gepubliceerd op 25 april 2019
Besluit van de Vlaamse Regering tot vaststelling van het landinrichtingsplan IJsevallei
22 FEBRUARI 2019. - Besluit van de Vlaamse Regering tot vaststelling van het landinrichtingsplan IJsevallei
DE VLAAMSE REGERING, Gelet op het decreet van 28 maart 2014 betreffende de landinrichting, artikel 3.3.1, artikel 3.4.4, gewijzigd bij het decreet van 18 december 2015, en artikel 7.2.5, gewijzigd bij het decreet van 30 juni 2017;
Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 6 juni 2014 betreffende de landinrichting, artikel 3.3.1.5 en 7.1.1.8;
Gelet op het akkoord van de Vlaamse minister, bevoegd voor de begroting, gegeven op 5 februari 2019;
Overwegende dat de Vlaamse Regering met het besluit van 16 mei 2014 het planprogramma Vlaamse Rand heeft goedgekeurd;
Overwegende dat het planprogramma Vlaamse Rand onder meer het inrichtingsproject landinrichting Vilvoorde-Hoeilaart bevat;
Overwegende dat de Vlaamse Regering met het besluit van 16 mei 2014 heeft beslist dat de gronden op het grondgebied van onder meer de gemeenten Hoeilaart en Overijse, die liggen binnen de perimeter van het planprogramma Vlaamse Rand en die liggen binnen ruimtelijke bestemmingen die niet zijn vermeld in artikel 12, eerste lid, van het decreet van 21 december 1988 houdende oprichting van de Vlaamse Landmaatschappij, worden onderworpen aan landinrichting voor de uitvoering van het inrichtingsproject landinrichting Vilvoorde-Hoeilaart;
Overwegende dat de Vlaamse Landmaatschappij het landinrichtingsplan IJsevallei heeft opgemaakt ter realisatie van het inrichtingsproject landinrichting Vilvoorde-Hoeilaart;
Overwegende dat de planbegeleidingsgroep voor het inrichtingsproject landinrichting Vilvoorde-Hoeilaart op 24 maart 2017 een consensus heeft bereikt over het ontwerp van landinrichtingsplan IJsevallei;
Overwegende dat het ontwerp van landinrichtingsplan IJsevallei ter kennisgeving is bezorgd aan de gemeenten Hoeilaart en Overijse en aan de provincie Vlaams-Brabant;
Overwegende dat de gemeente Hoeilaart over het ontwerp van landinrichtingsplan IJsevallei een openbaar onderzoek heeft georganiseerd, dat liep van 4 mei 2017 tot en met 2 juni 2017;
Overwegende dat het college van burgemeester en schepenen van de gemeente Hoeilaart op 31 juli 2017 een voorwaardelijk gunstig advies heeft gegeven over het ontwerp van landinrichtingsplan IJsevallei;
Overwegende dat de gemeente Overijse over het ontwerp van landinrichtingsplan IJsevallei een openbaar onderzoek heeft georganiseerd, dat liep van 4 mei 2017 tot en met 2 juni 2017;
Overwegende dat het college van burgemeester en schepenen van de gemeente Overijse op 1 augustus 2017 een voorwaardelijk gunstig advies heeft gegeven over het ontwerp van landinrichtingsplan IJsevallei;
Overwegende dat de deputatie van de provincie Vlaams-Brabant op 29 juni 2017 een voorwaardelijk gunstig advies heeft gegeven over het ontwerp van landinrichtingsplan IJsevallei;
Overwegende dat de Vlaamse Landmaatschappij op basis van de voormelde adviezen van de gemeenten Hoeilaart en Overijse en de provincie Vlaams-Brabant en op basis van de opmerkingen en bezwaren die ingediend zijn tijdens de openbare onderzoeken, een eindvoorstel van landinrichtingsplan IJsevallei heeft opgemaakt; dat in het eindvoorstel van landinrichtingsplan enerzijds de opmerkingen en bezwaren worden vermeld, die ingediend zijn tijdens het openbaar onderzoek, en anderzijds de opmerkingen worden vermeld die zijn geformuleerd in de adviezen van de betrokken gemeenten en de betrokken provincie, en dat daarbij de redenen worden vermeld waarom een opmerking of bezwaar al dan niet aanleiding heeft gegeven tot een aanpassing van het ontwerp van landinrichtingsplan;
Overwegende dat de planbegeleidingsgroep voor het inrichtingsproject landinrichting Vilvoorde-Hoeilaart op 5 oktober 2017 een consensus heeft bereikt over het eindvoorstel van landinrichtingsplan IJsevallei;
Overwegende dat de Vlaamse Landmaatschappij wordt belast met taken inzake de uitvoering van bepaalde maatregelen van het eindvoorstel van landinrichtingsplan IJsevallei, zoals opgenomen in het uitvoeringsprogramma en het financieringsplan van het landinrichtingsplan;
Overwegende dat het Agentschap voor Natuur en Bos op 7 maart 2018 heeft ingestemd met de taken inzake de uitvoering, de financiering of het beheer van bepaalde maatregelen van het eindvoorstel van landinrichtingsplan IJsevallei, zoals opgenomen in het uitvoeringsprogramma en het financieringsplan van het landinrichtingsplan;
Overwegende dat het Agentschap Wegen en Verkeer op 26 juni 2018 heeft ingestemd met de taken inzake de uitvoering, de financiering of het beheer van bepaalde maatregelen van het eindvoorstel van landinrichtingsplan IJsevallei, zoals opgenomen in het uitvoeringsprogramma en het financieringsplan van het landinrichtingsplan;
Overwegende dat de Vlaamse Milieumaatschappij op 12 februari 2018 heeft ingestemd met de taken inzake de uitvoering, de financiering of het beheer van bepaalde maatregelen van het eindvoorstel van landinrichtingsplan IJsevallei, zoals opgenomen in het uitvoeringsprogramma en het financieringsplan van het landinrichtingsplan;
Overwegende dat de provincie Vlaams-Brabant op 12 april 2018 heeft ingestemd met de taken inzake de uitvoering, de financiering of het beheer van bepaalde maatregelen van het eindvoorstel van landinrichtingsplan IJsevallei, zoals opgenomen in het uitvoeringsprogramma en het financieringsplan van het landinrichtingsplan;
Overwegende dat de gemeente Hoeilaart op 26 maart 2018 heeft ingestemd met de taken inzake de uitvoering, de financiering of het beheer van bepaalde maatregelen van het eindvoorstel van landinrichtingsplan IJsevallei, zoals opgenomen in het uitvoeringsprogramma en het financieringsplan van het landinrichtingsplan;
Overwegende dat de gemeente Overijse op 27 maart 2018 heeft ingestemd met de taken inzake de uitvoering, de financiering of het beheer van bepaalde maatregelen van het eindvoorstel van landinrichtingsplan IJsevallei, zoals opgenomen in het uitvoeringsprogramma en het financieringsplan van het landinrichtingsplan;
Overwegende dat Aquafin op 11 juni 2018 heeft ingestemd met de taken inzake de uitvoering, de financiering of het beheer van bepaalde maatregelen van het eindvoorstel van landinrichtingsplan IJsevallei, zoals opgenomen in het uitvoeringsprogramma en het financieringsplan van het landinrichtingsplan;
Overwegende dat het Gemeenschapsonderwijs op 13 juni 2018 heeft ingestemd met de taken inzake de uitvoering, de financiering of het beheer van bepaalde maatregelen van het eindvoorstel van landinrichtingsplan IJsevallei, zoals opgenomen in het uitvoeringsprogramma en het financieringsplan van het landinrichtingsplan;
