gepubliceerd op 19 juni 2014
Besluit van de Waalse Regering tot wijziging van sommige bepalingen van het tweede deel, Boek 5, Titel 7, van het Waals Reglementair Wetboek van Sociale Actie en Gezondheid
15 MEI 2014. - Besluit van de Waalse Regering tot wijziging van sommige bepalingen van het tweede deel, Boek 5, Titel 7, van het Waals Reglementair Wetboek van Sociale Actie en Gezondheid
De Waalse Regering, Gelet op het Waals decreetgevend wetboek van sociale actie en gezondheid, tweede deel, Boek IV, artikel 283;
Gelet op het Waals Reglementair Wetboek van Sociale Actie en Gezondheid, Tweede deel, Boek 5, Titel 7, Hoofdstukken 1, 3 en 4;
Gelet op het advies van het beheerscomité van het het "AWIPH" (Waals Agentschap voor de Integratie van Gehandicapte Personen), gegeven op 26 september 2013;
Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 11 mei 2014;
Gelet op de instemming van de Minister van Begroting, gegeven op 15 mei 2014;
Gelet op de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, artikel 3, § 1;
Gelet op de dringende noodzakelijkheid;
Overwegende dat onmiddellijk een reglementaire wijziging aangebracht moet worden opdat het gebruik van de subsidies voor de diensten voor hulpverlening in open milieu vanaf 1 januari 2014 gecontroleerd kan worden over een periode van 3 jaar in plaats van één jaar;
Op de voordracht van de Minister van Sociale Actie;
Na beraadslaging, Besluit :
Artikel 1.Dit besluit regelt, overeenkomstig artikel 138 van de Grondwet, een materie bedoeld in artikel 128, § 1, ervan.
Art. 2.Artikel 476 van het Waals Reglementair Wetboek van Sociale Actie en Gezondheid wordt aangevuld met een punt 9°, luidend als volgt : « 9° Verbonden entiteit : de entiteit verbonden met een vereniging is de entiteit zoals omschreven in artikel 19, § 1, 4°, van het koninklijk besluit van 19 december 2003 betreffende de boekhoudkundige verplichtingen en de openbaarmaking van de jaarrekening van bepaalde verenigingen zonder winstoogmerk, internationale verenigingen zonder winstoogmerk en stichtingen. ».
Art. 3.Artikel 512 van hetzelfde Wetboek wordt vervangen als volgt : «
Art. 512.§ 1. De jaarrekeningen van elke dienst worden aan het "AWIPH" overgemaakt uiterlijk 31 mei van het jaar na het boekjaar, samen met het rapport van een bedrijfsrevisor, wiens opdracht erin bestaat de rekeningen te certificeren en, in voorkomend geval, recht te zetten. § 2. Die rekeningen moeten ook vergezeld gaan van een volledige lijst van de verbonden entiteiten. De boekhouding van die entiteiten moet bovendien op verzoek ingekeken kunnen worden door de diensten van het "AWIPH". § 3. Het boekjaar stemt overeen met het kalenderjaar. ».
Art. 4.Artikel 513 van hetzelfde Wetboek wordt vervangen als volgt : «
Art. 513.Indien verstrekkingen van een verbonden entiteit uitgaan, geven de verstrekkers hun aanwezigheid aan in het personeelsregister. ».
Art. 5.In artikel 527 van hetzelfde Wetboek worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° paragraaf 2 wordt vervangen als volgt : « § 2.Als het totaalbedrag van de personeelslasten van de dienst kleiner is dan 85 % van de jaarlijkse toelage, wordt het verschil ingevorderd bij de controle op het gebruik van de toelagen door het het "AWIPH". »; 2° er wordt een paragraaf 3 ingevoegd, luidend als volgt : « § 3.De controle op het gebruik van de subsidies door het "AWIPH" wordt over driejaarlijkse periodes gevoerd. Als het totaalbedrag van de toelaatbare lasten na afloop van elke periode kleiner is dan de overeenkomstige toelagen, wordt het verschil ingevorderd na aftrek van de invorderingen bedoeld in paragraaf 1 »; 3° er wordt een paragraaf 4 ingevoegd, luidend als volgt : « § 4.In afwijking van paragraaf 3, kan de voor gehandicapte personen bestemde begeleidingsdienst bij opvang in een gezin die deel uitmaakt van een administratieve entiteit met door het "AWIPH" gesubsidieerde diensten kiezen voor een jaarlijkse controle.
Als de dienst voor een driejaarlijkse controle kiest, geeft hij het "AWIPH", volgens de modaliteiten die het "AWIPH" bepaalt, uiterlijk 30 juni van het jaar na het boekjaar kennis van het gekozen type controle, alsook van een voorstel van ingangspunt van de periode waarvoor het "AWIPH" zijn akkoord geeft.
Als die informatie niet verstrekt wordt binnen de termijn bedoeld in het tweede lid, wordt het geheel van de diensten van de administratieve entiteit jaarlijks gecontroleerd. »
Art. 6.In hetzelfde Wetboek wordt bijlage 50 vervangen door bijlage 1 die bij dit besluit gaat.
Art. 7.In bijlage 51 bij hetzelfde Wetboek worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° onder punt II wordt paragraaf 3 vervangen als volgt : « § 3.De directeur moet binnen vier jaar na 1 september na zijn indienstneming of bevordering volgende voorwaarde vervullen : 1° hetzij de tweejarige opleidingen van 150 uren "Beheer van diensten voor gehandicapte personen", die georganiseerd worden door een opleidingsoperator of een door de Franse Gemeenschap erkende onderwijsinstelling en waarvan de inhoud goedgekeurd is door het beheerscomité van het "AWIPH", met succes hebben gevolgd;2° hetzij geslaagd zijn voor de modules van de specialisatie « Kader van de non-profit sector », georganiseerd door het onderwijs voor sociale promotie : * « Benaderingen van de managementpraktijken »; * « Organisatiestrategieën »; * « Organisatiebeheer »; * « Gebruik van de boekhoudkundige en budgettaire instrumenten ». 2° Punt II wordt aangevuld met een paragraaf 4, luidend als volgt : « § 4.De directeur, houder van een master in sociale engineering en actie, wettigt de bijkomende opleiding. ».
Art. 8.Artikel 629 van hetzelfde Wetboek wordt aangevuld met een punt 10°, luidend als volgt : « 10° Verbonden entiteit : de entiteit verbonden met een vereniging is de entiteit zoals omschreven in artikel 19, § 1, 4°, van het koninklijk besluit van 19 december 2003 betreffende de boekhoudkundige verplichtingen en de openbaarmaking van de jaarrekening van bepaalde verenigingen zonder winstoogmerk, internationale verenigingen zonder winstoogmerk en stichtingen. ».
