Etaamb.openjustice.be
Decreet van 15 juli 2002
gepubliceerd op 15 oktober 2002

Decreet houdende wijziging van het decreet van 28 april 1993 houdende regeling, voor het Vlaamse Gewest, van het administratief toezicht op de gemeenten

bron
ministerie van de vlaamse gemeenschap
numac
2002036155
pub.
15/10/2002
prom.
15/07/2002
ELI
eli/decreet/2002/07/15/2002036155/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

15 JULI 2002. - Decreet houdende wijziging van het decreet van 28 april 1993 houdende regeling, voor het Vlaamse Gewest, van het administratief toezicht op de gemeenten (1)


Het Vlaams Parlement heeft aangenomen en Wij, Regering, bekrachtigen hetgeen volgt : Decreet houdende wijziging van het decreet van 28 april 1993 houdende regeling, voor het Vlaamse Gewest, van het administratief toezicht op de gemeenten.

Artikel 1.Dit decreet regelt een gewestaangelegenheid.

Art. 2.Artikel 2 van het decreet van 28 april 1993 houdende regeling, voor het Vlaamse Gewest, van het administratief toezicht op de gemeenten wordt vervangen door wat volgt : « Artikel 2 Dit decreet is van toepassing op alle gemeenten van het Vlaamse Gewest.

Op de gemeenten, opgesomd in artikel 7 van de wetten op het gebruik van talen in bestuurszaken, gecoördineerd op 18 juli 1966, en op de gemeente Voeren, is dit decreet van toepassing, onverminderd de regelingen, bepaald in artikel 7, § 1, eerste en derde lid, van de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen. »

Art. 3.Artikel 5 van hetzelfde decreet wordt vervangen door wat volgt : « Artikel 5 De besluiten van de gemeenteraad tot vaststelling van de formatie van het statutaire gemeentepersoneel, en de wijzigingen aan die personeelsformatie, worden, binnen een termijn van twintig dagen die ingaat op de dag nadat ze zijn genomen, naar de Vlaamse regering en naar de gouverneur verstuurd.

De besluiten van de gemeenteraad betreffende de vaststelling of wijziging van het inzetten van contractueel personeel worden eveneens, binnen een termijn van twintig dagen die ingaat op de dag nadat ze zijn genomen, naar de Vlaamse regering en naar de gouverneur verstuurd.

Onder personeelsformatie wordt de opsomming van de graden en de vaststelling van het aantal vol- en deeltijdse betrekkingen per graad verstaan. »

Art. 4.Artikel 6 van hetzelfde decreet wordt vervangen door wat volgt : « Artikel 6 § 1. De toezichthoudende overheid is bevoegd om, bij gemotiveerd besluit, en binnen een termijn van vijftig dagen, die ingaat op de dag nadat de gouverneur ze ontvangen heeft, de besluiten inzake de personeelsformaties en het inzetten van contractueel gemeentepersoneel, bedoeld in artikel 5, te schorsen of rechtstreeks te vernietigen wegens schending van de wet of strijdigheid met het algemeen belang. Bovendien schorst de gouverneur, binnen diezelfde termijn, de uitvoering van de bedoelde besluiten in de volgende gevallen : 1° als een dergelijk besluit wordt ingediend zonder dat de noodzaak daartoe voldoende wordt verantwoord op basis van een personeelsbehoeftenstudie.Die personeelsbehoeftenstudie bevat in ieder geval de volgende elementen : a) de motivering en de verklaring van de beoogde wijzigingen aan het personeelsbestand waarbij onder meer de beleidsvisie of de opties van het bestuur op herkenbare wijze worden verwoord;b) de functiebeschrijvingen die de functies onderbrengen in een bepaald niveau en op een bepaalde plaats binnen de organisatie en die een nauwkeurige weergave bevatten van de taakinhoud en het profiel van een functie;c) de prestatiegegevens in de vorm van kwantitatieve en beschrijvende informatie die betekenisvol is voor de personeelsbehoefte en die betrekking heeft op het dienstverleningspakket en het niveau van de dienstverlening, het kwaliteitsniveau van de dienstverlening, de organisatieopvatting bij de dienstverlening en het taakvolume;2° als een dergelijk besluit wordt ingediend zonder algemeen organogram, of, als de omvang van de organisatie dat noodzakelijk maakt, zonder deelorganogrammen per departement, afdeling en/of dienst;3° als een dergelijk besluit wordt ingediend zonder dat de financiële haalbaarheid wordt aangetoond op basis van een nauwkeurige berekening van de maximale financiële gevolgen van de beslissing en van de wijze waarop het evenwicht van de begroting en van het bijbehorende meerjarige financiële beleidsplan behouden kan blijven;4° als een dergelijk besluit personeelsfuncties bevat die de sectorale akkoorden schenden die in de bevoegde onderhandelingscomités werden gesloten. In afwijking van het eerste lid, kan de gouverneur, als de redenen die aanleiding geven tot een schorsing beperkt zijn tot een of meer welbepaalde functies, de schorsing beperken tot één of meer artikelen of onderdelen van het voorliggende besluit, op voorwaarde dat het niet-geschorste deel van het voorliggende besluit nog op verantwoorde en samenhangende wijze kan worden uitgevoerd. § 2. De gouverneur verstuurt zijn schorsingsbesluit naar de overheid in kwestie uiterlijk op de laatste dag van de termijn, bedoeld in § 1, eerste lid. Hij verstuurt dezelfde dag een afschrift van zijn schorsingsbesluit naar de Vlaamse regering. § 3. De gemeenteraad waarvan een besluit in zijn uitvoering werd geschorst, kan het geschorste besluit intrekken en geeft daarvan kennis aan de gouverneur.

