Etaamb.openjustice.be
Decreet van 16 juli 1998
gepubliceerd op 10 september 1998

Decreet houdende wijziging van het decreet van 25 juli 1991 betreffende de belasting op de afvalstoffen in het Waalse Gewest

bron
ministerie van het waalse gewest
numac
1998027496
pub.
10/09/1998
prom.
16/07/1998
ELI
eli/decreet/1998/07/16/1998027496/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

16 JULI 1998. - Decreet houdende wijziging van het decreet van 25 juli 1991 betreffende de belasting op de afvalstoffen in het Waalse Gewest (1)


De Waalse Gewestraad heeft aangenomen en Wij, Regering, bekrachtigen hetgeen volgt :

Artikel 1.In artikel 1, § 2, van het decreet van 25 juli 1991 betreffende de belasting op de afvalstoffen in het Waalse Gewest worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° in punt 10° worden tussen de woorden "informaticabeheer" en "van informatie" de woorden "van de machtigingsprocedures en" ingevoegd;2° punt 11° wordt opgeheven;3° punt 12° wordt punt 11°. In artikel 2 worden na rubriek 2° de rubrieken 2°bis en 2°ter ingevoegd, luidend als volgt : "2°bis. Huisvuil : gemengde huishoudelijke afval, met uitzondering van de delen selectief opgehaalde afval en grof huisvuil; 2°ter. Selectieve ophaal : gescheiden afvalinzameling, hetzij door ophaling aan huis bij de producent, hetzij via een vrijwillige aanvoer door de producent naar beschikbare containerparken, containers of glasbollen".

In artikel 2 van hetzelfde decreet worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° in punt 1° wordt de datum "5 juli 1985" vervangen door de woorden "27 juni 1996 betreffende de afvalstoffen";2° punt 6° wordt vervangen als volgt : "6° verwijdering, nuttige toepassing en verzameling : handelingen omschreven in artikel 2, 9°, 10° en 12° van het decreet van 27 juni 1996 betreffende de afvalstoffen.»

Art. 2.In hoofdstuk II van hetzelfde decreet wordt een afdeling I met de artikelen 3 tot 6 ingevoegd, luidend als volgt : "Afdeling I - Gemeenrechtelijk stelsel".

De afdelingen I tot IV worden de onderafdelingen I tot IV.

Art. 3.In hoofdstuk II van hetzelfde decreet wordt een afdeling II ingevoegd, luidend als volgt : "Afdeling II - Strafheffingsstelsel ter bevordering van de selectieve ophalingen Onderafdeling I - Grondslag van de strafheffing

Art. 6bis.Voor de in deze afdeling bedoelde afvalstoffen wordt voorzien in een heffing bij de verzameling, de nuttige toepassing of de verwijdering van huisvuil dat door of voor rekening van de gemeenten wordt opgehaald boven een jaarlijkse totale hoeveelheid van : - 270 kg per inwoner vanaf 1999; - 260 kg per inwoner vanaf 2000; - 250 kg per inwoner vanaf 2001; - 240 kg per inwoner vanaf 2002.

Onderafdeling II - Heffingplichtige

Art. 6ter.De heffing op het in deze afdeling bedoelde huisvuil moet betaald worden door de gemeente die voor de ophaling zorgt of voor wier rekening het huisvuil wordt opgehaald.

Onderafdeling III - Grondslag van de heffing

Art. 6quater.De heffing op de in deze afdeling bedoelde afvalstoffen is verschuldigd per ton huisvuil die boven de in artikel 6bis bedoelde jaarlijkse hoeveelheid door of voor rekening van de gemeenten wordt opgehaald en afgevoerd naar een centrum voor verzameling, nuttige toepassing of verwijdering.

Bij de berekening van de in artikel 6bis bedoelde totale jaarlijkse hoeveelheid afval wordt slechts rekening gehouden met het aantal ton dat de eerste keer naar een afvalbeheersinstallatie wordt afgevoerd.

Het aantal ton wordt jaarlijks van 1 januari tot 31 december in de boeken opgenomen.