Overwegende dat De Watergroep op 14 februari 2018 heeft ingestemd met de taken inzake de uitvoering, de financiering of het beheer van bepaalde maatregelen van het eindvoorstel van landinrichtingsplan IJsevallei, zoals opgenomen in het uitvoeringsprogramma en het financieringsplan van het landinrichtingsplan;
Overwegende dat Natuurpunt Beheer vzw op 16 maart 2018 heeft ingestemd met de taken inzake de uitvoering, de financiering of het beheer van bepaalde maatregelen van het eindvoorstel van landinrichtingsplan IJsevallei, uitgezonderd de financiering van maatregel 1.2.27b, waarvoor Natuurpunt beheer vzw zich engageert deze maatregel in eigen beheer uit te voeren, zoals opgenomen in het uitvoeringsprogramma en het financieringsplan van het landinrichtingsplan Overwegende dat de maatregelen 2.4.4, 2.4.6b, 2.5.1, 6.5.1, 7.1.2, 9.1.3, 9.2.3, 9.3.3, 9.3.4 en 9.3.7 van het eindvoorstel van landinrichtingsplan IJsevallei gesitueerd zijn op gronden van privaatrechtelijke rechtspersonen of natuurlijke personen; dat deze maatregelen de inzet van het instrument inrichtingswerken (niet uit kracht van wet) inhouden; dat de Vlaamse Landmaatschappij alleen kan belast worden met de uitvoering van voormelde maatregelen als de betrokken privaatrechtelijke rechtspersonen of natuurlijke personen daarvoor hun instemming hebben gegeven, en als ze ook hun instemming hebben gegeven om de vermelde maatregelen te beheren; dat die instemmingen later zullen worden gegeven naar aanleiding van de concrete uitvoeringsdossiers; dat de Vlaamse minister, bevoegd voor de landinrichting en het natuurbehoud, de Vlaamse Landmaatschappij zal belasten met de uitvoering van voormelde maatregelen nadat de betrokken privaatrechtelijke rechtspersonen of natuurlijke personen die instemmingen hebben gegeven;
Overwegende dat de maatregel 9.3.6 van het eindvoorstel van landinrichtingsplan IJsevallei gesitueerd is op gronden van privaatrechtelijke rechtspersonen of natuurlijke personen; dat die maatregel de inzet van het instrument inrichtingswerken (niet uit kracht van wet) inhoudt; dat het Agentschap voor Natuur en Bos alleen kan belast worden met de uitvoering van voormelde maatregel als de betrokken privaatrechtelijke rechtspersonen of natuurlijke personen daarvoor hun instemming hebben gegeven en als ze ook hun instemming hebben gegeven om de vermelde maatregel te beheren; dat die instemmingen later zullen worden gegeven naar aanleiding van de concrete uitvoeringsdossiers; dat de Vlaamse minister, bevoegd voor de landinrichting en het natuurbehoud, het Agentschap voor Natuur en Bos zal belasten met de uitvoering van voormelde maatregel nadat de betrokken privaatrechtelijke rechtspersonen en natuurlijke personen die instemmingen hebben gegeven;
Overwegende dat de maatregelen 7.1.1, 7.3.7 en 7.4.6 van het eindvoorstel van landinrichtingsplan IJsevallei gesitueerd zijn op gronden van privaatrechtelijke rechtspersonen of natuurlijke personen; dat deze maatregelen de inzet van het instrument inrichtingswerken (niet uit kracht van wet) inhouden; dat de gemeente Hoeilaart alleen kan belast worden met de uitvoering van voormelde maatregelen als de betrokken privaatrechtelijke rechtspersonen of natuurlijke personen daarvoor hun instemming hebben gegeven en als ze ook hun instemming hebben gegeven om de vermelde maatregelen te beheren; dat die instemmingen later zullen worden gegeven naar aanleiding van de concrete uitvoeringsdossiers; dat de Vlaamse minister, bevoegd voor de landinrichting en het natuurbehoud, de gemeente Hoeilaart zal belasten met de uitvoering van voormelde maatregelen nadat de betrokken privaatrechtelijke rechtspersonen of natuurlijke personen die instemmingen hebben gegeven;
Overwegende dat de maatregel 6.5.2 van het eindvoorstel van landinrichtingsplan IJsevallei gesitueerd is op gronden van privaatrechtelijke rechtspersonen of natuurlijke personen; dat die maatregel de inzet van het instrument inrichtingswerken (niet uit kracht van wet) inhoudt; dat de betrokken privaatrechtelijke rechtspersonen of natuurlijke personen alleen kunnen belast worden met de uitvoering van voormelde maatregel als zij daarvoor hun instemming hebben gegeven en als zij ook hun instemming hebben gegeven om de vermelde maatregel te cofinancieren en te beheren; dat die instemmingen later zullen worden gegeven naar aanleiding van de concrete uitvoeringsdossiers; dat de Vlaamse minister, bevoegd voor de landinrichting en het natuurbehoud, deze personen zal belasten met de uitvoering van voormelde maatregel nadat zij die instemmingen hebben gegeven;
Overwegende dat de Vlaamse Landmaatschappij belast wordt met de uitvoering van de volgende maatregelen met het oog op het herstellen van de beekstructuur van de IJse: -maatregelen 1.2.4, 1.2.5a, 1.2.7, 1.2.12, 1.2.13, 1.2.14, 1.2.15, 1.2.16, 1.2.20, 1.2.24, 1.2.25, 1.2.27a en 1.2.28 van het eindvoorstel van het landinrichtingsplan IJsevallei. Deze maatregelen worden uitgevoerd ofwel op gronden van de gemeente Overijse of op gronden die na verwerving door Vlaamse Landmaatschappij toebedeeld worden aan de gemeente Overijse, ofwel op gronden van privaatrechtelijke rechtspersonen of natuurlijke personen als de Vlaamse Landmaatschappij de betrokken gronden niet heeft kunnen verwerven; - maatregelen 1.2.8, 1.2.9, 1.2.10, 1.2.22 van het eindvoorstel van het landinrichtingsplan IJsevallei. Deze maatregelen worden uitgevoerd ofwel op gronden van de provincie Vlaams-Brabant of op gronden die na verwerving door de Vlaamse Landmaatschappij toebedeeld worden aan de provincie Vlaams-Brabant, ofwel op gronden van privaatrechtelijke rechtspersonen of natuurlijke personen als de Vlaamse Landmaatschappij de betrokken gronden niet heeft kunnen verwerven;
Overwegende dat naargelang wie eigenaar is van de gronden waarop de voormelde maatregelen, die gericht zijn op het herstellen van de beekstructuur van de IJse, uitgevoerd worden (maatregelen 1.2.4, 1.2.5a, 1.2.7, 1.2.8, 1.2.9, 1.2.10, 1.2.12, 1.2.13, 1.2.14, 1.2.15, 1.2.16, 1.2.20, 1.2.22, 1.2.24, 1.2.25, 1.2.27a en 1.2.28) er ofwel inrichtingswerken (niet uit kracht van wet) ofwel inrichtingswerken uit kracht van wet worden uitgevoerd; - deze maatregelen zijn inrichtingswerken (niet uit kracht van wet) als de inrichtingswerken uitgevoerd worden op gronden van de gemeente Overijse of de provincie Vlaams-Brabant of op gronden van de Vlaamse Landmaatschappij die deze gronden na verwerving zal toebedelen aan de gemeente Overijse of de provincie Vlaams-Brabant; - deze maatregelen zijn inrichtingswerken uit kracht van wet, conform artikel 2.1.1, tweede en derde lid, van het decreet van 28 maart 2014, als de inrichtingswerken uitgevoerd worden op gronden van privaatrechtelijke rechtspersonen of natuurlijke personen. Bij voormelde inrichtingswerken uit kracht van wet worden vergoedingen voor waardeverlies van gronden voorzien voor de privaatrechtelijke rechtspersonen of natuurlijke personen (maatregelen 1.2.2b en 1.2.3b).
