gepubliceerd op 26 februari 2009
Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 28 september 2001 houdende de erkenning, de registratie en de machtiging, en houdende de aansluiting, de aanvraag en de tenlasteneming in het kader van de zorgverzekering, tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 1 september 2006 houdende de voorwaarden van de vaststelling, de uitbetaling en de terugvordering van de subsidies van de zorgkassen, en tot opheffing van het ministerieel besluit van 30 januari 2004 houdende de bepaling van de formulieren in verband met de zorgverzekering
16 JANUARI 2009. - Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 28 september 2001 houdende de erkenning, de registratie en de machtiging, en houdende de aansluiting, de aanvraag en de tenlasteneming in het kader van de zorgverzekering, tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 1 september 2006 houdende de voorwaarden van de vaststelling, de uitbetaling en de terugvordering van de subsidies van de zorgkassen, en tot opheffing van het ministerieel besluit van 30 januari 2004 houdende de bepaling van de formulieren in verband met de zorgverzekering
De Vlaamse Regering, Gelet op het decreet van 30 maart 1999 houdende de organisatie van de zorgverzekering, gewijzigd bij de decreten van 22 december 1999, 8 december 2000, 18 mei 2001, 20 december 2002, 30 april 2004, 7 mei 2004, 24 juni 2005, 25 november 2005, 23 december 2005 en 19 december 2008;
Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 28 september 2001 houdende de erkenning, de registratie en de machtiging, en houdende de aansluiting, de aanvraag en de tenlasteneming in het kader van de zorgverzekering, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse Regering van 14 december 2001, 25 oktober 2002, 13 december 2002, 9 mei 2003, 14 november 2003, 2 april 2004, 22 oktober 2004, 11 maart 2005, 15 april 2005, 2 december 2005, 19 mei 2006, 1 september 2006, 8 december 2006, 19 oktober 2007, 9 november 2007 en 13 juni 2008;
Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 1 september 2006 houdende de voorwaarden van de vaststelling, de uitbetaling en de terugvordering van de subsidies van de zorgkassen in het kader van de zorgverzekering, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 19 oktober 2007;
Gelet op het ministerieel besluit van 30 januari 2004 houdende de bepaling van de formulieren in verband met de zorgverzekering;
Gelet op het akkoord van de Vlaamse minister, bevoegd voor de begroting, gegeven op 6 november 2008;
Gelet op het advies 45.635/3 van de Raad van State, gegeven op 30 december 2008, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 1°, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State;
Na beraadslaging, Besluit :
Artikel 1.Artikel 15 van het besluit van de Vlaamse Regering van 28 september 2001 houdende de erkenning, de registratie en de machtiging, en houdende de aansluiting, de aanvraag en de tenlasteneming in het kader van de zorgverzekering, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 14 december 2001, wordt vervangen door wat volgt : "
Art. 15.§ 1. Iedere persoon die in het Nederlandse taalgebied woont, moet zich aansluiten bij een zorgkas van zijn keuze met ingang van 1 januari van het jaar dat volgt op dat waarin hij de leeftijd van vijfentwintig jaar heeft bereikt. Als die persoon zich niet aansluit bij een zorgkas van zijn keuze vóór 1 juli van het jaar dat volgt op dat waarin hij de leeftijd van vijfentwintig jaar heeft bereikt, is hij ambtshalve aangesloten bij de Vlaamse Zorgkas met ingang van 1 januari van het jaar waarop hij zich had moeten aansluiten.
De eerste en tweede bijdrage kunnen worden betaald tot en met 31 december van het jaar na het jaar waarin de persoon zesentwintig jaar is geworden, zonder dat de persoon een opschorting met verlies van rechten oploopt, als vermeld in artikel 10, § 3, van het decreet, en zonder dat de jaren in aanmerking komen voor de administratieve geldboete, vermeld in artikel 21bis van het decreet. De minister kan de nadere voorwaarden met betrekking tot het betalen van de eerste en de tweede bijdrage bepalen. § 2. Iedere persoon die in het Nederlandse taalgebied komt wonen in het jaar dat volgt op dat waarin hij minstens de leeftijd van vijfentwintig jaar heeft bereikt, moet zich aansluiten bij een zorgkas van zijn keuze. De aansluiting is verplicht met ingang van 1 januari van het jaar waarin die persoon in het Nederlandse taalgebied komt wonen. Als die persoon zich niet aansluit bij een zorgkas van zijn keuze binnen zes maanden nadat hij in het Nederlandse taalgebied is komen wonen, is hij ambtshalve aangesloten bij de Vlaamse Zorgkas met ingang van 1 januari van het jaar waarin hij zich had moeten aansluiten.