Onderafdeling IV - Tarieven

Art. 6quinquies.Het bedrag van de heffing is vastgesteld op : - 1.100 BEF per ton vanaf 1 januari 1999; - 1.200 BEF per ton vanaf 1 januari 2000; - 1.300 BEF per ton vanaf 1 januari 2001; - 1.400 BEF per ton vanaf 1 januari 2002.

Onderafdeling V - Tijdstip waarop de heffing verschuldigd is

Art. 6sexies.De heffing is verschuldigd zodra de in artikel 6bis bedoelde totale jaarlijkse hoeveelheid overschreden is. » Onderafdeling VI - Reële kosten

Art. 6septies.Elke gemeente berekent jaarlijks de reële kosten van haar afvalbeleid en legt ze aan de Regering voor.

Vanaf 1 januari 2001 kunnen alleen de gemeenten die een belasting zullen opleggen waarvan het totaalbedrag gelijk is aan minimum 70 % van de werkelijke kosten van het afvalbeleid, een gewestelijke toelage voor afvalpreventie en -beheer genieten.

Art. 4.Artikel 7 van hetzelfde decreet wordt aangevuld met een vierde paragraaf, luidend als volgt : « § 4. Voor de toepassing van deze afdeling wordt huisvuil gelijkgesteld met niet-huishoudelijke afval. »

Art. 5.In artikel 9 van hetzelfde decreet worden de woorden "per ton" vervangen door de woorden "per kubieke meter".

In artikel 10 van hetzelfde decreet wordt het woord "basis" vervangen door het woord "belasting".

Art. 6.In artikel 15 van hetzelfde decreet worden de §§ 1 en 2 gewijzigd als volgt : « § 1. De belasting bedraagt : a) 1.100 BEF per ton vanaf 1 januari 1999, 1.200 BEF per ton vanaf 1 januari 2000, 1.300 BEF per ton vanaf 1 januari 2001 en 1.400 BEF per ton vanaf 1 januari 2002, behalve in de onderstaande gevallen; b) 500 BEF per ton, bij storting van verbrandingsresten in een centrum voor technische ingraving;c) 400 BEF per ton vanaf 1 januari 1999 en 500 BEF per ton vanaf 1 januari 2000, bij storting in een centrum voor technische ingraving van vliegas uit thermische centrales, afval van een behandeling door inertage of stabilisering, van niet-inerte gietijzerzand, resten van de behandeling van afval van de productie of de vervaardiging van gietijzer en staal;d) 170 BEF per ton vanaf 1 januari 1999 en 400 BEF per ton vanaf 1 januari 2000, bij storting in een centrum voor technische ingraving van afval afkomstig van de afbraak van autowrakken en schroot;e) 150 BEF per ton vanaf 1 januari 1999 en 200 BEF per ton vanaf 1 januari 2000, bij storting in een centrum voor technische ingraving van inerte afval, met uitzondering van onbesmette ophooggronden;f) 100 BEF per ton vanaf 1 januari 1999, wanneer de in een centrum voor technische ingraving gestorte afvalstoffen : - vastgezette astbestvezels bevatten; - uit de glasvezelvervaardiging voortkomen; - uitgebaggerde grond zijn of voortkomen uit handelingen om het water drinkbaar te maken; - ijzeroxydes zijn die voortkomen uit de zinkproductie en die bekend staan als jarosiet en goethiet; - ganggesteente van mangaanerts zijn dat voortkomt uit de productie van zouten en mangaanoxyden; g) 50 BEF per ton, bij storting in een centrum voor technische ingraving van slib of vaste resten die voortkomen uit de vervaardiging van gerecycleerde pap uit bedrijven die papier- en kartonafval geheel of gedeeltelijk als grondstof gebruiken voor de productie van nieuw papier en karton;h) 30 BEF per ton vanaf 1 januari 1999 en 60 BEF per ton vanaf 1 januari 2000, bij storting in een centrum voor technische ingraving van afval bevattende fosfogips, slib uit sodafabrieken, slib afkomstig van de zuivering van zoutoplossingen van minerale stoffen en mijnbouwafval;i) 10 BEF per ton, bij storting in een centrum voor technische ingraving van onbesmette ophooggronden, met uitzondering van degene die gebruikt worden voor de eindafdekking en de sanering van de sites. § 2. In afwijking van § 1 is de belasting niet van toepassing op : 1° species van uitbaggeringen die uitgevoerd worden voor rekening van het Waalse Gewest en van de openbare instellingen die ervan afhangen;2° afval afkomstig van handelingen die op initiatief van het Waalse Gewest en van de openbare instellingen die ervan afhangen uitgevoerd worden om het water drinkbaar te maken;3° afval afkomstig van grondsaneringswerken die goedgekeurd zijn door de door de Regering aangewezen ambtenaren.»