Erfdienstbaarheden tot openbaar nut gekoppeld aan inrichtingswerken uit kracht van wet worden gevestigd nadat voormelde inrichtingswerken uit kracht van wet zijn uitgevoerd. De lokalisatie van de erfdienstbaarheden stemt overeen met de lokalisatie van de betrokken inrichtingswerken uit kracht van wet maar het voorwerp, de beschrijving en de lokalisering van de erfdienstbaarheden tot openbaar nut zal later gebeuren in de besluiten tot vestiging van de erfdienstbaarheden tot openbaar nut;
Overwegende dat, met het oog op het herstellen van de beekstructuur van de IJse, om volgende redenen de voormelde inrichtingswerken uit kracht van wet (maatregelen 1.2.4, 1.2.5a, 1.2.7, 1.2.8, 1.2.9, 1.2.10, 1.2.12, 1.2.13, 1.2.14, 1.2.15, 1.2.16, 1.2.20, 1.2.22, 1.2.24, 1.2.25, 1.2.27a en 1.2.28) en de voormelde erfdienstbaarheden tot openbaar nut gekoppeld aan inrichtingswerken uit kracht van wet (maatregelen 1.2.2b en 1.2.3b) worden uitgevoerd op de percelen opgenomen in bijlage 1 - uitvoeringseenheid 1: - in het kader van het speerpuntgebied IJse, wenst Vlaanderen tegen 2021 de goede toestand van de waterlopen te halen; - door verstedelijking zit de IJse gekneld tussen straten, riolering en bebouwing en de percelen vermeld in bijlage 1 - uitvoeringseenheid 1 is de enige plaats om de IJse te laten hermeanderen; - de hermeandering van de IJse heeft als doel een belangrijke ecologisch waardevol gebied met meanderende waterloop te herstellen; - door de waterstand van de vijvers te verlagen kan de IJse op een natuurlijke wijze gemeanderd worden; - de percelen zijn grotendeels gelegen in natuurgebied volgens het gewestplan en hebben momenteel weinig ecologische waarde; - het zelfzuiverend vermogen van de waterloop en de waterkwaliteit van de IJse wordt zo sterk verbeterd; - er wordt ruimte gecreëerd voor natuurlijke waterberging; - de maatregelen voor een recreatief medegebruik laten een sterkere natuurbeleving toe; - uit de instrumentenafweging blijkt dat als minnelijke verwerving niet mogelijk is inrichting uit kracht van wet de beste garantie geeft voor een tijdige, kwalitatieve en duurzame realisatie van de beoogde doelen;
Overwegende dat de Vlaamse Landmaatschappij belast wordt met de uitvoering van de volgende maatregelen met het oog op de uitbreiding van het natuurreservaat Paardenwater-Ten Trappen: - maatregelen 2.1.1b, 2.1.2b, 2.1.5b, 2.1.6b, 2.1.7b, 2.5.2b, 2.5.3b, 2.5.5, 2.5.10b, 2.5.11b, 2.6.5b en 2.6.6 van het eindvoorstel van het landinrichtingsplan IJsevallei. Deze maatregelen worden uitgevoerd ofwel op gronden van de gemeente Overijse of op gronden die na verwerving door Vlaamse Landmaatschappij toebedeeld worden aan de gemeente Overijse, ofwel op gronden van privaatrechtelijke rechtspersonen of natuurlijke personen als de Vlaamse Landmaatschappij de betrokken gronden niet heeft kunnen verwerven; - maatregelen 2.1.1a, 2.1.2a, 2.1.3, 2.1.4, 2.1.5a, 2.1.6a, 2.1.7a, 2.2.1, 2.2.2, 2.2.3, 2.2.4, 2.3.1, 2.3.2, 2.3.3, 2.3.4, 2.4.1, 2.4.2, 2.5.2a, 2.5.3.a, 2.5.4a, 2.5.6, 2.5.7, 2.5.8, 2.5.10a, 2.5.11a, 2.6.2, 2.6.3, 2.6.4 en 2.6.5a van het eindvoorstel van het landinrichtingsplan IJsevallei. Deze maatregelen worden uitgevoerd ofwel op gronden van de gemeente Hoeilaart of op gronden die na verwerving door Vlaamse Landmaatschappij toebedeeld worden aan de gemeente Hoeilaart, ofwel op gronden van privaatrechtelijke rechtspersonen of natuurlijke personen als de Vlaamse Landmaatschappij de betrokken gronden niet heeft kunnen verwerven; - maatregel 2.4.8 van het eindvoorstel van het landinrichtingsplan IJsevallei. Deze maatregel wordt uitgevoerd ofwel op gronden van de provincie Vlaams-Brabant of op gronden die na verwerving door de Vlaamse Landmaatschappij toebedeeld worden aan de provincie Vlaams-Brabant, ofwel op gronden van privaatrechtelijke rechtspersonen of natuurlijke personen als de Vlaamse Landmaatschappij de betrokken gronden niet heeft kunnen verwerven;
Overwegende dat naargelang wie eigenaar is van de gronden waarop de voormelde maatregelen die gericht zijn op de uitbreiding van het natuurreservaat Paardenwater-Ten Trappen, uitgevoerd worden (maatregelen 2.1.1b, 2.1.2b, 2.1.5b, 2.1.6b, 2.1.7b, 2.5.2b, 2.5.3b, 2.5.5, 2.5.10b, 2.5.11b, 2.6.5b, 2.6.6, 2.1.1a, 2.1.2a, 2.1.3, 2.1.4, 2.1.5a, 2.1.6a, 2.1.7a, 2.2.1, 2.2.2, 2.2.3, 2.2.4, 2.3.1, 2.3.2, 2.3.3, 2.3.4, 2.4.1, 2.4.2, 2.5.2a, 2.5.3a, 2.5.4a, 2.5.6, 2.5.7, 2.5.8, 2.5.10a, 2.5.11a, 2.6.2, 2.6.3, 2.6.4, 2.6.5a en 2.4.8), er ofwel inrichtingswerken (niet uit kracht van wet) ofwel inrichtingswerken uit kracht van wet worden uitgevoerd; - deze maatregelen zijn inrichtingswerken (niet uit kracht van wet) als de inrichtingswerken uitgevoerd worden op gronden van de gemeente Overijse, de gemeente Hoeilaart of de provincie Vlaams-Brabant of op gronden van de Vlaamse Landmaatschappij die deze gronden na verwerving zal toebedelen aan de gemeente Overijse, de gemeente Hoeilaart of de provincie Vlaams-Brabant; - deze maatregelen zijn inrichtingswerken uit kracht van wet, conform artikel 2.1.1, tweede en derde lid, van het decreet van 28 maart 2014, als de inrichtingswerken uitgevoerd worden op gronden van privaatrechtelijke rechtspersonen of natuurlijke personen. Bij voormelde inrichtingswerken uit kracht van wet worden vergoedingen voor waardeverlies van gronden voorzien voor de privaatrechtelijke rechtspersonen of natuurlijke personen (maatregelen 2.7.1b en 2.7.2b).