De gemeenteraad kan een geschorst besluit gemotiveerd rechtvaardigen of aanpassen binnen een termijn van honderd dagen, die ingaat, op de dag nadat het schorsingsbesluit van de gouverneur verstuurd werd naar het bestuur. De gemeenteraad stuurt dit besluit, op straffe van nietigheid van het geschorste besluit, uiterlijk op de laatste dag van die termijn naar de Vlaamse regering. Een afschrift wordt naar de gouverneur gestuurd. § 4. De Vlaamse regering is bevoegd om de besluiten, bedoeld in artikel 5, te vernietigen wegens schending van de wet of strijdigheid met het algemeen belang. Bovendien vernietigt de Vlaamse regering de besluiten, bedoeld in artikel 5, in de volgende gevallen : 1° als een dergelijk besluit wordt ingediend zonder dat de noodzaak daartoe voldoende wordt verantwoord op basis van een personeelsbehoeftenstudie.Die personeelsbehoeftenstudie bevat in ieder geval de volgende elementen : a) de motivering en de verklaring van de beoogde wijzigingen aan het personeelsbestand waarin onder meer de beleidsvisie of de opties van het bestuur op herkenbare wijze worden verwoord;b) de functiebeschrijvingen, die de functies onderbrengen in een bepaald niveau en op een bepaalde plaats binnen de organisatie en die een nauwkeurige weergave omvatten van de taakinhoud en het profiel van een functie;c) de prestatiegegevens in de vorm van kwantitatieve en beschrijvende informatie die betekenisvol is voor de personeelsbehoefte en die betrekking heeft op het dienstverleningspakket en het niveau van de dienstverlening, het kwaliteitsniveau van de dienstverlening, de organisatieopvatting bij de dienstverlening en het taakvolume;2° als een dergelijk besluit wordt ingediend zonder algemeen organogram, of, als de omvang van de organisatie dit noodzakelijk maakt, zonder deelorganogrammen per departement, afdeling en/of dienst;3° als een dergelijk besluit wordt ingediend zonder dat de financiële haalbaarheid wordt aangetoond op basis van de nauwkeurige berekening van de maximale financiële gevolgen van de beslissing en van de wijze waarop het evenwicht van de begroting en van het bijbehorende meerjarige financiële beleidsplan behouden kan blijven;4° als een dergelijk besluit personeelsfuncties bevat die de sectorale akkoorden schenden die in de bevoegde onderhandelingscomités werden gesloten. In afwijking van het eerste lid, kan de Vlaamse regering, als de redenen die aanleiding geven tot een vernietiging beperkt zijn tot een of meer welbepaalde functies, de vernietiging beperken tot één of meer artikelen of onderdelen van het voorliggende besluit, op voorwaarde dat het niet-vernietigde deel van het voorliggende besluit nog op verantwoorde en samenhangende wijze kan worden uitgevoerd. § 5. De Vlaamse regering neemt haar vernietigingsbesluit binnen een termijn van vijftig dagen, die ingaat op de dag nadat ze het besluit van de gemeenteraad tot rechtvaardiging of aanpassing van het geschorste besluit ontvangen heeft en verstuurt dit vernietigingsbesluit naar de gemeenteoverheid uiterlijk op de laatste dag van die termijn. Ze stuurt dezelfde dag een afschrift van haar besluit ter kennisgeving aan de gouverneur.