Art. 7.In afdeling II van hoofdstuk IV van hetzelfde decreet wordt een onderafdeling I ingevoegd, die artikel 18 bevat en als volgt luidt : "Onderafdeling I - Gemeenrechtelijk stelsel".

In artikel 18, § 2, tweede lid, worden de woorden "de inspecteur-generaal van de afdeling thesaurie van begroting en financiën" vervangen door de woorden "de inspecteur-generaal van de afdeling Thesaurie".

Art. 8.In afdeling II van hoofdstuk IV van hetzelfde decreet wordt een onderafdeling II ingevoegd, luidend als volgt : « Onderafdeling II - Strafheffingsstelsel en stelsel van de erkende of geregistreerde ophaler of vervoerder

Art. 18bis.De in artikel 6bis bedoelde heffing op huisvuil wordt jaarlijks geïnd.

Art. 18ter.De heffingplichtige moet de aangifte van de voor het verstreken jaar verschuldigde heffing uiterlijk 10 januari van het volgende jaar indienen.

De aangifte moet alle gegevens bevatten die vereist zijn voor de berekening van de heffing.

Het aangifteformulier wordt door de Regering bepaald. »

Art. 9.In artikel 21 worden tussen de woorden "artikel 12" en "wordt" de woorden "en in artikel 16bis" ingevoegd.

In artikel 22, tweede lid, worden tussen de woorden "een" en "geoorloofde activiteit" de woorden "in artikel 12 bedoelde" ingevoegd.

In artikel 22 wordt tussen het tweede en het derde lid een nieuw lid ingevoegd, luidend als volgt : « De belastingplichtige moet jaarlijks een aangifte indienen van de al dan niet belastbare handelingen die verricht worden in het kader van de in artikel 16bis bedoelde activiteit. Als hij tegelijkertijd ophaler en vervoerder is, moet hij slechts één aangifte indienen. »

Art. 10.Onderafdeling III van afdeling III van hoofdstuk IV van hetzelfde decreet wordt afdeling IV van hetzelfde hoofdstuk en luidt als volgt : « Onderafdeling IV - Bepalingen gemeen aan huisvuil dat onder het strafheffingsstelsel valt en aan niet-huishoudelijk afval" In de artikelen 23 en 24 van hetzelfde decreet worden na het woord "belasting" de woorden "of de heffing" ingevoegd en moet de tekst dienovereenkomstig worden aangepast.

In artikel 23 van hetzelfde decreet worden de woorden "op 31 maart van het volgend jaar" vervangen door de woorden "op 30 juni van het volgende burgerlijke jaar. » In artikel 23bis, vierde lid, van hetzelfde decreet wordt tussen de woorden "acht maanden" en "In het geval van artikel 20" de volgende zin ingevoegd : « In het geval van artikel 18ter, begint deze termijn te lopen op de dag van ontvangst van de jaarlijkse aangifte. » In artikel 24 van hetzelfde decreet worden de woorden "Office régional wallon des déchets" vervangen door de woorden "Office wallon des déchets".

