gepubliceerd op 15 oktober 2008
Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 8 juli 2005 tot instelling van een bedrijfstoeslagregeling en tot vaststelling van bepaalde steunregelingen voor landbouwers en tot toepassing van de randvoorwaarden, tot wijziging van het koninklijk besluit van 15 mei 2001 betreffende de administratieve geldboeten, bedoeld bij artikel 8 van de wet van 28 maart 1975 betreffende de handel in landbouw-, tuinbouw- en zeevisserijproducten en tot bepaling van de controlebevoegdheden bij het uitoefenen van het toezicht op de uitvoering van de wet van 28 maart 1975 betreffende de handel in landbouw-, tuinbouw- en zeevisserijproducten, voor wat betreft de bevoegdheden van het Agentschap voor Landbouw en Visserij
18 JULI 2008. - Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 8 juli 2005 tot instelling van een bedrijfstoeslagregeling en tot vaststelling van bepaalde steunregelingen voor landbouwers en tot toepassing van de randvoorwaarden, tot wijziging van het koninklijk besluit van 15 mei 2001 betreffende de administratieve geldboeten, bedoeld bij artikel 8 van de wet van 28 maart 1975 betreffende de handel in landbouw-, tuinbouw- en zeevisserijproducten en tot bepaling van de controlebevoegdheden bij het uitoefenen van het toezicht op de uitvoering van de wet van 28 maart 1975 betreffende de handel in landbouw-, tuinbouw- en zeevisserijproducten, voor wat betreft de bevoegdheden van het Agentschap voor Landbouw en Visserij
De Vlaamse Regering, Gelet op de wet van 28 maart 1975 betreffende de handel in landbouw-, tuinbouw- en zeevisserijproducten, inzonderheid op artikel 3, § 1, 1° en 4°, 5 en 8, vervangen bij de wet van 29 december 1990;
Gelet op Verordening (EG) nr. 1782/2003 van de Raad van 29 september 2003 tot vaststelling van de gemeenschappelijke voorschriften inzake rechtstreekse steunverlening in het kader van het gemeenschappelijk landbouwbeleid en tot vaststelling van bepaalde steunregelingen voor landbouwers en houdende wijziging van de Verordeningen (EEG) nr. 2019/93, (EG) nr. 1452/2001, (EG) nr. 1453/2001, (EG) nr. 1454/2001, (EG) nr. 1868/94, (EG) nr. 1251/1999, (EG) nr. 1254/1999, (EG) nr. 1673/2000, (EEG) nr. 2358/71 en (EG) nr. 2529/2001, het laatst gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 479/2008 van de Raad van 29 april 2008;
Gelet op Verordening (EG) nr. 795/2004 van de Commissie van 21 april 2004 houdende bepalingen voor de uitvoering van de bedrijfstoeslagregeling waarin is voorzien bij Verordening (EG) nr. 1782/2003 van de Raad tot vaststelling van gemeenschappelijke voorschriften inzake rechtstreekse steunverlening in het kader van het gemeenschappelijk landbouwbeleid en tot vaststelling van bepaalde steunregelingen voor landbouwers, het laatst gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 319/2008 van de Commissie van 7 april 2008;
Gelet op Verordening (EG) nr. 796/2004 van de Commissie van 21 april 2004 houdende uitvoeringsbepalingen inzake de randvoorwaarden, de modulatie en het geïntegreerd beheers- en controlesysteem waarin is voorzien bij Verordening (EG) nr. 1782/2003 van de Raad tot vaststelling van gemeenschappelijke voorschriften inzake rechtstreekse steunverlening in het kader van het gemeenschappelijk landbouwbeleid en tot vaststelling van bepaalde steunregelingen voor landbouwers, het laatst gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 319/2008 van de Commissie van 7 april 2008;
Gelet op Verordening (EG) nr. 1973/2004 van de Commissie van 29 oktober 2004 houdende uitvoeringsbepalingen van Verordening (EG) nr. 1782/2003 van de Raad met betrekking tot de bij titels IV en IVbis van die verordening ingestelde steunregelingen en het gebruik van braakgelegde grond voor de productie van grondstoffen, het laatst gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1548/2007 van de Commissie van 20 december 2007;
