Etaamb.openjustice.be
Decreet van 02 mei 2019
gepubliceerd op 17 september 2019

Decreet tot wijziging van het Wetboek van de plaatselijke democratie en decentralisatie met het oog op de vaststelling van het kader voor de vrijwillige samenvoeging van gemeenten

bron
waalse overheidsdienst
numac
2019204091
pub.
17/09/2019
prom.
02/05/2019
ELI
eli/decreet/2019/05/02/2019204091/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

2 MEI 2019. - Decreet tot wijziging van het Wetboek van de plaatselijke democratie en decentralisatie met het oog op de vaststelling van het kader voor de vrijwillige samenvoeging van gemeenten (1)


Het Waalse Parlement heeft aangenomen en Wij, Waalse Regering, bekrachtigen hetgeen volgt:

Artikel 1.In deel I, boek I, van het Wetboek van de plaatselijke democratie en de decentralisatie wordt een titel V ingevoegd, met volgend opschrift: "Vrijwillige samenvoeging van gemeenten".

Art. 2.In titel V, ingevoegd bij artikel 1, wordt een Hoofdstuk I ingevoegd met als opschrift "Toepassingsgebied en algemene bepalingen".

Art. 3.In hoofdstuk I, ingevoegd bij artikel 2, wordt een artikel L1151-1 ingevoegd, luidend als volgt : "Art. L1151-1. Deze titel is van toepassing op alle gemeenten, gelegen op het grondgebied van het Franse taalgebied.".

Art. 4.In hetzelfde hoofdstuk I, wordt een artikel L1151-2 ingevoegd, luidend als volgt: "Art. L1151-2. Voor de toepassing van deze titel wordt verstaan onder : 1° samenvoegingsdecreet: het decreet op basis waarvan de gemeenten worden afgeschaft en een nieuwe gemeente wordt opgericht waarvan de grenzen worden vastgesteld;2° de datum van de samenvoeging: de eerste maandag van december na de verkiezingen overeenkomstig artikel L4124-1, § 1;3° samen te voegen gemeenten: de gemeenten die een principiële beslissing tot samenvoeging hebben genomen en die beslissing bij de Regering hebben ingediend;4° samengevoegde gemeenten: de oorspronkelijke gemeenten, bedoeld in het samenvoegingsdecreet; 5° de nieuwe gemeente: de opgerichte gemeente krachtens het samenvoegingsdecreet.".

Art. 5.In titel V, ingevoegd bij artikel 1, wordt een Hoofdstuk II ingevoegd met als opschrift "Voorwaarden van de samenvoeging".

Art. 6.In hoofdstuk II, ingevoegd bij artikel 5, wordt een artikel L1152-1 ingevoegd, luidend als volgt : "Art. L1152-1. Een samenvoeging van gemeenten is enkel mogelijk als gevolg van de samenvoeging van het gehele grondgebied van aangrenzende gemeenten tot een nieuwe gemeente zonder wijziging van de buitengrenzen.

De oorspronkelijke gemeenten worden bij de samenvoeging opgeheven.".

Art. 7.In Titel V, ingevoegd bij artikel 1, wordt een Hoofdstuk III ingevoegd met als opschrift "Procedure".

Art. 8.In hoofdstuk III, ingevoegd bij artikel 7, wordt een afdeling 1 ingevoegd met als opschrift "Princiepsbeslissing".

Art. 9.In afdeling 1, ingevoegd bij artikel 8, wordt een artikel L1153-1 ingevoegd, luidend als volgt: "Art. L1153-1. De gemeenteraden brengen middels een gemotiveerde princiepsbeslissing hun gezamenlijk voornemen om tot een samenvoeging over te gaan ter kennis van de Regering.

Zodra deze kennisgeving is verricht, worden gezamenlijke zittingen van de directiecomités van de betrokken gemeenten gehouden.

De gemeenteraden kunnen, ofwel op eigen initiatief ofwel op verzoek van de inwoners van de gemeente, beslissen de inwoners van de gemeenten voorafgaand aan de beslissingname te raadplegen volgens de voorwaarden en nadere regels van titel IV van boek I van deel I van dit Wetboek.".