Erfdienstbaarheden tot openbaar nut gekoppeld aan inrichtingswerken uit kracht van wet worden gevestigd nadat voormelde inrichtingswerken uit kracht van wet zijn uitgevoerd. De lokalisatie van de erfdienstbaarheden stemt overeen met de lokalisatie van de betrokken inrichtingswerken uit kracht van wet maar het voorwerp, de beschrijving en de lokalisering van de erfdienstbaarheden tot openbaar nut zal later gebeuren in de besluiten tot vestiging van de erfdienstbaarheden tot openbaar nut;
Overwegende dat, met het oog op de uitbreiding van het natuurreservaat Paardenwater-Ten Trappen, om volgende redenen de voormelde inrichtingswerken uit kracht van wet (maatregelen 2.1.1b, 2.1.2b, 2.1.5b, 2.1.6b, 2.1.7b, 2.5.2b, 2.5.3b, 2.5.5, 2.5.10b, 2.5.11b, 2.6.5b, 2.6.6, 2.1.1a, 2.1.2a, 2.1.3, 2.1.4, 2.1.5a, 2.1.6a, 2.1.7a, 2.2.1, 2.2.2, 2.2.3, 2.2.4, 2.3.1, 2.3.2, 2.3.3, 2.3.4, 2.4.1, 2.4.2, 2.5.2a, 2.5.3a, 2.5.4a, 2.5.6, 2.5.7, 2.5.8, 2.5.10a, 2.5.11a, 2.6.2, 2.6.3, 2.6.4, 2.6.5a en 2.4.8) en de voormelde erfdienstbaarheden tot openbaar nut gekoppeld aan inrichtingswerken uit kracht van wet (maatregelen 2.7.1b en 2.7.2b) worden uitgevoerd op percelen in Overijse (bijlage 1 - uitvoeringseenheid 2): - in het kader van het speerpuntgebied IJse wenst Vlaanderen tegen 2021 de goede toestand van de waterlopen en watersystemen te halen; - de percelen zijn gelegen in natuurgebied volgens het gewestplan en liggen voor een groot stuk binnen `uitbreidingszone van natuurreservaat' met momenteel weinig ecologische waarde; - de inrichtingswerken beogen de opwaardering tot ecologisch waardevol gebied en de versterking van het erkende natuurreservaat Ten Trappen-Paardenwater; - de maatregelen die een recreatief medegebruik toelaten, beogen een sterkere natuurbeleving; - uit de instrumentenafweging blijkt dat als minnelijke verwerving niet mogelijk is, inrichting uit kracht van wet de beste garantie geeft voor een tijdige, kwalitatieve en duurzame realisatie van de beoogde doelen;
Overwegende dat de Vlaamse Landmaatschappij belast wordt met de uitvoering van de volgende maatregelen met het oog op de verbetering van de structuurkwaliteit en de versterking van de ecologische waarde van de Nellebeek: - maatregelen 3.1.1, 3.1.7 en 3.1.8 van het eindvoorstel van het landinrichtingsplan IJsevallei. Deze maatregelen worden uitgevoerd ofwel op gronden van de gemeente Overijse of op gronden die na verwerving door Vlaamse Landmaatschappij toebedeeld worden aan de gemeente Overijse, ofwel op gronden van privaatrechtelijke rechtspersonen of natuurlijke personen als de Vlaamse Landmaatschappij de betrokken gronden niet heeft kunnen verwerven; - maatregel 3.1.4 van het eindvoorstel van het landinrichtingsplan IJsevallei. Deze maatregel wordt uitgevoerd ofwel op gronden van de provincie Vlaams-Brabant of op gronden die na verwerving door de Vlaamse Landmaatschappij toebedeeld worden aan de provincie Vlaams-Brabant, ofwel op gronden van privaatrechtelijke rechtspersonen of natuurlijke personen als de Vlaamse Landmaatschappij de betrokken gronden niet heeft kunnen verwerven;
Overwegende dat naargelang wie eigenaar is van de gronden waarop de voormelde maatregelen, die gericht zijn op de verbetering van de structuurkwaliteit en de versterking van de ecologische waarde van de Nellebeek, uitgevoerd worden (maatregelen 3.1.1, 3.1.4, 3.1.7 en 3.1.8), er ofwel inrichtingswerken (niet uit kracht van wet) ofwel inrichtingswerken uit kracht van wet worden uitgevoerd; - deze maatregelen zijn inrichtingswerken (niet uit kracht van wet) als de inrichtingswerken uitgevoerd worden op gronden van de gemeente Overijse of de provincie Vlaams-Brabant of op gronden van de Vlaamse Landmaatschappij die deze gronden na verwerving zal toebedelen aan de gemeente Overijse of de provincie Vlaams-Brabant; - deze maatregelen zijn inrichtingswerken uit kracht van wet, conform artikel 2.1.1, tweede en derde lid, van het decreet van 28 maart 2014, als de inrichtingswerken uitgevoerd worden op gronden van privaatrechtelijke rechtspersonen of natuurlijke personen. Bij voormelde inrichtingswerken uit kracht van wet worden vergoedingen voor waardeverlies van gronden voorzien voor de privaatrechtelijke rechtspersonen of natuurlijke personen (maatregelen 3.2.8b en 3.4.1b).
Erfdienstbaarheden tot openbaar nut gekoppeld aan inrichtingswerken uit kracht van wet worden gevestigd nadat voormelde inrichtingswerken uit kracht van wet zijn uitgevoerd. De lokalisatie van de erfdienstbaarheden stemt overeen met de lokalisatie van de betrokken inrichtingswerken uit kracht van wet maar het voorwerp, de beschrijving en de lokalisering van de erfdienstbaarheden tot openbaar nut zal later gebeuren in de besluiten tot vestiging van de erfdienstbaarheden tot openbaar nut;
Overwegende dat, met het oog op de verbetering van de structuurkwaliteit en de versterking van de ecologische waarde van de Nellebeek, om volgende redenen de voormelde inrichtingswerken uit kracht van wet (maatregelen 3.1.1, 3.1.4, 3.1.7 en 3.1.8) en de voormelde erfdienstbaarheden tot openbaar nut gekoppeld aan inrichtingswerken uit kracht van wet (maatregelen 3.2.8b en 3.4.1b) worden uitgevoerd op percelen in Overijse (bijlage 1 - uitvoeringseenheid 3): - in het kader van het speerpuntgebied IJse wenst Vlaanderen tegen 2021 de goede toestand van de waterlopen te halen; - de Nellebeek is een zeer belangrijke waterloop opgenomen in het soortherstelprojecten van de beschermde vissoorten kopvoorn, serpeling en rivierdonderpad; - het terug openleggen van de Nellebeek beoogt een verbetering van de structuurkwaliteit en versterking van de ecologische waarde; - uit de instrumentenafweging blijkt dat als minnelijke verwerving niet mogelijk is, inrichting uit kracht van wet de beste garantie geeft voor een tijdige, kwalitatieve en duurzame realisatie van de beoogde doelen;
Overwegende dat de Vlaamse Milieumaatschappij wordt belast met de uitvoering van de volgende maatregel met het oog op de verbetering van de structuurkwaliteit en de versterking van de ecologische waarde van de Nellebeek: - maatregel 3.1.5 van het eindvoorstel van het landinrichtingsplan IJsevallei. Deze maatregel wordt uitgevoerd ofwel op gronden van de gemeente Overijse of op gronden die na verwerving door de Vlaamse Landmaatschappij toebedeeld worden aan de gemeente Overijse, ofwel op gronden van privaatrechtelijke rechtspersonen of natuurlijke personen als de Vlaamse Landmaatschappij de betrokken gronden niet heeft kunnen verwerven;
Overwegende dat naargelang wie eigenaar is van de gronden waarop de voormelde maatregel die gericht is op de verbetering van de structuurkwaliteit en de versterking van de ecologische waarde van de Nellebeek uitgevoerd wordt (maatregel 3.1.5), er ofwel een inrichtingswerk (niet uit kracht van wet) ofwel een inrichtingswerk uit kracht van wet wordt uitgevoerd; - deze maatregel is een inrichtingswerk (niet uit kracht van wet) als het inrichtingswerk uitgevoerd wordt op gronden van de gemeente Overijse of op gronden van de Vlaamse Landmaatschappij die deze gronden na verwerving zal toebedelen aan de gemeente Overijse; - deze maatregel is een inrichtingswerk uit kracht van wet, conform artikel 2.1.1, tweede en derde lid, van het decreet van 28 maart 2014, als het inrichtingswerk uitgevoerd wordt op gronden van privaatrechtelijke rechtspersonen of natuurlijke personen. Bij voormeld inrichtingswerk uit kracht van wet worden vergoedingen voor waardeverlies van gronden voorzien voor de privaatrechtelijke rechtspersonen of natuurlijke personen (maatregel 3.1.6b).