Gelet op Verordening (EG) nr. 1234/2007 van de Raad van 22 oktober 2007 houdende een gemeenschappelijke ordening van de landbouwmarkten en specifieke bepalingen voor een aantal landbouwproducten, het laatst gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 510/2008 van de Commissie van 6 juni 2008;
Gelet op het koninklijk besluit van 15 mei 2001 betreffende de administratieve geldboeten, vermeld in artikel 8 van de wet van 28 maart 1975 betreffende de handel in landbouw-, tuinbouw- en zeevisserijproducten;
Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 8 juli 2005 tot instelling van een bedrijfstoeslagregeling en tot vaststelling van bepaalde steunregelingen voor landbouwers en tot toepassing van de randvoorwaarden, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse Regering van 13 januari 2006, 8 september 2006, 9 februari 2007 en 14 september 2007;
Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën, gegeven op 13 maart 2008;
Gelet op advies 44.598/3 van de Raad van State, gegeven op 23 juni 2008, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 1°, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State;
Op voorstel van de Vlaamse minister van Institutionele Hervormingen, Havens, Landbouw, Zeevisserij en Plattelandsbeleid;
Na beraadslaging, Besluit :
Artikel 1.In artikel 1 van het besluit van de Vlaamse Regering van 8 juli 2005 tot instelling van een bedrijfstoeslagregeling en tot vaststelling van bepaalde steunregelingen voor landbouwers en tot toepassing van de randvoorwaarden, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 14 september 2007, wordt punt 4° opgeheven.
Art. 2.In artikel 2 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 8 september 2006, worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° er wordt een § 4bis ingevoegd, die luidt als volgt : « § 4bis.De productie van de volgende producten wordt vanaf 1 januari 2009 opgenomen in de bedrijfstoeslagregeling : 1° groenten en fruit, zoals bedoeld in bijlage I, delen IX en X, van Verordening (EG) nr.1234/2007 van de Raad van 22 oktober 2007 houdende een gemeenschappelijke ordening van de landbouwmarkten en specifieke bepalingen voor een aantal landbouwproducten; 2° consumptieaardappelen;3° kwekerijproducten.» ; 2° er wordt een § 6 toegevoegd, die luidt als volgt : « § 6.De minister bepaalt : 1° de verdere regeling en voorwaarden waaraan de activering en overdracht van toeslagrechten, moet voldoen, overeenkomstig artikel 46 van Verordening (EG) nr.1782/2003 van de Raad; 2° de voorwaarden voor het gebruik van uit productie genomen grond voor de productie van niet specifiek voor voeding of vervoedering bestemde producten, overeenkomstig de bepalingen in hoofdstuk 16 van Verordening (EG) nr.1973/2004 van de Commissie, of in dit kader gebruik gemaakt wordt van de erkenningsregeling van inzamelaars en eerste verwerkers, als vermeld in artikel 160 van de verordening, en de bijhorende modaliteiten met betrekking tot deze erkenningsregeling, inclusief de bijhorende sanctieregeling, zijnde de mogelijkheid tot het schorsen of het definitief intrekken van de erkenning of het opleggen van administratieve boetes; 3° de modaliteiten voor de aanvraag voor de steun voor energiegewassen, overeenkomstig de bepalingen in hoofdstuk 8 van Verordening (EG) nr.1973/2004 van de Commissie, of in dit kader gebruik gemaakt wordt van de erkenningsregeling van inzamelaars en eerste verwerkers, als vermeld in artikel 37 van deze verordening, en de bijhorende modaliteiten met betrekking tot deze erkenningsregeling, inclusief de bijhorende sanctieregeling, zijnde de mogelijkheid tot het schorsen of het definitief intrekken van de erkenning of het opleggen van administratieve boetes; 4° de uitvoeringsbepalingen voor de steun voor zaaizaden van de soorten Linum usitatissimum L.en Triticum spelta L., overeenkomstig de bepalingen in hoofdstuk 9 van Verordening (EG) nr. 1782/2003 van de Raad. »
Art. 3.In artikel 5bis van hetzelfde besluit, toegevoegd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 8 september 2006, worden in punt 2° de woorden « voor de oogst 2006 » geschrapt.