Als de Vlaamse regering de termijn voor vernietiging laat verstrijken, is de schorsing ambtshalve opgeheven en kan het betreffende besluit van de gemeenteraad niet meer vernietigd worden. § 6. Bij een rechtstreekse vernietiging in de besluiten, bedoeld in § 4, neemt de Vlaamse regering haar besluit binnen een termijn van vijftig dagen, die ingaat op de dag nadat de gouverneur het gemeenteraadsbesluit, bedoeld in artikel 5, ontvangen heeft. Ze verstuurt dit besluit naar de gemeenteoverheid uiterlijk op de laatste dag van die termijn. Ze stuurt dezelfde dag een afschrift van haar besluit ter kennisgeving aan de gouverneur. »

Art. 5.In artikel 8, § 1, van hetzelfde decreet worden de woorden « bij het provinciaal gouvernement » vervangen door de woorden « bij de gouverneur ».

Art. 6.In artikel 14, § 1, tweede lid, van hetzelfde decreet worden de woorden « op het provinciaal gouvernement » vervangen door de woorden « bij de gouverneur ».

Art. 7.In artikel 16, eerste lid, van hetzelfde decreet worden de woorden « bij het provinciaal gouvernement » vervangen door de woorden « bij de gouverneur ».

Art. 8.In hoofdstuk III van hetzelfde decreet wordt afdeling 5 - Schuldherschikking, bestaande uit artikel 22, opgeheven.

Art. 9.In artikel 22ter , § 3, tweede lid, van hetzelfde decreet worden de woorden « bij het provinciaal gouvernement » vervangen door de woorden « bij de gouverneur ».

Art. 10.In hoofdstuk 1V van hetzelfde decreet, gewijzigd door het decreet van 17 maart 1998, wordt artikel 23 tot en met 27bis ondergebracht in afdeling 1 met als opschrift : « Afdeling 1. - De organisatie van de gemeentebedrijven en de autonome gemeentebedrijven ».

Art. 11.In artikel 23 van hetzelfde decreet, gewijzigd bij het decreet van 17 maart 1998, worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1 ° het eerste lid wordt vervangen door wat volgt : « Van de besluiten van de gemeenteraad waarbij gemeentelijke inrichtingen en diensten worden georganiseerd als gemeentebedrijf wordt een voor eensluidend verklaard afschrift naar de provinciegouverneur gestuurd, overeenkomstig de bepalingen van artikel 29. De bepalingen van artikel 30 en 33 zijn op die besluiten van toepassing.»; 2° het tweede en het derde lid worden opgeheven.

Art. 12.Artikel 27bis , ingevoegd door het decreet van 17 maart 1998, wordt vervangen door wat volgt : « Artikel 27bis De besluiten van de gemeenteraad waarbij autonome gemeentebedrijven worden opgericht en hun statuten worden vastgesteld, worden binnen een termijn van twintig dagen, die ingaat op de dag nadat ze zijn genomen, ter goedkeuring naar de Vlaamse regering verstuurd.

De Vlaamse regering spreekt zich over de goedkeuring uit binnen een termijn van honderd dagen, die ingaat op de dag nadat ze de besluiten, bedoeld in het eerste lid, ontvangen heeft. Als binnen die termijn geen beslissing naar de gemeenteoverheid is verstuurd, wordt de Vlaamse regering geacht haar goedkeuring te hebben verleend. »

Art. 13.In hoofdstuk IV van hetzelfde decreet, ingevoegd door het decreet van 17 maart 1998, wordt een afdeling 2, bestaande uit de artikelen 27ter tot en met 27septies , ingevoegd, die luidt als volgt : « Afdeling 2. - Toezicht op de besluiten van de raad van bestuur van het autonome gemeentebedrijf Artikel 27ter § 1. De besluiten van de raad van bestuur van het autonome gemeentebedrijf tot wijziging van de statuten en van de bijlagen die er integraal deel van uitmaken, worden binnen een termijn van twintig dagen, die ingaat op de dag nadat ze genomen zijn, naar het college van burgemeester en schepenen verstuurd met het oog op advies van de gemeenteraad.