Personen die in de eerste jaarhelft van een kalenderjaar in het Nederlandse taalgebied komen wonen, kunnen de eerste en tweede bijdrage betalen tot en met 31 december van het jaar na het jaar waarin zij er zijn komen wonen, zonder dat die personen een opschorting met verlies van rechten oplopen als vermeld in artikel 10, § 3, van het decreet, en zonder dat de jaren in aanmerking komen voor de administratieve geldboete, vermeld in artikel 21bis van het decreet. De minister kan de nadere voorwaarden met betrekking tot het betalen van de eerste en de tweede bijdrage bepalen.
Personen die in de tweede jaarhelft van een kalenderjaar in het Nederlandse taalgebied komen wonen, kunnen de eerste, tweede en derde bijdrage betalen tot en met 31 december van het tweede jaar na het jaar waarin zij er zijn komen wonen, zonder dat die personen een opschorting met verlies van rechten oplopen als vermeld in artikel 10, § 3, van het decreet, en zonder dat de jaren in aanmerking komen voor de administratieve geldboete, vermeld in artikel 21bis van het decreet. De minister kan de nadere voorwaarden met betrekking tot het betalen van de eerste, de tweede en de derde bijdrage bepalen."
Art. 2.Artikel 16 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 14 december 2001, wordt vervangen door wat volgt : "
Art. 16.§ 1. Iedere persoon die in het tweetalige gebied Brussel-Hoofdstad woont, kan zich aansluiten bij een zorgkas van zijn keuze met ingang van 1 januari van het jaar dat volgt op dat waarin hij de leeftijd van vijfentwintig jaar heeft bereikt.
De eerste en tweede bijdrage kunnen worden betaald tot en met 31 december van het jaar na het jaar waarin de persoon zesentwintig jaar is geworden, zonder dat die persoon een opschorting met verlies van rechten oploopt als vermeld in artikel 10, § 3, van het decreet, en zonder dat de jaren in aanmerking komen voor de administratieve geldboete, vermeld in artikel 21bis van het decreet. De minister kan de nadere voorwaarden met betrekking tot het betalen van de eerste en de tweede bijdrage bepalen. § 2. Iedere persoon die in het tweetalige gebied Brussel-Hoofdstad komt wonen in het jaar dat volgt op dat waarin hij minstens de leeftijd van vijfentwintig jaar heeft bereikt, kan zich aansluiten bij een zorgkas van zijn keuze. De aansluiting is mogelijk met ingang van 1 januari van het jaar waarin die persoon in het tweetalige gebied Brussel-Hoofdstad komt wonen.
Personen die in de eerste jaarhelft van een kalenderjaar in het tweetalige gebied Brussel-Hoofdstad komen wonen, kunnen de eerste en tweede bijdrage betalen tot en met 31 december van het jaar na het jaar waarin zij zijn komen wonen, zonder dat die personen een opschorting met verlies van rechten oplopen als vermeld in artikel 10, § 3, van het decreet, en zonder dat de jaren in aanmerking komen voor de administratieve geldboete, vermeld in artikel 21bis van het decreet. De minister kan de nadere voorwaarden met betrekking tot het betalen van de eerste en de tweede bijdrage bepalen.
Personen die in de tweede jaarhelft van een kalenderjaar in het tweetalige gebied Brussel-Hoofdstad komen wonen, kunnen de eerste, tweede en derde bijdrage betalen tot en met 31 december van het tweede jaar na het jaar waarin zij er zijn komen wonen, zonder dat die personen een opschorting met verlies van rechten oplopen als vermeld in artikel 10, § 3, van het decreet, en zonder dat de jaren in aanmerking komen voor de administratieve geldboete, vermeld in artikel 21bis van het decreet. De minister kan de nadere voorwaarden bepalen met betrekking tot het betalen van de eerste, de tweede en de derde bijdrage bepalen. § 3. Iedere persoon als vermeld in § 1 en § 2, die zich buiten de periodes als vermeld in § 1 en § 2, aansluit, is laattijdig aangesloten. De laattijdige aansluiting gaat in op 1 januari van het jaar waarin de eerste bijdrage betaald is. In dat geval is de termijn van ononderbroken aansluiting, vermeld in artikel 5, 6°, van het decreet, van toepassing. Ook de opschorting met verlies van rechten, vermeld in artikel 10, § 3, van het decreet, wordt opgelegd voor de jaren waarvoor de persoon zich tijdig had kunnen aansluiten."
