gepubliceerd op 17 oktober 1998
Besluit van de Vlaamse regering houdende regeling van de tenlasteneming van kosten verbonden aan de door de gemeenten geboden administratieve ondersteuning in geval van algemene ramp
22 SEPTEMBER 1998. - Besluit van de Vlaamse regering houdende regeling van de tenlasteneming van kosten verbonden aan de door de gemeenten geboden administratieve ondersteuning in geval van algemene ramp
De Vlaamse regering, Gelet op de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen, inzonderheid artikel 6, § 1, VIII, 2°, gewijzigd bij de wet van 8 augustus 1988 en de bijzondere wet van 16 juli 1993;
Gelet op artikel 53 van het decreet van 21 december 1994 houdende bepalingen tot begeleiding van de begroting 1995;
Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 16 november 1994 tot regeling van de begrotingscontrole, gewijzigd bij besluit van de Vlaamse regering van 8 juli 1997;
Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 24 mei 1995 houdende vaststelling van de regelen betreffende de werking en het beheer van het Vlaams Fonds voor de Lastendelging;
Gelet op het akkoord van de Vlaamse minister, bevoegd voor begroting, gegeven op 22 september 1998;
Gelet op de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, inzonderheid op artikel 3, § 1, gewijzigd bij de wetten van 4 juli 1989 en 4 augustus 1996 en op artikel 3, § 2, gewijzigd bij de wetten van 9 augustus 1980 en 16 juni 1989;
Gelet op de dringende noodzakelijkheid;
Overwegende dat de Vlaamse gemeenten zo snel mogelijk de nodige administratieve ondersteuning moeten bieden aan hun inwoners bij het indienen van de aanvragen om financiële tegemoetkoming in het kader van het Rampenfonds en verder uitstel de kwaliteit van de samenstelling van de schadedossiers negatief zou beïnvloeden;
Op voorstel van de Vlaamse minister van Binnenlandse Aangelegenheden, Stedelijk Beleid en Huisvesting en de Vlaamse minister van Financiën, Begroting en Gezondheidsbeleid;
Na beraadslaging, Besluit :
Artikel 1.§ 1. Een gedeelte van de kosten verbonden aan de door de gemeenten geboden administratieve ondersteuning bij de indiening van een aanvraag om financiële tegemoetkoming ingeval van algemene ramp, bedoeld in de wet van 12 juli 1976 wordt ten laste genomen door het Vlaamse Gewest ten belope van 50 miljoen frank. § 2. Het bedrag van 50 miljoen frank wordt verdeeld bij besluit van de directeur-generaal van de administratie Binnenlandse Aangelegenheden op basis van de door de gouverneurs meegedeelde raming van het aantal getroffen woningen in de gemeenten erkend in toepassing van de wet van 12 juli 1976 betreffende natuurrampen. Een woning wordt gedefinieerd als elk onroerend goed dat hoofdzakelijk bestemd is voor de huisvesting van een gezin of alleenstaande. § 3. De gemeente ontvangt een aandeel dat evenredig is met het aantal getroffen woningen op haar grondgebied. § 4. Wanneer de raming van het aantal getroffen woningen in een gemeente afwijkt met meer dan 5 % van het definitieve aantal aanvragen voor tussenkomst bij het Rampenfonds, kan de Vlaamse regering de oorspronkelijke verdeling herzien. Zij kan hiervoor de rekening-courant van de betreffende gemeente ambtshalve debiteren. § 5. De verantwoordingsstukken voor de door de gemeenten gemaakte kosten worden door de gemeenten bewaard. Een gemachtigde ambtenaar van het ministerie van de Vlaamse Gemeenschap of van het Rekenhof kan de bewijsstukken ter plaatse controleren.
Art. 2.De uitgaven verbonden aan de in artikel 1 ten laste genomen kosten worden aangeduid als lasten, bedoeld in artikel 53, § 2, 2° van het decreet van 21 december 1994 houdende bepalingen tot begeleiding van de begroting 1995.
Art. 3.Artikel 1, § 2 van het besluit van de Vlaamse regering van 24 mei 1995 houdende vaststelling van de regelen betreffende de werking en het beheer van het Vlaams Fonds voor de Lastendelging wordt aangevuld als volgt : « 3° De door de Vlaamse regering ten laste genomen kosten ingeval van algemene ramp, bedoeld in de wet van 12 juli 1976 kunnen volledig op het Fonds worden aangerekend. »
Art. 4.De Vlaamse minister van Binnenlandse Aangelegenheden, Stedelijk Beleid en Huisvesting en de Vlaamse minister van Financiën, Begroting en Gezondheidsbeleid worden belast met de uitvoering van dit besluit.
Brussel, 22 september 1998.
De minister-president van de Vlaamse regering, Vlaams minister van Buitenlands Beleid, Europese Aangelegenheden, Wetenschap en Technologie, L. VAN DEN BRANDE De Vlaamse minister van Binnenlandse Aangelegenheden, Stedelijk Beleid en Huisvesting, L. PEETERS De Vlaamse minister van Financiën, Begroting en Gezondheidsbeleid, Mevr. W. DEMEESTER-DE MEYER