Art. 10.In dezelfde afdeling 1, wordt een artikel L1153-2 ingevoegd, luidend als volgt: "Art. L1153-2. De gemeenteraden wijzen in onderling overleg een van de directeurs-generaal aan die optreedt als directeur-generaal coördinator van de samenvoeging op ambtelijk niveau en die ook de opdrachten uitvoert die hem worden toegewezen krachtens deze titel. De directeurs-generaal van de andere betrokken gemeenten staan hem in zijn opdrachten bij. Bij gebrek aan een overeenkomst, wordt de directeur-generaal van gemeente met het grootste aantal inwoners aangewezen als coördinerend directeur-generaal van de samenvoeging op ambtelijk niveau.

De gemeenteraden wijzen in onderling overleg, indien bestaand, één van de financieel directeurs of, bij afwezigheid van een financieel directeur, één van de gewestelijke ontvangers aan, die optreedt als coördinerend financieel directeur van de samenvoeging op ambtelijk niveau voor de coördinatie van de financiële aspecten van de samenvoeging en die ook de opdrachten uitvoert die hem worden toegewezen krachtens deze titel. De financieel directeurs van de andere betrokken gemeenten staan hem in zijn opdrachten bij. Bij gebrek aan een overeenkomst, wordt de financieel directeur van de gemeente met het grootste aantal inwoners aangewezen als coördinerend financieel directeur van de samenvoeging op ambtelijk niveau voor de coördinatie van de financiële aspecten van de samenvoeging.".

Art. 11.In hoofdstuk III, ingevoegd bij artikel 7, wordt een afdeling 2 ingevoegd met als opschrift "Gemeenschappelijk voorstel tot samenvoeging".

Art. 12.In afdeling 2, ingevoegd bij artikel 11, wordt een artikel L1153-3 ingevoegd, luidend als volgt: "Art. L1153-3. De gemeenteraden nemen een gemeenschappelijk voorstel tot samenvoeging aan en leggen dat voorstel uiterlijk op 31 oktober van het tweede jaar voorafgaand aan de samenvoeging aan de Regering voor.

Het gemeenschappelijk voorstel tot samenvoeging neemt de kadastrale gegevens op waaruit de grenzen van de nieuwe gemeente blijken, en de voorgestelde naam van de nieuwe gemeente.

De Regering legt de lijst met de bijlagen die bij het gemeenschappelijk voorstel tot samenvoeging dienen te worden gevoegd, vast.".

Art. 13.In hoofdstuk III, ingevoegd bij artikel 7, wordt een afdeling 3 ingevoegd met als opschrift "Samenvoegingsdecreet".

Art. 14.In afdeling 3, ingevoegd bij artikel 13, wordt een artikel L1153-4 ingevoegd, luidend als volgt: "Art. L1153-4. Uiterlijk op 31 december van het tweede jaar voorafgaand aan de datum van de samenvoeging beslist de Regering of zij het voorstel tot samenvoeging als ontwerp-decreet van samenvoeging aan het Parlement voorlegt.

Het ontwerp-decreet van samenvoeging vernoemt de naam van de samen te voegen gemeenten, evenals de datum van de samenvoeging en de vermelding van de grenzen van de nieuwe gemeenten en, in het geval waarin de samen te voegen gemeenten geen deel zouden uitmaken van dezelfde provincie, de provincie waartoe de nieuwe gemeente zal behoren.

Als het ontwerp-decreet niet door het Parlement aangenomen wordt binnen de drie maanden nadat de Regering het voorgelegd heeft, wordt het gemeenschappelijk voorstel tot samenvoeging nietig geacht.".

Art. 15.In titel V, ingevoegd bij artikel 1, wordt een hoofdstuk IV ingevoegd, met als opschrift "Bijzondere bepalingen voor het gemeentelijk beheer voor de datum van de samenvoeging".