Artikel 25 van hetzelfde decreet wordt aangevuld met een tweede lid, luidend als volgt : "Voor de betaling van de heffing op huisvuil zijn solidair verantwoordelijk, de exploitant van het sorteercentrum, van de verbrandingsoven of van het centrum voor technische ingraving waar het huisvuil wordt aangevoerd, alsmede de eigenaar, de bezitter, de erfpachter, de oppervlakte-eigenaar, de vruchtgebruiker en de huurder van de plaats waar de exploitatieactiviteit wordt uitgeoefend. » Afdeling IV van hoofdstuk IV van hetzelfde artikel wordt afdeling V.

In de artikelen 26 à 34 van hetzelfde decreet worden de woorden "of de heffing" na het woord "belasting" ingevoegd en moet de tekst dienovereenkomstig worden aangepast.

Art. 11.Na afdeling II van hoofdstuk III van hetzelfde decreet wordt een afdeling III ingevoegd, luidend als volgt : In artikel 32, § 3, tweede lid, van de Franse versie, wordt het woord "lesquelles" door het woord "lequels" vervangen. « Afdeling III - Stelsel van de erkende of geregistreerde ophaler of vervoerder Onderafdeling I - Belastinggrondslag

Art. 16bis.De grondslag van de in deze afdeling bedoelde afvalbelasting is de ophaling of het vervoer van afvalstoffen door een natuurlijke of rechtspersoon die erkend of geregistreerd is krachtens het decreet van 27 juni 1996 betreffende de afvalstoffen en van de uitvoeringsbesluiten ervan, wanneer de in het Waalse Gewest geproduceerde afvalstoffen buiten het Gewest worden beheerd.

Onderafdeling II - Belastingplichtige

Art. 16ter.De in deze afdeling bedoelde afvalbelasting is verschuldigd door elke natuurlijke of rechtspersoon die als ophaler of vervoerder erkend of geregistreerd is krachtens het decreet van 27 juni 1996 en van de uitvoeringsbesluiten ervan.

Onderafdeling III - Belastinggrondslag

Art. 16quater.De in deze afdeling bedoelde afvalbelasting is verschuldigd per opgehaalde of vervoerde ton huisvuil.

Onderafdeling IV - Tarieven

Art. 16quinquies.Het belastingbedrag moet al naar gelang het gebruikte beheersysteem overeenstemmen met de in artikel 15 bedoelde tarieven, in voorkomend geval na aftrek van de gelijkwaardige belasting of retributie die in het gewest of land van bestemming verschuldigd is, waarbij dat bedrag niet kleiner mag zijn dan nul.

Onderafdeling V - Tijdstip waarop de belasting verschuldigd is

Art. 16sexies.De belasting is verschuldigd zodra de belastingplichtige de afvalstoffen in ontvangst neemt.

Het stopzetten van de activiteiten maakt geen einde aan de opeisbaarheid van de belasting.

Art. 11.Hoofdstuk VI van hetzelfde decreet wordt opgeheven.

Art. 12.Dit decreet treedt in werking op 1 januari 1999.

Kondigen dit decreet af, bevelen dat het in het Belgisch Staatsblad zal worden bekendgemaakt.

Namen, 16 juli 1998.

De Minister-President van de Waalse Regering, belast met Economie, Buitenlandse Handel, KMO's, Toerisme en Patrimonium, R. COLLIGNON De Minister van Ruimtelijke Ordening, Uitrusting en Vervoer, M. LEBRUN De Minister van Binnenlandse Aangelegenheden en Ambtenarenzaken, B. ANSELME De Minister van Begroting en Financiën, Tewerkstelling en Vorming, J.-Cl. VAN CAUWENBERGHE De Minister van Leefmilieu, Natuurlijke Hulpbronnen en Landbouw, G. LUTGEN De Minister van Sociale Actie, Huisvesting en Gezondheid, W. TAMINIAUX De Minister van Onderzoek, Technologische Ontwikkeling, Sport en Internationale Betrekkingen, ANCION _______ Nota (1) Zitting 1997-1998 Stukken van de Raad 377 (1997-1998), nrs.1 tot 15.

Volledig verslag, openbare vergadering van 8 juli 1998.

Bespreking. - Stemming.

^