Etaamb.openjustice.be
Besluit Van De Vlaamse Regering van 13 juli 2018
gepubliceerd op 07 september 2018

Besluit van de Vlaamse Regering tot vaststelling van de nadere regels over de rechten en plichten van begunstigden in hun contacten met uitbetalingsactoren en tot vaststelling van de regels voor de ambtshalve en gedwongen herziening van een beslissing tot toekenning van toelagen in het kader van het gezinsbeleid

bron
vlaamse overheid
numac
2018013430
pub.
07/09/2018
prom.
13/07/2018
ELI
eli/besluit/2018/07/13/2018013430/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

13 JULI 2018. - Besluit van de Vlaamse Regering tot vaststelling van de nadere regels over de rechten en plichten van begunstigden in hun contacten met uitbetalingsactoren en tot vaststelling van de regels voor de ambtshalve en gedwongen herziening van een beslissing tot toekenning van toelagen in het kader van het gezinsbeleid


DE VLAAMSE REGERING, Gelet op de Bijzondere Wet van 9 augustus 1980Relevante gevonden documenten type wet prom. 09/08/1980 pub. 11/10/2010 numac 2010000561 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Gewone wet tot hervorming der instellingen sluiten tot hervorming van de instellingen, artikel 20;

Gelet op het decreet van 27 april 2018Relevante gevonden documenten type decreet prom. 27/04/2018 pub. 31/07/2018 numac 2018040369 bron vlaamse overheid Decreet tot regeling van de toelagen in het kader van het gezinsbeleid sluiten tot regeling van de toelagen in het kader van het gezinsbeleid, artikel 64, § 6, artikel 65, § 6, artikel 79, vierde lid, artikel 80, tweede lid, artikel 83, tweede lid, artikel 84, tweede lid, artikel 85, vierde lid, artikel 86, eerste lid, artikel 87, vierde lid, artikel 88, eerste lid, artikel 89, derde lid, artikel 91, tweede lid, artikel 95, zesde lid, artikel 102 en artikel 103, § 2;

Gelet op het akkoord van de minister bevoegd voor begroting, gegeven op 14 maart 2018;

Gelet op advies 63.606/1 van de Raad van State, gegeven op 28 juni 2018, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de wetten op de Raad Van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;

Op voorstel van de Vlaamse minister van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin;

Na beraadslaging, Besluit : HOOFDSTUK 1. - Definities

Artikel 1.In dit besluit wordt verstaan onder: decreet van 27 april 2018Relevante gevonden documenten type decreet prom. 27/04/2018 pub. 31/07/2018 numac 2018040369 bron vlaamse overheid Decreet tot regeling van de toelagen in het kader van het gezinsbeleid sluiten: het decreet van 27 april 2018Relevante gevonden documenten type decreet prom. 27/04/2018 pub. 31/07/2018 numac 2018040369 bron vlaamse overheid Decreet tot regeling van de toelagen in het kader van het gezinsbeleid sluiten tot regeling van de toelagen in het kader van het gezinsbeleid;2° minister: de Vlaamse minister, bevoegd voor de bijstand aan personen;3° uitbetalingsactoren: de uitbetalingsactoren, vermeld in artikel 3, § 1, 45°, van het decreet van 27 april 2018Relevante gevonden documenten type decreet prom. 27/04/2018 pub. 31/07/2018 numac 2018040369 bron vlaamse overheid Decreet tot regeling van de toelagen in het kader van het gezinsbeleid sluiten. HOOFDSTUK 2. - Rechten en plichten van de begunstigden in hun contacten met uitbetalingsactoren

Art. 2.Dienstige inlichtingen als vermeld in artikel 79, eerste en tweede lid, van het decreet van 27 april 2018Relevante gevonden documenten type decreet prom. 27/04/2018 pub. 31/07/2018 numac 2018040369 bron vlaamse overheid Decreet tot regeling van de toelagen in het kader van het gezinsbeleid sluiten, omvatten alle gegevens die de verzoeker duidelijkheid kunnen verschaffen over zijn individuele situatie betreffende de toelagen in het kader van het gezinsbeleid. Die gegevens hebben minstens betrekking op de toekenningsvoorwaarden en op het behoud van de toekenning, alsook op de elementen waarmee rekening wordt gehouden om het bedrag van de toelagen te bepalen.

