gepubliceerd op 17 januari 2006
Besluit van de Waalse Regering tot uitvoering van het decreet van 4 november 1993 houdende oprichting van een begrotingsfonds voor arbeidsbemiddeling
22 DECEMBER 2005. - Besluit van de Waalse Regering tot uitvoering van het decreet van 4 november 1993 houdende oprichting van een begrotingsfonds voor arbeidsbemiddeling
De Waalse Regering, Gelet op het decreet van 4 november 1993 tot oprichting van een begrotingsfonds voor arbeidsbemiddeling, gewijzigd bij het decreet van 18 december 2003;
Gelet op het decreet van 25 april 2002 betreffende de tegemoetkomingen ter bevordering van de indienstneming van niet-werkende werkzoekenden door de plaatselijke, gewestelijke en gemeenschapsoverheden, door bepaalde werkgevers in de niet-commerciële sector, het onderwijs en de commerciële sector, gewijzigd bij het besluit van 19 december 2002, het decreet van 15 mei 2003 en het programmadecreet van 3 februari 2005;
Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën, gegeven op 10 november 2005;
Gelet op het akkoord van de Minister van Begroting, gegeven op 22 december 2005;
Op de voordracht van de Minister van Tewerkstelling;
Na beraadslaging, Besluit :
Artikel 1.De jaarlijkse toelagen bedoeld in artikel 1 van decreet van 4 november 1993 tot oprichting van een begrotingsfonds voor arbeidsbemiddeling, worden toegekend : 1° wat betreft de A.P.E.-punten toegewezen aan opgravingen of de vernieuwing van archeologische sites : voor de helft door de Minister bevoegd voor Tewerkstelling, hierna Minister van Tewerkstelling genoemd, en voor de helft door de Minister bevoegd voor het Erfgoed; 2° wat betreft de A.P.E.-punten toegewezen aan openbare vastgoedmaatschappijen : voor 75 % door de Minister van Tewerkstelling en voor de 25 % door de Minister bevoegd voor Huisvesting; 3° wat betreft de A.P.E.-punten toegewezen aan regionale immigratiecentra : voor 75 % door de Minister van Tewerkstelling en voor de 25 % door de Minister bevoegd voor Sociale Actie.
Art. 2.Elke toezichthoudende Minister stelt tegen uiterlijk 31 maart van het referentiejaar bij FOREm, tegen vijfenzeventig percent van zijn kredieten, een bedrag beschikbaar als medefinanciering met de Minister van Tewerkstelling.
Het saldo wordt op het einde van het dienstjaar en uiterlijk op 31 maart van het daaropvolgende jaar vereffend door elke toezichthoudende Minister, naar verhouding tot de werkelijke uitgaven en op grond van de schuldvorderingsaangiften en bewijsstukken die FOREm vooraf overgemaakt heeft.
Worden bovenvermelde termijnen door een toezichthoudende Minister overschreden, verzendt FOREm binnen de drie werkdagen een rappelbrief en licht er de Minister van Tewerkstelling behoorlijk over in.
Indien de toezichthoudende Minister geen maatregelen treft om spoedig de toestand te verhelpen, eigent de Regering zich de zaak op haar eerstvolgende vergadering toe. Er wordt eveneens een halfmaandelijks verslag door FOREm aan de toezichthoudend Minister gestuurd.
Art. 3.Dit besluit treedt in werking op 1 januari 2006, met uitzondering van artikel 1, dat uitwerking heeft vanaf 1 januari 2004.
Art. 4.De Minister van Tewerkstelling is belast met de uitvoering van dit besluit.
Namen, 22 december 2005.
De Minister-President, DI RUPO De Minister van Economie, Tewerkstelling en Buitenlandse Handel, J.-C. MARCOURT