Ze worden op dezelfde dag ter goedkeuring naar de Vlaamse regering verstuurd. § 2. Als de gemeenteraad zijn advies niet binnen een termijn van vijftig dagen naar de Vlaamse regering stuurt, wordt de gemeenteraad geacht een gunstig advies te hebben uitgebracht.

De termijn van vijftig dagen gaat in op de dag nadat het college van burgemeester en schepenen de besluiten van de raad van bestuur van het autonome gemeentebedrijf, bedoeld in § 1, ontvangen heeft. § 3. De Vlaamse regering spreekt zich over de goedkeuring van de statutenwijziging uit binnen een termijn van honderd dagen, die ingaat op de dag nadat ze de besluiten, bedoeld in § 1, ontvangen heeft.

Als ze binnen die termijn geen beslissing naar de gemeenteoverheid heeft verstuurd, wordt de Vlaamse regering geacht haar goedkeuring te hebben verleend.

Artikel 27quater Van de besluiten van de raad van bestuur van het autonome gemeentebedrijf wordt, onmiddellijk nadat ze genomen zijn, een lijst met een beknopte omschrijving van de daarin geregelde aangelegenheden naar de regering verstuurd.

Artikel 27quinquies De Vlaamse regering kan, bij gemotiveerd besluit, een besluit vernietigen waarin de raad van bestuur van een autonoom gemeentebedrijf de wet schendt of het algemeen belang schaadt.

De besluiten bedoeld in het eerste lid kunnen niet meer door de Vlaamse regering vernietigd worden als ze haar beslissing niet heeft genomen en aan het autonome gemeentebedrijf heeft bezorgd binnen een termijn van vijftien dagen, die ingaat op de dag nadat de lijst is verstuurd, bedoeld in artikel 27quater .

De Vlaamse regering kan die termijn stuiten door een aangetekende brief via de post te sturen waarin de Vlaamse regering het dossier betreffende een bepaald besluit bij het autonome gemeentebedrijf opvraagt.

Een besluit, opgevraagd door de regering kan niet meer door de regering vernietigd worden als de termijn van dertig dagen verstreken is, waarbinnen de regering haar besluit naar het autonome gemeentebedrijf moet versturen. Die termijn gaat in op de dag nadat ze het dossier, via een aangetekende brief of tegen ontvangstbewijs afgegeven, ontvangen heeft.

Artikel 27sexies Onverminderd haar rechtstreekse vernietigingbevoegdheid, kan de Vlaamse regering bij gemotiveerd besluit binnen de termijnen, bepaald in artikel 27quinquies , tweede en vierde lid, de uitvoering schorsen van het besluit, waarin de raad van bestuur van een autonoom gemeentebedrijf de wet schendt of het algemeen belang schaadt.

De raad van bestuur van een autonoom gemeentebedrijf kan het geschorste besluit intrekken en geeft daarvan kennis aan de regering.

De raad van bestuur van een autonoom gemeentebedrijf kan een geschorst besluit gemotiveerd rechtvaardigen binnen een termijn van vijftig dagen, die ingaat op de dag nadat de Vlaamse regering het schorsingsbesluit naar het autonome gemeentebedrijf gestuurd heeft. De raad stuurt dit rechtvaardigingsbesluit, op straffe van nietigheid van het geschorste besluit, uiterlijk op de laatste dag van die termijn naar de Vlaamse regering.

Bij een rechtvaardiging kan de Vlaamse regering bij gemotiveerd besluit het geschorste besluit waarin de raad van bestuur van het autonome.gemeentebedrijf de wet schendt of het algemeen belang schaadt, vernietigen binnen een termijn van dertig dagen. Die termijn gaat in op de dag nadat ze het rechtvaardigingsbesluit ontvangen heeft.

Het vernietigingsbesluit wordt uiterlijk op de laatste dag van die termijn van dertig dagen naar het autonome gemeentebedrijf verstuurd.

Indien de Vlaamse regering de termijn voor vernietiging laat verstrijken, is de schorsing ambtshalve opgeheven.

