Etaamb.openjustice.be
Decreet van 14 oktober 2021
gepubliceerd op 25 november 2021

Decreet tot wijziging van het decreet van 18 januari 2018 houdende het wetboek van preventie, hulpverlening aan de jeugd en jeugdbescherming en het decreet van 14 maart 2019 betreffende de opvang, in een "Centre communautaire" , van uithandengegeven jongeren

bron
ministerie van de franse gemeenschap
numac
2021033676
pub.
25/11/2021
prom.
14/10/2021
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

14 OKTOBER 2021. - Decreet tot wijziging van het decreet van 18 januari 2018Relevante gevonden documenten type decreet prom. 18/01/2018 pub. 03/04/2018 numac 2018011568 bron ministerie van de franse gemeenschap Decreet houdende het wetboek van preventie, hulpverlening aan de jeugd en jeugdbescherming sluiten houdende het wetboek van preventie, hulpverlening aan de jeugd en jeugdbescherming en het decreet van 14 maart 2019Relevante gevonden documenten type decreet prom. 14/03/2019 pub. 23/04/2019 numac 2019040891 bron ministerie van de franse gemeenschap Decreet betreffende de opvang, in een "Centre communautaire" , van uithandengegeven jongeren sluiten betreffende de opvang, in een "Centre communautaire" (Gemeenschappelijk centrum), van uithandengegeven jongeren


Het Parlement van de Franse Gemeenschap heeft aangenomen en Wij, Regering, bekrachtigen hetgeen volgt: HOOFDSTUK 1. - Bepalingen tot wijziging van het decreet van 18 januari 2018Relevante gevonden documenten type decreet prom. 18/01/2018 pub. 03/04/2018 numac 2018011568 bron ministerie van de franse gemeenschap Decreet houdende het wetboek van preventie, hulpverlening aan de jeugd en jeugdbescherming sluiten houdende het wetboek van preventie, hulpverlening aan de jeugd en jeugdbescherming

Artikel 1.In artikel 2 van het decreet van 18 januari 2018Relevante gevonden documenten type decreet prom. 18/01/2018 pub. 03/04/2018 numac 2018011568 bron ministerie van de franse gemeenschap Decreet houdende het wetboek van preventie, hulpverlening aan de jeugd en jeugdbescherming sluiten houdende het wetboek van preventie, hulpverlening aan de jeugd en jeugdbescherming worden de punten 24° /1 en 28° /1 ingevoegd, als volgt: "24° /1 orde: de toestand van eerbiediging van de gedragsregels die noodzakelijk zijn voor de totstandkoming of de handhaving van het gemeenschapsleven binnen de openbare instelling; 28° /1 veiligheid: interne veiligheid, opgevat als de staat van behoud van de fysieke integriteit van personen binnen de openbare instelling en de afwezigheid van gevaar voor beschadiging, vernietiging of onrechtmatige verwijdering van roerende of onroerende goederen, en externe veiligheid, opgevat als de staat van bescherming van de samenleving door de instandhouding van jongeren in de openbare instelling en de voorkoming van strafbare feiten die van binnenuit de openbare instelling zouden kunnen worden gepleegd.".

Art. 2.In boek V, titel II, hoofdstuk 3, van hetzelfde decreet wordt een afdeling 2/1, met als opschrift "Mededeling van beslissingen" ingevoegd.

Art. 3.In afdeling 2/1, ingevoegd bij artikel 2, wordt een artikel 64/1 ingevoegd, luidend als volgt: "

Artikel 64/1.Beslissingen die krachtens dit decreet ten aanzien van de jongere worden genomen en die betrekking hebben op sancties en ordemaatregelen of veiligheidsmaatregelen waaraan hij is onderworpen, worden hem onverwijld mondeling en schriftelijk in een toegankelijke taal meegedeeld.

Indien de jongere de Franse taal niet machtig is, worden alle redelijke middelen aangewend om hem in staat te stellen de beslissing en de motivering ervan te begrijpen.

De in lid 1 bedoelde beslissingen worden ook onverwijld meegedeeld aan de personen die het ouderlijk gezag over de jongere uitoefenen en aan zijn advocaat.

Informatie over ziekte, letsel of overlijden van de jongere wordt, met instemming van de jongere, onverwijld meegedeeld aan de personen die het ouderlijk gezag over hem uitoefenen en aan zijn advocaat.