Erfdienstbaarheden tot openbaar nut gekoppeld aan inrichtingswerken uit kracht van wet worden gevestigd nadat het voormelde inrichtingswerk uit kracht van wet is uitgevoerd. De lokalisatie van de erfdienstbaarheden stemt overeen met de lokalisatie van het betrokken inrichtingswerk uit kracht van wet maar het voorwerp, de beschrijving en de lokalisering van de erfdienstbaarheden tot openbaar nut zal later gebeuren in de besluiten tot vestiging van de erfdienstbaarheden tot openbaar nut;
Overwegende dat, met het oog op de verbetering van de structuurkwaliteit en de versterking van de ecologische waarde van de Nellebeek, om volgende redenen het voormelde inrichtingswerk uit kracht van wet (maatregel 3.1.5) en de voormelde erfdienstbaarheden tot openbaar nut gekoppeld aan inrichtingswerken uit kracht van wet (maatregel 3.1.6b) worden uitgevoerd op percelen in Overijse (bijlage 1): - in het kader van het speerpuntgebied IJse wenst Vlaanderen tegen 2021 de goede toestand van de waterlopen te halen; - de Nellebeek is een zeer belangrijke waterloop, opgenomen in het soortherstelprojecten van de beschermde vissoorten kopvoorn, serpeling en rivierdonderpad; - het terug openleggen van de Nellebeek beoogt een verbetering van de structuurkwaliteit en versterking van de ecologische waarde; - uit de instrumentenafweging blijkt dat als minnelijke verwerving niet mogelijk is, inrichting uit kracht van wet de beste garantie geeft voor een tijdige, kwalitatieve en duurzame realisatie van de beoogde doelen;
Overwegende dat de Vlaamse Landmaatschappij belast wordt met de uitvoering van de volgende maatregelen met het oog op de verbetering van de structuurkwaliteit en de versterking van de ecologische waarde van de Nellebeek: - maatregelen 3.4.2, 3.4.3, 3.4.4, 3.4.5 en 3.4.6 van het eindvoorstel van het landinrichtingsplan IJsevallei. Deze maatregelen worden uitgevoerd ofwel op gronden van de gemeente Overijse of op gronden die na verwerving door Vlaamse Landmaatschappij toebedeeld worden aan de gemeente Overijse, ofwel op gronden van privaatrechtelijke rechtspersonen of natuurlijke personen als de Vlaamse Landmaatschappij de betrokken gronden niet heeft kunnen verwerven;
Overwegende dat naargelang wie eigenaar is van de gronden waarop de voormelde maatregelen, die gericht zijn op de verbetering van de structuurkwaliteit en de versterking van de ecologische waarde van de Nellebeek, uitgevoerd worden (maatregelen 3.4.2, 3.4.3, 3.4.4, 3.4.5 en 3.4.6), er ofwel inrichtingswerken (niet uit kracht van wet) ofwel inrichtingswerken uit kracht van wet worden uitgevoerd; - deze maatregelen zijn inrichtingswerken (niet uit kracht van wet) als de inrichtingswerken uitgevoerd worden op gronden van de gemeente Overijse of op gronden van de Vlaamse Landmaatschappij die deze gronden na verwerving zal toebedelen aan de gemeente Overijse; - deze maatregelen zijn inrichtingswerken uit kracht van wet, conform artikel 2.1.1, tweede en derde lid, van het decreet van 28 maart 2014, als de inrichtingswerken uitgevoerd worden op gronden van privaatrechtelijke rechtspersonen of natuurlijke personen. Bij voormelde inrichtingswerken uit kracht van wet worden vergoedingen voor waardeverlies van gronden voorzien voor de privaatrechtelijke rechtspersonen of natuurlijke personen (maatregelen 3.2.8b en 3.4.1b).
Erfdienstbaarheden tot openbaar nut gekoppeld aan inrichtingswerken uit kracht van wet worden gevestigd nadat voormelde inrichtingswerken uit kracht van wet zijn uitgevoerd. De lokalisatie van de erfdienstbaarheden stemt overeen met de lokalisatie van de betrokken inrichtingswerken uit kracht van wet maar het voorwerp, de beschrijving en de lokalisering van de erfdienstbaarheden tot openbaar nut zal later gebeuren in de besluiten tot vestiging van de erfdienstbaarheden tot openbaar nut;
Overwegende dat, met het oog op de verbetering van de structuurkwaliteit en de versterking van de ecologische waarde van de Nellebeek, om volgende redenen de voormelde inrichtingswerken uit kracht van wet (maatregelen 3.4.2, 3.4.3, 3.4.4, 3.4.5 en 3.4.6) en de voormelde erfdienstbaarheden tot openbaar nut gekoppeld aan inrichtingswerken uit kracht van wet (maatregelen 3.2.8b en 3.4.1b) worden uitgevoerd op percelen in Overijse (bijlage 1 - uitvoeringseenheid 3): - het beoogde resultaat is water bufferen afkomstig van verhardingen van de Marnix-wijk wat zo bijdraagt aan de bescherming tegen wateroverlast van het dorp Eizer; - op dit perceel kan de groene verbinding versterkt worden, die de IJsevallei verbindt met het Zoniënwoud;
Overwegende dat de provincie Vlaams-Brabant wordt belast met de uitvoering van de volgende maatregelen met het oog op de verbetering van de structuurkwaliteit en de versterking van de ecologische waarde van de Nellebeek: - maatregelen 3.2.1, 3.2.3, 3.2.4, 3.2.5, 3.2.6 en 3.2.7 van het eindvoorstel van het landinrichtingsplan IJsevallei. Deze maatregelen worden uitgevoerd ofwel op gronden van de gemeente Overijse of de provincie Vlaams-Brabant of op gronden die na verwerving door Vlaamse Landmaatschappij toebedeeld worden aan de gemeente Overijse of de provincie Vlaams-Brabant, ofwel op gronden van privaatrechtelijke rechtspersonen of natuurlijke personen als de Vlaamse Landmaatschappij de betrokken gronden niet heeft kunnen verwerven;
Overwegende dat naargelang wie eigenaar is van de gronden waarop de voormelde maatregelen, die gericht zijn op de verbetering van de structuurkwaliteit en de versterking van de ecologische waarde van de Nellebeek, uitgevoerd worden (maatregelen 3.2.1, 3.2.3, 3.2.4, 3.2.5, 3.2.6 en 3.2.7), er ofwel inrichtingswerken (niet uit kracht van wet) ofwel inrichtingswerken uit kracht van wet worden uitgevoerd; - deze maatregelen zijn inrichtingswerken (niet uit kracht van wet) als de inrichtingswerken uitgevoerd worden op gronden van de gemeente Overijse of de provincie Vlaams-Brabant of op gronden van de Vlaamse Landmaatschappij die deze gronden na verwerving zal toebedelen aan de gemeente Overijse of de provincie Vlaams-Brabant; - deze maatregelen zijn inrichtingswerken uit kracht van wet, conform artikel 2.1.1, tweede en derde lid, van het decreet van 28 maart 2014, als de inrichtingswerken uitgevoerd worden op gronden van privaatrechtelijke rechtspersonen of natuurlijke personen. Bij voormelde inrichtingswerken uit kracht van wet worden vergoedingen voor waardeverlies van gronden voorzien voor de privaatrechtelijke rechtspersonen of natuurlijke personen (maatregel 3.2.8b).
Erfdienstbaarheden tot openbaar nut gekoppeld aan inrichtingswerken uit kracht van wet worden gevestigd nadat voormelde inrichtingswerken uit kracht van wet zijn uitgevoerd. De lokalisatie van de erfdienstbaarheden stemt overeen met de lokalisatie van de betrokken inrichtingswerken uit kracht van wet maar het voorwerp, de beschrijving en de lokalisering van de erfdienstbaarheden tot openbaar nut zal later gebeuren in de besluiten tot vestiging van de erfdienstbaarheden tot openbaar nut;
Overwegende dat, met het oog op de verbetering van de structuurkwaliteit en de versterking van de ecologische waarde van de Nellebeek, om volgende redenen de voormelde inrichtingswerken uit kracht van wet (maatregelen 3.2.1, 3.2.3, 3.2.4, 3.2.5, 3.2.6 en 3.2.7) en de voormelde erfdienstbaarheden tot openbaar nut gekoppeld aan inrichtingswerken uit kracht van wet (maatregel 3.2.8b) worden uitgevoerd op percelen in Overijse (bijlage 1): - in het kader van het speerpuntgebied IJse wenst Vlaanderen tegen 2021 de goede toestand van de waterlopen te halen; - de Nellebeek een zeer belangrijke waterloop is, opgenomen in het soortherstelprojecten van de beschermde vissoorten kopvoorn, serpeling en rivierdonderpad; - het weghalen van betonnen beschoeiing van de Nellebeek het verbeteren van de structuurkwaliteit en de versterking van de ecologische waarde beoogt; - uit de instrumentenafweging blijkt dat als minnelijke verwerving niet mogelijk is, inrichting uit kracht van wet de beste garantie geeft voor een tijdige, kwalitatieve en duurzame realisatie van de beoogde doelen;
Overwegende dat Natuurpunt Beheer vzw niet instemt met de financiering van maatregel 1.2.27b van het eindvoorstel van landinrichtingsplan; dat bijgevolg de Vlaamse Landmaatschappij niet wordt belast met de uitvoering van maatregel 1.2.27b van het eindvoorstel van landinrichtingsplan IJsevallei;
Overwegende dat de Vlaamse Landmaatschappij wordt belast met de uitvoering van de volgende maatregelen met het oog op het ontsluiten van kampeerinfrastructuur te Hoeilaart (Halan Couter/Sieckensveld) naar het Zoniënwoud ten westen en te noorden: - maatregelen 7.4.2, 7.4.3 en 7.4.4 van het eindvoorstel van het landinrichtingsplan IJsevallei. Deze maatregelen worden uitgevoerd op gronden van privaatrechtelijke rechtspersonen of natuurlijke personen.