Art. 3.In artikel 17, eerste lid, van hetzelfde besluit, vervangen bij het besluit van de Vlaamse Regering van 9 november 2003, worden de woorden "schorsingsperiode, bedoeld in artikel 6, § 1, vierde lid" vervangen door de woorden "periode van opschorting met verlies van rechten, vermeld in artikel 10, § 3, van het decreet,".
Art. 4.In artikel 17bis van hetzelfde besluit, ingevoegd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 2 december 2005, worden de woorden "artikel 6, § 1, vierde lid" geschrapt.
Art. 5.In hoofdstuk IV van hetzelfde besluit, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse Regering van 14 december 2001, 9 mei 2003, 14 november 2003, 30 september 2005 en 2 december 2005, wordt een artikel 17ter ingevoegd, dat luidt als volgt : "17ter. § 1. Het lidmaatschap wordt met terugwerkende kracht stopgezet bij personen die aangesloten zijn bij een zorgkas, in het tweetalige gebied Brussel-Hoofdstad wonen, en drie keer de bijdrage, vermeld in artikel 17, niet, slechts gedeeltelijk of laattijdig hebben betaald.
Het lidmaatschap wordt met terugwerkende kracht stopgezet op het einde van het laatste jaar waarvoor de bijdrage volledig en tijdig is betaald.
De aangeslotene kan tegen die ambtshalve stopzetting van zijn aansluiting verzet aantekenen bij de zorgkas waarbij hij is aangesloten. De minister bepaalt de nadere regels met betrekking tot de wijze waarop de ambtshalve stopzetting of het aantekenen van verzet dient te gebeuren. § 2. Op verzoek van de aangeslotene met woonplaats in het tweetalige gebied Brussel-Hoofdstad zet de zorgkas het lidmaatschap met terugwerkende kracht stop. § 3. Met behoud van de toepassing van § 1, en § 2, kunnen de reeds volledig of onvolledig betaalde bijdragen niet worden teruggevorderd. § 4. Als de persoon, vermeld in § 1 of § 2, zich na de stopzetting van zijn lidmaatschap met terugwerkende kracht, opnieuw aansluit bij een zorgkas, blijven artikel 5, 6°, en artikel 10, § 3, van het decreet van toepassing."
Art. 6.In artikel 19, § 1, van hetzelfde besluit, vervangen bij het besluit van de Vlaamse Regering van 14 november 2003, worden de woorden "via een door de minister te bepalen mutatieformulier" vervangen door de woorden "via een door het Fonds ter beschikking gesteld mutatieformulier".
Art. 7.Artikel 19ter, § 1, tweede lid, van hetzelfde besluit, ingevoegd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 19 mei 2006, wordt opgeheven.