Art. 4.In boek V, titel 2, hoofdstuk 3, afdeling 4, van hetzelfde decreet wordt een artikel 67/1 ingevoegd, luidend als volgt: "

Art. 67/1.Indien de handhaving van de orde of de veiligheid in gevaar komt, kan de directeur van de openbare instelling een bezoeker de toegang verbieden, doch slechts voor het volgende geplande bezoek, of de voortdurende aanwezigheid van een personeelslid verplicht stellen in de ruimte waar het bezoek plaatsvindt. De directeur neemt een met redenen omkleed besluit dat hij volgens de procedures van artikel 64/1 mededeelt.".

Art. 5.In Boek V, Titel 2, Hoofdstuk 3 van hetzelfde decreet wordt een afdeling 5/1 ingevoegd, met als opschrift "Rechtstreekse dwangmaatregelen".

Art. 6.In afdeling 5/1, ingevoegd bij artikel 5, wordt een artikel 68/1 ingevoegd, luidend als volgt: "

Art. 68/1.Onder rechtstreekse dwang wordt verstaan het gebruik van fysieke dwang op een persoon zonder gebruik te maken van materiële of mechanische hulpmiddelen of instrumenten die de bewegingsvrijheid beperken.

Rechtstreekse dwang mag alleen in uiterste noodzaak op de jongere worden toegepast, als laatste redmiddel, bij zelfverdediging, in geval van poging tot ontsnapping of fysiek verzet tegen een wettig bevel, in geval van onmiddellijk gevaar voor zelfbeschadiging, schade aan anderen of aanzienlijke materiële schade.

De intensiteit van de kracht moet tot het noodzakelijke minimum worden beperkt en het dwangmiddel moet zo kort als nodig worden gebruikt.

In afwachting van het optreden van de politie kan onder dezelfde voorwaarden rechtstreekse dwang worden toegepast op andere personen dan jongeren, wanneer zij trachten uit te breken uit een openbare instelling, deze illegaal betreden of er verblijven zonder toestemming.

Art. 7.In afdeling 5/1, ingevoegd bij artikel 5, wordt een artikel 68/2 ingevoegd, luidend als volgt: "

Art. 68/2.Er moet worden gedreigd met rechtstreekse dwang alvorens daartoe wordt overgegaan, behalve wanneer de omstandigheden zulks niet toelaten of wanneer een eerdere dreiging het gebruik van rechtstreekse dwang ondoeltreffend zou maken.

Art. 8.In afdeling 5/1, ingevoegd bij artikel 5, wordt een artikel 68/3 ingevoegd, luidend als volgt: "

Art. 68/3.Om ervoor te zorgen dat het gebruik van deze maatregel wordt gecontroleerd en dat de rechten van de jongeren worden geëerbiedigd, worden maatregelen met rechtstreekse dwang geregistreerd in een speciaal register, waarin voor elke maatregel worden vermeld: de identiteit van de jongere, de aard van de maatregel, de omstandigheden die tot het nemen van de maatregel hebben geleid en de redenen daarvoor, het eerdere gebruik van de dreiging en de omstandigheden die dit hebben verhinderd, de namen van de personeelsleden die bij de uitvoering van de maatregel betrokken waren, en de datum en het tijdstip van het begin en het einde van de maatregel.

Dit register kan te allen tijde worden geraadpleegd door: 1° de minister;2° de bevoegde administratie;3° de algemeen afgevaardigde voor de rechten van het kind;4° de leden van de commissie van toezicht bedoeld in artikel 73;5° de jongere, voor de informatie over hem of haar; 6 de advocaat van de jongere, voor de informatie over de jongere.

Het Ministerie van de Franse Gemeenschap is belast met de verwerking van het register.

De persoonsgegevens in dit register worden bewaard tot 31 januari van het jaar dat volgt op het jaar waarin de jongere definitief wordt ontslagen.

Elk jaar zendt de directeur van de openbare instelling uiterlijk op 31 januari aan de bevoegde administratie een verslag over de in het voorgaande jaar genomen maatregelen inzake rechtstreekse dwang. Het verslag vermeldt onder meer het aantal maatregelen, de aard, de duur en de redenen ervan, alsmede het aantal betrokken jongeren. Het verslag bevat geen gegevens die de identificatie van de betrokken jongeren mogelijk maken.

