteit en Openbare Werken; 3° niet-persoonsgebonden gegevens: informatie met uitsluiting van persoonsgegevens in de zin van artikel 4.1 van verordening 2016/679 van het Europees Parlement en de Raad van 27 april 2016 betreffende de bescherming van na- tuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens en betreffende het vrije verkeer van die gegevens en tot intrekking van Richtlijn 95/46/EG; 4° onderneming: elke natuurlijke persoon die koopman is of een zelfstandig beroep uitoefent, de vennootschappen die de rechtsvorm van een handelsvennootschap hebben aangenomen, de Europese economische samenwerkings- verbanden en de economische samenwerkingsverbanden die beschikken over een exploitatiezetel in het Vlaamse Gewest of die zich ertoe verbinden in het Vlaamse Gewest een exploitatiezetel te vestigen;5° elektrisch voertuig: een motorvoertuig uitgerust met een aandrijving die bestaat uit ten minste één niet-perifere elektromotor als energieomzetter met een elektrisch oplaadbaar energieopslagsysteem, dat extern kan worden op- geladen;6° batterijelektrisch voertuig: een elektrisch voertuig uitgerust met een aandrijving die bestaat uit uitsluitend een niet-perifere elektromotor als energieomzetter met een elektrisch oplaadbaar energieopslagsysteem, dat extern kan worden opgeladen;7° zero-emissievoertuig: een batterijelektrisch voertuig of een voertuig uitsluitend aangedreven door een elektrische motor gevoed door een brandstofcel;8° laadpunt: een aansluiting waarmee een elektrisch voertuig kan worden opgeladen of waarmee de batterij van een elektrisch voertuig kan worden vervangen;9° laadpunt voor normaal vermogen: een oplaadpunt met een vermogen van hoogstens 22 kW (kilowatt) waarmee elektriciteit kan worden overgebracht op een elektrisch voertuig, met uitzondering van voorzieningen met een vermogen van hoogstens 3,7 kW die in particuliere huishoudens zijn geïnstalleerd of waarvan de voornaamste doelstelling er niet in bestaat elektrische voertuigen op te laden, die niet publiek toegankelijk zijn en die uitgerust zijn met contactdozen of voertuigconnectoren van het type 2, zoals nader is omschreven in norm EN62196-2 van de Internationale Elektrotechnische Commissie;10° laadpunt voor hoog vermogen: een oplaadpunt met een vermogen van meer dan 22 kW waarmee elektriciteit kan worden overgebracht op een elektrisch voertuig.Oplaadpunten voor hoog vermogen met wisselstroom (AC) voor elektrische voertuigen zijn vanwege de interoperabiliteit ten minste uitgerust met connectoren van het type 2, zoals nader is omschreven in norm EN62196-2. Oplaadpunten voor hoog vermogen met gelijkstroom (DC) voor elektrische voertuigen zijn vanwege de interoperabiliteit ten minste uitgerust met connectoren van het gecombineerde AC/DC-laadsysteem van het type Combo 2, zoals nader is omschreven in norm EN62196-3 van de Internationale Elektrotechnische Commissie; 11° publiek toegankelijk laadpunt: een laadpunt voor normaal of hoog vermogen dat op niet-discriminerende basis gedurende elke dag van de week en vierentwintig uur per dag toegang verleent aan gebruikers van elektrische voertuigen, ongeacht de concrete wijze van authenticatie, gebruik en betaling;12° semipubliek toegankelijk laadpunt: een laadpunt voor normaal of hoog vermogen dat op niet-discriminerende basis gedurende elke dag van de week en minstens tien uur per dag toegang verleent aan gebruikers van elektrische voertuigen, ongeacht de concrete wijze van authenticatie, gebruik en betaling;13° laadpuntexploitant: de natuurlijke persoon of rechtspersoon die een laadpunt voor normaal of hoog vermogen exploiteert, of voor rekening waarvan het laadpunt wordt geëxploiteerd;14° tankpunt: een tankvoorziening voor bevoorrading van eender welke brandstoffen, met uitzondering van lng, via een vaste of mobiele installatie. HOOFDSTUK 2. - Doelstellingen

Art. 4.Het beleid over voertuigen die met alternatieve brandstoffen worden aangedreven, is gericht op het gebruik van zo veel mogelijk hernieuwbare energie in voertuigen en het beperken van de impact van voertuigen op het milieu, in het bijzonder door het reduceren van emissies. Dat beleid stimuleert de aanschaf en het gebruik van die voertuigen en het bewerkstelligt de uitrol van de infrastructuur voor de distributie van die alternatieve brandstoffen. HOOFDSTUK 3. - Stimuleren van de aanschaf en het gebruik van voertuigen die gebruikmaken van alternatieve brandstoffen

Art. 5.De Vlaamse Regering kan maatregelen nemen ter bevordering van de aanschaf en het gebruik van voertuigen die gebruikmaken van alternatieve brandstoffen.

