14 JUNI 2001. - Besluit van de Waalse Regering tot wijziging van het besluit van de Waalse Regering van 27 januari 1998 tot toekenning van toelagen aan de openbare centra voor maatschappelijk welzijn in het kader van de inschakeling van de bestaansminimumtrekkers in het arbeidsproces

De Waalse Regering, Gelet op het besluit van de Waalse Regering van 27 januari 1998 tot toekenning van toelagen aan de openbare centra voor maatschappelijk welzijn in het kader van de inschakeling van de bestaansminimumtrekkers in het arbeidsproces;

Gelet op het decreet houdende de algemene uitgavenbegroting van het Waalse Gewest voor het jaar 2001, inzonderheid op het programma 03 van organisatie-afdeling 17, AB 43.07;

Gelet op de wetten op de rijkscomptabiliteit, gecoördineerd op 17 juli 1991, inzonderheid op artikel 12;

Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën, uitgebracht op 11 en 16 januari 2001;

Gelet op de instemming van de Minister van Begroting, gegeven op 15 maart 2001;

Gelet op het advies van "Conseil supérieur des Villes, Communes et Provinces de la Région wallonne" (Hoge Raad van Steden, Gemeenten en Provincies van het Waalse Gewest), uitgebracht op 7 maart 2001;

Gelet op het advies op de Raad van State, uitgebracht op 10 april 2001, in uitvoering van artikel 84, eerste lid, 1°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, gewijzigd bij de wet van 4 augustus 1996;

Op voordracht van de Minister van Sociale Aangelegenheden en Gezondheid;

Na beraadslaging, Besluit :

Artikel 1.Dit besluit regelt krachtens artikel 138 van de Grondwet een aangelegenheid bedoeld in artikel 128, § 1, van de Grondwet.

Art. 2.1° In artikel 2, eerste lid, 1°, 2° en 3° van het besluit van de Waalse Regering van 27 januari 1998 tot toekenning van toelagen aan de openbare centra voor maatschappelijk welzijn in het kader van de inschakeling van de bestaansminimumtrekkers in het arbeidsproces worden na het woord "bestaansminimumtrekkers" de woorden toegevoegd : "of op een bedrag als maatschappelijke dienstverlening dat overeenstemt met het bestaansminimum indien die persoon ofwel in het bevolkingsregister ofwel in het vreemdelingenregister ingeschreven is en een onbeperkte verblijfsvergunning heeft gekregen en op grond van zijn staatsburgerschap geen recht heeft op het bestaansminimum". 2° In artikel 2, eerste lid, 2° van hetzelfde besluit worden op het einde de woorden toegevoegd : "of van partners die een overeenkomst hebben ondertekend met het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn op grond van bovenbedoelde wet van 8 juli 1976".3° In artikel 2 van hetzelfde besluit worden de leden 2, 3, 4 en 5 vervangen door volgende leden : « In de gevallen bedoeld onder 1°, 2° en 3° wordt de toelage toegekend voor een looptijd van hoogstens 18 maanden.De toelage wordt hoe dan ook beperkt tot de periode die nodig is om de in dienst genomen persoon in aanmerking te laten komen voor werkloosheidsuitkeringen.

Personen die van onderstaande maatregelen genieten, komen niet in aanmerking voor de tewerkstellingstoelage: 1° wachtgeld en, aanvullend, het bestaansminimum of maatschappelijke dienstverlening ter hoogte van het bestaansminimum;2° toepassing van het koninklijk besluit van 21 december 2000 tot toekenning van een verhoogde staatstoelage aan de openbare centra voor maatschappelijk welzijn voor specifieke initiatieven, gericht op sociale inschakeling, binnen de sociale economie;3° toepassing van afdeling II van hoofdstuk XI van de wet van 12 augustus 2000 houdende sociale, budgettaire en diverse bepalingen, met betrekking tot de invoeginterim.»

Art. 3.1° In artikel 3 van hetzelfde besluit wordt het eerste lid vervangen door volgende zin : « De toelage bedraagt maandelijks 9 000 frank. » 2° In hetzelfde artikel wordt volgend lid toegevoegd : « Het O.C.M.W. behoudt de toelage indien de werknemer zich in een andere gemeente vestigt tijdens de uitvoering van de arbeidsovereenkomst. »

Art. 4.Artikel 4 van hetzelfde besluit wordt vervangen door volgende tekst : "Binnen de perken van de begrotingskredieten wordt er een aanvullende toelage van 2 500 frank toegekend per personeelslid en per opleidingsdag gevolgd door het OCMW-personeel belast met de begeleiding en de opvolging van de inschakelingsdossiers van de in dienst genomen personen.

De opleidingen die in aanmerking komen voor de toekenning van de toelage worden gegeven door de centra erkend door de coördinator van de trajectbegeleiding voor werkzoekenden.

De jaarlijkse toelage per personeelslid bedraagt hoogstens 25 000 frank. In afwijking van artikel 6 wordt de toelage in één keer uitbetaald na overlegging van de bewijsstukken van de gedane uitgaven. »

Art. 5.Dit besluit treedt in werking de eerste dag van de maand volgend op zijn goedkeuring.

Art. 6.Bij wijze van overgangsmaatregel zijn de bepalingen van dit besluit niet van toepassing op de aanvragen voor toelagen met betrekking tot arbeidsovereenkomsten die een aanvang nemen vóór de datum van inwerkingtreding van dit besluit.

Art. 7.De Minister van Sociale Aangelegenheden is belast met de uitvoering van dit besluit.

Namen, 14 juni 2001.

De Minister-President, J.-Cl. VAN CAUWENBERGHE De Minister van Sociale Aangelegenheden en Gezondheid, Th. DETIENNE