Art. 9.In artikel 69 van hetzelfde decreet worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° in de eerste paragraaf, derde lid, worden de woorden "van één uur" vervangen door de woorden "van drie uur en voor zover de maatregel van minder dan drie uur uitsluitend om pedagogische redenen gerechtvaardigd is en geen verkapte sanctie vormt."; 2° een paragraaf 2/1 wordt ingevoegd als volgt: " § 2/1.In afwijking van paragraaf 1, waarin wordt bepaald dat de directeur de afzonderingsmaatregel neemt, kan in laatste instantie een afzonderingsmaatregel worden genomen door een personeelslid dat een dreigende of daadwerkelijke inbreuk op de orde of veiligheid constateert en van oordeel is dat onmiddellijk moet worden opgetreden om de orde of veiligheid te handhaven.

De afzonderingsmaatregel wordt uiterlijk drie uur na het begin ervan door de directeur bevestigd."; 3° In paragraaf 4 wordt het derde lid vervangen door de volgende tekst: "Wanneer de jongere aan een maatregel tot afzondering is onderworpen omdat hij zijn fysieke veiligheid in gevaar heeft gebracht, wordt hij zo spoedig mogelijk en uiterlijk binnen 24 uur na het begin van de maatregel bezocht door een arts of, indien deze afwezig is, door een gediplomeerd verpleegkundige die onder verantwoordelijkheid van een arts optreedt.Na het bezoek van een gediplomeerd verpleegster wordt de jongere zo spoedig mogelijk door een arts bezocht."; 4° de volgende zin wordt toegevoegd aan het eerste lid van paragraaf 5: "Een lid van het pedagogisch team bezoekt de jongere ten minste om de twee uur tussen 8 uur en 22 uur en voert individuele gesprekken en pedagogische activiteiten met hem, met inbegrip van, in voorkomend geval, individuele activiteiten onder toezicht binnen de openbare instelling."; 5° Een paragraaf 6 wordt ingevoegd als volgt: "Tijdens de afzonderingsmaatregel in een bepaalde kamer mag de jongere niet in het bezit zijn van voorwerpen die zijn eigen veiligheid of die van anderen in gevaar kunnen brengen. Hij moet fatsoenlijke en niet-stigmatiserende kleding krijgen.".

Art. 10.In artikel 76, § 1, van hetzelfde decreet worden de woorden "en, mits voorafgaande toestemming van de jongere, naar de kamer van de jongere" ingevoegd tussen de woorden "naar openbare instellingen" en "en het recht hebben".

Art. 11.In artikel 101 van hetzelfde decreet worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° in paragraaf 1, punt 3°, worden de woorden "krachtens artikel 120, eerste lid, 1°, 3° en 4° " vervangen door "krachtens artikel 120, eerste lid, 1°, 2°, 3° en 4° ";2° in paragraaf 1 wordt een punt 5/1° ingevoegd dat luidt als volgt: "5/1° de jongere onderwerpen aan een ambulant onderzoek en een beoordeling van de situatie en het profiel van de jongere met het oog op het informeren van de jeugdrechter over de mogelijkheden om de jongere in zijn leefomgeving te handhaven";3° paragraaf 4 wordt vervangen door wat volgt: " § 4.Indien de jongere die voor een strafbaar feit wordt vervolgd, ten tijde van het plegen van het feit jonger is dan twaalf jaar, verwijst de jeugdrechtbank de zaak naar het openbaar ministerie, die de individuele situatie kan melden aan de raadsman of aan de directeur indien de zaak reeds naar hem is verwezen op grond van artikel 53, paragraaf 1.".

Art. 12.Artikel 184, 26°, van hetzelfde decreet wordt ingetrokken.

Art. 13.In hetzelfde decreet wordt een artikel 184/1 ingevoegd, luidend als volgt: "

Art. 184/1.In artikel 60 van de wet van 8 april 1965Relevante gevonden documenten type wet prom. 08/04/1965 pub. 02/08/2010 numac 2010000404 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de jeugdbescherming, het ten laste nemen van minderjarigen die een als misdrijf omschreven feit hebben gepleegd en het herstel van de door dit feit veroorzaakte schade. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° in het eerste lid worden de woorden "of op verzoek van de bevoegde autoriteiten bedoeld in artikel 37, § 2, eerste lid, 7° tot en met 11°, en "of personen die de voogdij over de betrokkene hebben, alleen ten aanzien van de betrokkene zelf" geschrapt 2° in het tweede lid worden de woorden "voogden of personen die het gezag hebben over de betrokkene, alsmede over de betrokkene op wie de maatregel betrekking heeft" geschrapt 3° Het derde lid wordt opgeheven, met uitzondering van de zinsnede "De griffie zendt onverwijld een afschrift van het verzoek aan het openbaar ministerie";4° in het vierde lid wordt de eerste zin die begint met de woorden "Elke bedoelde maatregel" en eindigt met de woorden "die definitief is geworden" opgeheven;5° in paragraaf 5 wordt de eerste zin, die begint met de woorden "De betrokken maatregel" en eindigt met de woorden "die definitief is geworden", opgeheven;6° lid 6 wordt opgeheven. HOOFDSTUK 2. - Bepalingen tot wijziging van het decreet van 14 maart 2019Relevante gevonden documenten type decreet prom. 14/03/2019 pub. 23/04/2019 numac 2019040891 bron ministerie van de franse gemeenschap Decreet betreffende de opvang, in een "Centre communautaire" , van uithandengegeven jongeren sluiten betreffende de opvang, in een "Centre communautaire" (Gemeenschappelijk centrum), van uithandengegeven jongeren

