gepubliceerd op 25 januari 2008
Decreet betreffende energieprestaties in scholen
7 DECEMBER 2007. - Decreet betreffende energieprestaties in scholen (1)
Het Vlaams Parlement heeft aangenomen en Wij, Regering, bekrachtigen hetgeen volgt : decreet betreffende energieprestaties in scholen.
Artikel 1.Dit decreet regelt een gemeenschapsaangelegenheid.
Art. 2.In artikel 13, § 1, van de wet van 29 mei 1959 tot wijziging van sommige bepalingen van de onderwijswetgeving wordt een punt 3 ingevoegd dat luidt als volgt : « 3. de werken die beantwoorden aan de hierna vastgestelde norm op het vlak van energieprestaties.
Met peil van primair energiegebruik wordt hierna het peil van primair energieverbruik bedoeld zoals gedefinieerd in het decreet van 22 december 2006 houdende eisen en handhavingsmaatregelen op het vlak van de energieprestaties en het binnenklimaat van gebouwen en tot invoering van een energieprestatiecertificaat en tot wijziging van artikel 22 van het REG-decreet.
De bepalingsmethode van het peil van primair energieverbruik is voor de toepassing van dit decreet de bepalingsmethode zoals geregeld in het decreet van 22 december 2006 houdende eisen en handhavingsmaatregelen op het vlak van de energieprestaties en het binnenklimaat van gebouwen en tot invoering van een energieprestatiecertificaat en tot wijziging van artikel 22 van het REG-decreet.
Alle nieuwbouw of verbouwingswerken waarvoor een maximaal peil van primair energieverbruik geldt in toepassing van het decreet van 22 december 2006 houdende eisen en handhavingsmaatregelen op het vlak van energieprestaties en het binnenklimaat van gebouwen en tot invoering van een energieprestatiecertificaat en tot wijziging van artikel 22 van het REG-decreet, voor de onderwijsinstellingen, centra voor leerlingenbegeleiding of internaten, dienen een peil van primair energieverbruik te hebben dat niet hoger is dan een peil van E70. »
Artikel 1.Aan artikel 17 van dezelfde wet wordt een § 2 toegevoegd, die luidt als volgt : « § 2. In afwijking op § 1 betoelaagt het Agentschap voor Infrastructuur in het Onderwijs aan de inrichtende machten of schoolbesturen de bijkomende kosten voor projecten die in toepassing van het decreet van 22 december 2006 houdende eisen en handhavingsmaatregelen op het vlak van energieprestaties en het binnenklimaat van gebouwen en tot invoering van een energieprestatiecertificaat en tot wijziging van artikel 22 van het REG-decreet onderworpen zijn aan een maximaal peil van primair energiegebruik, voor de gesubsidieerde onderwijsinstellingen, centra voor leerlingenbegeleiding of internaten, om een primair energieverbruik te bereiken dat overeenstemt met een peil van E70. 1° Voor de reguliere subsidiëring bedraagt deze eenmalige toelage : - voor projecten van het basisonderwijs in het gesubsidieerd onderwijs : 6,3 euro per vierkante meter bruto-oppervlakte; - voor projecten in het gesubsidieerd onderwijs van andere onderwijsniveaus dan het basisonderwijs, internaten en centra voor leerlingenbegeleiding : 8,4 euro per vierkante meter bruto-oppervlakte. 2° Voor de scholenbouwprojecten die gerealiseerd worden in het kader van het decreet van 7 juli 2006 betreffende de inhaalbeweging voor schoolinfrastructuur, bedraagt deze periodieke toelage : - voor projecten van het basisonderwijs in het gesubsidieerd onderwijs : 30% van de toename van de beschikbaarheidsvergoeding ten gevolge van de meerkosten die voortvloeien uit een peil van primair energieverbruik dat overeenstemt met een peil van E70; - voor projecten in het gesubsidieerd onderwijs van andere onderwijsniveaus dan het basisonderwijs, internaten en centra voor leerlingenbegeleiding : 40% van de toename van de beschikbaarheidsvergoeding ten gevolge van de meerkosten die voortvloeien uit een peil van primair energieverbruik dat overeenstemt met een peil van E70.
De in dit tweede punt bedoelde meerkosten worden gelijkgesteld aan 21 euro per vierkante meter bruto-oppervlakte. 3° De in deze paragraaf bedoelde bedragen zijn vastgesteld op 1 januari 2007 en exclusief de belasting op de toegevoegde waarde en de algemene kosten.De Vlaamse Regering kan een prijsherzieningsformule bepalen voor deze bedragen. ».
Art. 2.In dezelfde wet wordt een artikel 13bis toegevoegd, dat luidt als volgt : «
Artikel 13bis.§ 1. De Vlaamse Regering kent aan de inrichtende machten of schoolbesturen infrastructuurmiddelen toe voor nieuwbouwprojecten die voldoen aan de passiefhuisstandaard en die door de selectiecommissie werden geselecteerd zoals hierna bepaald.