Artikel 27septies Voor de toepassing van artikel 27quinquies en 27sexies gelden als strijdig met het algemeen belang, de besluiten die strijdig zijn met de beginselen van een behoorlijk en goed bestuur of die strijdig zijn met het algemene beleid of met de belangen van de hogere overheid. »

Art. 14.In hetzelfde decreet wordt een hoofdstuk IVbis , bestaande uit de artikelen 27octies tot en met artikel 27duodecies, ingevoegd, dat luidt als volgt : « HOOFDSTUK IVbis . - Eengemeentezones en meergemeentezones, ingesteld door de wet van 7 december 1998 tot organisatie van een geïntegreerde politiedienst, gestructureerd op twee niveaus Afdeling 1. - Algemene bepalingen

Artikel 27octies § 1. Met uitzondering van de bepalingen in § 2, zijn de bepalingen van dit decreet van overeenkomstige toepassing op de overheden van de eengemeentezones en de meergemeentezones en op de besluiten die door hen worden genomen inzake de lokale politie. In die bepalingen worden, wat de meergemeentezones betreft, de volgende woorden gelezen als volgt : 1° « gemeenteraad » als « politieraad »;2° « college van burgemeester en schepenen » als « politiecollege »;3° « burgemeester » als « voorzitter »;4° « gemeenteoverheid », « gemeenteoverheden » en « gemeentelijke overheidspersonen » als « overheid van de meergemeentezone », « overheden van de meergemeentezone » of « overheidspersonen van de meergemeentezones ». Voor de toepassing van dit hoofdstuk is « gemeenteontvanger » in dit decreet te lezen als « bijzondere rekenplichtige ». § 2. Artikel 7, tweede lid, en artikel 8, § 1, 1°, voorzover ze betrekking hebben op het meerjarige financiële beleidsplan, hoofdstuk II, IIIbis en IV van dit decreet en artikel 29, eerste lid, 1 en 2, voorzover ze betrekking hebben op de belastingen, alsook het laatste lid van die bepaling, zijn niet van toepassing op de beslissingen van de overheden van de eengemeentezones en de meergemeentezones.

Artikel 27novies Voorzover de overheden van de eengemeentezones en de meergemeentezones hun besluiten en handelingen, met toepassing van hoofdstuk V van de wet van 7 december 1998 tot organisatie van een geïntegreerde politiedienst, gestructureerd op twee niveaus, onderworpen zijn aan een specifiek toezicht, kan tegen die overheden, hun besluiten en handelingen, geen enkele toezichtmaatregel, bedoeld in hoofdstuk 1Vbis van dit decreet, worden genomen op grond van de schending van een bepaling, vervat in of genomen krachtens deze wet.

Artikel 27decies De eengemeentezones en de meergemeentezones vermelden bij de toezending van beslissingen, documenten, stukken en briefwisseling aan de gouverneur, naar gelang van het geval, « Eengemeentezone... (naam van de zone) - Gewestelijk toezicht » of « Meergemeentezone... (naam zone) - Gewestelijk toezicht ».

Ook de gouverneur brengt de vermelding « Gewestelijk toezicht » aan bij elke opvraging of toezending van besluiten, en in zijn briefwisseling met de eengemeentezones en de meergemeentezones. Afdeling 2. - Personeelsformaties van de politiezones

Artikel 27undecies De besluiten van de gemeenteraad voor de eengemeentezones en van de politieraad voor de meergemeentezones betreffende de vaststelling van de formatie van het statutaire operationele en van het statutaire of contractuele administratieve en logistieke politiepersoneel, en de besluiten betreffende de wijzigingen van die personeelsformaties, worden binnen een termijn van twintig dagen, die ingaat op de dag nadat ze genomen zijn, naar de Vlaamse regering en naar de gouverneur verstuurd.

Onder personeelsformatie wordt de opsomming van de graden en de vaststelling van het aantal vol- en deeltijdse betrekkingen per graad verstaan.