Deze maatregelen zijn inrichtingswerken uit kracht van wet, conform artikel 2.1.1, tweede en derde lid, van het decreet van 28 maart 2014 betreffende de landinrichting. Bij voormelde inrichtingswerken uit kracht van wet worden vergoedingen voor waardeverlies van gronden voorzien (maatregel 7.4.1). Erfdienstbaarheden tot openbaar nut gekoppeld aan inrichtingswerken uit kracht van wet worden gevestigd nadat voormelde inrichtingswerken uit kracht van wet zijn uitgevoerd.
De lokalisatie van de erfdienstbaarheden stemt overeen met de lokalisatie van de betrokken inrichtingswerken uit kracht van wet maar het voorwerp, de beschrijving en de lokalisering van de erfdienstbaarheden tot openbaar nut later zal gebeuren in de besluiten tot vestiging van de erfdienstbaarheden tot openbaar nut;
Overwegende dat, met het oog op het ontsluiten van kampeerinfrastructuur te Hoeilaart (Halan Couter/Sieckensveld) naar het Zoniënwoud ten westen en ten noorden, om volgende redenen de voormelde inrichtingswerken uit kracht van wet (maatregelen 7.4.2, 7.4.3 en 7.4.4) en de voormelde erfdienstbaarheden tot openbaar nut gekoppeld aan inrichtingswerken uit kracht van wet (maatregel 7.4.1) worden uitgevoerd op percelen in Hoeilaart (bijlage 1 - uitvoeringseenheid 7): - het gemeentelijk ruimtelijk structuurplan (GRS) voorziet om op deze locatie de recreatieve functie als kamperen voor jeugdbewegingen uit te bouwen; - om missing links in een recreatief netwerk van wandelpaden te kunnen realiseren; - uit de instrumentenafweging blijkt dat inrichting uit kracht van wet de beste garantie geeft voor een tijdige, kwalitatieve en duurzame realisatie van de beoogde doelen;
Overwegende dat bij maatregel 9.1.1 van het eindvoorstel van het landinrichtingsplan IJsevallei een herverkaveling uit kracht van wet wordt voorzien in het gebied dat is aangeduid op de kaart die als bijlage 2 bij dit besluit is gevoegd; dat de herverkaveling uit kracht van wet wordt uitgevoerd met het oog op het versterken van de landbouwstructuren van het landbouwgebied rondom de steenbakkerij Blaivie;
Overwegende dat bij maatregel 9.2.1 van het eindvoorstel van het landinrichtingsplan IJsevallei een herverkaveling uit kracht van wet wordt voorzien in het gebied dat is aangeduid op de kaart die als bijlage 2 bij dit besluit is gevoegd; dat de herverkaveling uit kracht van wet wordt uitgevoerd met het oog op een ecologische verbinding in de omgeving van de Vuurgatstraat-Eikenlaan;
Overwegende dat bij maatregel 9.3.1 van het eindvoorstel van landinrichtingsplan IJsevallei een herverkaveling uit kracht van wet wordt voorzien in het gebied dat is aangeduid op de kaart die als bijlage 2 bij dit besluit is gevoegd; dat de herverkaveling uit kracht van wet wordt uitgevoerd met het oog op het versterken van landbouwstructuren van het gebied ten noorden van het Koningsbos te Overijse en het realiseren van een recreatieve verbinding tussen Koningsbos en Ketelheide;
Overwegende dat om de volgende redenen een herverkaveling uit kracht van wet (maatregel 9.1.1, 9.2.1 en 9.3.1) vereist is zoals uit de instrumentenafweging blijkt: "Een project wordt opgezet ter verbetering van de landbouwstructuren en de realisatie van ecologische verbindingen tussen belangrijke bosgebieden (SBZ) in combinatie met de uitbouw van een recreatief wandelnetwerk.";
Overwegende dat met het oog op de opbouw van een grondreserve in Overijse een recht van voorkoop wordt ingesteld in het gebied vermeld in artikel 31 van dit besluit; dat om de volgende redenen het recht van voorkoop vereist is: - binnen het Vlaams Strategisch Gebied rond Brussel en bij uitbreiding de Vlaamse Rand is er een groot tekort aan (groene) open ruimte. Voor het behoud en de aanleg van grote, robuuste groen-blauwe netwerken en anderzijds grote landbouwgebieden moeten gronden ingericht worden; - het instellen van recht van voorkoop is een middel om grondreserve in het projectgebied op te bouwen; - de versterking van het landschap is noodzakelijk om klimaatdoelstellingen waar te maken en ademruimte te bieden aan de dichtbebouwde provincie; - het betrokken gebied ligt tussen grote boscomplexen en natuurgebieden, namelijk het Zoniënwoud, het Meerdalwoud en de Doode Bemde;
Overwegende dat de redenen om de voormelde maatregelen uit te voeren uitvoeriger zijn opgenomen in het landinrichtingsplan IJsevallei, dat als bijlage 3 bij dit besluit is gevoegd;
Overwegende dat uit de in de watertoets opgenomen beschrijving en beoordeling van de effecten van de maatregelen van het landinrichtingsplan IJsevallei op het watersysteem (bijlage 1 van het landinrichtingsplan) blijkt dat het landinrichtingsplan IJsevallei verenigbaar is met het watersysteem en met de relevante doelstellingen en beginselen, vermeld in artikel 5, 6 en 7 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid;
Overwegende dat het projectgebied van het landinrichtingsplan IJsevallei gedeeltelijk overlapt met de Habitatrichtlijngebieden Zoniënwoud (BE2400008) en Valleien van de Dijle, Laan en IJse met aangrenzende bos- moerasgebieden (BE2400011); dat het landinrichtingsplan IJsevallei geen maatregelen voorziet in deze speciale beschermingszones en dat de maatregelen buiten deze speciale beschermingszones geen negatieve impact hebben op de speciale beschermingszones;
Overwegende dat de Vlaamse Regering hierbij het landinrichtingsplan IJsevallei vaststelt;
Overwegende dat het landinrichtingsplan IJsevallei kan worden ingezien bij elke gemeente waarop het landinrichtingsplan betrekking heeft, namelijk in de gemeenten Hoeilaart en Overijse;
Op voorstel van de Vlaamse minister van Omgeving, Natuur en Landbouw;
Na beraadslaging, Besluit : HOOFDSTUK 1. - Vaststelling van het landinrichtingsplan en algemene bepalingen
Artikel 1.Het landinrichtingsplan IJsevallei, opgenomen in bijlage 3, die bij dit besluit is gevoegd, wordt vastgesteld.
Art. 2.Het landinrichtingsplan IJsevallei kan worden ingezien bij elke gemeente waarop het landinrichtingsplan betrekking heeft, namelijk in de gemeenten Hoeilaart en Overijse.