Art. 16.In hoofdstuk IV, ingevoegd bij artikel 15, wordt een artikel L1154-1 ingevoegd, luidend als volgt : "Art. L1154-1. Vanaf de voorlegging van het gemeenschappelijk voorstel tot samenvoeging tot aan de datum van goedkeuring, door de toezichthoudende overheid, van de begroting van de nieuwe gemeente of tot op de dag waarop de Regering beslist geen gevolg te geven aan het voorstel tot samenvoeging of de dag waarop het Parlement het ontwerp-decreet van samenvoeging verwerpt, worden de akten van de samen te voegen gemeenten enkel genomen na een verplicht overleg tussen die gemeenten, uitgezonderd de akten die ofwel: 1° hetzij onder het dagelijks overheidsbeheer vallen;2° onherstelbare schade aan de gemeenschap zouden kunnen veroorzaken als ze niet worden genomen;3° het normale sluitstuk vormen van de procedures die de gemeenteraden hebben ingeleid vóór de kennisgeving aan de Regering van hun gezamenlijk voornemen om tot een samenvoeging over te gaan overeenkomstig artikel L1153-1. In geval van onenigheid tussen de overlegorganen of tussen de gemeentelijke organen wordt het geschil door de toezichthoudende overheid als omschreven in titel I van boek I van deel III van dit Wetboek beslecht.".

Art. 17.In Titel V, ingevoegd bij artikel 1, wordt een Hoofdstuk V ingevoegd met als opschrift "Algemene beginselen van de samenvoeging van gemeenten".

Art. 18.In hoofdstuk V, ingevoegd bij artikel 17, wordt een artikel L1155-1 ingevoegd, luidend als volgt : "Art. L1155-1. Op de datum van de samenvoeging, volgt de nieuwe gemeente de samengevoegde gemeenten in de rechten en verplichtingen op wat betreft roerende en onroerende goederen, overheidsopdrachten voor de uitvoering van werken, overheidsopdrachten voor leveringen en diensten, concessies voor werken en diensten en overeenkomsten die hen zijn overgedragen, met inbegrip van de rechten en verplichtingen die uit lopende en toekomstige gerechtelijke en administratieve procedures voortvloeien.

Een inventaris van de roerende en onroerende goederen, overheidsopdrachten, concessies en overeenkomsten van de samengevoegde gemeenten wordt bij het voorstel tot samenvoeging gevoegd. De Regering stelt het model van inventaris vast.".

Art. 19.In hetzelfde hoofdstuk V wordt een artikel L1155-2 ingevoegd, luidend als volgt: "Art. L1155-2. De besluiten, reglementen en verordeningen blijven van toepassing in de samengevoegde gemeenten op het grondgebied waarvoor zij zijn uitgevaardigd, tot de dag waarop zij door de bevoegde overheid worden opgeheven, uiterlijk één jaar na de datum van de samenvoeging.".

Art. 20.In titel V, ingevoegd bij artikel 1, wordt een hoofdstuk VI ingevoegd, met als opschrift "Verkiezing en installatie van de gemeenteraad van de nieuwe gemeente".

Art. 21.In hoofdstuk 6, ingevoegd bij artikel 20, wordt een artikel L1156-1 ingevoegd, luidend als volgt: "Art. L1156-1. Voor de verkiezingen voorafgaand aan de datum van de samenvoeging is, in afwijking van artikel L4112-2, § 1, lid 2, het rechtsgebied voor de gemeenteraadsverkiezing het rechtsgebied van de nieuwe gemeente.

Kiesoperatoren in de zin van artikel L4112-14, § 2, 3°, 4° en 5° zijn de coördinerend directeur-generaal, de burgemeester en het gemeentecollege, van de samengevoegde gemeente waarvan de directeur-generaal is aangewezen als coördinerend directeur-generaal.".