Artikel 27duodecies § 1. De toezichthoudende overheid heeft de bevoegdheid om, bij gemotiveerd besluit, en binnen een termijn van vijftig dagen, die ingaat op de dag nadat de gouverneur ze ontvangen heeft, de besluiten tot vaststelling of wijziging van de personeelsformatie van het politiepersoneel, bedoeld in artikel 27undecies , te schorsen of rechtstreeks te vernietigen wegens schending van de wet, binnen de grenzen van artikel 27novies, of wegens strijdigheid met het algemeen belang. Bovendien schorst de gouverneur, binnen diezelfde termijn, de uitvoering van de bedoelde besluiten in de volgende gevallen : 1° als een dergelijk besluit wordt ingediend zonder dat de noodzaak ervan voldoende verantwoord wordt op basis van een personeelsbehoef tenstudie.Die personeelsbehoeftenstudie moet in ieder geval de volgende elementen bevatten : a) de motivering en de verklaring van de beoogde wijzigingen aan het personeelsbestand, waarbij onder meer de beleidsvisie of de opties van het bestuur op herkenbare wijze worden verwoord; b), de functiebeschrijvingen, die de functies onderbrengen in een bepaald niveau en op een bepaalde plaats binnen de organisatie en die een nauwkeurige weergave bevatten van de taakinhoud en het profiel van een functie; c) de prestatiegegevens in de vorm van kwantitatieve en beschrijvende informatie die betekennisvol is voor de personeelsbehoefte en die betrekking heeft op het dienstverleningspakket en het niveau van de dienstverlening, het kwaliteitsniveau van dienstverlening, de organisatieopvatting bij de dienstverlening en het taakvolume;2° als een dergelijk besluit wordt ingediend zonder algemeen organogram, of, als de omvang van de organisatie dit noodzakelijk maakt, zonder deel organogrammen per departement, afdeling en/of dienst;3° als een dergelijk besluit wordt ingediend zonder dat de financiële haalbaarheid wordt aangetoond op basis van de nauwkeurige berekening van de maximale financiële gevolgen van de beslissing en van de wijze waarop het evenwicht van de begroting behouden kan blijven. In afwijking van het eerste lid, kan de gouverneur, als de redenen die aanleiding geven tot een schorsing, beperkt zijn tot een of meer welbepaalde functies, de schorsing beperken tot één of meer artikelen of onderdelen van het voorliggende besluit, op voorwaarde dat het niet-geschorste deel van het voorliggende besluit nog op verantwoorde en samenhangende wijze kan worden uitgevoerd. § 2. De gouverneur verstuurt zijn schorsingsbesluit naar de betrokken overheid uiterlijk op de laatste dag van de termijn, bedoeld in § 1, eerste lid. Hij verstuurt dezelfde dag een afschrift van zijn besluit naar de Vlaamse regering. § 3. De gemeenteraad of politieraad waarvan een besluit in zijn uitvoering werd geschorst kan het geschorste besluit intrekken en geeft daarvan kennis aan de gouverneur.

De gemeenteraad of de politieraad kan een geschorst besluit gemotiveerd rechtvaardigen of aanpassen binnen een termijn van honderd dagen. Die termijn gaat in op de dag nadat de gouverneur het schorsingsbesluit naar het bestuur gestuurd heeft. De gemeenteraad of de politieraad stuurt dit besluit, op straffe van nietigheid van het geschorste besluit, uiterlijk de laatste dag van die termijn naar de regering. Een afschrift wordt naar de gouverneur gestuurd. § 4. Onverminderd haar bevoegdheid tot vernietiging wegens schending van de wet, binnen de grenzen van artikel 27novies , of strijdigheid met het algemeen belang, vernietigt de Vlaamse regering de besluiten, bedoeld in artikel 27undecies in de volgende gevallen : 1° als een dergelijk besluit wordt ingediend zonder dat de noodzaak daartoe voldoende wordt verantwoord op basis van een personeelsbehoeftenstudie.Die personeelsbehoeftenstudie moet in ieder geval de volgende elementen bevatten a) de motivering en de verklaring van de beoogde wijzigingen aan het personeelsbestand waarin onder meer de beleidsvisie of de opties van het bestuur op herkenbare wijze worden verwoord;b) de functiebeschrijvingen, die de functies onderbrengen in een bepaald niveau en op een bepaalde plaats binnen de organisatie en die een nauwkeurige weergave bevatten van de taakinhoud en het profiel van een functie;c) de prestatiegegevens in de vorm van kwantitatieve en beschrijvende informatie die betekenisvol is voor de personeelsbehoefte en die betrekking heeft op het dienstverleningspakket en het niveau van de dienstverlening, het kwaliteitsniveau van dienstverlening, de organisatieopvatting bij de dienstverlening en het taakvolume;2° als een dergelijk besluit wordt ingediend zonder algemeen organogram, of, als de omvang van de organisatie dit noodzakelijk maakt, zonder deel organogrammen per departement, afdeling en/of dienst;3° als een dergelijk besluit wordt ingediend zonder dat de financiële haalbaarheid wordt aangetoond op basis van een nauwkeurige berekening van de maximale financiële gevolgen en van de wijze waarop het evenwicht van de begroting behouden kan blijven. In afwijking van het eerste lid, kan de Vlaamse regering, als de redenen die aanleiding geven tot een vernietiging beperkt zijn tot een of meer welbepaalde functies, de vernietiging beperken tot één of meer artikelen of onderdelen van het voorliggende besluit, op voorwaarde dat het niet-vernietigde deel van het voorliggende besluit nog op verantwoorde en samenhangende wijze kan worden uitgevoerd. § 5. De Vlaamse regering neemt een vernietigingsbesluit binnen een termijn van vijftig dagen, die ingaat op de dag nadat ze het besluit van de gemeenteraad of van de politieraad tot rechtvaardiging of aanpassing van het geschorste besluit ontvangen heeft. Ze verstuurt dit vernietigingsbesluit naar de overheid in kwestie uiterlijk op de laatste dag van die termijn. Ze stuurt dezelfde dag een afschrift van haar besluit ter kennisgeving aan de gouverneur.