De termijn van 45 dagen, vermeld in artikel 79, tweede lid, van het voormelde decreet, gaat in op de datum waarop de uitbetalingsactor die bevoegd is om erop te antwoorden, het verzoek om inlichtingen heeft geregistreerd. De uitbetalingsactor registreert het verzoek onmiddellijk nadat hij het heeft ontvangen.

Art. 3.De uitbetalingsactoren communiceren met elke persoon die om informatie verzoekt als vermeld in artikel 79 van het decreet van 27 april 2018Relevante gevonden documenten type decreet prom. 27/04/2018 pub. 31/07/2018 numac 2018040369 bron vlaamse overheid Decreet tot regeling van de toelagen in het kader van het gezinsbeleid sluiten, of met elke persoon die om raad vraagt als vermeld in artikel 80 van het voormelde decreet, via elektronische communicatie, brief, telefoon of fax.

Als de uitbetalingsactor de vraag of het verzoek schriftelijk ontvangt binnen veertien dagen na de datum waarop de vraag of het verzoek gedateerd is, neemt hij die datum in aanmerking. In alle andere gevallen geldt de datum van ontvangst van de schriftelijke communicatie.

Art. 4.De kennisgevingen en de vermeldingen, vermeld in artikel 83, eerste lid, en artikel 89, eerste lid, van het decreet van 27 april 2018Relevante gevonden documenten type decreet prom. 27/04/2018 pub. 31/07/2018 numac 2018040369 bron vlaamse overheid Decreet tot regeling van de toelagen in het kader van het gezinsbeleid sluiten, zijn niet vereist: 1° als de beslissing uitsluitend betrekking heeft op een indexering;2° als het gaat om beslissingen tot betaling van prestaties als die betalingen alleen de herhaalde uitvoering zijn van een eerdere beslissing die is meegedeeld conform artikel 83, eerste lid, van het voormelde decreet;3° als de beslissing betrekking heeft op de toekenning van een leeftijdsbijslag, vermeld in artikel 210 van het voormelde decreet, als de eerste leeftijdstoeslag wordt toegekend of als een wijziging van het bedrag van de betaalde leeftijdstoeslag met niets anders verband houdt dan met de leeftijd van het kind. De minister kan bijkomend bepalen op welke toelagen in het kader van het gezinsbeleid artikel 89, eerste lid, van het voormelde decreet niet van toepassing is, onder dezelfde voorwaarden als deze vermeld in het eerste lid.

Art. 5.Het schriftelijke verzoek tot rechtentoekenning, vermeld in artikel 84 van het decreet van 27 april 2018Relevante gevonden documenten type decreet prom. 27/04/2018 pub. 31/07/2018 numac 2018040369 bron vlaamse overheid Decreet tot regeling van de toelagen in het kader van het gezinsbeleid sluiten, kan ingediend worden per brief, via elektronische communicatie, fax of telefoon of door het af te geven aan het loket van de uitbetalingsactor.

Een telefonisch verzoek van de begunstigde, zoals vermeld in het eerste lid, kan aanleiding geven tot de toekenning van de toelagen in het kader van het gezinsbeleid. Dat verzoek wordt door de uitbetalingsactor schriftelijk of elektronisch aan de begunstigde bevestigd. De datum van bevestiging geldt als datum van het schriftelijke verzoek.

De communicatie via e-mail, telefoon of fax wordt alleen aanvaard als de identiteit van de afzender met zekerheid vaststaat.