Art. 22.In hetzelfde hoofdstuk VI wordt een artikel L1156-2 ingevoegd, luidend als volgt: "Art. L1156-2. § 1. Het aantal leden van de gemeenteraad, van het gemeentecollege en de wedde van de burgemeester en schepenen van de nieuwe gemeente worden bepaald op grond van het aantal inwoners van de nieuwe gemeente overeenkomstig artikel L1121-3. § 2. Voor de installatie van de gemeenteraad van de nieuwe gemeente worden: 1° de verkozen gemeenteraadsleden, voor de goede orde, minstens acht dagen voor de installatievergadering van de gemeenteraad door de coördinerend directeur-generaal geïnformeerd over datum, uur en plaats van de installatievergadering;2° de nieuw verkozen raadsleden voor de installatievergadering opgeroepen door de uittredende burgemeester van de gemeenteraad van de samengevoegde gemeente van de coördinerend directeur-generaal. § 3. De installatievergadering wordt voorgezeten door de uittredende voorzitter van de gemeenteraad van de samengevoegde gemeente van de coördinerend directeur-generaal, totdat de burgemeester van de nieuwe gemeente de eed heeft afgelegd. Als de uittredende burgemeester van de gemeenteraad van de samengevoegde gemeente van de coördinerend directeur-generaal de installatievergadering niet kan voorzitten, wordt de vergadering voorgezeten door een uittredend lid van de gemeenteraad van de samengevoegde gemeente van de coördinerend directeur-generaal, in de volgorde van hun rang.

Afwijkend van lid 1 kunnen de samengevoegde gemeenten in onderling overleg één van de andere voorzitters van de gemeenteraden van de samengevoegde gemeenten aanwijzen om de installatievergadering voor te zitten. § 4. Het gemeentehuis van de samengevoegde gemeente van de coördinerend directeur-generaal dient als gemeentehuis van de nieuwe gemeente zolang de gemeenteraad geen ander gebouw als gemeentehuis heeft gekozen.".

Art. 23.In Titel V, ingevoegd bij artikel 1, wordt een Hoofdstuk VII ingevoegd met als opschrift "Bepalingen betreffende het gemeentepersoneel".

Art. 24.In hoofdstuk VII, ingevoegd bij artikel 23, wordt een afdeling 1 ingevoegd, met als opschrift "Princiepsbeslissing met betrekking tot de samenvoeging en gevolgen voor het personeel".

Art. 25.In afdeling 1, ingevoegd bij artikel 24, wordt een artikel L1157-1 ingevoegd, luidend als volgt: "Art. L1157-1. Te rekenen van de datum waarop de princiepsbeslissing is genomen om tot samenvoeging over te gaan, kunnen de samen te voegen gemeenten samenwerkingsovereenkomsten sluiten om, voor specifieke functies, een beroep te doen op elkaars personeelsleden.

Indien de functie van directeur-generaal of van financieel directeur van een van de samen te voegen gemeenten openvalt na de datum van de beslissing om tot samenvoeging over te gaan, kan de gemeenteraad, om deze functie uit te oefenen: 1° een beroep doen op een directeur-generaal of een financieel directeur van één van de andere samen te voegen gemeenten of van het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn die een van de samen te voegen gemeenten bedienen, op basis van een samenwerkingsovereenkomst; 2° een directeur-generaal of een financieel directeur aanstellen die tot de datum van de samenvoeging optreedt.".

Art. 26.In hoofdstuk VII, ingevoegd bij artikel 23, wordt een afdeling 2 ingevoegd met als opschrift "Personeel na de datum van samenvoeging".

Art. 27.In afdeling 2, ingevoegd bij artikel 26, wordt een onderafdeling 1 ingevoegd, met als opschrift "Directeur-generaal en financieel directeur".

Art. 28.In onderafdeling 1, ingevoegd bij artikel 27, wordt een artikel L1157-2 ingevoegd, luidend als volgt: "Art. L1157-2. Vanaf de datum van de samenvoeging tot de aanstelling van een nieuwe directeur-generaal vervult de coördinerend directeur-generaal de functie van directeur-generaal van de nieuwe gemeente.

De gemeenteraad van de nieuwe gemeente kan hem een voorlopige tegemoetkoming toekennen. Deze tegemoetkoming is gelijk aan het verschil tussen de wedde die zou zijn ontvangen in de functie van directeur-generaal van de nieuwe gemeente en de wedde van de coördinerend directeur-generaal in zijn of haar oorspronkelijke gemeente.".

Art. 29.In dezelfde onderafdeling 1 wordt een artikel L1157-3 ingevoegd, luidend als volgt: "Art. L1157-3. Binnen zes maanden na de datum van de samenvoeging, wijst de gemeenteraad van de nieuwe gemeente een nieuwe directeur-generaal aan onder: 1° de directeurs-generaal van de samengevoegde gemeenten die zich kandidaat hebben gesteld na een oproep tot kandidaturen;2° de directeurs-generaal van de samengevoegde OCMW's die zich kandidaat hebben gesteld na een oproep tot kandidaturen. De Regering bepaalt de voorwaarden en modaliteiten voor de toegang tot de functie van directeur-generaal van de nieuwe gemeente.

De uittredende directeur-generaal of de uittredende directeur-generaal van het OCMW die als directeur-generaal van de nieuwe gemeente wordt aangewezen, behoudt zijn of haar geldelijke anciënniteit.".

Art. 30.In dezelfde onderafdeling 1 wordt een artikel L1157-4 ingevoegd, luidend als volgt: "Art. L1157-4. Indien er zich, na de in artikel L1157-3 bedoelde oproep tot kandidaturen, geen enkele kandidaat heeft gemeld voor de functie van directeur-generaal of, in voorkomend geval, geen enkele kandidaat aan de gestelde voorwaarden voldoet, wordt in de functie voorzien overeenkomstig de reglementaire bepalingen tot vaststelling van de voorwaarden voor de benoeming van de betrekkingen van directeur-generaal, adjunct-directeur-generaal en financieel directeur van de gemeente.".

Art. 31.In dezelfde onderafdeling 1 wordt een artikel L1157-5 ingevoegd, luidend als volgt: "Art. L1157-5. Vanaf de datum van de samenvoeging tot de aanwijzing van een nieuwe financieel directeur, vervult de coördinerend financieel directeur de functie van financieel directeur van de nieuwe gemeente.

De gemeenteraad van de nieuwe gemeente kan hem een voorlopige tegemoetkoming toekennen. Deze tegemoetkoming is gelijk aan het verschil tussen de wedde die zou zijn ontvangen in de functie van financieel directeur van de nieuwe gemeente en de wedde van de financieel directeur-coördinator in zijn of haar oorspronkelijk gemeente.".

Art. 32.In dezelfde onderafdeling 1 wordt een artikel L1157-6 ingevoegd, luidend als volgt: "Art. L1157-6. Binnen zes maanden na de datum van de samenvoeging, wijst de gemeenteraad van de nieuwe gemeente een nieuwe directeur-generaal aan onder: 1° de financieel directeurs van de samengevoegde gemeenten die zich kandidaat hebben gesteld na een oproep tot kandidaturen;2° de directeurs van de samengevoegde OCMW's die zich kandidaat hebben gesteld na een oproep tot kandidaturen;3° de gewestelijke ontvangers van de samengevoegde gemeenten en van de samengevoegde OCMW's die zich kandidaat hebben gesteld na een oproep tot kandidaturen. De Regering bepaalt de voorwaarden en modaliteiten voor de toegang tot de functie van financieel directeur van de nieuwe gemeente.

De uittredende financieel directeur van de gemeente of van het OCMW, die als financieel directeur van de nieuwe gemeente wordt aangewezen, behoudt zijn of haar geldelijke anciënniteit.".

Art. 33.In dezelfde onderafdeling 1 wordt een artikel L1157-7 ingevoegd, luidend als volgt: "Art. L1157-7. Indien er zich, na de in artikel L1157-6 bedoelde oproep tot kandidaturen, geen enkele kandidaat heeft gemeld voor de functie van financieel directeur of, in voorkomend geval, geen enkele kandidaat aan de gestelde voorwaarden voldoet, wordt in de functie voorzien overeenkomstig de reglementaire bepalingen tot vaststelling van de voorwaarden voor de benoeming van de betrekkingen van directeur-generaal, adjunct-directeur-generaal en financieel directeur van de gemeente.".

Art. 34.In afdeling 2, ingevoegd bij artikel 26, wordt een onderafdeling 2 ingevoegd, met als opschrift "Uitoefening van de functie van financieel directeur van de gemeente door de financieel directeur van het OCMW".

Art. 35.In onderafdeling 2, ingevoegd bij artikel 34, wordt een artikel L1157-8 ingevoegd, luidend als volgt: "Art. L1157-8. In afwijking van artikel L1157-6 en in toepassing van artikel L1124-2, kunnen de gemeenteraad en de raad voor maatschappelijk welzijn van de nieuwe gemeente besluiten dat de financieel directeur van het nieuwe OCMW tegelijkertijd de functie van financieel directeur van de nieuwe gemeente uitoefent.".

Art. 36.In afdeling 2, ingevoegd bij artikel 26, wordt een onderafdeling 3 ingevoegd, met als opschrift "Andere leden van het gemeentepersoneelsleden".

Art. 37.In onderafdeling 3, ingevoegd bij artikel 36, wordt een artikel L1157-9 ingevoegd, luidend als volgt: "Art. L1157-9. Op de datum van de samenvoeging, worden alle personeelsleden van de samengevoegde gemeenten personeelsleden van de nieuwe gemeente, ongeacht de aard van hun dienstverband.".

Art. 38.In dezelfde onderafdeling 3 wordt een artikel L1157-10 ingevoegd, luidend als volgt: "Art. L1157-10. Na de overdracht aan de nieuwe gemeente behouden de personeelsleden de aard van hun dienstverband, hun graad, hun administratieve en geldelijke anciënniteit, hun prestatieregeling en hun weddeschaal.".

Art. 39.In dezelfde onderafdeling 3 wordt een artikel L1157-11 ingevoegd, luidend als volgt: "Art. L1157-11. De personeelsleden blijven onderworpen aan het statuut dat op hen van toepassing was in hun oorspronkelijke gemeente tot de inwerkingtreding van het statuut van de nieuwe gemeente bedoeld in artikel L1157-12, 2°.

De gemeenteraad van de nieuwe gemeente stelt een voorlopig statuut vast dat van toepassing is op de personeelsleden die in de nieuwe gemeente moeten worden aangewezen vanaf de datum van de samenvoeging en dat geldig is tot de inwerkingtreding van het statuut van de nieuwe gemeente bedoeld in artikel L1157-12, 2°.".

Art. 40.In afdeling 2, ingevoegd bij artikel 26, wordt een onderafdeling 4 ingevoegd, met als opschrift "Nieuw organogram en nieuw statuut".

Art. 41.In onderafdeling 4, ingevoegd bij artikel 40, wordt een artikel L1157-12 ingevoegd, luidend als volgt: "Art. L1157-12. In het jaar volgend op de datum van de samenvoeging worden door de gemeenteraad van de nieuwe gemeente vastgesteld: 1° het organogram, overeenkomstig artikel L1211-2; 2° een nieuw statuut voor het gezamenlijke personeel.".

Art. 42.In titel V, ingevoegd bij artikel 1, wordt een hoofdstuk VIII ingevoegd, met als opschrift "Bepalingen betreffende financiën en fiscaliteit".

Art. 43.In hoofdstuk VIII, ingevoegd bij artikel 42, wordt een artikel L1158-1 ingevoegd, luidend als volgt : "Art. L1158-1. Voor 31 december van het jaar van de gemeenteraadsverkiezingen wordt door de gemeenteraad van de nieuwe gemeente: 1° de begroting voor het begrotingsjaar volgend op de datum van de fusie vastgelegd; 2° de opcentiemen op de personenbelasting en de opcentiemen op de onroerende voorheffing, van toepassing op het grondgebied van de nieuwe gemeente, vastgesteld.".

Art. 44.In hetzelfde hoofdstuk VIII wordt een artikel L1158-2 ingevoegd, luidend als volgt: "Art. L1158-2. De financieel directeurs en de gewestelijke ontvangers van de samengevoegde gemeenten stellen, elk voor wat hen betreft, de jaarrekeningen van de samengevoegde gemeenten vast voor de boekjaren tot en met 31 december van het jaar van de samenvoeging.

De gemeenteraad van de nieuwe gemeente spreekt zich uit over de vaststelling van deze jaarrekeningen.".

Art. 45.In hetzelfde hoofdstuk VIII wordt een artikel L1158-3 ingevoegd, luidend als volgt: "Art. L1158-3. Uitgezonderd de opcentiemen op de personenbelasting en de opcentiemen op de onroerende voorheffing hebben alle verordeningen inzake gemeentebelastingen en -retributies, aangenomen door de gemeenteraden van de samengevoegde gemeenten, verder volkomen gevolg op het grondgebied van de samengevoegde gemeenten waarvoor de respectievelijke verordeningen aangenomen zijn, tot op de dag waarop ze door de gemeenteraad van de nieuwe gemeente worden opgeheven.".