Art. 14.In artikel 1, 10°, van het decreet van 14 maart 2019Relevante gevonden documenten type decreet prom. 14/03/2019 pub. 23/04/2019 numac 2019040891 bron ministerie van de franse gemeenschap Decreet betreffende de opvang, in een "Centre communautaire" , van uithandengegeven jongeren sluiten betreffende de opvang, in een "Centre communautaire" (Gemeenschappelijk centrum), van uithandengegeven jongeren, worden de woorden "een humaan sociaal klimaat" vervangen door de woorden "gemeenschapsleven".

Art. 15.In artikel 14 van hetzelfde decreet worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° in het eerste lid worden de woorden "die betrekking hebben op zijn overplaatsing, zijn invrijheidstelling, de tuchtmaatregelen en de veiligheidsmaatregelen waaraan hij is onderworpen, hem onverwijld worden medegedeeld" ingevoegd tussen de woorden "decreet" en "mondeling";2° aan artikel 14 wordt een lid toegevoegd, luidend als volgt: "Informatie betreffende ziekte of letsel van de jongere wordt, met instemming van de jongere, onverwijld meegedeeld aan de personen die het ouderlijk gezag over hem uitoefenen en aan zijn advocaat.

Art. 16.In artikel 38 van hetzelfde decreet wordt het woord "wekelijks" geschrapt.

Art. 17.In artikel 88 van hetzelfde decreet worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° in lid 3 van het decreet worden de woorden "van één uur" vervangen door de woorden "van drie uur en op voorwaarde dat de maatregel van minder dan drie uur gerechtvaardigd is door pedagogische redenen en geen verkapte tuchtmaatregel vormt";2° lid 4 wordt opgeheven.

Art. 18.Artikel 92 van hetzelfde decreet wordt vervangen door de volgende tekst: "

Art. 92.Wanneer een jongere aan een afzonderingsmaatregel is onderworpen omdat hij zijn fysieke veiligheid in gevaar heeft gebracht, wordt hij zo spoedig mogelijk en uiterlijk binnen vierentwintig uur na het begin van de maatregel bezocht door een arts of, indien deze afwezig is, door een gediplomeerd verpleegkundige die onder verantwoordelijkheid van een arts optreedt. Na het bezoek van een gediplomeerd verpleegster wordt de jongere zo spoedig mogelijk door een arts bezocht.".

Art. 19.In hetzelfde decreet wordt een artikel 95/1 ingevoegd, luidend als volgt: "

Art. 95/1.Tijdens de afzonderingsmaatregel bezoekt een lid van het pedagogisch team de jongere tussen 8 uur en 22 uur ten minste om de twee uur en voert met hem individuele gesprekken en pedagogische activiteiten uit, waaronder, indien nodig, individuele activiteiten onder toezicht binnen het centrum.".

Art. 20.In artikel 97 van hetzelfde decreet worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° in het eerste lid worden de woorden "met of" geschrapt;2° in het tweede lid worden de woorden "wanneer dit absoluut noodzakelijk is voor de handhaving van de orde of de veiligheid en alleen gedurende de daartoe strikt noodzakelijke tijd" vervangen door de woorden "wanneer dit absoluut noodzakelijk is, als laatste redmiddel, in geval van zelfverdediging, poging tot ontsnapping of fysiek verzet tegen een wettig bevel, in geval van een onmiddellijk gevaar voor zelfbeschadiging, schade aan anderen of aanzienlijke materiële schade; 3° tussen het tweede en derde lid wordt een lid ingevoegd dat luidt als volgt: "De intensiteit van de kracht moet overeenkomen met het noodzakelijke minimum en de dwang moet zo kort als nodig worden uitgeoefend.".