Art. 4.Aan artikel 17 van hetzelfde besluit, waarvan de bestaande tekst § 1 zal vormen, wordt een § 2 toegevoegd, die luidt als volgt : « § 2. In toepassing van artikel 5, lid 2, tweede alinea, van Verordening (EG) nr. 1782/2003 van de Raad zullen overtredingen op de bepalingen, vermeld in artikel 12, eerste lid, beoordeeld worden in functie van de evolutie in het Vlaamse Gewest van het aandeel blijvend grasland in de totale oppervlakte landbouwgrond, zoals gedefinieerd in artikel 2, onder a), van Verordening (EG) nr. 795/2004 van de Commissie, ten opzichte van het aandeel in het referentiejaar 2003 in overeenstemming met de bepalingen van artikel 3, lid 2, van Verordening (EG) nr. 796/2004 van de Commissie.
Art. 5.In artikel 1 van het koninklijk besluit van 15 mei 2001 betreffende de administratieve geldboeten, vermeld in artikel 8 van de wet van 28 maart 1975 betreffende de handel in landbouw-, tuinbouw- en zeevisserijproducten, worden de woorden "de adviseur-generaal van het secretariaat-generaal van het Ministerie van Middenstand en Landbouw en, wanneer deze verhinderd is de ambtenaar, titularis van een graad van rang 13, die hem vervangt" vervangen door de woorden "elk voor wat betreft de bevoegdheden van de bevoegde diensten die onder hun entiteit ressorteren, de secretaris-generaal van het Departement Landbouw en Visserij enerzijds en anderzijds de administrateur-generaal van het Agentschap voor Landbouw en Visserij, en in zijn afwezigheid het hoofd van de stafdienst van het Agentschap voor Landbouw en Visserij".
Art. 6.Binnen het Agentschap voor Landbouw en Visserij worden de volgende personen aangewezen om toezicht uit te oefenen op de uitvoering van de wet van 28 maart 1975 en de uitvoeringsbesluiten ervan, en op de wetten, besluiten en reglementen van de Europese Unie die onder de bevoegdheid van het agentschap vallen : 1° de statutaire en contractuele personeelsleden van niveau A;2° de statutaire en contractuele personeelsleden van niveau B met de graad van technisch deskundige;3° de statutaire en contractuele personeelsleden van niveau C met de graad van technisch assistent, die geïntegreerd zijn in een controlefunctie;4° de statutaire en contractuele personeelsleden van niveau D met de graad van technisch medewerker, die geïntegreerd zijn in een controlefunctie;5° de statutaire en contractuele personeelsleden van niveau B en C die belast zijn met administratieve taken, voor zover zij uitdrukkelijk werden aangewezen door een titularis van een managementfunctie of een personeelslid van niveau A.
Art. 7.De Vlaamse minister, bevoegd voor het landbouwbeleid, is belast met de uitvoering van dit besluit.
Art. 8.Dit besluit treedt in werking op de tiende dag van bekendmaking ervan in het Belgisch Staatsblad, met uitzondering van : 1° artikel 2, punt 2°, dat uitwerking heeft met ingang van 1 januari 2007;2° artikel 4, dat uitwerking heeft met ingang van 1 januari 2005. Brussel, 18 juli 2008.
De minister-president van de Vlaamse Regering, Vlaams minister van Institutionele Hervormingen, Havens, Landbouw, Zeevisserij en Plattelandsbeleid, K. PEETERS