Art. 46.In hetzelfde hoofdstuk VIII wordt een artikel L1158-4 ingevoegd, luidend als volgt: "Art. L1158-4. Tijdens de eerste twee boekjaren volgend op de datum van de samenvoeging, worden de dotaties overeenkomstig de artikelen L1332-8, L1332-9, L1332-24, L1332-25 en L1332-26 toegekend aan de nieuwe gemeente verkregen door de dotaties toegekend aan de samengevoegde gemeenten op te tellen op basis van de jaarlijks bijgewerkte statistieken betreffende hun grondgebied of, bij gebreke daarvan, die worden gebruikt voor het verdelingsjaar van het jaar van de datum van de samenvoeging.".

Art. 47.In hetzelfde hoofdstuk VIII wordt een artikel L1158-5 ingevoegd, luidend als volgt: "Art. L1158-5. De nieuwe gemeente, die één of meerdere samengevoegde gemeenten telt, verplicht tot het vaststellen van een beheersplan overeenkomstig artikel L3311-1, legt de Regering ter goedkeuring een bijgewerkt beheersplan voor, in de loop van het eerste werkjaar volgend op de datum van de samenvoeging.".

Art. 48.In hetzelfde hoofdstuk VIII wordt een artikel L1158-6 ingevoegd, luidend als volgt: "Art. L1158-6. Voor de vrijwillige samenvoegingen die uitgevoerd worden bij de lokale verkiezingen van 2024 kent de Regering de nieuwe gemeente een jaarlijkse financiële bonus toe vanaf het begrotingsjaar volgend op de datum van de samenvoeging, waarvan de toewijzing uitsluitend voorbehouden wordt voor het dekken van de schuldenlast.

Deze financiële bonus wordt toegekend voor zes begrotingsjaren.

De bonus wordt berekend op grond van het bedrag van de financiële schuldenlast die elke samen te voegen gemeente, hun OCMW en hun eventuele autonome gemeentebedrijven ten opzichte van financiële instellingen hebben op 31 december van het jaar voorafgaande aan het gemeenschappelijk voorstel tot fusie bedoeld in artikel L1153-3.

De bonus wordt toegekend voor een samengeteld maximumbedrag van 500 euro per inwoner en 20 miljoen euro maximum per samenvoeging voor de zes begrotingsjaren bedoeld in lid 1. Het aantal inwoners waarmee rekening wordt gehouden stemt overeen met de bevolking van 1 januari van het jaar voorafgaand aan aan het gemeenschappelijk voorstel tot fusie bedoeld in artikel L1153-3.".

Art. 49.In hetzelfde hoofdstuk VIII wordt een artikel L1158-7 ingevoegd, luidend als volgt: "Art. L1158-7. Binnen de perken van de beschikbare begrotingskredieten wordt er ten laste van de uitgavenbegroting van het Gewest een maximumbedrag van 16, 67 miljoen euro vastgelegd voor de begrotingsjaren 2025 tot 2030.

De verdeling tussen de gerechtigde gemeenten wordt jaarlijks aangepast aan de verhouding van het bedrag bedoeld in lid 1 zoals definitief vastgesteld in de uitgavenbegroting van het Gewest.

Bij overschrijding van het jaarlijks bedrag bedoeld in lid 1 worden de bonussen die de volgende jaren worden toegekend aan de nieuwe gemeenten verhoudingsgewijs verminderd.".

Art. 50.In hetzelfde hoofdstuk VIII wordt een artikel L1158-8 ingevoegd, luidend als volgt: "Art. L1158-8. De Regering stelt de nadere regels vast voor de toekenning van de bonus bedoeld in artikel L1158-6.".

Art. 51.In Titel V, ingevoegd bij artikel 1, wordt een Hoofdstuk IX ingevoegd met als opschrift "Overgangsbepalingen".