Art. 6.De Vlaamse Regering kan een steunprogramma opstellen met tegemoetkomingen ten voordele van natuurlijke of rechtspersonen, ondernemingen of iedere andere organisatie zonder rechtspersoonlijkheid voor de aanschaf en voor het faciliteren van het gebruik van zero-emissievoertuigen. In voorkomend geval bepaalt ze ook de voorwaarden en modaliteiten waaraan dat steunprogramma voldoet.

De Vlaamse Regering kan het steunprogramma, vermeld in het eerste lid, beperken tot bepaalde categorieën of toepassingen van zero-emissievoertuigen. HOOFDSTUK 4. - Infrastructuur voor de distributie van alternatieve brandstoffen

Art. 7.§ 1. De Vlaamse Regering kan maatregelen nemen met het oog op de uitrol van een passend aantal laad en tankpunten voor alternatieve brandstoffen. § 2. De bevoegde overheid coördineert de uitrol van de publiek toegankelijke en de semipubliek toegankelijke laadpunten.

De Vlaamse Regering kan bepalen op welke manier en aan de hand van welke criteria daartoe doelstellingen worden vastgelegd, alsook op welke wijze die doelstellingen worden geëvalueerd. Die doelstellingen kunnen voor het volledige grondgebied van het Vlaamse Gewest worden bepaald of kunnen worden opgesplitst in verschillende deelgebieden. § 3. De Vlaamse Regering kan aan de gemeenten en de publiekrechtelijke en privaatrechtelijke rechtspersonen die in het Vlaamse Gewest belast zijn met taken van openbaar nut, verplichtingen opleggen in het kader van de uitrol, vermeld in paragraaf 2.

De Vlaamse Regering kan ten voordele van de gemeenten en rechtspersonen, vermeld in het eerste lid, een financieringsmechanisme opstellen ter ondersteuning van de uitrol van die laadpunten. In voorkomend geval bepaalt ze ook de voorwaarden en modaliteiten waaraan dat financieringsmechanisme voldoet. § 4. De Vlaamse Regering kan ervoor zorgen dat de prijzen die de laadpuntexploitanten aanrekenen voor het gebruik van publiek en semipubliek toegankelijke laadpunten, redelijk zijn.

Art. 8.§ 1. De Vlaamse Regering richt een digitaal loket op. Via dat digitale loket kunnen de eigenaars en gebruikers van batterijelektrische voertuigen een publiek toegankelijk laadpunt of een laadpunt voor een normaal of hoog vermogen voor een specifieke toepassing op het openbaar domein aanvragen. De Vlaamse Regering bepaalt de werkings- en procedureregels van dat digitale loket, alsook de modaliteiten van de aanvraag. § 2. De bevoegde overheid beoordeelt de aanvragen, vermeld in paragraaf 1.

De bevoegde overheid wijst in elke goedkeuringsbeslissing de beheerder van het openbaar domein aan die de goedgekeurde aanvraag zal realiseren.

De Vlaamse Regering bepaalt op welke manier en aan de hand van welke criteria de aanvragen worden beoordeeld. Ze kan ook bepalen welke gevallen prioritair worden behandeld. § 3. Als een aanvraag als vermeld in paragraaf 1 wordt goedgekeurd, worden de aanvrager en de daarin aangewezen beheerder van het openbaar domein via het digitale loket van die beslissing op de hoogte gebracht. Als de aanvraag wordt geweigerd, wordt de aanvrager via het digitale loket van die beslissing op de hoogte gebracht.

De Vlaamse Regering kan nog andere ontvangers van een goedkeurings- of weigeringsbeslissing als vermeld in het eerste lid aanwijzen. § 4. De Vlaamse Regering bepaalt de termijn waarbinnen en de wijze waarop de goedgekeurde aanvragen worden gerealiseerd.

Art. 9.De Vlaamse Regering kan steunmaatregelen uitwerken ten voordele van laadpuntexploitanten.

Ze kan de steunmaatregelen, vermeld in het eerste lid, beperken tot de publiek toegankelijke laadpunten.

Art. 10.De Vlaamse Regering kan voorwaarden opleggen aan laadpuntexploitanten, met inbegrip van onder meer regels voor de vereiste interoperabiliteit van de publiek en semipubliek toegankelijke laadpunten, de technische specificaties, de wijze waarop ze toegankelijk moeten zijn, de minimale betalingsmogelijkheden en de manier waarop de exploitanten niet-persoonsgebonden gegevens over de laadpunten die ze in hun beheer hebben, ter beschikking stellen.

Kondigen dit decreet af, bevelen dat het in het Belgisch Staatsblad zal worden bekendgemaakt.

Brussel, 16 juli 2021.

De minister-president van de Vlaamse Regering, J. JAMBON De Vlaamse minister van Mobiliteit en Openbare Werken, L. PEETERS _______ Nota (1) Zitting 2020-2021 Documenten: - Voorstel van decreet : 840 - Nr.1 Amendementen : 840 - Nr. 2 - Verslag : 840 - Nr. 3 - Tekst aangenomen door de plenaire vergadering : 840 - Nr. 4

^