Art. 6.Het interne beleid voor de behandeling van verzoeken, als vermeld in artikel 85, vierde lid, van het decreet van 27 april 2018Relevante gevonden documenten type decreet prom. 27/04/2018 pub. 31/07/2018 numac 2018040369 bron vlaamse overheid Decreet tot regeling van de toelagen in het kader van het gezinsbeleid sluiten, voldoet minstens aan al de volgende kwaliteitsvereisten: 1° bij het onderzoek van het recht op toelagen in het kader van het gezinsbeleid worden alle betrokken actoren in het kadaster geïntegreerd, volgens de regels die bij of krachtens artikel 7, § 1, § 2 en § 4 van het voormelde decreet en overeenkomstig artikel 7 en artikel 28, 7° van het decreet van 7 juli 2017 tot oprichting van een publiekrechtelijk vormgegeven extern verzelfstandigd agentschap voor de Uitbetaling van Toelagen in het kader van het Gezinsbeleid, tot vaststelling van vergunningsnormen voor private uitbetalingsactoren en tot wijziging van het decreet van 30 april 2004Relevante gevonden documenten type decreet prom. 30/04/2004 pub. 07/06/2004 numac 2004035799 bron ministerie van de vlaamse gemeenschap Decreet tot oprichting van het intern verzelfstandigd agentschap met rechtspersoonlijkheid Kind en Gezin sluiten betreffende de oprichting van het intern verzelfstandigd agentschap met rechtspersoonlijkheid Kind en Gezin zijn vastgesteld;2° de uitbetalingsactor bezorgt binnen vijftien dagen na de ontvangst van het verzoek een ontvangstbevestiging aan de begunstigde.Die ontvangstbevestiging vermeldt de onderzoekstermijn, de identificatiegegevens van de begunstigde en de contactgegevens van de uitbetalingsactor.

In het eerste lid wordt verstaan onder kadaster: het register van persoonsgegevens voor de toelagen in het kader van het gezinsbeleid, vermeld in artikel 7/1, eerste lid, 5°, van het decreet van 30 april 2004Relevante gevonden documenten type decreet prom. 30/04/2004 pub. 07/06/2004 numac 2004035799 bron ministerie van de vlaamse gemeenschap Decreet tot oprichting van het intern verzelfstandigd agentschap met rechtspersoonlijkheid Kind en Gezin sluiten betreffende de oprichting van het intern verzelfstandigd agentschap met rechtspersoonlijkheid Kind en Gezin.

Art. 7.Voor de toepassing van artikel 86 en 87 van het decreet van 27 april 2018Relevante gevonden documenten type decreet prom. 27/04/2018 pub. 31/07/2018 numac 2018040369 bron vlaamse overheid Decreet tot regeling van de toelagen in het kader van het gezinsbeleid sluiten, kan respectievelijk de behandelings- en betalingstermijn van een verzoek tot toekenning van toelagen in het kader van het gezinsbeleid tijdelijk tot respectievelijk maximaal acht en vier maanden verlengd worden als een wijziging van de regelgeving over de toelagen in het kader van gezinsbeleid een tijdelijke sterke toename aan verzoeken of noodzakelijke ambtshalve aanpassingen tot gevolg heeft.

De behandelingstermijn van een verzoek kan naast het geval, vermeld in het eerste lid, tot ten hoogste acht maanden worden verlengd als er significante problemen optreden bij het proces van datakoppeling en uitwisseling van gegevens dat noodzakelijk is voor de automatische rechtentoekenning.

De minister bepaalt wat onder een tijdelijke sterke toename aan verzoeken als vermeld in het eerste lid, en significante problemen bij het proces als vermeld in het tweede lid, wordt verstaan.

Art. 8.Het formulier dat de uitbetaling aan de begunstigde bevestigt, vermeld in artikel 88 van het decreet van 27 april 2018Relevante gevonden documenten type decreet prom. 27/04/2018 pub. 31/07/2018 numac 2018040369 bron vlaamse overheid Decreet tot regeling van de toelagen in het kader van het gezinsbeleid sluiten, omvat de volgende gegevens: 1° de omschrijving van de aard van de prestatie;2° de periode waarin de prestatie is uitgevoerd;3° het totale bedrag dat uitbetaald wordt, met een overzicht van de toegekende bedragen van de toelagen per kind;4° het tijdstip waarop de toelagen uitbetaald worden;5° de motivering en de decretale of reglementaire bepaling waarop de betaling is gegrond;6° het rekeningnummer van de begunstigde waarop de toelagen zullen worden gestort. De minister kan bepalen onder welke voorwaarden categorieën van beslissingen die door of met behulp van informaticaprogramma's zijn genomen, als een akte ontbreekt, geacht worden gemotiveerd te zijn.