Art. 8.Artikel 19quater van hetzelfde besluit, ingevoegd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 19 mei 2006, wordt vervangen door wat volgt : "
Art. 19quater.§ 1. In de hieronder vermelde situaties wordt de niet-betaling van de bijdrage, de gedeeltelijke betaling van de bijdrage of de laattijdige betaling van de bijdrage niet in aanmerking genomen voor het opleggen van een administratieve geldboete : 1° de aangeslotene verblijft ononderbroken en minstens van 1 maart tot en met 30 april van het jaar waarvoor de bijdrage verschuldigd is en waarvoor de bijdrage niet, gedeeltelijk of laattijdig wordt betaald, in een strafinstelling.Dit wordt bewezen met een attest van de betrokken strafinstelling; 2° de aangeslotene is ononderbroken en minstens van 1 maart tot en met 30 april van het jaar waarvoor de bijdrage verschuldigd is en waarvoor de bijdrage niet, gedeeltelijk of laattijdig wordt betaald, vermist, afwezig verklaard of van ambtswege afgevoerd.Dit wordt bewezen via een afdruk van het elektronisch rijksregisterbestand, met een attest van aangifte of een kopie van het vonnis van de rechtbank van eerste aanleg; 3° de aangeslotene is ononderbroken en minstens van 1 maart tot en met 30 april van het jaar waarvoor de bijdrage verschuldigd is en waarvoor de bijdrage niet, gedeeltelijk of laattijdig wordt betaald, het voorwerp van budgetbegeleiding of budgetbeheer door een Openbaar Centrum voor Maatschappelijk Welzijn of door een door de Vlaamse Gemeenschap erkende instelling voor schuldbemiddeling.De aangeslotene bewijst dit met een attest van het Openbaar Centrum voor Maatschappelijk Welzijn of van de erkende instelling; 4° het niet, gedeeltelijk of laattijdig betalen van de bijdrage is het gevolg van een fout van het Vlaams Zorgfonds, het rijksregister of de Kruispuntbank van de Sociale Zekerheid;5° het niet of niet tijdig ontvangen van de uitnodiging tot betaling van de bijdrage is het gevolg van een aantoonbare fout van de zorgkas. Dit wordt via een attest van de zorgkas bewezen; 6° de bijdrage staat uiterlijk 10 mei van het lopende jaar op de rekening van de zorgkas;7° tijdens het jaar van verandering van zorgkas indien de bijdrage uiterlijk 31 december van dat jaar wordt betaald;8° bij wijziging van het rijksregisternummer indien de bijdrage uiterlijk 31 december van het jaar in kwestie wordt betaald;9° als er tijdens het jaar waarvoor de bijdrage verschuldigd is, uiterlijk 30 april een aanvraag voor tenlasteneming of een positieve beslissing voor tenlasteneming is, en de bijdrage wordt betaald vóór 31 december van dat jaar;10° een buitenlands sociaal verzekerde of een Belgisch sociaal verzekerde met woonplaats buiten het Nederlandse taalgebied of het tweetalige gebied Brussel-Hoofdstad waarvoor een onderzoek loopt over de aansluitingsplicht bij het Vlaams Zorgfonds; 11° de bijdragen voor het eerste en tweede jaar na afsluiting door een zorgkas van personen die door een zorgkas afgesloten worden en die niet van zorgkas veranderen, worden betaald uiterlijk 31 december van het tweede jaar na het jaar van afsluiting door de zorgkas." § 2. Personen worden niet aangeschreven voor een administratieve geldboete als ze bij het Vlaams Zorgfonds gekend zijn als : 1) van ambtswege afgevoerd;2) vermist. § 3. In het kader van de regularisatiemogelijkheid, bedoeld in artikel 23quater van het decreet, wordt de niet betaling van de bijdragen, de gedeeltelijke betaling van de bijdragen of de laattijdige betaling van de bijdragen in de hieronder vermelde situaties niet in aanmerking genomen voor het opleggen van een administratieve geldboete : 1° de aangeslotene verblijft ononderbroken en minstens van 1 november 2005 tot en met 30 april 2006 in een strafinstelling.Dit wordt bewezen met een attest van de betrokken strafinstelling; 2° de aangeslotene is ononderbroken en minstens van 1 november 2005 tot en met 30 april 2006 vermist, afwezig verklaard of van ambtswege afgevoerd.Dit wordt bewezen via een afdruk van het elektronisch rijksregisterbestand, met een attest van aangifte of een kopie van het vonnis van de rechtbank van eerste aanleg; 3° de aangeslotene is ononderbroken en minstens van 1 november 2005 tot en met 30 april 2006 het voorwerp van budgetbegeleiding of budgetbeheer door een Openbaar Centrum voor Maatschappelijk Welzijn of door een door de Vlaamse Gemeenschap erkende instelling voor schuldbemiddeling.De aangeslotene bewijst dit met een attest van het Openbaar Centrum voor Maatschappelijk Welzijn of van de erkende instelling; 4° de regularisatiebijdragen staan uiterlijk 10 mei 2006 op de rekening van de zorgkas;5° bij verandering van zorgkas op 1 januari 2006 als de regularisatiebijdragen uiterlijk 31 december 2006 worden betaald.
