gepubliceerd op 07 augustus 2007
Decreet betreffende het niet-dringend ziekenvervoer
4 JUNI 2007. - Decreet betreffende het niet-dringend ziekenvervoer (1)
Het Parlement van de Duitstalige Gemeenschap heeft aangenomen en Wij, Regering, bekrachtigen hetgeen volgt : HOOFDSTUK I. - Algemene bepalingen
Artikel 1.Voor de toepassing van dit decreet verstaat men onder : 1° ziekenvervoer : elk niet-dringend vervoer per ziekenwagen van een patiënt - interhospitaal vervoer inbegrepen - met uitzondering van het vervoer geregeld door de wet van 8 juli 1964 betreffende de dringende geneeskundige hulpverlening;2° patiënt : elke persoon wiens gezondheidstoestand een vervoer per ziekenwagen vereist;3° ziekenwagen : elk voertuig waarvan de uitrusting het zittend of liggend vervoer van een patiënt alsmede de nodige medische bewaking en verzorging mogelijk maakt;4° dienst voor ziekenvervoer : elke rechtspersoon of natuurlijke persoon die erkend werd om ziekenvervoer in het Duitse taalgebied te verrichten;5° ambulancier : elke natuurlijke persoon die aan de in artikel 3, § 2, 1°, van dit decreet vastgelegde bepalingen voldoet om een ziekenwagen te begeleiden. HOOFDSTUK II. - Erkenning
Art. 2.§ 1. Elke dienst voor ziekenvervoer die in het Duitse taalgebied een ziekenvervoer verricht, moet overeenkomstig navolgende bepalingen door de Regering erkend zijn. Elke erkende dienst moet op alle facturen en overige officiële documenten zijn erkenning door de Regering van de Duitstalige Gemeenschap vermelden.
Om erkend te worden moeten de diensten aan de in dit decreet vastgelegde erkenningsvoorwaarden en aan de uitvoeringsbepalingen ervan voldoen.
De erkenning wordt door de Regering voor ten hoogste 6 jaar toegekend.
Ze kan telkens voor dezelfde duur worden verlengd. § 2. De diensten die voor het eerst een aanvraag om erkenning indienen, krijgen een voorlopige erkenning voor een eenmalig hernieuwbare duur van 6 maanden.
Onverminderd de met toepassing van artikel 8 vastgelegde overgangsbepalingen mag een dienst voor ziekenvervoer zijn activiteiten pas vanaf de inwerkingtreding van de voorlopige erkenning beginnen. § 3. Wanneer de dienst voor ziekenvervoer aan de voorwaarden voor de voorlopige erkenning of voor de erkenning niet meer voldoet, kan de Regering de erkenning schorsen of intrekken. Vanaf de schorsing of intrekking is de exploitant verplicht zijn activiteiten onmiddellijk stop te zetten. Bij schorsing van de erkenning kan de exploitant pas na opheffing ervan zijn activiteiten hervatten.
Worden de veiligheid en de gezondheid van de patiënt door de niet-naleving van de erkenningsvoorwaarden bedreigd, trekt de Regering onmiddellijk de erkenning of voorlopige erkenning van de dienst voor ziekenvervoer in. § 4. De Regering bepaalt de normale of spoedprocedure voor de voorlopige erkenning, de erkenning, de schorsing of de intrekking van de erkenning, alsmede de procedure voor de toekenning of weigering van de verlenging van de erkenning of voorlopige erkenning.
Vóór de intrekking of schorsing van de voorlopige erkenning of van de erkenning heeft de betrokkene de mogelijkheid zijn standpunt aan de Regering uiteen te zetten.
Art. 3.§ 1. De Regering beslist over de aanvraag om erkenning na het advies van de bevoegde afdeling van het Ministerie te hebben ingewonnen.
In bijzondere uitzonderingsgevallen kan de Regering bij de toekenning van een voorlopige erkenning van de met toepassing van § 2 van dit artikel vastgelegde voorwaarden afwijken. § 2. De door de Regering vastgelegde erkenningsvoorwaarden hebben betrekking op : 1° de kwalificaties van de ambulanciers en de gelijkstellingen met deze kwalificaties alsmede de jaarlijkse voortgezette opleiding van de ambulanciers;bij elk ziekenvervoer moeten twee ambulanciers aanwezig zijn; 2° de hygiëne;3° de vervulling van de opdrachten van een dienst voor ziekenvervoer;4° de logistieke voorschriften voor een vervoer dat aan de gezondheidstoestand van de patiënt aangepast is;5° de technische normen van de ziekenwagen;6° de uitrusting van de ziekenwagen;7° de maximumtarieven en de criteria die worden toegepast om het tarief te berekenen dat door de dienst voor ziekenvervoer aan de patiënt kan worden gevraagd.De door de dienst voor ziekenvervoer toegepaste tarieven moeten vóór het begin van het ziekenvervoer aan de betrokkene worden medegedeeld, in de ziekenwagen zichtbaar worden aangebracht en op de factuur worden vermeld; 8° de modaliteiten van de kwaliteitscontrole, met inbegrip van een proces-verbaal m.b.t. het verloop van het vervoer; 9° de modaliteiten van de samenwerking met een apotheker. § 3. Om erkend te worden moeten de diensten voor ziekenvervoer een verzekering inzake burgerlijke aansprakelijkheid voor de dienst en voor elke medewerker van de dienst aangaan. HOOFDSTUK III. - Beroepen
Art. 4.§ 1. Voor problemen in verband met de werkwijze van een dienst voor ziekenvervoer kan zich elke belanghebbende aan de door de Regering aangewezen ambtenaar van de bevoegde afdeling van het Ministerie, hierna ambtenaar genoemd, richten. § 2. Beroepen met betrekking tot de werkwijze van een ziekenvervoer moeten bij de ambtenaar schriftelijk worden ingediend.