Art. 21.In artikel 98 van hetzelfde decreet wordt lid 2 geschrapt.

Art. 22.Artikel 105 van hetzelfde decreet wordt vervangen door de volgende tekst: "

Art. 105.De volgende gedragingen kunnen aan een tuchtmaatregel worden onderworpen: 1° het opzettelijk toebrengen van schade aan de lichamelijke integriteit van anderen of de dreiging van een dergelijke schade;2° het opzettelijk schaden van de geestelijke integriteit van anderen of het dreigen daarmee;3° het opzettelijk beschadigen of vernielen van andermans eigendom;4° diefstal;5° het voeren van of het aanzetten tot collectieve acties die de veiligheid of de orde in het centrum ernstig in gevaar brengen;6° het bezit van een mobiele telefoon, een touchpad of een laptop;7° het voorhanden hebben, verbruiken of verhandelen van bij of krachtens de wet of dit decreet verboden of niet toegelaten stoffen;8° het voorhanden hebben of verhandelen van bij of krachtens de wet verboden of niet toegelaten wapens;9° het voorhanden hebben of verhandelen van andere dan de in de punten 6° tot en met 8° bedoelde voorwerpen die bij of krachtens de wet of dit decreet verboden of niet toegestaan zijn;10° ontsnapping;11° contacten die verboden zijn bij rechterlijke uitspraak of beslissing van de directeur;12° herhaaldelijk beledigen van anderen;13° het niet naleven van de bepalingen van het huishoudelijk reglement;14° de weigering om de bevelen van het personeel van het centrum op te volgen;15° ongeoorloofde aanwezigheid op een plaats waartoe de toegang verboden of beperkt is door het huishoudelijk reglement of door de directeur;16° herhaaldelijk niet schoonhouden van individuele woonruimten en gemeenschappelijke ruimten;17° geluidsoverlast veroorzaken die het goede verloop van het gemeenschapsleven verstoort. De gedragingen bedoeld in artikel 105, 2° tot 4°, en 9° tot 16°, kunnen slechts aanleiding geven tot een tuchtprocedure indien naar aanleiding van die gedragingen reeds een opvoedkundige maatregel is uitgesproken.".

Art. 23.In artikel 124, § 1, van hetzelfde decreet worden de woorden "en, met voorafgaande toestemming van de jongere, tot de leefruimte van de jongere" ingevoegd tussen de woorden "tot de centra" en "en het recht hebben".

Art. 24.In artikel 149 van hetzelfde decreet worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° in paragraaf 1 worden de woorden "Wat betreft de opdrachten bedoeld in artikel 2 van dit decreet," ingevoegd voor de woorden "de beginselen wet van 12 januari 2005Relevante gevonden documenten type wet prom. 12/01/2005 pub. 01/02/2005 numac 2005009033 bron federale overheidsdienst justitie Basiswet betreffende het gevangeniswezen en de rechtspositie van de gedetineerden sluiten";2° in paragraaf 2 worden de woorden "Wat betreft de opdrachten bedoeld in artikel 2 van dit decreet," ingevoegd voor de woorden "het koninklijk besluit van 21 mei 1965".

Art. 25.In artikel 153 van hetzelfde decreet worden de woorden "op 1 januari 2022" vervangen door de woorden "op de door de regering vastgestelde datum".

Kondigen dit decreet af, bevelen dat het in het Belgisch Staatsblad zal worden bekendgemaakt.

Brussel, 14 oktober 2021.

De Minister-President, P.-Y. JEHOLET De Vice-President en Minister van Begroting, Ambtenarenzaken, Gelijke kansen en het toezicht op Wallonie-Bruxelles Enseignement, Fr. DAERDEN De Vice-Presidente en Minister van Kind, Gezondheid, Cultuur, Media en Vrouwenrechten, B. LINARD De Minister van Hoger Onderwijs, Onderwijs voor sociale promotie, Universitaire ziekenhuizen, Hulpverlening aan de jeugd, Justitiehuizen, Jeugd, Sport en de Promotie van Brussel, V. GLATIGNY De Minister van Onderwijs, C. DESIR _______ Nota Zitting 2021-2022 Stukken van het Parlement.- Ontwerp van decreet, nr. 283-1. - Commissieverslag, nr. 283-2. - Tekst aangenomen tijdens de plenaire vergadering, nr.283-3 Integraal verslag. - Bespreking en aanneming. - Vergadering van 13 oktober 2021

^