Als de regering de termijn voor vernietiging laat verstrijken, is de schorsing ambtshalve opgeheven en kan het betreffende besluit van de gemeenteraad en politieraad niet langer vernietigd worden. § 6. Bij een rechtstreekse vernietiging van de besluiten bedoeld in § 4 neemt de Vlaamse regering haar besluit binnen een termijn van vijftig dagen, die ingaat op de dag nadat de gouverneur het besluit van de gemeenteraad of politieraad, bedoeld in artikel 27undecies , ontvangen heeft. Ze verstuurt dit besluit naar de zoneoverheid in kwestie uiterlijk op de laatste dag van die termijn. Ze stuurt dezelfde dag een afschrift van haar besluit ter kennisgeving aan de gouverneur. »

Art. 15.1n hoofdstuk V van hetzelfde decreet wordt het opschrift « Afdeling 1. Besluiten van de gemeenteraad, van het college van

burgemeester en schepenen en van de burgemeester », ingevoegd door het decreet van 17 maart 1998, en het opschrift « Afdeling 2. Besluiten van de raad van bestuur van het autonome gemeentebedrijf », ingevoegd door hetzelfde decreet van 17 maart 1998, geschrapt.

Art. 16.1n artikel 29, eerste lid, van hetzelfde decreet, worden 3 en 4, opgeheven door het decreet van 13 april 1999, opnieuw opgenomen in de volgende lezing : « 3. de besluiten van de gemeenteraad houdende vaststelling van de gemeentelijke dotatie aan de politiezone; 4. de besluiten van de gemeenteraad waardoor de financiële lasten van de opgenomen leningen worden herschikt;».

Art. 17.In artikel 30 van hetzelfde decreet, gewijzigd bij de decreten van 4 mei 1994,17 maart 1998 en 13 april 1999, worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° in § 1, eerste zin, worden de woorden « bedoeld in deze afdeling » geschrapt;2° er wordt een § 5bis ingevoegd, die luidt als volgt : « § 5bis .Voor de toepassing van dit artikel op de besluiten, bedoeld in artikel 29, eerste lid, 3., geldt niet als een schending van de wet, de schending van de bepalingen, vervat in en genomen krachtens de wet van 7 december 1998 tot organisatie van een geïntegreerde politiedienst, gestructureerd op twee niveaus. »

Art. 18.In artikel 31 van hetzelfde decreet wordt het tweede lid vervangen door wat volgt : « Deze termijn wordt geschorst door de verzending van een ter post aangetekende brief waarbij de toezichthoudende overheid het dossier betreffende een bepaald besluit bij de gemeenteoverheid opvraagt of bijkomende inlichtingen inwint. De ontvangst van het dossier of van de bijkomende inlichtingen of de verzending van de ter post aangetekende ingediende klacht aan de toezichthoudende overheid geldt als stuiting. »

Art. 19.In artikel 33 van hetzelfde decreet worden de woorden « bij het provinciaal gouvernement » vervangen door de woorden « bij de gouverneur ».

Art. 20.Artikel 33bis van hetzelfde decreet, ingevoegd door het decreet van 17 maart 1998, wordt vervangen door wat volgt : « Artikel 33bis In het geval dat een klacht wordt ingediend tegen een besluit van de gemeenteoverheid, brengt de toezichthoudende overheid bij wie de klacht is ingediend, de indiener van de klacht regelmatig op de hoogte van de behandeling van de klacht.