Art. 52.In hoofdstuk IX, ingevoegd bij artikel 52, wordt een artikel L1159-1 ingevoegd, luidend als volgt : "Art. L1159-1. Een directeur-generaal die een samengevoegde gemeente verlaat, die niet wordt aangewezen als directeur-generaal van de nieuwe gemeente en die ook niet wordt aangewezen als directeur-generaal van de nieuwe gemeente, wordt aangesteld in een passende functie van niveau A in det nieuwe gemeente, met behoud met zijn geldelijke anciënniteit.

De uittredende directeur-generaal bedoeld in het eerste lid wordt ingeschaald in de weddeschaal die verbonden is aan de passende functie. Hij behoudt de weddeschaal die hij genoot als directeur-generaal in zijn oorspronkelijke gemeente, zolang de wedde op basis daarvan gunstiger is dan de wedde die hij zou genieten na de inschaling.".

Art. 53.In hetzelfde Hoofdstuk IX wordt een artikel L1159-2 ingevoegd, luidend als volgt: "Art. L1159-2. Een financieel directeur die een samengevoegde gemeente verlaat, die niet wordt aangewezen als financieel directeur van de nieuwe gemeente en die ook niet wordt aangewezen als financieel directeur van de nieuwe gemeente, wordt aangesteld in een passende functie van niveau A in de nieuwe gemeente, met behoud met zijn geldelijke anciënniteit.

De uittredende financieel directeur bedoeld in het eerste lid wordt ingeschaald in de weddeschaal die verbonden is aan de passende functie. Hij behoudt de weddeschaal die hij genoot als directeur-generaal in zijn oorspronkelijke gemeente, zolang de wedde op basis daarvan gunstiger is dan de wedde die hij zou genieten na de inschaling.".

Art. 54.In hetzelfde Hoofdstuk IX wordt een artikel L1159-3 ingevoegd, luidend als volgt: "Art. De gemeenteraad stelt indien nodig overgangsbepalingen vast om ervoor te zorgen dat de personeelsleden een specifieke regeling op persoonlijke titel behouden, zolang deze gunstiger is dan de overeenkomstige regeling van het nieuwe statuut.".

Art. 55.In artikel L3122-2, 8°, van hetzelfde Wetboek worden de woorden "uitgezonderd de toepassing van artikel 15, § 2, van de wet van 8 juli 1976Relevante gevonden documenten type wet prom. 08/07/1976 pub. 18/04/2016 numac 2016000231 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Organieke wet betreffende de openbare centra voor maatschappelijk welzijn. - Officieuze coördinatie in het Duits van de versie toepasselijk op de inwoners van het Duitse taalgebied sluiten tot organisatie van de openbare centra voor maatschappelijk welzijn" ingevoegd tussen de woorden "de aanvankelijke installatie" en de woorden "ten gevolge van de goedkeuring".

Kondigen dit decreet af, bevelen dat het in het Belgisch Staatsblad zal worden bekendgemaakt.

Namen, 2 mei 2019.

De Minister-President, W. BORSUS De Minister van Sociale Actie, Gezondheid, Gelijke Kansen, Ambtenarenzaken en Administratieve vereenvoudiging, A. GREOLI De Minister van Economie, Industrie, Onderzoek, Innovatie, Digitale Technologieën, Tewerkstelling en Vorming, P.-Y. JEHOLET De Minister van Leefmilieu, Ecologische Overgang, Ruimtelijke Ordening, Openbare Werken, Mobiliteit, Vervoer, Dierenwelzijn en Industriezones, C. DI ANTONIO De Minister van Begroting, Financiën, Energie, Klimaat en Luchthavens, J.-L. CRUCKE De Minister van Landbouw, Natuur, Bossen, Landelijke Aangelegenheden, Toerisme, Erfgoed en afgevaardigd bij de Grote Regio, R. COLLIN De Minister van de Plaatselijke Besturen, Huisvesting en Sportinfrastucturen, V. DE BUE _______ Nota (1) Zitting 2018-2019. Stukken van het Waalse Parlement 1378 (2018-2019) Nrs. 1 tot 4.

Volledig verslag, plenaire vergadering van 30 april 2019.

Bespreking.

Stemming.

^