Na ontvangst van het beroep brengt de ambtenaar de bevoegde minister en de directeur van de betrokken dienst voor ziekenvervoer er onmiddellijk op de hoogte van, met inachtneming van de anonimiteit van de klager, als deze daarom verzoekt.
Als er tussen de klager en de directeur van de dienst voor ziekenvervoer een bemiddelingsmogelijkheid bestaat en als de klager daarom verzoekt, dan wordt deze bemiddeling door de ambtenaar uitgevoerd. Hij stelt conflictoplossingen voor.
De directeur van de dienst voor ziekenvervoer informeert de ambtenaar over de uitvoering van de wijzigingen bepaald op grond van de bemiddeling.
De ambtenaar informeert de bevoegde minister en de klager over het resultaat van de beroeps- en bemiddelingsprocedure. § 3. De in dit artikel vastgelegde informatie- en beroepsmogelijkheid alsmede het adres en de telefoonnummer van de ambtenaar moeten worden vermeld op de door de dienst voor ziekenvervoer opgestelde facturen.
Hoofdstuk IV. - Controle- en strafbepalingen
Art. 5.Degene die een dienst voor ziekenvervoer zonder erkenning of voorlopige erkenning - zoals bepaald door dit decreet - uitbaat, of zo'n dienst verder uitbaat, hoewel zijn erkenning geschorst of ingetrokken werd, kan met drie maanden à twee jaar opsluiting en met een boete van 1.000 tot 10.000 EUR of met één van die straffen worden gestraft. Bij herhaling kunnen deze straffen worden verdubbeld.
Degene die andere regels van dit decreet of van de uitvoeringsbepalingen ervan overtreedt of die de bij dit decreet of de uitvoeringsbepalingen ervan voorgeschreven controle belet of belemmert, kan onverminderd de schorsing of de intrekking van de erkenning met vijftien dagen à 6 maanden opsluiting en met een boete van 100 tot 5000 EUR of met één van die straffen worden gestraft. Bij herhaling kunnen deze straffen worden verdubbeld.
Art. 6.De Regering wijst de ambtenaren aan die zullen toezien op de naleving van de bepalingen van dit decreet en van de uitvoeringsbepalingen ervan.
Deze ambtenaren hebben toegang tot de diensten voor ziekenvervoer en tot de ziekenwagen en kunnen om alle informatie verzoeken die nodig is om hun opdracht te vervullen.
De ambtenaren mogen elke persoon ondervragen over elk feit waarvan de kennis nuttig is om toezicht uit te oefenen.
De ambtenaren nemen hun vaststellingen, die behoudens tegenbewijs geldig blijven, in een verslag op. Het verslag wordt aan de bevoegde minister overgezonden. Een afschrift ervan wordt aan de overtreder gestuurd binnen 15 dagen nadat de overtredingen van dit decreet of van de uitvoeringsbepalingen ervan zijn vastgesteld.
Om hun controle uit te oefenen mogen de ambtenaren een beroep doen op de politiediensten. HOOFDSTUK V. - Slotbepalingen
Art. 7.Om de twee jaar, in de loop van het eerste trimester, legt de Regering het Parlement een verslag voor over het niet dringend ziekenvervoer.
Dit verslag betreft de laatste twee kalenderjaren en bevat o.a. de volgende statistische gegevens : - de lijst van de voorlopig en definitief erkende diensten voor ziekenvervoer; - het aantal toegelaten ambulanciers en voertuigen per dienst voor zienkenvervoer; - het aantal ingediende beroepen; - het aantal nog hangende en al afgewerkte beroepen; - de lijst der maatregelen die op grond van de beroepen werden genomen.
Een eerste verslag dient in het eerste trimester van het jaar 2010 te worden neergelegd.
Art. 8.De Regering legt de voorwaarden vast waaronder de vóór de inwerkingtreding van dit decreet al bestaande diensten voor ziekenvervoer kunnen worden toegelaten hun activiteiten voort te zetten tussen de inwerkingtreding van dit decreet en de beslissing betreffende de aangevraagde voorlopige erkenning.
De Regering legt ook de overgangsbepalingen vast met betrekking tot de kwalificaties van de ambulanciers die bij de inwerkingtreding van dit decreet al ziekenvervoer begeleidden.
Wij kondigen dit decreet af en bevelen dat het door het Belgisch Staatsblad bekendgemaakt wordt.
Eupen op 4 juni 2007.
De Minister-President van de Regering van de Duitstalige Gemeenschap, Minister van Lokale Besturen, K.-H. LAMBERTZ De Vice-Minister-President van de Regering van de Duitstalige Gemeenschap, De Minister van Vorming en Werkgelegenheid, Sociale Aangelegenheden en Toerisme, B. GENTGES De Minister van Onderwijs en Wetenschappelijk Onderzoek, O. PAASCH De Minister van Cultuur en Media, Monumentenzorg, Jeugd en Sport, I. WEYKMANS _______ Nota's (1) Zitting 2006-2007 : Parlementaire stukken.- Nr 1 : Ontwerp van decreet. - Nr 2 : Voorstel tot wijziging. - Nr 3 : Verslag.
Integraal verslag. - Bespreking en aanneming. Zitting van 4 juni 2007.