Art. 9.In artikel 20 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse Regering van 25 oktober 2002, 13 december 2002, 9 mei 2003 en 19 mei 2006, worden de volgende wijzigingen aangepast : 1° in § 1, worden de woorden "op het ogenblik van zijn aanvraag voor tenlasteneming" vervangen door de woorden "op de datum, vermeld in artikel 10, § 1, van het decreet";2° § 4 wordt opgeheven.
Art. 10.In artikel 21, § 1, eerste lid, van hetzelfde besluit, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse Regering van 13 december 2002 en 19 mei 2006, worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° in het eerste lid worden de woorden "door de minister te bepalen aanvraagformulier" vervangen door de woorden "door het Fonds ter beschikking gesteld aanvraagformulier";2° er wordt een vierde lid toegevoegd, dat luidt als volgt : "Het ziekenfonds of de bij dit besluit erkende of gemachtigde voorzieningen of professionele zorgverleners kunnen ook een aanvraag voor de gebruiker indienen als zij daarvoor over de toestemming van de gebruiker of zijn vertegenwoordiger beschikken.De minister kan nadere regels bepalen met betrekking tot de wijze van indienen van de aanvraag voor de gebruiker."
Art. 11.In hoofdstuk V, afdeling V, van hetzelfde besluit, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse Regering van 13 december 2002 en 19 mei 2006, wordt een artikel 28bis ingevoegd, dat luidt als volgt : "
Art. 28bis.Retroactieve tenlastenemingen, vermeld in artikel 10, § 4, van het decreet, worden uitgevoerd onder de volgende voorwaarden : 1° retroactieve tenlastenemingen worden beperkt tot maximaal 6 maanden;2° de eerste maand retroactieve tenlasteneming wordt niet uitgevoerd;3° retroactieve tenlastenemingen worden niet uitgevoerd op basis van attesten of indicatiestellingen die, samen met een aanvraag van vóór 1 januari 2009, tot een positieve beslissing hebben geleid. Er is sprake van retroactieve tenlastenemingen als de datum van de aanvraag zich situeert in een maand die volgt op de datum van het recht op de opening van een tenlasteneming, vermeld in artikel 10, § 1, 1° en 2° van het decreet.
De minister bepaalt de administratieve formaliteiten waaraan voldaan moet worden om het recht op tenlastenemingen retroactief uit te voeren."
Art. 12.In artikel 32 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 2 december 2005, worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° in het eerste lid worden de woorden "de schorsingsperiode, bedoeld in artikel 16, § 1, vijfde lid, of § 2, tweede lid, in fine, of voor de schorsingsperiode, bedoeld in artikel 17, eerste lid, in fine, of voor beide schorsingsperiodes samengeteld" vervangen door de woorden "de periode van opschorting met verlies van rechten, vermeld in artikel 10, § 3, van het decreet"; 2° in het tweede lid wordt het woord "schorsingsperiode" vervangen door de woorden "periode van opschorting met verlies van rechten" 3° in het tweede lid wordt tussen de eerste en de tweede zin, de volgende zin ingevoegd : "De eerste maand van retroactieve tenlastenemingen, vermeld in artikel 10, § 4, van het decreet, is begrepen in de periode van opschorting met verlies van rechten of in de schorsing van tenlastenemingen omwille van andere redenen."
Art. 13.In artikel 32bis, eerste lid, ingevoegd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 2 december 2005, worden de woorden "schorsing, vermeld in artikel 6, § 1, vierde lid, van het decreet, de wachttijd, vermeld in artikel 10, § 1, tweede lid," vervangen door de woorden "opschorting met verlies van rechten, vermeld in artikel 10, § 3, van het decreet."
