gepubliceerd op 22 augustus 2013
Besluit van de Waalse Regering tot vaststelling van de evaluatieregels voor de betrekkingen van provinciaal directeur-generaal en financieel directeur
11 JULI 2013. - Besluit van de Waalse Regering tot vaststelling van de evaluatieregels voor de betrekkingen van provinciaal directeur-generaal en financieel directeur
De Waalse Regering, Gelet op het Wetboek van de plaatselijke democratie en de decentralisatie, artikel 2212-56, § 1, lid 4;
Gelet op protocol nr. 04/2012 van Comité C, onderafdeling Waals Gewest;
Gelet op het advies van de "Conseil supérieur des Villes, Communes et Provinces de la Région wallonne" (Hoge Raad van Steden, Gemeenten en Provincies van het Waalse Gewest) van 17 april 2012;
Gelet op advies nr. 53.255/4 van de Raad van State, gegeven op 15 mei 2013, overeenkomstig artikel 84, § 1, eerste lid, 1°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;
Op de voordracht van de Minister van de Plaatselijke Besturen en de Stad;
Na beraadslaging, Besluit : HOOFDSTUK I. - Evaluatieregels
Artikel 1.§ 1. De graden van directeur-generaal en financieel directeur maken het voorwerp uit van een evaluatie om de drie jaar na afloop van een evaluatiegesprek waarvan de doelstelling is om de manier te beoordelen waarop zij hun werk verrichten. De periode van drie jaar tussen twee evaluaties wordt "evaluatieperiode" genoemd. § 2. De directeurs-generaal en de financieel directeur worden geëvalueerd op de kwaliteit van de arbeid, het arbeidsritme, de werkmethodes, de werkattitudes alsook op grond van documenten die ze moeten voorleggen. De evaluatiecriteria worden in de bijlage bepaald.
De evaluatie die de functiebeschrijving al basis heeft en, met name, wat de directeur-generaal betreft, de bevoegdheden en de kwaliteit van de uitgevoerde acties om de doelstellingen te bereiken die in de doelstellingenovereenkomst worden bepaald, de manier waarop ze werden bereikt, de bevoegdheden en de vereisten van de functie, vindt plaats tijdens het evaluatiegesprek bedoeld in artikel 4, § 1, tweede lid, van dit besluit. HOOFDSTUK II. - Procedure
Art. 2.Binnen de twee eerste maanden van elke evaluatieperiode worden de directeur-generaal en de financieel directeur door het Provinciecollege uitgenodigd om zich te melde voor een planningsgesprek tijdens welke de te halen individuele doelstellingen en de functiebeschrijving worden bepaald.
Binnen de maand volgend op het planningsgesprek stelt het College een verslag op dat het eerste stuk van evaluatiedossier vormt.
Art. 3.In de loop van elke evaluatieperiode vindt een functioneringsgesprek plaats telkens als het nodig is tussen het Provinciecollege, enerzijds, en de directeur-generaal en de financieel directeur, anderzijds, op verzoek van de ene of de andere partij. Dit gesprek heeft met name als doel om oplossingen te vinden voor de moeilijkheden die door één van de partijen wordt ondervonden.
In de loop van elke evaluatieperiode wordt elk document betreffende de uitvoering van het werk van de directeur-generaal of van de financieel directeur gevoegd bij het evaluatiedossier door laatstgenoemden of door het Provinciecollege, op eigen initiatief of op verzoek van de betrokken directeur.
De gegevens die door het Provinciecollege bij het evaluatiedossier worden gevoegd, worden ter kennis gebracht van de betrokken directeur opdat hij zijn eventuele opmerkingen zou kunnen meedelen.
Art. 4.§ 1. Ter voorbereiding van het evaluatiegesprek stelt de betrokken directeur zijn evaluatieverslag op, op basis van het planningsverslag en, wat de directeur-generaal betreft, op basis van de doelstellingenovereenkomst.
Ten vroegste vier maanden en ten laatste twee maanden voor het einde van elke evaluatieperiode nodigt het Provinciecollege de betrokken directeur uit om deel te nemen aan en evaluatiegesprek dat betrekking heeft op de verwezenlijking van de doelstellingen en op de gegevens bedoeld in artikel 1, § 2. § 2. De directeur-generaal en de financieel directeur krijgen een evaluatie "uitstekend", "gunstig", "met voorbehoud" of "ongunstig". § 3. Binnen de maand na het evaluatiegesprek formuleert het Provinciecollege een evaluatievoorstel dat, wat de directeur-generaal betreft, o.a. verwijst naar de uitvoeringsgraad van de doelstellingenovereenkomst. § 4. Binnen de vijftien dagen na de mededeling ondertekent de directeur-generaal of de financieel directeur dat voorstel en zendt het terug samen met zijn eventuele opmerkingen.
Doen hij dat niet, wordt hij geacht de evaluatie te aanvaarden, die definitief wordt. § 5. Het Provinciecollege spreekt zich definitief uit binnen vijftien dagen te rekenen van de ontvangst van de bemerkingen van de directeur-generaal of de financieel directeur en betekent de beslissing aan laatstgenoemde tegen afgifte van een ontvangstbewijs of met een aangetekende brief. § 6. In elk stadium van de evaluatieprocedure zijn twee leden aangewezen door de directeurs-generaal of de financieel directeurs in functie volgens de betrokken betrekking, verplicht aanwezig. De aanwijzing gebeurt op basis van een lijst van provinciale directeurs-generaal en financieel directeurs die over een anciënniteit van minstens tien jaar in de functie beschikken.
Bij gebrek wordt er een keuze gemaakt op basis van de lijst bedoeld in artikel 10, tweede lid, van het besluit van de Waalse Regering van 11 juli 2013 tot vaststelling van de benoemingsvoorwaarden tot de betrekkingen van directeur-generaal, adjunct-directeur-generaal en financieel directeur in een gemeente.
Deze leden zijn stemgerechtigd.
De leden van het Provinciecollege zijn hoe dan ook in de meerderheid.
Het Provinciecollege kan zich bovendien laten bijstaan door een externe deskundige. § 7. Bij gebrek aan evaluatie of wanneer zij niet binnen de vier maanden is uitgevoerd na de vervaldatum en voor zover de betrokken directeurs hiertoe bij de bevoegde overheid een aanvraag hebben ingediend, wordt zij geacht gunstig te zijn en heeft zij terugwerkende kracht tot de vervaldatum. HOOFDSTUK III. - Beroep
Art. 5.§ 1. De directeurs-generaal en de financieel directeurs die het voorwerp hebben uitgemaakt van een evaluatie "gunstig", "met voorbehoud" of "ongunstig" kunnen de zaak aanhangig maken bij de beroepskamer.
De kennisgeving van de evaluatie vermeldt het bestaan en de vormen van het beroep. § 2. Binnen de vijftien dagen na die kennisgeving kunnen de directeurs een beroep indienen voor de Kamer van beroep. HOOFDSTUK IV. - Meldingen en de gevolgen ervan
Art. 6.§ 1. De gevolgen van de evaluatie zijn de volgende : 1° een evaluatie "uitstekend" laat de toekenning toe van een financiële toelage die gelijk is aan een bijkomende jaarlijkse verhoging;2° een evaluatie "met voorbehoud" heeft tot gevolg dat de wedde dezelfde blijft tot de volgende evaluatie.Er vindt een tussenevaluatie plaats zes maanden na de toekenning daarvan; 3° een evaluatie "ongunstig" heeft tot gevolg dat de wedde dezelfde blijft tot de volgende evaluatie.Er vindt een tussenevaluatie plaats één jaar na de toekenning daarvan. § 2. Na twee opeenvolgende ongunstige evaluaties, definitief toegewezen, kan de Raad kennis geven van het voorstel tot ontslag wegens beroepsonbekwaamheid.
Art. 7.De becijferde evaluatie wordt verkregen na optelling van de punten die worden behaald voor elk criterium opgenomen in de bijlage bij dit besluit. 1° "Uitstekend" : op 100, een aantal punten gelijk aan 80 of meer;2° "Gunstig" : op 100, een aantal punten tussen 60 en 79;3° "met Voorbehoud" : op 100, een aantal punten tussen 50 en 59;4° "Ongunstig" : op 100, een aantal punten lager dan 50.
Art. 8.De eerste evaluatie vindt plaats twee jaar na de inwerkingtreding van dit besluit.
De toelage bedoeld in artikel 6, § 1, 1°, van dit besluit mag slechts worden toegekend na afloop van de tweede evaluatiecyclus.
Art. 9.Dit besluit treedt in werking op de eerste dag van de maand die volgt op de datum waarop het in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt.
Namen, 11 juli 2013.
De Minister-President, R. DEMOTTE De Minister van de Plaatselijke Besturen en de Stad, P. FURLAN
BIJLAGE
Algemene criteria
Ontwikkelingen
-
Weging
1. Uitvoering van het basisberoep
Teammanagement Het beheer van de organen De wettelijke opdrachten Het economische en budgettair beheer
Planning en organisatie
50
Leiding en stimulering
Uitvoering van de taken binnen de opgelegde termijnen
Evaluatie van het personeel
Pedagogie en begeleiding
2.Het halen van de doelstellingen
Stand van vordering van de doelstellingen Initiatieven, verwezenlijking, uitgevoerde methodes om de doelstellingen te bereiken
30
3. Het halen van de individuele doelstellingen
Initiatieven Persoonlijke investering Verwerving van vaardigheden Relationele aspecten
20
Gezien om te worden gevoegd bij het besluit van de Waalse Regering van 11 juli 2013 tot vaststelling van de evaluatieregels voor de betrekkingen van provinciaal directeur-generaal en financieel directeur. Namen, 11 juli 2013.
De Minister-President, R. DEMOTTE De Minister van de Plaatselijke Besturen en de Stad, P. FURLAN