Voor de passiefhuisstandaard dient men ten minste te voldoen aan de volgende criteria : 1° een netto energiebehoefte voor verwarming <= 15 kWh/m2.jaar; 2° een netto energiebehoefte voor koeling <= 15 kWh/m2.jaar; 3° een luchtdichtheid (n50-waarde) <= 0,6 h-1;4° een maximaal E-peil van E55. § 2. De selectiecommissie, vermeld in artikel 11 van het decreet van 7 juli 2006 betreffende de inhaalbeweging voor schoolinfrastructuur, heeft tot taak een advies tot selectie en rangschikking van projecten te maken die in aanmerking komen als nieuwbouwprojecten in de zin van § 1. § 3. De selectiecriteria hebben betrekking op : 1° de mate waarin een project zich reeds bevindt in een stadium met zicht op snelle realisatie;2° de mate waarin de inrichtende macht bereid is de status van pilootproject inzake energieprestaties op zich te nemen en het project open te stellen voor andere inrichtende machten en onderwijsactoren;3° de representativiteit van het bouwproject;4° de mate waarin de inrichtende macht de bereidheid en motivatie bewijst om de energieprestaties van het project permanent op te volgen of te laten opvolgen door de Vlaamse overheid;5° de mate waarin het bouwproject deel uitmaakt van een totaalvisie van de inrichtende macht op duurzaamheid. De criteria staan op gelijke voet van belangrijkheid. § 4. Binnen de in de begroting voorziene kredieten kan de Vlaamse Regering het minimum aantal te selecteren projecten vaststellen. § 5. Op advies van de selectiecommissie beslist de Vlaamse Regering over de selectie en rangschikking van de nieuwbouwprojecten. § 6. Voor de meerkosten die voortvloeien uit het bereiken van het energieverbruik zoals bepaald in § 1 van dit artikel wordt een afwijkende financiering toegekend. § 7. De Vlaamse Regering kan de aanwending van de in § 6 bedoelde bijkomende middelen controleren, nagaan of de bouwprojecten voldoen aan de voorwaarden van § 1 en de nadere regels voor dit toezicht bepalen. § 8. De in § 6 bedoelde middelen kunnen teruggevorderd worden indien de in § 1 vermelde voorwaarden niet zouden worden voldaan. ».
Art. 3.Aan artikel 17 van dezelfde wet wordt een § 3 toegevoegd, die luidt als volgt : « § 3. In afwijking op § 1 betoelaagt het Agentschap voor Infrastructuur in het Onderwijs aan de inrichtende machten of schoolbesturen de meerkosten die voortvloeien uit het bereiken van het energieverbruik zoals bepaald in § 1 van artikel 13bis van deze wet. 1° Voor de reguliere subsidiëring bedraagt deze eenmalige toelage : - voor projecten van het basisonderwijs in het gesubsidieerd onderwijs : 70,5 euro per vierkante meter bruto-oppervlakte; - voor projecten in het gesubsidieerd onderwijs van andere onderwijsniveaus dan het basisonderwijs, internaten en centra voor leerlingenbegeleiding : 94 euro per vierkante meter bruto-oppervlakte. 2° Voor deze projecten die terzelfdertijd scholenbouwprojecten zouden zijn die gerealiseerd worden in het kader van het decreet van 7 juli 2006 betreffende de inhaalbeweging voor schoolinfrastructuur, bedraagt deze periodieke toelage : - voor projecten van het basisonderwijs in het gesubsidieerd onderwijs : 30 % van de toename van de beschikbaarheidsvergoeding ten gevolge van de meerkosten die voortvloeien uit het in § 1 van artikel 13bis van deze wet bedoelde energieverbruik; - voor projecten in het gesubsidieerd onderwijs van andere onderwijsniveaus dan het basisonderwijs, internaten en centra voor leerlingenbegeleiding : 40 % van de toename van de beschikbaarheidsvergoeding tengevolge van de meerkosten die voortvloeien uit het in § 1 van artikel 13bis van deze wet bedoelde energieverbruik.
De in dit tweede punt bedoelde meerkosten worden gelijkgesteld aan 235 euro per vierkante meter bruto-oppervlakte. 3° De in deze paragraaf bedoelde bedragen zijn vastgesteld op 1 januari 2007 en exclusief de belasting op de toegevoegde waarde en de algemene kosten.De Vlaamse Regering kan een prijsherzieningsformule bepalen voor deze bedragen.
Art. 4.Dit decreet treedt in werking op 1 januari 2008, met uitzondering van artikel 4, dat in werking treedt op een door de Vlaamse Regering vast te stellen datum en uiterlijk op 1 januari 2008.
Kondigen dit decreet af, bevelen dat het in het Belgisch Staatsblad zal worden bekendgemaakt Brussel, 7 december 2007.
De minister-president van de Vlaamse Regering, K. PEETERS De Vlaamse minister van Werk, Onderwijs en Vorming, Fr. VANDENBROUCKE De Vlaamse minister van Openbare Werken, Energie, Leefmilieu en Natuur, H. CREVITS _______ Nota (1) Zitting 2007-2008 Stukken.- Ontwerp van decreet : 1372 - Nr. 1. - Verslag : 1372 - Nr. 2. - Tekst aangenomen door de plenaire vergadering : 1372 - Nr. 3.
Handelingen. - Bespreking en aanneming. Vergadering van 5 december 2007.