Art. 9.Overeenkomstig artikel 91 van het decreet van 27 april 2018Relevante gevonden documenten type decreet prom. 27/04/2018 pub. 31/07/2018 numac 2018040369 bron vlaamse overheid Decreet tot regeling van de toelagen in het kader van het gezinsbeleid sluiten, worden de mededelingen, vermeld in het voormelde artikel, elektronisch of schriftelijk gedaan.

In afwijking van het eerste lid worden mededelingen met aangetekende zendingen of elektronische kennisgevingen met ontvangstmelding alleen gebruikt als dat wettelijk of reglementair bepaald is of als dat noodzakelijk is om de begunstigde te informeren.

Als de uitbetalingsactor, nadat hij de mededeling vermeld in het derde lid, heeft verzonden, de aangetekende zending krijgt teruggestuurd of geen ontvangstbewijs van de elektronisch verstuurde mededeling heeft verkregen, bezorgt hij de mededeling aan de begunstigde via gewone schriftelijke of elektronische post. HOOFDSTUK 3. - Verjaring

Art. 10.De schorsing, vermeld in artikel 95, zesde lid, van het decreet van 27 april 2018Relevante gevonden documenten type decreet prom. 27/04/2018 pub. 31/07/2018 numac 2018040369 bron vlaamse overheid Decreet tot regeling van de toelagen in het kader van het gezinsbeleid sluiten, vangt aan op de datum waarop de aangetekende zending, waarvoor de postdatum als bewijs geldt, naar de geschillencommissie of de bevoegde rechtbank is gestuurd, of, bij gebrek daaraan, op de datum van het ontvangstbewijs dat de geschillencommissie of rechtbank heeft afgeleverd aan de persoon die de rechtsvordering instelt.

De schorsing eindigt als de beslissing van de geschillencommissie definitief is geworden of als de beslissing van de bevoegde rechtbank in kracht van gewijsde is gegaan. HOOFDSTUK 4. - Intrest

Art. 11.De intrest, vermeld in artikel 102 van het decreet van 27 april 2018Relevante gevonden documenten type decreet prom. 27/04/2018 pub. 31/07/2018 numac 2018040369 bron vlaamse overheid Decreet tot regeling van de toelagen in het kader van het gezinsbeleid sluiten, wordt voor elke schuldvordering afzonderlijk berekend.

De intrest van een toelage maakt deel uit van de toelagen in het kader van het gezinsbeleid, vermeld in artikel 3, § 1, 44°, van het voormelde decreet. De intrest wordt afgerond conform artikel 4 van het voormelde decreet.

De wettelijke intrestvoet die wordt vastgelegd conform artikel 2, § 1, van de wet van 5 mei 1865Relevante gevonden documenten type wet prom. 05/05/1865 pub. 06/09/2011 numac 2011000565 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de lening tegen intrest sluiten betreffende lening tegen intrest, is van toepassing. HOOFDSTUK 5. - Terugvordering

Art. 12.Als de uitbetalingsactor wijzigt als vermeld in artikel 64, § 2, en artikel 65, § 2, van het decreet van 27 april 2018Relevante gevonden documenten type decreet prom. 27/04/2018 pub. 31/07/2018 numac 2018040369 bron vlaamse overheid Decreet tot regeling van de toelagen in het kader van het gezinsbeleid sluiten, worden de onverschuldigde betalingen, vermeld in artikel 103 van het voormelde decreet, teruggevorderd door de nieuwe actieve uitbetalingsactor in het voordeel van de vorige bevoegde uitbetalingsactor. De vorige bevoegde uitbetalingsactor blijft instaan voor de opvolging van de schuld.

Art. 13.De schuldenaar aan wie een beslissing tot terugvordering van het onverschuldigd betaalde bedrag is meegedeeld, kan bij de uitbetalingsactor, waarbij de schuld is ontstaan, een verzoek indienen om van die terugvordering af te zien. De uitbetalingsactor die dat verzoek ontvangt, stuurt een ontvangstbewijs naar de begunstigde.