Art. 3.Het landinrichtingsplan IJsevallei is verenigbaar met het watersysteem en met de relevante doelstellingen en beginselen, vermeld in artikel 5, 6 en 7 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid.
Art. 4.De bedragen ten laste van de basisallocatie QB0 QC187 6142 van artikel QB0-1QCH2NY-IS van de algemene uitgavenbegroting van de Vlaamse Gemeenschap en ten laste van de basisallocatie QBX QC057 6332 van artikel QBX-3QCH2NJ-WT van het Minafonds zullen worden aangerekend bij de toekenning van de subsidies, op grond van de bepalingen van Deel 3, Titel 4, van het besluit van de Vlaamse Regering van 6 juni 2014 betreffende de landinrichting. HOOFDSTUK 2. - Instanties en personen die belast zijn met de uitvoering van het landinrichtingsplan IJsevallei Afdeling 1. - Belasting van agentschappen van de Vlaamse overheid
conform artikel 3.3.7 van het decreet van 28 maart 2014 betreffende de landinrichting
Art. 5.De Vlaamse Landmaatschappij is belast met de uitvoering van maatregel 2.4.9 van het landinrichtingsplan IJsevallei. Die maatregel wordt uitgevoerd op gronden van het Agentschap Wegen en Verkeer, die beheerd worden door de gemeente Overijse.
Art. 6.De Vlaamse Landmaatschappij is belast met de uitvoering van de maatregelen 9.2.1, 9.2.2 en 9.2.5 van het landinrichtingsplan IJsevallei. Die maatregelen worden uitgevoerd op gronden van het Agentschap voor Natuur en Bos of op gronden die toebedeeld worden aan het Agentschap voor Natuur en Bos, of op gronden van privaatrechtelijke rechtspersonen of natuurlijke personen, die beheerd worden door het Agentschap voor Natuur en Bos.
Art. 7.De Vlaamse Landmaatschappij is belast met de uitvoering van de maatregelen 1.2.8, 1.2.9, 1.2.10, 1.2.11, 1.2.22, 1.2.26, 2.4.7, 2.4.8, 3.1.2, 3.1.3, 3.1.4, 4.10.3, 4.10.4, 4.10.5 en 4.10.6 van het landinrichtingsplan IJsevallei. Die maatregelen worden uitgevoerd op gronden van de provincie Vlaams-Brabant of op gronden van privaatrechtelijke rechtspersonen of natuurlijke personen, die beheerd worden door de provincie Vlaams-Brabant.
Art. 8.De Vlaamse Landmaatschappij is belast met de uitvoering van de maatregelen 1.1.1, 1.1.2, 1.1.3, 1.1.4, 1.1.5, 1.1.6, 1.1.7, 1.1.8, 1.2.1, 1.2.2a, 1.2.3a, 1.2.4, 1.2.5a, 1.2.6, 1.2.7, 1.2.12, 1.2.13, 1.2.14, 1.2.15, 1.2.16, 1.2.17, 1.2.19, 1.2.20, 1.2.24, 1.2.25, 1.2.27a, 1.2.28, 1.3.1, 1.3.2, 1.3.3, 2.1.1b, 2.1.2b, 2.1.5b, 2.1.6b, 2.1.7b, 2.5.2b, 2.5.3b, 2.5.5, 2.5.9, 2.5.10b, 2.5.11b, 2.6.1b, 2.6.5b, 2.6.6, 2.7.2a, 3.1.1, 3.1.6a, 3.1.7, 3.1.8, 3.2.8a, 3.3.13, 3.3.14, 3.4.1a, 3.4.2, 3.4.3, 3.4.4, 3.4.5, 3.4.6, 4.10.1, 4.10.2, 6.1.1, 6.1.2, 6.1.3, 6.1.4, 6.1.5, 6.1.6, 6.1.7, 6.1.8, 6.1.9, 6.1.10, 6.1.11, 6.1.12, 6.1.13, 6.1.14, 6.3.1, 6.3.2, 6.4.1, 6.4.3, 6.4.4, 6.4.5, 6.5.3, 9.1.1, 9.1.2, 9.1.4, 9.1.5, 9.1.6, 9.3.1, 9.3.2, 9.3.5 en 9.3.8 van het landinrichtingsplan IJsevallei. Die maatregelen worden uitgevoerd op gronden van de gemeente Overijse of op gronden die toebedeeld worden aan de gemeente Overijse, of op gronden van privaatrechtelijke rechtspersonen of natuurlijke personen, die beheerd worden door de gemeente Overijse.
Art. 9.De Vlaamse Landmaatschappij is belast met de uitvoering van de maatregel 3.3.1 (verwerving perceel voor planologische ruil) van het landinrichtingsplan IJsevallei. Die maatregel heeft tot doel in een latere fase de inzet van het instrument herverkaveling met planologische ruil.
Art. 10.De Vlaamse Landmaatschappij is belast met de uitvoering van de maatregelen 2.1.1a, 2.1.2a, 2.1.3, 2.1.4, 2.1.5a, 2.1.6a, 2.1.7a, 2.2.1, 2.2.2, 2.2.3, 2.2.4, 2.3.1, 2.3.2, 2.3.3, 2.3.4, 2.4.1, 2.4.2, 2.5.2a, 2.5.3a, 2.5.4a, 2.5.6, 2.5.7, 2.5.8, 2.5.10a, 2.5.11a, 2.6.1a, 2.6.2, 2.6.3, 2.6.4, 2.6.5a, 2.7.1a, 7.4.5, 7.4.7 en 7.4.8 van het landinrichtingsplan IJsevallei. Die maatregelen worden uitgevoerd op gronden van de gemeente Hoeilaart of op gronden die toebedeeld worden aan de gemeente Hoeilaart, of op gronden van privaatrechtelijke rechtspersonen of natuurlijke personen, die beheerd worden door de gemeente Hoeilaart.
Art. 11.De Vlaamse Landmaatschappij is belast met de uitvoering van de maatregelen 4.1.1, 4.2.1, 4.2.2, 4.2.3, 4.3.1, 4.3.2, 4.3.3, 4.3.4, 4.3.5, 4.3.6, 4.3.7, 4.3.8, 4.4.1, 4.4.2, 4.4.3, 4.5.1, 4.5.2, 4.5.3, 4.6.1, 4.6.2, 4.7.1, 4.7.2, 4.7.3, 4.7.4, 4.7.5, 4.7.6, 4.7.7, 4.8.1, 4.8.2, 4.8.3, 4.8.4, 4.8.5, 4.8.6, 4.9.1, 4.9.2 en 4.9.3 van het landinrichtingsplan IJsevallei. Die maatregelen worden uitgevoerd op gronden van het Gemeenschapsonderwijs of op gronden die toebedeeld worden aan het Gemeenschapsonderwijs en die beheerd worden door het Gemeenschapsonderwijs.
Art. 12.De Vlaamse Landmaatschappij is belast met de uitvoering van de maatregelen 7.4.2, 7.4.3 en 7.4.4 van het landinrichtingsplan IJsevallei. Die maatregelen worden uitgevoerd op gronden van privaatrechtelijke rechtspersonen of natuurlijke personen.
Art. 13.De Vlaamse minister, bevoegd voor de landinrichting en het natuurbehoud, belast de Vlaamse Landmaatschappij met de uitvoering van de maatregelen 2.4.4, 2.4.6b, 2.5.1, 6.5.1, 7.1.2, 9.1.3, 9.2.3, 9.3.3, 9.3.4 en 9.3.7 van het eindvoorstel van landinrichtingsplan IJsevallei op gronden van privaatrechtelijke rechtspersonen of natuurlijke personen, nadat deze personen hun instemming hebben gegeven met de taken inzake medefinanciering en beheer van de vermelde maatregelen.
Art. 14.Het Agentschap voor Natuur en Bos is op haar gronden belast met de uitvoering van de maatregelen 7.2.1, 7.2.3, 9.2.4 en 9.2.6 van het landinrichtingsplan IJsevallei.