Art. 9.In artikel 680 van hetzelfde Wetboek wordt het tweede lid vervangen als volgt : « Ze moeten ook vergezeld gaan van een volledige lijst van de verbonden entiteiten. De boekhouding van die entiteiten moet bovendien op verzoek ingekeken kunnen worden door de diensten van het "AWIPH".
Art. 10.Artikel 681 van hetzelfde Wetboek wordt vervangen als volgt : «
Art. 681.Indien verstrekkingen van een verbonden entiteit uitgaan, geven de verstrekkers hun aanwezigheid aan in het personeelsregister. ».
Art. 11.In artikel 706 van hetzelfde Wetboek worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° paragraaf 2 wordt vervangen als volgt : « § 2.Als het totaalbedrag van de personeelslasten van de dienst kleiner is dan 85 % van de jaarlijkse toelage, wordt het verschil ingevorderd bij de controle op het gebruik van de toelagen door het "AWIPH". »; 2° er wordt een paragraaf 3 ingevoegd, luidend als volgt : « § 3.De controle op het gebruik van de subsidies door het "AWIPH" wordt over driejaarlijkse periodes gevoerd. Als het totaalbedrag van de toelaatbare lasten na afloop van elke periode kleiner is dan de overeenkomstige toelagen, wordt het verschil ingevorderd na aftrek van de invorderingen bedoeld in paragraaf 1 »; 3° er wordt een paragraaf 4 ingevoegd, luidend als volgt : « § 4.In afwijking van paragraaf 3, kan de integratiehulpdienst die deel uitmaakt van een administratieve entiteit met door het "AWIPH" gesubsidieerde diensten kiezen voor een jaarlijkse controle.
Als de dienst voor een driejaarlijkse controle kiest, geeft hij het "AWIPH", volgens de modaliteiten die het "AWIPH" bepaalt, uiterlijk 30 juni van het jaar na het boekjaar kennis van het gekozen type controle, alsook van een voorstel van ingangsdatum voor de periode waarvoor het "AWIPH" zijn akkoord geeft.
Als die informatie niet verstrekt wordt binnen de termijn bedoeld in het tweede lid, wordt het geheel van de diensten van de administratieve entiteit jaarlijks gecontroleerd. »
Art. 12.In artikel 1377 van hetzelfde Wetboek wordt het derde lid vervangen als volgt : « De hoofdopvoeders en opvoeders groepsleiders bedoeld in Titel 11 van Boek 5 van het tweede deel van het Wetboek die vóór 1 juli 2014 als omkaderingspersoneel in dienst genomen zijn op basis van de kwalificaties bedoeld in artikel 668 van hetzelfde Wetboek, behouden de bezoldiging gekoppeld aan de loonschaal en de andere geldelijke voordelen die op hen van toepasselijk waren vóór hun indienstneming door de integratiehulpdienst voor zover zij voldoen aan de voorwaarden bedoeld onder punt II van bijlage 102. ».
Art. 13.In hetzelfde Wetboek wordt bijlage 70 vervangen door bijlage 2 die bij dit besluit gaat.
Art. 14.In bijlage 71 bij hetzelfde Wetboek worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° onder punt II wordt paragraaf 3 vervangen als volgt : « § 3.De directeur moet binnen vier jaar na 1 september na zijn indienstneming of bevordering volgende voorwaarde vervullen : 1° hetzij de tweejarige opleidingen van 150 uren "Beheer van diensten voor gehandicapte personen", die georganiseerd worden door een opleidingsoperator of een door de Franse Gemeenschap erkende onderwijsinstelling en waarvan de inhoud goedgekeurd is door het beheerscomité van het "AWIPH", met succes hebben gevolgd;2° hetzij geslaagd zijn voor de modules van de specialisatie « Kader van de non-profit sector », georganiseerd door het onderwijs voor sociale promotie : * « Benaderingen van de managementpraktijken »; * « Organisatiestrategieën »; * « Organisatiebeheer »; * « Gebruik van de boekhoudkundige en budgettaire instrumenten ». 3° punt II wordt aangevuld met een paragraaf 4, luidend als volgt : « § 4.De directeur, houder van een master in sociale engineering en actie, wordt vrijgesteld van de bijkomende opleiding waarin paragraaf 3 voorziet. ».
Art. 15.Artikel 725 van hetzelfde Wetboek wordt aangevuld met een punt 9°, luidend als volgt : « 9° Verbonden entiteit : de entiteit verbonden met een vereniging is de entiteit zoals omschreven in artikel 19, § 1, 4°, van het koninklijk besluit van 19 december 2003 betreffende de boekhoudkundige verplichtingen en de openbaarmaking van de jaarrekening van bepaalde verenigingen zonder winstoogmerk, internationale verenigingen zonder winstoogmerk en stichtingen. ».
Art. 16.Artikel 757 van hetzelfde Wetboek wordt vervangen als volgt : «
Art. 757.§ 1. De jaarrekeningen van elke dienst worden aan het "AWIPH" overgemaakt uiterlijk 31 mei van het jaar na het boekjaar. § 2. Die rekeningen moeten ook vergezeld gaan van een volledige lijst van de verbonden entiteiten. De boekhouding van die entiteiten moet bovendien op verzoek ingekeken kunnen worden door de diensten van het "AWIPH". § 3. Het boekjaar stemt overeen met het kalenderjaar. ».
Art. 17.Artikel 758 van hetzelfde Wetboek wordt vervangen als volgt : «
Art. 758.Indien verstrekkingen van een verbonden entiteit uitgaan, geven de verstrekkers hun aanwezigheid aan in het personeelsregister. ».
Art. 18.In artikel 775 van hetzelfde Wetboek worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° het tweede lid wordt vervangen als volgt : « De controle op het gebruik van de subsidies door het "AWIPH" wordt over driejaarlijkse periodes gevoerd.Als het totaalbedrag van de toelaatbare lasten na afloop van elke periode kleiner is dan de overeenkomstige toelagen, wordt het verschil ingevorderd na aftrek van de invorderingen bedoeld in het eerste lid »; 2° er worden leden ingevoegd, luidend als volgt : « In afwijking van het tweede lid, kan de dienst voor hulpverlening bij de activiteiten van het dagelijkse leven die deel uitmaakt van een administratieve entiteit met door het "AWIPH" gesubsidieerde diensten kiezen voor een jaarlijkse controle. Als de dienst voor een driejaarlijkse controle kiest, geeft hij het "AWIPH", volgens de modaliteiten die het "AWIPH" bepaalt, uiterlijk 30 juni van het jaar na het boekjaar kennis van het gekozen type controle, alsook van een voorstel van ingangsdatum voor de periode waarvoor het "AWIPH" zijn akkoord geeft.
Als die informatie niet verstrekt wordt binnen de termijn bedoeld in het tweede lid, wordt het geheel van de diensten van de administratieve entiteit jaarlijks gecontroleerd. »
Art. 19.In hetzelfde Wetboek wordt bijlage 78 vervangen door bijlage 3 die bij dit besluit gaat.
Art. 20.In bijlage 79 bij hetzelfde Wetboek worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° onder punt II wordt paragraaf 3 vervangen als volgt : « § 3.De AVJ-coördinators moeten binnen vier jaar na 1 september die volgt op hun indienstneming of bevordering aan de volgende voorwaarde voldoen : 1° hetzij de tweejarige opleidingen van 150 uren " Beheer van diensten voor gehandicapte personen ", die georganiseerd worden door een opleidingsoperator of een door de Franse Gemeenschap erkende onderwijsinstelling en waarvan de inhoud goedgekeurd is door het beheerscomité van het "AWIPH", met succes hebben gevolgd;2° hetzij geslaagd zijn voor de modules van de specialisatie « Kader van de non-profit sector », georganiseerd door het onderwijs voor sociale promotie : * « Benaderingen van de managementpraktijken »; * « Organisatiestrategieën »; * « Organisatiebeheer »; * « Gebruik van de boekhoudkundige en budgettaire instrumenten ». 2° punt II wordt aangevuld met een paragraaf 4, luidend als volgt : « § 4.De directeur, houder van een master in sociale engineering en actie, wettigt de bijkomende opleiding. ».
Art. 21.Artikel 769 van hetzelfde Wetboek wordt vervangen als volgt : « Art. 769, § 1. Het bedrag van de werkingstoelage, met inbegrip van de kosten voor het onderhoud van de interfonie, wordt vastgelegd op 2.500,00 euro per daadwerkelijk ten laste genomen begunstigde en beperkt tot het maximumaantal begunstigden dat in de erkenningbeslissing vastligt. § 2. Het bedrag waarin § 1 voorziet, is gekoppeld aan het spilindexcijfer 119,53, dat op 1 mei 1996 als referentie dient voor de loonindexering in het openbaar ambt. § 3. het "AWIPH" kan binnen de perken van de begrotingskredieten een bijzondere toelage verlenen voor de vernieuwing van de domotica van de dienst. Die kredieten maken deel uit van de bijzondere reserve opgericht bij het besluit van de Waalse Regering van 23 januari 2014 betreffende de berekenings- en bepalingsregels van het maximumbedrag van een bijzondere reserve voor de toekenning van toelagen voor de investering aan de hulpverlenings-, onthaal- en opvanginfrastructuren erkend en gesubsidieerd door het "Agence wallonne pour l'Intégration des Personnes handicapées" (Waals Agentschap voor de Integratie van Gehandicapte Personen).
Art. 22.Dit besluit heeft uitwerking op 1 januari 2014, met uitzondering van artikel 12, dat in werking treedt op 1 juli 2014.
Art. 23.De Minister bevoegd voor het Gehandicaptenbeleid is belast met de uitvoering van dit besluit.
Namen, 15 mei 2014.
De Minister-President, R. DEMOTTE De Minister van Gezondheid, Sociale Actie en Gelijke Kansen, Mevr. E. TILLIEUX
BIJLAGE 1 BIJLAGE 50 Beginselen op basis waarvan de in artikel 528 bedoelde lasten in aanmerking worden genomen I. De lasten worden geacht toelaatbaar te zijn als de hierna vermelde algemene beginselen in acht genomen worden : 1) ze moeten betrekking hebben op de personen voor wie het het "AWIPH" een gunstige beslissing heeft genomen over de opportuniteit van een begeleiding door de dienst;2) ze moeten betrekking hebben op de kosten waarvoor de dienst gesubsidieerd werd; 3) ze moeten redelijk zijn t.o.v. de behoeften van de gesubsidieerde activiteit; 4) ze moeten geboekt worden overeenkomstig de wetgeving op de boekhouding en de jaarrekeningen van de ondernemingen en overeenkomstig de desbetreffende uitvoeringsbesluiten;5) ze moeten voortvloeien uit uitwisselingen tussen derden en uit tastbare economische realiteiten.Als de lasten het gevolg zijn van uitwisselingen tussen verbonden entiteiten, moet het afdoend karakter van de lasten door het « AWIPH » kunnen worden vastgesteld; 6) ze moeten voortvloeien uit uitwisselingen met natuurlijke personen die in geen geval deel mogen uitmaken van de inrichtende macht of van de directie van de dienst, of met rechtspersonen onder wie de leden van de inrichtende macht of van de directie van de dienst geen functie van directeur of bestuurder bekleden.In het tegenovergestelde geval moet het afdoend karakter van de lasten door het « AWIPH » kunnen worden vastgesteld; 7) zij mogen niet betrekking hebben op forfaitaire sommen, buiten de sommen die verantwoord zijn via een overeenkomst waarin de voorwaarden waaronder de beroepsprestaties geleverd en bezoldigd worden, omstandig worden omschreven;8) zij dienen in voorkomend geval voort te vloeien uit de aanrekening die wordt doorgevoerd vanuit een verdeelsleutel die beantwoordt aan objectieve, realistische en concrete criteria;9) ze mogen niet betrekking hebben op de toekenning van voordelen van allerlei aard. 2. Meer bepaald de volgende lasten worden geacht niet toelaatbaar te zijn : 2.1. in de rekeningen 60 en 61 bedoeld in het genormaliseerde boekhoudplan dat d.m.v. omzendbrieven aan de diensten wordt meegedeeld 1) het gedeelte van de reiskosten om dienstredenen boven het percentage dat voor de personeelsleden van het Waalse Gewest voorzien wordt;2) de investeringsgoederen hoger dan 500 euro, btw meegerekend, die als lasten worden toegerekend over één enkel boekjaar;3) de representatiekosten die niet in rechtstreeks verband staan met de activiteit van de diensten;4) de betaling van dienstprestaties die niet bij de fiscale administratie zijn aangegeven;5) de restaurantstroken waarop de naam en de hoedanigheid van de gasten niet worden vermeld;6) de hotelrekeningen waarop de naam en de hoedanigheid van de gasten niet worden vermeld;7) de huurlasten die eventueel niet gerechtvaardigd zijn bij een geschreven huurcontract of een overeenkomst tussen de partijen, waarin een beschrijving wordt gegeven van de lokalen die het voorwerp zijn van het contract;7) de huurlasten onder VZW's, behalve als ze overeenstemmen : hetzij met het geïndexeerde kadastraal inkomen van betrokken gebouw, waarvan de afschrijving van de door de overheid verleende kapitaalsubsidies betreffende dat gebouw afgetrokken wordt.Onder geïndexeerd kadastraal inkomen wordt verstaan het niet geïndexeerde kadastraal inkomen bepaald door de Federale Overheidsdienst Financiën, vermenigvuldigd met onderstaande formule : hetzij met de waarde van de afschrijvingen van het gedeelte van betrokken gebouw dat niet gesubsidieerd werd door de overheid.
Alleen in die gevallen kunnen de lasten die krachtens de wet op de huurovereenkomsten geacht worden ten laste van de verhuurder te vallen als huurderslasten aangenomen worden. 2.2. in de rekeningen 62 bedoeld in het genormaliseerde boekhoudplan dat d.m.v. een omzendbrief aan de diensten wordt meegedeeld : 1) de bezoldigingen die niet overeenstemmen met de loonschalen bedoeld in bijlage 52 en die niet opgesteld worden overeenkomstig de regels bedoeld onder de punten I, II en III van bijlage 51; 2) de aanvullende voordelen die niet voortvloeien uit een officiële overeenkomst in het kader van de PC 319.02 of van de Nationale Arbeidsraad; 3) de werkgeverspremies voor de bovenwettelijke verzekeringen bedoeld in rekening 6230;4) de lasten met betrekking tot groepsverzekeringen;5) de dotaties en de aanwendingen van reserves voor het vakantie- en uitgaansgeld bedoeld in de rekeningen 6250 en 625;6) de loonkosten die niet voortvloeien uit een overeenkomst of een geschreven arbeidscontract waarin minstens de door de werknemer uitgeoefende functie(s) en de omvang van de dienstverstrekkingen worden vermeld;7) de loonlasten die niet het voorwerp zijn geweest van aangiften bij de RSZ en/of bij de Administratie van de belastingen. 2.3. in de rekeningen 63 bedoeld in het genormaliseerde boekhoudplan dat d.m.v. een omzendbrief aan de diensten wordt meegedeeld : 1) de afschrijvingslasten die voortvloeien uit percentages die hoger zijn dan : a.20 % voor de oprichtingskosten bedoeld in rekening 6300. b. 33 % voor de onlichamelijke vaste activa bedoeld in rekening 6301.c. 3 % voor bouwwerken en bebouwde gronden bedoeld in rekening 63020;d. 10 % voor de inrichtingen en verbouwingen van gebouwen, excl. uitbreidingen, bedoeld in rekening 63020; e. 20 % voor de installaties, machines en uitrustingen bedoeld in rekening 63021.Het educatieve materieel kan tegen 33 % afgeschreven worden; f. 10 % voor het meubilair bedoeld in rekening 63022X;g. 20 % voor het rollend materieel bedoeld in rekening 63022X;h. één van voorvermelde percentages in functie van het type betrokken goeden voor het leasingcontract en andere gelijkaardige rechten;i. Een afwijking van die percentages kan door het het "AWIPH" worden toegestaan bij tweedehandse aankoop of aankoop van geprefabriceerde goederen.Bedoelde afwijking moet bij aangetekend schrijven aangevraagd worden en met redenen omkleed zijn. 2) de waardeverminderingen op schuldvorderingen bedoeld in de rekeningen 633 en 634;3) de voorzieningen voor wettelijke en bovenwettelijke pensioenen bedoeld in rekening 635;4) de voorzieningen voor grote onderhouds- en herstellingswerken bedoeld in rekening 636;5) de andere voorzieningen bedoeld in rekening 637. 2.4. in de rekeningen 64 bedoeld in het genormaliseerde boekhoudplan dat d.m.v. een omzendbrief aan de diensten wordt meegedeeld : 1) de boeten aangerekend op rekening 640;2) de minderwaarden op handelsvorderingen en andere minderwaarden bedoeld in de rekeningen 641 en 642;3) de in de rekeningen 646 bedoelde kosten betreffende de bedragen die aan de subsidiërende overheid terugbetaald moeten worden. 2.5. in de rekeningen 65 bedoeld in het genormaliseerde boekhoudplan dat d.m.v. een omzendbrief aan de diensten wordt meegedeeld : 1) de niet-verdeelde financiële lasten, al naar gelang van het soort, in de volgende rekeningen : 65000-" Financiële lasten van investeringsleningen ", 65001-" Financiële lasten leasing ", 65002-" Financiële lasten kaskredieten - " AWIPH "- uitstel of dwingende reden ", 65003-" Financiële lasten kaskredieten - Andere ", 6570-" Financiële lasten bankrekeningen ", 6571-" Financiële lasten - beleggingen ";2) de lasten voor kaskredieten behalve als hierop een beroep moet worden gedaan wegens een uitstel van betaling waarvan de schuld bij de Administratie ligt of om een dwingende reden waarmee de dienst niets te maken heeft.In dit geval moet de dienst het uitstel van betaling en de verantwoordelijkheid van de Administratie bewijzen d.m.v. een attest dat aan het het "AWIPH" moet worden gevraagd of het bewijs leveren van de dwingende aard van de gebeurtenis die het beroep op voormeld krediet rechtvaardigt; 3) de financiële lasten i.v.m. beleggingen. 2.6. in de rekeningen 66 bedoeld in het genormaliseerde boekhoudplan dat d.m.v. een omzendbrief aan de diensten wordt meegedeeld : - de uitzonderlijke kosten bedoeld in rekening 660. 2.7. in de rekeningen 69 bedoeld in het genormaliseerde boekhoudplan dat d.m.v. een omzendbrief aan de diensten wordt meegedeeld : - de kosten voor aanwendingen en heffingen verdeeld in de rekeningen 69. 2.8. Varia : 1) de giften die tegelijkertijd als lasten en als opbrengsten geboekt worden;2) de opbrengsten van de activiteiten van de instellingen die tegelijkertijd als lasten en als opbrengsten geboekt worden;3) de lasten betreffende de terugbetalingen van administrateurskosten, behalve voor punctuele opdrachten waarover collegiaal beslist wordt door de raad van bestuur en de directie.3. Van de lasten worden afgetrokken : 1) de door de overheid verleende toelagen wanneer ze precies dezelfde lasten dekken als degene die in aanmerking worden genomen in de zin van de artikelen 476 tot 544;2) de door de Nationale Loterij verleende werkingstoelage kan niet van de lasten afgetrokken worden; 3) de diverse kosteninvorderingen, met uitzondering van de private giften, de opbrengsten van fancy-fairs of andere handelingen m.b.t. de opvraging van private storting, van de verkoop van producten buiten de dienst, van cash management en van ontvangsten die uit het verhuren van appartementen voortkomen. Deze uitzonderingen worden in aanmerking genomen als de betrokken opbrengsten in aparte rekeningen of subrekeningen geboekt worden en als de lasten m.b.t. de organisatie van deze handelingen eveneens apart geboekt worden; 4) de lasten betreffende de organisatie van fancy-fairs of andere handelingen m.b.t. de opvraging van private storting, de verkoop van producten buiten de dienst, van cash management en van ontvangsten die uit het verhuren van gesuperviseerde appartementen voortkomen. Ze moeten naar gelang hun type geboekt worden, net zoals de opbrengsten die uit deze handelingen voortkomen. 4. Toekenning van de lasten aan de verschillende toelagen : Onverminderd de principes op basis waarvan de lasten in aanmerking worden genomen in dit besluit : - worden beschouwd als lasten die behoren bij de jaarlijkse personeelstoelage bedoeld in artikel 518, eerste lid, 2°, de lasten die op geldige wijze worden ondergebracht in de rekeningen 618 en 62 vermeld in het genormaliseerd boekhoudplan bedoeld in artikel 509; - de andere lasten behoren bij de jaarlijkse werkingstoelage bedoeld in artikel 518, eerste lid, 1°. - Als de jaarlijkse personeelstoelage onvoldoende is om het geheel van de daarop betrekking hebbende lasten te dekken, kunnen deze gedekt worden door de jaarlijkse werkingstoelage zoals bedoeld in artikel 518, eerste lid, 1°. 5. Financiële controle : Wanneer een dienst deel uitmaakt van een administratieve cel met diensten gesubsidieerd op grond van Titel 11 of van Titel 7, hoofdstuk 1, 2, 3 of 4, boek 5, tweede deel van dit Wetboek, wordt het gebruik van de toelagen van die dienst gecontroleerd door de verleende toelagen en de per sectie te boeken lasten op te tellen.Deze bepaling wordt toegepast voor zover alle diensten van de administratieve entiteit waarvan de op grond van dit Wetboek erkende dienst deel uitmaakt over dezelfde periode op hun toelagen gecontroleerd worden.
Gezien om te worden gevoegd bij het besluit van de Waalse Regering van 15 mei 2014 tot wijziging van sommige bepalingen van het Tweede deel, Boek 5, Titel 7, van het Waals regelgevend wetboek van Sociale actie en Gezondheid.
Namen, 15 mei 2014.
De Minister-President, R. DEMOTTE De Minister van Gezondheid, Sociale Actie en Gelijke Kansen, Mevr. E. TILLIEUX
BIJLAGE 2 BIJLAGE 70 Beginselen op basis waarvan de in de artikelen 707 en 1379 bedoelde lasten in aanmerking worden genomen I. De lasten worden geacht toelaatbaar te zijn als de hierna vermelde algemene beginselen in acht genomen worden : 1) ze moeten betrekking hebben op de personen voor wie het het "AWIPH" een gunstige beslissing heeft genomen over de opportuniteit van een begeleiding door de dienst;2) ze moeten betrekking hebben op de kosten waarvoor de dienst gesubsidieerd werd; 3) ze moeten redelijk zijn t.o.v. de behoeften van de gesubsidieerde activiteit; 4) ze moeten geboekt worden overeenkomstig de wetgeving op de boekhouding en de jaarrekeningen van de ondernemingen en overeenkomstig de desbetreffende uitvoeringsbesluiten;5) ze moeten voortvloeien uit uitwisselingen tussen derden en uit tastbare economische realiteiten.Als de lasten het gevolg zijn van uitwisselingen tussen verbonden entiteiten, moet het afdoend karakter van de lasten door het « AWIPH » kunnen worden vastgesteld; 6) ze moeten voortvloeien uit uitwisselingen met natuurlijke personen die in geen geval deel mogen uitmaken van de inrichtende macht of van de directie van de dienst, of met rechtspersonen onder wie de leden van de inrichtende macht of van de directie van de dienst geen functie van directeur of bestuurder bekleden.In het tegenovergestelde geval moet het afdoend karakter van de lasten door het « AWIPH » kunnen worden vastgesteld; 7) zij mogen niet betrekking hebben op forfaitaire sommen, buiten de sommen die verantwoord zijn via een overeenkomst waarin de voorwaarden waaronder de beroepsprestaties geleverd en bezoldigd worden, omstandig worden omschreven;8) zij dienen in voorkomend geval voort te vloeien uit de aanrekening die wordt doorgevoerd vanuit een verdeelsleutel die beantwoordt aan objectieve, realistische en concrete criteria;9) ze mogen niet betrekking hebben op de toekenning van voordelen van allerlei aard. 2. Meer bepaald de volgende lasten worden geacht niet toelaatbaar te zijn : 2.1. in de rekeningen 60 en 61 bedoeld in het genormaliseerde boekhoudplan dat d.m.v. omzendbrieven aan de diensten wordt meegedeeld 1) het gedeelte van de reiskosten om dienstredenen boven het percentage dat voor de personeelsleden van het Waalse Gewest voorzien wordt;2) de investeringsgoederen hoger dan 500 euro, btw meegerekend, die als lasten worden toegerekend over één enkel boekjaar;3) de representatiekosten die niet in rechtstreeks verband staan met de activiteit van de diensten;4) de betaling van dienstprestaties die niet bij de fiscale administratie zijn aangegeven;5) de restaurantstroken waarop de naam en de hoedanigheid van de gasten niet worden vermeld;6) de hotelrekeningen waarop de naam en de hoedanigheid van de gasten niet worden vermeld;7) de huurlasten die eventueel niet gerechtvaardigd zijn bij een geschreven huurcontract of een overeenkomst tussen de partijen, waarin een beschrijving wordt gegeven van de lokalen die het voorwerp zijn van het contract;8) de huurlasten onder VZW's, behalve als ze overeenstemmen hetzij met het geïndexeerde kadastraal inkomen van betrokken gebouw, waarvan de afschrijving van de door de overheid verleende kapitaalsubsidies betreffende dat gebouw afgetrokken wordt.Onder geïndexeerd kadastraal inkomen wordt verstaan het niet geïndexeerde kadastraal inkomen bepaald door de Federale Overheidsdienst Financiën, vermenigvuldigd met onderstaande formule : hetzij met de waarde van de afschrijvingen van het gedeelte van betrokken gebouw dat niet gesubsidieerd werd door de overheid.
Alleen in die gevallen kunnen de lasten die krachtens de wet op de huurovereenkomsten geacht worden ten laste van de verhuurder te vallen als huurderslasten aangenomen worden. 2.2. in de rekeningen 62 bedoeld in het genormaliseerde boekhoudplan dat d.m.v. een omzendbrief aan de diensten wordt meegedeeld : 1) de bezoldigingen die niet overeenstemmen met de loonschalen bedoeld in de bijlage 104 en 105 en die niet opgesteld worden overeenkomstig de regels bedoeld onder de punten I, II en III van bijlage 71; 2) de aanvullende voordelen die niet voortvloeien uit een officiële overeenkomst in het kader van de PC 319.02 of van de Nationale Arbeidsraad; 3) de werkgeverspremies voor de bovenwettelijke verzekeringen bedoeld in rekening 6230;4) de lasten met betrekking tot groepsverzekeringen;5) de dotaties en de aanwendingen van reserves voor het vakantie- en uitgaansgeld bedoeld in de rekeningen 6250 en 625;6) de loonkosten die niet voortvloeien uit een overeenkomst of een geschreven arbeidscontract waarin minstens de door de werknemer uitgeoefende functie(s) en de omvang van de dienstverstrekkingen worden vermeld;7) de loonlasten die niet het voorwerp zijn geweest van aangiften bij de RSZ en/of bij de Administratie van de belastingen. 2.3. in de rekeningen 63 bedoeld in het genormaliseerde boekhoudplan dat d.m.v. een omzendbrief aan de diensten wordt meegedeeld : 1) de afschrijvingslasten die voortvloeien uit percentages die hoger zijn dan : a.20 % voor de oprichtingskosten bedoeld in rekening 6300; b. 33 % voor de onlichamelijke vaste activa bedoeld in rekening 6301;c. 3 % voor bouwwerken en bebouwde gronden bedoeld in rekening 63020;d. 10 % voor de inrichtingen en verbouwingen van gebouwen, excl. uitbreidingen, bedoeld in rekening 63020; e. 20 % voor de installaties, machines en uitrustingen bedoeld in rekening 63021.Het educatieve materieel kan tegen 33 % afgeschreven worden; f. 10 % voor het meubilair bedoeld in rekening 63022X;g. 20 % voor het rollend materieel bedoeld in rekening 63022X;h. één van voorvermelde percentages in functie van het type betrokken goeden voor het leasingcontract en andere gelijkaardige rechten;i. een afwijking van die percentages kan door het het "AWIPH" worden toegestaan bij tweedehandse aankoop of aankoop van geprefabriceerde goederen.Bedoelde afwijking moet bij aangetekend schrijven aangevraagd worden en met redenen omkleed zijn. 2) de waardeverminderingen op schuldvorderingen bedoeld in de rekeningen 633 en 634;3) de voorzieningen voor wettelijke en bovenwettelijke pensioenen bedoeld in rekening 635;4) de voorzieningen voor grote onderhouds- en herstellingswerken bedoeld in rekening 636;5) de andere voorzieningen bedoeld in rekening 637. 2.4. in de rekeningen 64 bedoeld in het genormaliseerde boekhoudplan dat d.m.v. een omzendbrief aan de diensten wordt meegedeeld : 1) de boeten aangerekend op rekening 640;2) de minderwaarden op handelsvorderingen en andere minderwaarden bedoeld in de rekeningen 641 en 642;3) de in de rekeningen 646 bedoelde kosten betreffende de bedragen die aan de subsidiërende overheid terugbetaald moeten worden. 2.5. in de rekeningen 65 bedoeld in het genormaliseerde boekhoudplan dat d.m.v. een omzendbrief aan de diensten wordt meegedeeld : 1) de niet-verdeelde financiële lasten, al naar gelang van het soort, in de volgende rekeningen : 65000-" Financiële lasten van investeringsleningen ", 65001-" Financiële lasten leasing ", 65002-" Financiële lasten kaskredieten - " AWIPH "- uitstel of dwingende reden ", 65003-" Financiële lasten kaskredieten - Andere ", 6570-" Financiële lasten bankrekeningen ", 6571-" Financiële lasten - beleggingen ";2) de lasten voor kaskredieten behalve als hierop een beroep moet worden gedaan wegens een uitstel van betaling waarvan de schuld bij de Administratie ligt of om een dwingende reden waarmee de dienst niets te maken heeft.In dit geval moet de dienst het uitstel van betaling en de verantwoordelijkheid van de Administratie bewijzen d.m.v. een attest dat aan het het "AWIPH" moet worden gevraagd of het bewijs leveren van de dwingende aard van de gebeurtenis die het beroep op voormeld krediet rechtvaardigt; 3) de financiële lasten i.v.m. beleggingen. 2.6. in de rekeningen 66 bedoeld in het genormaliseerde boekhoudplan dat d.m.v. een omzendbrief aan de diensten wordt meegedeeld : - de uitzonderlijke kosten bedoeld in rekening 660. 2.7. in de rekeningen 69 bedoeld in het genormaliseerde boekhoudplan dat d.m.v. een omzendbrief aan de diensten wordt meegedeeld : - de kosten voor aanwendingen en heffingen verdeeld in de rekeningen 69. 2.8. Varia : 1) de giften die tegelijkertijd als lasten en als opbrengsten geboekt worden;2) de opbrengsten van de activiteiten van de instellingen die tegelijkertijd als lasten en als opbrengsten geboekt worden;3) de lasten betreffende de terugbetalingen van administrateurskosten, behalve voor punctuele opdrachten waarover collegiaal beslist wordt door de raad van bestuur en de directie.3. Van de lasten worden afgetrokken : 1) de door de overheid verleende toelagen wanneer ze precies dezelfde lasten dekken als degene die in aanmerking worden genomen in de zin van de artikelen 629 tot 724;2) de door de Nationale Loterij verleende werkingstoelage kan niet van de lasten afgetrokken worden; 3) de diverse kosteninvorderingen, met uitzondering van de private giften, de opbrengsten van fancy-fairs of andere handelingen m.b.t. de opvraging van private storting, van de verkoop van producten buiten de dienst, van cash management en van ontvangsten die uit het verhuren van appartementen voortkomen. Deze uitzonderingen worden in aanmerking genomen als de betrokken opbrengsten in aparte rekeningen of subrekeningen geboekt worden en als de lasten m.b.t. de organisatie van deze handelingen eveneens apart geboekt worden; 4) de lasten betreffende de organisatie van fancy-fairs of andere handelingen m.b.t. de opvraging van private storting, de verkoop van producten buiten de dienst, van cash management en van ontvangsten die uit het verhuren van gesuperviseerde appartementen voortkomen. Ze moeten naar gelang hun type geboekt worden, net zoals de opbrengsten die uit deze handelingen voortkomen. 4. Toekenning van de lasten aan de verschillende toelagen : Onverminderd de principes op basis waarvan de lasten in aanmerking worden genomen in dit besluit : - worden beschouwd als lasten die behoren bij de jaarlijkse personeelstoelage bedoeld in artikel 694, eerste lid, 2°, de lasten die op geldige wijze worden ondergebracht in de rekeningen 618 en 62 vermeld in het genormaliseerd boekhoudplan bedoeld in artikel 677; - de andere lasten behoren bij de jaarlijkse werkingstoelage bedoeld in artikel 694, eerste lid, 1° 5. Financiële controle : Wanneer een dienst deel uitmaakt van een administratieve cel met diensten gesubsidieerd op grond van Titel 11 of van Titel 7, hoofdstuk 1, 2, 3 of 4, boek 5, tweede deel van dit Wetboek, wordt het gebruik van de toelagen van die dienst gecontroleerd door de verleende toelagen en de per sectie te boeken lasten op te tellen.Deze bepaling wordt toegepast voor zover alle diensten van de administratieve entiteit waarvan de op grond van dit Wetboek erkende dienst deel uitmaakt over dezelfde periode op hun toelagen gecontroleerd worden.
Gezien om te worden gevoegd bij het besluit van de Waalse Regering van 15 mei 2014 tot wijziging van sommige bepalingen van het Tweede deel, Boek 5, Titel 7, van het Waals regelgevend Wetboek van Sociale actie en Gezondheid.
Namen, 15 mei 2014.
De Minister-President, R. DEMOTTE De Minister van Gezondheid, Sociale Actie en Gelijke Kansen, Mevr. E. TILLIEUX
BIJLAGE 3 BIJLAGE 78 Beginselen op grond waarvan de in artikel 776 bedoelde lasten van de hulpdiensten i.v.m. de activiteiten van het dagelijkse leven I. De lasten worden geacht toelaatbaar te zijn als de hierna vermelde algemene beginselen in acht genomen worden : 1) ze moeten betrekking hebben op de personen voor wie het het "AWIPH" een gunstige beslissing heeft genomen over de opportuniteit van een begeleiding door de dienst;2) ze moeten betrekking hebben op de kosten waarvoor de dienst gesubsidieerd werd; 3) ze moeten redelijk zijn t.o.v. de behoeften van de gesubsidieerde activiteit; 4) ze moeten geboekt worden overeenkomstig de wetgeving op de boekhouding en de jaarrekeningen van de ondernemingen en overeenkomstig de desbetreffende uitvoeringsbesluiten;5) ze moeten voortvloeien uit uitwisselingen tussen derden en uit tastbare economische realiteiten.Als de lasten het gevolg zijn van uitwisselingen tussen verbonden entiteiten, moet het afdoend karakter van de lasten door het « AWIPH » kunnen worden vastgesteld; 6) ze moeten voortvloeien uit uitwisselingen met natuurlijke personen die in geen geval deel mogen uitmaken van de inrichtende macht of van de directie van de dienst, of met rechtspersonen onder wie de leden van de inrichtende macht of van de directie van de dienst geen functie van directeur of bestuurder bekleden.In het tegenovergestelde geval moet het afdoend karakter van de lasten door het « AWIPH » kunnen worden vastgesteld; 7) zij mogen niet betrekking hebben op forfaitaire sommen, buiten de sommen die verantwoord zijn via een overeenkomst waarin de voorwaarden waaronder de beroepsprestaties geleverd en bezoldigd worden, omstandig worden omschreven;8) zij dienen in voorkomend geval voort te vloeien uit de aanrekening die wordt doorgevoerd vanuit een verdeelsleutel die beantwoordt aan objectieve, realistische en concrete criteria;9) ze mogen niet betrekking hebben op de toekenning van voordelen van allerlei aard. 2. Meer bepaald de volgende lasten worden geacht niet toelaatbaar te zijn : 2.1. in de rekeningen 60 en 61 bedoeld in het genormaliseerde boekhoudplan dat d.m.v. omzendbrieven aan de diensten wordt meegedeeld 1) het gedeelte van de reiskosten om dienstredenen boven het percentage dat voor de personeelsleden van het Waalse Gewest voorzien wordt;2) de investeringsgoederen hoger dan 500 euro, btw meegerekend, die als lasten worden toegerekend over één enkel boekjaar;3) de representatiekosten die niet in rechtstreeks verband staan met de activiteit van de diensten;4) de betaling van dienstprestaties die niet bij de fiscale administratie zijn aangegeven;5) de restaurantstroken waarop de naam en de hoedanigheid van de gasten niet worden vermeld;6) de hotelrekeningen waarop de naam en de hoedanigheid van de gasten niet worden vermeld;7) de huurlasten die eventueel niet gerechtvaardigd zijn bij een geschreven huurcontract of een overeenkomst tussen de partijen, waarin een beschrijving wordt gegeven van de lokalen die het voorwerp zijn van het contract;8) de huurlasten onder VZW's, behalve als ze overeenstemmen : hetzij met het geïndexeerde kadastraal inkomen van betrokken gebouw, waarvan de afschrijving van de door de overheid verleende kapitaalsubsidies betreffende dat gebouw afgetrokken wordt.Onder geïndexeerd kadastraal inkomen wordt verstaan het niet geïndexeerde kadastraal inkomen bepaald door de Federale Overheidsdienst Financiën, vermenigvuldigd met onderstaande formule : hetzij met de waarde van de afschrijvingen van het gedeelte van betrokken gebouw dat niet gesubsidieerd werd door de overheid.
Alleen in die gevallen kunnen de lasten die krachtens de wet op de huurovereenkomsten geacht worden ten laste van de verhuurder te vallen als huurderslasten aangenomen worden. 2.2. in de rekeningen 62 bedoeld in het genormaliseerde boekhoudplan dat d.m.v. een omzendbrief aan de diensten wordt meegedeeld : 1) Wat betreft de hulpdiensten i.v.m. de activiteiten van het dagelijks leven, de bezoldigingen die niet overeenstemmen met de weddeschalen 1, 2, 3, 5, 6, 8, 11, 13, 19, 24, met uitzondering van de personen in dienst genomen voor de inwerkingtreding van dit besluit die in aanmerking kwamen voor een hogere schaal dan die van assistent AVJ wegens hogere kwalificaties dan die vereist in bijlage 76; 2) de aanvullende voordelen die niet voortvloeien uit een officiële overeenkomst in het kader van de PC 319.02 of van de Nationale Arbeidsraad; 3) de werkgeverspremies voor de bovenwettelijke verzekeringen bedoeld in rekening 6230;4) de lasten met betrekking tot groepsverzekeringen;5) de dotaties en de aanwendingen van reserves voor het vakantie- en uitgaansgeld bedoeld in de rekeningen 6250 en 625;6) de loonkosten die niet voortvloeien uit een overeenkomst of een geschreven arbeidscontract waarin minstens de door de werknemer uitgeoefende functie(s) en de omvang van de dienstverstrekkingen worden vermeld;7) de loonlasten die niet het voorwerp zijn geweest van aangiften bij de RSZ en/of bij de Administratie van de belastingen. 2.3. in de rekeningen 63 bedoeld in het genormaliseerde boekhoudplan dat d.m.v. een omzendbrief aan de diensten wordt meegedeeld : 1) de afschrijvingslasten die voortvloeien uit percentages die hoger zijn dan : a.20 % voor de oprichtingskosten bedoeld in rekening 6300; b. 33 % voor de onlichamelijke vaste activa bedoeld in rekening 6301;c. 3 % voor bouwwerken en bebouwde gronden bedoeld in rekening 63020;d. 10 % voor de inrichtingen en verbouwingen van gebouwen, excl. uitbreidingen, bedoeld in rekening 63020; e. 20 % voor de installaties, machines en uitrustingen bedoeld in rekening 63021.Het informaticamaterieel kan tegen 33 % afgeschreven worden; f. 10 % voor het meubilair bedoeld in rekening 63022X;g. 20 % voor het rollend materieel bedoeld in rekening 63022X;h. één van voorvermelde percentages in functie van het type betrokken goeden voor het leasingcontract en andere gelijkaardige rechten;i. Een afwijking van die percentages kan door het het "AWIPH" worden toegestaan bij tweedehandse aankoop of aankoop van geprefabriceerde goederen Bedoelde afwijking moet bij aangetekend schrijven aangevraagd worden en met redenen omkleed zijn.2) de waardeverminderingen op schuldvorderingen bedoeld in de rekeningen 633 en 634;3) de voorzieningen voor wettelijke en bovenwettelijke pensioenen bedoeld in rekening 635;4) de voorzieningen voor grote onderhouds- en herstellingswerken bedoeld in rekening 636;5) de andere voorzieningen bedoeld in rekening 637. 2.4. in de rekeningen 64 bedoeld in het genormaliseerde boekhoudplan dat d.m.v. een omzendbrief aan de diensten wordt meegedeeld : 1) de boeten aangerekend op rekening 640;2) de minderwaarden op handelsvorderingen en andere minderwaarden bedoeld in de rekeningen 641 en 642;3) de in de rekeningen 646 bedoelde kosten betreffende de bedragen die aan de subsidiërende overheid terugbetaald moeten worden. 2.5. in de rekeningen 65 bedoeld in het genormaliseerde boekhoudplan dat d.m.v. een omzendbrief aan de diensten wordt meegedeeld : 1) de niet-verdeelde financiële lasten, al naar gelang van het soort, in de volgende rekeningen : 65000-" Financiële lasten van investeringsleningen ", 65001-" Financiële lasten leasing ", 65002-" Financiële lasten kaskredieten - " AWIPH "- uitstel of dwingende reden ", 65003-" Financiële lasten kaskredieten - Andere ", 6570-" Financiële lasten bankrekeningen ", 6571-" Financiële lasten - beleggingen ";2) de lasten voor kaskredieten behalve als hierop een beroep moet worden gedaan wegens een uitstel van betaling waarvan de schuld bij de Administratie ligt of om een dwingende reden waarmee de dienst niets te maken heeft.In dit geval moet de dienst het uitstel van betaling en de verantwoordelijkheid van de Administratie bewijzen d.m.v. een attest dat aan het het "AWIPH" moet worden gevraagd of het bewijs leveren van de dwingende aard van de gebeurtenis die het beroep op voormeld krediet rechtvaardigt; 3) de financiële lasten i.v.m. beleggingen. 2.6. in de rekeningen 66 bedoeld in het genormaliseerde boekhoudplan dat d.m.v. een omzendbrief aan de diensten wordt meegedeeld : - de uitzonderlijke kosten bedoeld in rekening 660. 2.7. in de rekeningen 69 bedoeld in het genormaliseerde boekhoudplan dat d.m.v. een omzendbrief aan de diensten wordt meegedeeld : - de kosten voor aanwendingen en heffingen verdeeld in de rekeningen 69. 2.8. Varia : 1) de giften die tegelijkertijd als lasten en als opbrengsten geboekt worden;2) de opbrengsten van de activiteiten van de instellingen die tegelijkertijd als lasten en als opbrengsten geboekt worden;3) de lasten betreffende de terugbetalingen van administrateurskosten, behalve voor punctuele opdrachten waarover collegiaal beslist wordt door de raad van bestuur en de directie.3. Van de lasten worden afgetrokken : 1) de door de overheid verleende toelagen wanneer ze precies dezelfde lasten dekken als degene die in aanmerking worden genomen in de zin van de artikelen 725 tot 783;2) de door de Nationale Loterij verleende werkingstoelage kan niet van de lasten afgetrokken worden; 3) de diverse kosteninvorderingen, met uitzondering van de private giften, de opbrengsten van fancy-fairs of andere handelingen m.b.t. de opvraging van private storting, van de verkoop van producten buiten de dienst, van cash management en van ontvangsten die uit het verhuren van appartementen voortkomen. Deze uitzonderingen worden in aanmerking genomen als de betrokken opbrengsten in aparte rekeningen of subrekeningen geboekt worden en als de lasten m.b.t. de organisatie van deze handelingen eveneens apart geboekt worden; 4) de lasten betreffende de organisatie van fancy-fairs of andere handelingen m.b.t. de opvraging van private storting, de verkoop van producten buiten de dienst, van cash management en van ontvangsten die uit het verhuren van gesuperviseerde appartementen voortkomen. Ze moeten naar gelang hun type geboekt worden, net zoals de opbrengsten die uit deze handelingen voortkomen. 4. Toekenning van de lasten aan de verschillende toelagen : Onverminderd de principes op basis waarvan de lasten in aanmerking worden genomen in dit besluit : - worden beschouwd als lasten die behoren bij de jaarlijkse personeelstoelage bedoeld in artikel 767, eerste lid, 1°, en in artikel 768, de lasten die op geldige wijze worden ondergebracht in de rekeningen 618 en 62 vermeld in het genormaliseerd boekhoudplan bedoeld in artikel 754. - De andere lasten behoren bij de jaarlijkse werkingstoelage bedoeld in artikel 767, eerste lid, 2°, en in artikel 769. - Als de jaarlijkse personeelstoelage niet volstaat om het geheel van de desbetreffende lasten te dekken, kunnen deze gedekt worden door de jaarlijkse werkingstoelage zoals bedoeld in artikel 769. 5. Financiële controle : Wanneer een dienst deel uitmaakt van een administratieve cel met diensten gesubsidieerd op grond van Titel 11 of van Titel 7, hoofdstuk 1, 2, 3 of 4, boek 5, tweede deel van dit Wetboek, wordt het gebruik van de toelagen van die dienst gecontroleerd door de verleende toelagen en de per sectie te boeken lasten op te tellen.Deze bepaling wordt toegepast voor zover alle diensten van de administratieve entiteit waarvan de op grond van dit Wetboek erkende dienst deel uitmaakt over dezelfde periode op hun toelagen gecontroleerd worden.
Gezien om te worden gevoegd bij het besluit van de Waalse Regering van 15 mei 2014 tot wijziging van sommige bepalingen van het Tweede deel, Boek 5, Titel 7, van het Waals regelgevend Wetboek van Sociale actie en Gezondheid.
Namen, 15 mei 2014.
De Minister-President, R. DEMOTTE De Minister van Gezondheid, Sociale Actie en Gelijke Kansen, Mevr. E. TILLIEUX