Een verzoek, in de zin van het eerste lid, om af te zien van de terugvordering van het onverschuldigd betaalde bedrag kan alleen ingewilligd worden als de schuldenaar voldoet aan de volgende twee voorwaarden: 1° te goeder trouw zijn; 2 zich in een onzekere financiële situatie bevinden.

In het tweede lid, 1°, wordt verstaan onder te goeder trouw: het niet weten of redelijkerwijze niet kunnen weten dat men ten onrechte toelagen in het kader van het gezinsbeleid ontvangen heeft.

De financiële situatie, vermeld in het tweede lid, 2°, wordt beoordeeld op basis van de bestaansmiddelen van het gezin.

Als de bestaansmiddelen van de schuldenaar en van een eventuele echtgenoot, persoon met wie de schuldenaar wettelijk samenwoont of persoon met wie de schuldenaar een feitelijk gezin vormt opgeteld zijn, wordt een forfaitaire vermindering toegekend voor de echtgenoot, persoon met wie de schuldenaar wettelijk samenwoont of persoon met wie de schuldenaar een feitelijk gezin vormt en voor elk kind van het gezin dat kinderbijslag ontvangt. Het bedrag wordt vergeleken met de maximum- en minimumgrens, vermeld in artikel 1409, § 1, van het Gerechtelijk Wetboek. Bevindt de schuldenaar zich onder de minimumgrens dan wordt afgezien van terugvordering. Bevindt de schuldenaar zich boven de maximumgrens dan is afzien van de terugvordering niet mogelijk. Tussen die twee grenzen kan gradueel afgezien worden van de terugvordering van de onverschuldigde betaling.

De minister stelt de tussenliggende grenzen vast alsook de graduele terugvordering die op deze basis mogelijk is.

Als bestaansmiddelen, zoals vermeld in het vierde lid, worden beschouwd alle gelden van welke aard ook waarover het gezin van de schuldenaar beschikt, behalve de toelagen in het kader van het gezinsbeleid en andere gezinsuitkeringen die de schuldenaar zelf en de personen aangeduid in het voorgaande lid ontvangen.

De forfaitaire vermindering uit het vijfde lid bedraagt 224 euro en wordt geïndexeerd overeenkomst artikel 4, § 1 van het decreet van 27 april 2018Relevante gevonden documenten type decreet prom. 27/04/2018 pub. 31/07/2018 numac 2018040369 bron vlaamse overheid Decreet tot regeling van de toelagen in het kader van het gezinsbeleid sluiten.

De minister bepaalt op welke wijze de bestaansmiddelen gecontroleerd worden om een onzekere financiële situatie als vermeld in het tweede lid, 2°, vast te stellen.

In het vierde lid wordt feitelijk gezin gebruikt zoals beschreven in artikel 1, 2°, van het besluit van de Vlaamse Regering tot vaststelling van de nadere regels voor het toekennen van een sociale toeslag.

Art. 14.De uitbetalingsactor kan afzien van de terugvordering van een onverschuldigd betaald bedrag van minder dan vijftig euro als het bedrag niet teruggevorderd kan worden via inhoudingen op later verschuldigde toelagen in het kader van het gezinsbeleid.

Art. 15.De uitbetalingsactor verzaakt ambtshalve aan de terugvordering als het bedrag kleiner is dan 200 euro, wanneer de terugvordering overeenkomstig artikel 103, § 1, lid 2 bij dwangbevel dient te worden uitgevoerd.

Art. 16.De uitbetalingsactor kan niet afzien van de terugvordering van het onverschuldigd betaalde bedrag, conform artikel 13 tot en met 15, als het terug te vorderen bedrag te wijten is aan vastgestelde fraude in hoofde door de schuldenaar.

Art. 17.Dit besluit treedt in werking op 1 januari 2019.

Art. 18.De Vlaamse minister, bevoegd voor de bijstand aan personen, is belast met de uitvoering van dit besluit.

Brussel, 13 juli 2018.

De minister-president van de Vlaamse Regering, G. BOURGEOIS De Vlaamse minister van Onderwijs, H. CREVITS De Vlaamse minister van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin, J. VANDEURZEN

^