De toezichthoudende overheid brengt de indiener van de klacht via een gewone brief op de hoogte van : 1° de ontvangst van de klacht, binnen tien dagen nadat ze toegekomen is;2° het verzoek van de toezichthoudende overheid aan de gemeenteoverheid om het besluit of de inlichtingen, bedoeld in artikel 31, te bezorgen, binnen tien dagen na dat verzoek;3° de motieven van de toezichthoudende overheid om het besluit van de gemeenteoverheid waartegen de klacht was ingediend niet te schorsen of te vernietigen, binnen tien dagen na het nemen van dit besluit of na het verstrijken van de termijn van dertig dagen, bedoeld in de artikelen 31 en 32 of van de termijn van vijftig dagen, bedoeld in artikel 33;4° het gemotiveerde besluit van de toezichthoudende overheid waarbij het bestreden besluit van de gemeenteoverheid wordt geschorst of vernietigd, binnen tien dagen na het nemen van dit besluit;5° de stand van het dossier als de behandeling van de klacht verschillende weken of maanden in beslag neemt;in dat geval informeert de toe zichthoudende overheid de indiener van een klacht minstens om de drie maanden over de stand van zaken. Zodra de toezichthoudende overheid het onderzoek heeft afgerond, stuurt ze haar definitieve antwoord aan de indiener van de klacht en geeft ze er ook kennis van aan de betrokken gemeenteoverheid.

De bepalingen van dit artikel zijn zowel van toepassing op de besluiten van de gemeenteoverheid, waarvan met toepassing van artikel 29 van dit decreet geen afschrift naar de provinciegouverneur gestuurd moet worden, als op de besluiten waarvan wel een afschrift naar de provinciegouverneur gestuurd moet worden. »

Art. 21.In hoofdstuk V van hetzelfde decreet worden de artikelen 33ter tot en met 33quinquies opgeheven.

Art. 22.§ 1. In de Nieuwe Gemeentewet worden, voorzover ze betrekking hebben op de gemeenten, opgesomd in artikel 7 van de wetten op het gebruik van talen in bestuurszaken, gecoördineerd op 18 juli 1966, artikel 12, § 2, artikel 28, § 2, artikel 47, § 2, artikel 65, § 2, artikel 146, § 1, artikel 155, § 2, artikel 231, § 2 en § 3, artikel 235, § 1, eerste lid, § 2 en § 3, artikel 240, § 2, artikel 241, § 2, artikel 244, § 1, § 2 en § 3, artikel 249, § 2, artikel 254, artikel 258, § 2 en § 3, artikel 264, artikel 265, § 2, en artikel 266 opgeheven. § 2. In de Nieuwe Gemeentewet worden, voorzover ze betrekking hebben op de gemeenten, opgesomd in artikel 7 van de wetten op het gebruik van talen in bestuurszaken, gecoördineerd op 18 juli 1966, en de gemeente Voeren, artikel 24, § 2 en § 3, artikel 134, § 2, artikel 147, § 2, artikel 153, § 2 en § 3, artikel 231, § 2, artikel 246, artikel 248, § 3, artikel 251, artikel 256, § 2, artikel 257, artikel 261 en artikel 271, § 2, opgeheven.

Art. 23.De besluiten, genomen door de gemeenten, zoneoverheden en raden van bestuur van de autonome gemeentebedrijven, vóór de inwerkingtreding van dit decreet, blijven onderworpen aan de toezichtregelen die op dat tijdstip van kracht waren.

Kondigen dit decreet af, bevelen dat het in het Belgisch Staatsblad zal worden bekendgemaakt.

Brussel, 15 juli 2002.

De Minister-President van de Vlaamse regering, P. DEWAEL De Vlaamse Minister van Binnenlandse Aangelegenheden, Cultuur, Jeugd en Ambtenarenzaken, P. VAN GREMBERGEN _______ Nota (1) Zitting 2001-2002. Stukken. - Voorstel van decreet 1188, nr.1. Amendementen 1188, nr. 2.

Verslag 1188, nr. 3. Tekst aangenomen door de plenaire vergadering 1188, nr. 4.

Handelingen. - Bespreking en aanneming : Vergaderingen van 3 juli 2002.

^