Art. 14.In hoofdstuk V, afdeling VII, van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 2 december 2005, wordt een artikel 32ter ingevoegd, dat luidt als volgt : "
Art. 32ter.§ 1. In de hieronder vermelde situaties wordt de niet-betaling van de bijdrage, de gedeeltelijke betaling van de bijdrage of de laattijdige betaling van de bijdrage niet in aanmerking genomen voor de opschorting met verlies van rechten : 1° de aangeslotene is ononderbroken en minstens van 1 maart tot en met 30 april van het jaar waarvoor de bijdrage verschuldigd is en waarvoor de bijdrage niet, gedeeltelijk of laattijdig wordt betaald, vermist, afwezig verklaard of van ambtswege afgevoerd.Dit wordt bewezen via een afdruk van het elektronisch rijksregisterbestand, met een attest van aangifte of een kopie van het vonnis van de rechtbank van eerste aanleg; 2° het niet, gedeeltelijk of laattijdig betalen van de bijdrage is het gevolg van een fout van het Vlaams Zorgfonds, het rijksregister of de Kruispuntbank van de Sociale Zekerheid;3° het niet of niet tijdig ontvangen van de uitnodiging tot betaling van de bijdrage is het gevolg van een aantoonbare fout van de zorgkas. Dit wordt via een attest van de zorgkas bewezen; 4° een buitenlands sociaal verzekerde of een Belgisch sociaal verzekerde met woonplaats buiten het Nederlandse taalgebied of het tweetalige gebied Brussel-Hoofdstad waarvoor een onderzoek loopt over de aansluitingsplicht bij het Vlaams Zorgfonds; 5° de bijdragen voor het eerste en tweede jaar na afsluiting door een zorgkas van personen die door een zorgkas afgesloten worden en die niet van zorgkas veranderen, worden betaald uiterlijk 31 december van het tweede jaar na het jaar van afsluiting door de zorgkas." § 2. In het kader van de regularisatiemogelijkheid, bedoeld in artikel 23quater van het decreet, wordt de niet betaling van de bijdragen, de gedeeltelijke betaling van de bijdragen of de laattijdige betaling van de bijdragen in de hieronder vermelde situaties niet in aanmerking genomen voor de opschorting met verlies van rechten : 1° de aangeslotene is ononderbroken en minstens van 1 november 2005 tot en met 30 april 2006 vermist, afwezig verklaard of van ambtswege afgevoerd.Dit wordt bewezen via een afdruk van het elektronisch rijksregisterbestand, met een attest van aangifte of een kopie van het vonnis van de rechtbank van eerste aanleg; 2° de regularisatiebijdragen staan uiterlijk 10 mei 2006 op de rekening van de zorgkas; 3° als bij een verandering van zorgkas op 1 januari 2006 de regularisatiebijdragen uiterlijk 31 december 2006 op de rekening van de zorgkas staan."
Art. 15.Artikel 46 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 14 december 2001, wordt vervangen door wat volgt : "De termijn van ononderbroken aansluiting, vermeld in artikel 5, 6°, van het decreet, is bij wijze van overgangsmaatregel : 1° drie jaar als de persoon vermeld in artikel 16, zich in het jaar 2004 bij een zorgkas heeft aangesloten en die aansluiting niet is gebeurd binnen zes maanden nadat hij had kunnen aansluiten; 2° vijf jaar als de persoon vermeld in artikel 16, zich in het jaar 2005 bij een zorgkas heeft aangesloten en die aansluiting niet is gebeurd binnen zes maanden nadat hij had kunnen aansluiten."
Art. 16.In artikel 4 van het besluit van de Vlaamse Regering van 1 september 2006 houdende de voorwaarden van de vaststelling, de uitbetaling en de terugvordering van de subsidies van de zorgkassen in het kader van de zorgverzekering, ingevoegd bij het besluit van 19 oktober 2007, wordt tussen het woord "gebeurt" en de woorden "als volgt" het woord "uiterlijk" ingevoegd.
Art. 17.In artikel 11, eerste lid, van hetzelfde besluit wordt de datum "31 maart" vervangen door de datum "15 juni".
Art. 18.De volgende regelingen worden opgeheven : 1° het ministerieel besluit van 30 januari 2004 houdende de bepaling van de formulieren in verband met de zorgverzekering;2° punt 28, punt 39bis, § 3 tot en met § 6, punt 39sexies en punt 39septies, van de enige bijlage bij het ministerieel besluit van 6 januari 2006 houdende de goedkeuring van de handleiding zorgverzekering.
Art. 19.Dit besluit treedt in werking op 1 januari 2009, met uitzondering van artikel 14 dat uitwerking heeft vanaf 1 mei 2006.
Art. 20.De Vlaamse minister, bevoegd voor de bijstand aan personen, is belast met de uitvoering van dit besluit.
Brussel, 16 januari 2009.
De minister-president van de Vlaamse Regering, K. PEETERS De Vlaamse minister van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin, V. HEEREN