Art. 15.Het Agentschap voor Natuur en Bos is belast met de uitvoering van de maatregel 9.3.6 van het landinrichtingsplan IJsevallei. Die maatregel wordt uitgevoerd op gronden van privaatrechtelijke rechtspersonen of natuurlijke personen, die beheerd worden door privaatrechtelijke rechtspersonen of natuurlijke personen.
Art. 16.De Vlaamse minister, bevoegd voor de landinrichting en het natuurbehoud, belast het Agentschap voor Natuur en Bos met de uitvoering van de maatregel 9.3.6 van het eindvoorstel van landinrichtingsplan IJsevallei op gronden van privaatrechtelijke rechtspersonen of natuurlijke personen, nadat deze personen hun instemming hebben gegeven met de taken inzake medefinanciering en beheer van de vermelde maatregel.
Art. 17.De Vlaamse Milieumaatschappij is belast met de uitvoering van de maatregelen 1.2.18 en 3.3.8 van het landinrichtingsplan IJsevallei.
Die maatregelen worden uitgevoerd op gronden van de gemeente Overijse, die beheerd worden door de gemeente Overijse.
Art. 18.De Vlaamse Milieumaatschappij is belast met de uitvoering van de maatregel 3.1.5 van het landinrichtingsplan IJsevallei. Die maatregel wordt uitgevoerd op gronden van Aquafin of op gronden van privaatrechtelijke rechtspersonen of natuurlijke personen, die beheerd worden door Aquafin. Afdeling 2. - Belasting van provincies, gemeenten en
publiekrechtelijke rechtspersonen conform artikel 3.3.8 van het decreet van 28 maart 2014 betreffende de landinrichting
Art. 19.De provincie Vlaams-Brabant is belast met de uitvoering van de maatregelen 2.4.3, 2.4.5, 3.2.2, 3.2.4 en 3.2.5 van het landinrichtingsplan IJsevallei. Die maatregelen worden uitgevoerd op gronden van de provincie Vlaams-Brabant of op gronden van privaatrechtelijke rechtspersonen of natuurlijke personen, die beheerd worden door de provincie Vlaams-Brabant.
Art. 20.De provincie Vlaams-Brabant is belast met de uitvoering van de maatregelen 3.2.1, 3.2.3, 3.2.6 en 3.2.7 van het landinrichtingsplan IJsevallei. Die maatregelen worden uitgevoerd op gronden van de gemeente Overijse of op gronden die toebedeeld worden aan de gemeente Overijse, of op gronden van privaatrechtelijke rechtspersonen of natuurlijke personen, die beheerd worden door de gemeente Overijse of door de privaatrechtelijke rechtspersonen of natuurlijke personen.
Art. 21.De gemeente Overijse is op haar gronden belast met de uitvoering van de maatregelen 1.2.21, 1.2.23, 3.3.2, 3.3.4, 3.3.5, 3.3.6, 3.3.7, 3.3.9, 3.3.10, 3.3.11, 3.3.12, 3.5.1, 3.5.2, 5.1.1, 5.1.2, 5.1.3, 5.1.4, 5.1.5, 5.2.1, 5.2.2, 5.2.3, 6.2.1, 6.2.2, 6.2.3, 6.2.4, 6.2.5, 6.2.6, 6.2.7, 6.2.8, 6.4.2, 8.1.1, 8.1.2 en 8.1.3 van het landinrichtingsplan IJsevallei.
Art. 22.De gemeente Overijse is belast met de uitvoering van de maatregel 3.3.3 van het landinrichtingsplan IJsevallei. Die maatregel wordt uitgevoerd op gronden van de provincie Vlaams-Brabant, die beheerd worden door de provincie Vlaams-Brabant.
Art. 23.De gemeente Hoeilaart is op haar gronden belast met de uitvoering van de maatregelen 7.1.3, 7.2.2, 7.2.4, 7.2.5, 7.3.1, 7.3.2, 7.3.3, 7.3.4, 7.3.5 en 7.3.6 van het landinrichtingsplan IJsevallei.
Art. 24.De Vlaamse minister, bevoegd voor de landinrichting en het natuurbehoud, belast de gemeente Hoeilaart met de uitvoering van de maatregelen 7.1.1, 7.3.7 en 7.4.6 van het eindvoorstel van landinrichtingsplan IJsevallei op gronden van privaatrechtelijke rechtspersonen of natuurlijke personen, nadat deze personen hun instemming hebben gegeven met de taken inzake medefinanciering en beheer van de vermelde maatregelen.
Art. 25.De Watergroep is op haar gronden belast met de uitvoering van maatregelen 1.3.4 en 1.3.5 van het landinrichtingsplan IJsevallei.
Art. 26.Aquafin is op haar gronden belast met de uitvoering van de maatregel 2.5.4b van het landinrichtingsplan IJsevallei. Afdeling 3. - Belasting van privaatrechtelijke rechtspersonen conform
artikel 3.3.9 van het decreet van 28 maart 2014 betreffende de landinrichting
Art. 27.Natuurpunt Beheer vzw is op haar gronden of gronden in haar beheer belast met de uitvoering van de maatregelen 1.2.5b en 2.4.6a van het landinrichtingsplan IJsevallei.
Art. 28.De Vlaamse minister, bevoegd voor de landinrichting en het natuurbehoud, belast de privaatrechtelijke rechtspersonen en de natuurlijke personen met de uitvoering van de maatregel 6.5.2 "Vervangen treinbilzen in tuin door eikenhouten palen" als vermeld in het landinrichtingsplan IJsevallei, nadat deze personen hun instemming hebben gegeven met de taken inzake uitvoering, medefinanciering en beheer van maatregel 6.5.2. HOOFDSTUK 3. - Bepalingen naar aanleiding van de inzet van inrichtingswerken uit kracht van wet
Art. 29.De kadastrale gegevens van de percelen waarop inrichtingswerken uit kracht van wet worden uitgevoerd met de beschrijving van uit te voeren inrichtingswerken uit kracht van wet, zijn opgenomen in bijlage 1, die bij dit besluit is gevoegd. HOOFDSTUK 4. - Bepalingen naar aanleiding van de inzet van herverkaveling uit kracht van wet
Art. 30.Doordat herverkaveling uit kracht van wet als instrument opgenomen is in het landinrichtingsplan IJsevallei, wordt conform artikel 2.1.36 van het decreet van 28 maart 2014 betreffende de landinrichting de duur van de jachtovereenkomsten die gesloten zijn vanaf de vaststelling van het landinrichtingsplan, van rechtswege beperkt tot de overschrijving van de herverkavelingsakte op het hypotheekkantoor. In bijlage 2 die bij dit besluit is gevoegd, zijn op kaart de kadastrale gegevens vermeld van de percelen waar ten gevolge van een herverkaveling uit kracht van wet de duur van de jachtovereenkomsten wordt beperkt. HOOFDSTUK 5. - Bepalingen over het recht van voorkoop
Art. 31.Een recht van voorkoop is van toepassing binnen de volgende kadastrale secties: 1° Overijse, 1ste afdeling, secties A, B, M en N;2° Overijse, 2de afdeling, secties F, G en H;3° Overijse, 3de afdeling, secties I, K en O;4° Overijse, 4de afdeling, secties C en D;5° Overijse, 6de afdeling, secties E en L. Binnen het gebied, vermeld in het eerste lid, geldt het recht van voorkoop, vermeld in artikel 2.1.13 en 2.1.14 van het decreet van 28 maart 2014 betreffende de landinrichting. Het recht van voorkoop geldt voor een termijn van tien jaar die ingaat veertien dagen na de bekendmaking in het Belgisch Staatsblad van dit besluit. Het recht van voorkoop moet aangeboden worden aan de Vlaamse Grondenbank. HOOFDSTUK 6. - Slotbepaling
Art. 32.De Vlaamse minister, bevoegd voor de landinrichting en het natuurbehoud, is belast met de uitvoering van dit besluit.
Brussel, 22 februari 2019.
De minister-president van de Vlaamse Regering, G. BOURGEOIS De Vlaamse minister van Omgeving, Natuur en Landbouw, K. VAN DEN HEUVEL
Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld
Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld
Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld
Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld
Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld
Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld
Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld