Etaamb.openjustice.be
Besluit Van De Vlaamse Regering van 13 februari 2015
gepubliceerd op 10 april 2015

Besluit van de Vlaamse Regering tot erkenning van de beroepskwalificatie schilder-decorateur

bron
vlaamse overheid
numac
2015035386
pub.
10/04/2015
prom.
13/02/2015
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

13 FEBRUARI 2015. - Besluit van de Vlaamse Regering tot erkenning van de beroepskwalificatie schilder-decorateur


De Vlaamse Regering, Gelet op het decreet van 30 april 2009Relevante gevonden documenten type decreet prom. 30/04/2009 pub. 16/07/2009 numac 2009035656 bron vlaamse overheid Decreet betreffende de kwalificatiestructuur sluiten betreffende de kwalificatiestructuur, artikel 12, vervangen bij het decreet van 1 juli 2011;

Gelet op het erkenningsadvies van het Agentschap voor Kwaliteitszorg in Onderwijs en Vorming, gegeven op 6 januari 2015;

Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën, gegeven op 21 januari 2015;

Op voorstel van de Vlaamse minister van Onderwijs en de Vlaamse minister van Werk, Economie, Innovatie en Sport;

Na beraadslaging, Besluit :

Artikel 1.De beroepskwalificatie van schilder-decorateur, ingeschaald op niveau 3 van de Vlaamse kwalificatiestructuur, wordt erkend. De beschrijving, opgenomen in de bijlage die bij dit besluit is gevoegd, omvat de definitie en de bijbehorende competenties.

Art. 2.De Vlaamse minister, bevoegd voor het onderwijs, en de Vlaamse minister, bevoegd voor het tewerkstellingsbeleid, zijn, ieder wat hem of haar betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.

Brussel, 13 februari 2015.

De minister-president van de Vlaamse Regering, G. BOURGEOIS De Vlaamse minister van Onderwijs, H. CREVITS De Vlaamse minister van Werk, Economie, Innovatie en Sport, Ph. MUYTERS

Bijlage.

Beschrijving van de beroepskwalificatie van schilder-decorateur (m/v) (BK0152) als vermeld in artikel 1. 1. GLOBAAL a.Titel `Schilder-decorateur (m/v)' b. Definitie `Een schilder-decorateur voert schilderwerk uit en brengt wand- en vloerbekledingen aan teneinde woningen en bouwwerken te beschermen en te verfraaien.' c. Niveau 3 d.Jaartal 2015 2. COMPETENTIES 2.1 Opsomming competenties BASISACTIVITEITEN ?Werkt in teamverband (co 00985) - Communiceert effectief en efficiënt - Wisselt informatie uit met collega's en verantwoordelijken - Overlegt over de voorbereiding, uitvoering en afwerking van de opdracht - Rapporteert aan leidinggevenden - Werkt efficiënt samen met collega's - Volgt aanwijzingen van verantwoordelijken op - Past zich flexibel aan (verandering van collega's, ...) ? Werkt met oog voor kwaliteit (co 00986) - Evalueert zijn eigen werkzaamheden kwalitatief en kwantitatief, en stuurt desnoods bij - Gaat zuinig om met materialen, gereedschappen en tijd en vermijdt verspilling - Houdt zich aan de regels voor traceerbaarheid van producten en uitgevoerde werken door het bijhouden van de etiketten en markering van de gebruikte materialen ? Werkt met oog voor welzijn, veiligheid en milieu (co 00987) - Herkent en signaleert gevaarlijke situaties, neemt gepaste maatregelen bij ongelukken en meldt ongevallen en incidenten volgens interne procedures - Past de voorschriften met betrekking tot netheid en hygiëne toe - Werkt ergonomisch - Controleert de aanwezigheid van en gebruikt PBM's en CBM's (1) volgens de specifieke voorschriften - Ziet er op toe dat veiligheids- en milieuvoorschriften worden gerespecteerd - Herkent, voorkomt en beschermt tegen specifieke risico's zoals gevaarlijke en schadelijke stoffen (cement en hulpstoffen, kwarts-en houtstof, asbesthoudende producten, ...), lawaai, brand en explosies - Sorteert afval volgens de richtlijnen en vraagt om informatie in geval van twijfel - Gebruikt water voor taken en schoonmaak efficiënt ? Gebruikt machines en gereedschappen (co 00988) - Selecteert te gebruiken machines en gereedschappen - Controleert de machines en gereedschappen voor gebruik - Gebruikt machines en gereedschappen op een veilige en efficiënte manier - Onderhoudt en reinigt de machines en gereedschappen na gebruik ? Organiseert zijn werkplek veilig en ordelijk (co 00989) - Ontvangt en begrijpt de opdracht - Richt de eigen werkplek in volgens voorschriften en/of instructies en houdt daarbij rekening met de algemene bouwplaatsorganisatie en de logische werkvolgorde ? Werkt op hoogte (co 00990) - Monteert en demonteert steigers volgens de instructies en veiligheidsregels - Controleert de steigerklasse en doet een visuele controle van een steiger voor ingebruikname - Herkent en signaleert gebreken van de steiger en de steigeronderdelen aan de bevoegde persoon - Voert de gepaste verankeringen uit - Gebruikt ladders volgens de veiligheidsregels - Installeert vangnetten en geschikte randbeveiliging - Gebruikt beschermingsmiddelen (PBM's en CBM's) - Bouwt goederenliften op en zekert die - Bedient de goederenlift - Gebruikt hefplatformen volgens voorschriften ? Beheert het materiaal en het materieel (co 00991) - Neemt leveringen in ontvangst en controleert op hoeveelheid en kwaliteit - Stockeert het materieel en de materialen op de daartoe voorziene plaats ? Houdt werkadministratie bij (co 00992) - Houdt planning en werkdocumenten bij SPECIFIEKE ACTIVITEITEN ? Plant de schilder- of decoratiewerkzaamheden (co 00972) - Leest en begrijpt plannen, werktekeningen of werkopdrachten om te bepalen welke oppervlakken welke bekleding krijgen - Controleert de aard en de staat van de ondergrond van de te behandelen oppervlakken - Meet op de bouwplaats op, of berekent op plan de nodige hoeveelheden materiaal voor een bepaald werk - Bepaalt de uitvoeringsfases en maakt een planning op van het verloop van de eigen werkzaamheden - Voorziet PBM's voor het behandelen met of het opbergen van gevaarlijke stoffen ? Bereidt de werkplek voor (co 00973) - Beoordeelt de bereikbaarheid van de te bewerken constructies en oppervlakken en plaatst indien nodig rolstellingen of steigers - Verplaatst niet te behandelen delen - Dekt niet te behandelen en niet-verplaatsbare delen af - Optimaliseert de omstandigheden op de werkplek - Bepaalt welk werk in open lucht uitgevoerd kan worden - Stelt het materieel op voor de oppervlaktevoorbereiding en/of de werken - Controleert de klimatologische omstandigheden - Plaatst de signalisatie en brengt waarschuwingstekens aan ? Bereidt de te beschilderen of te decoreren oppervlakken voor (co 00974) - Ontkorrelt nieuwe oppervlakken - Verwijdert losse verf-film van reeds geverfd of beklede oppervlakken d.m.v. afsteken, decaperen, schuren, ... - Verwijdert oude bekledingen manueel of mechanisch - Behandelt indien nodig scheuren - Vult barsten en andere onvolmaaktheden op - Plamuurt - Egaliseert tot een glad oppervlak - Schuurt (en ontroest indien nodig) het oppervlak mechanisch en/of manueel - Maakt het oppervlak stofvrij - Reinigt het oppervlak met detergenten of oplosmiddelen - Meet de vochtigheid van de ondergrond - Maakt de ondergrond vochtvrij - Brengt indien nodig lucht-, water en dampdichte lagen aan (coatings, dampscherm, ...) - Plaatst eventueel vochtwerend en/of akoestisch en/of thermisch isolatiemateriaal aan - Brengt fixeer-, impregneer- of aanhechtingsmiddelen aan ? Bereidt de verf voor (co 00975) - Leest de gebruiksaanwijzingen van de gebruikte producten - Maakt verf aan - Voegt eventueel pigment, oliën, een verharder of een verdunner toe aan de verf - Mengt de verf - Bepaalt de viscositeit van de verf - Zet de aangemaakte verf klaar ? Schildert manueel (co 00976) - Gaat na welke behandeling de ondergrond heeft gekregen - Kiest het type rol, borstel of spatel in functie van de uit te voeren werken - Brengt een grondlaag of fixeermiddel aan met rol of borstel of spatel - Kit af - Brengt tussenlagen aan met rol of borstel - Schuurt - Brengt de afdeklaag aan met rol, borstel of spatels ? Schildert met een verfpistool (co 00977) - Gaat na welke behandeling de ondergrond heeft gekregen - Kiest het type verfpistool in functie van de uit te voeren werken - Stelt het verfpistool af en probeert het uit - Brengt de grondlaag (primer) aan - Brengt de andere bedekkende lagen (tussenlagen, eindlaag) aan met het geschikte verfpistool - Brengt de impregneerlaag al dan niet aangekleurd aan met een verfpistool - Brengt de transparante afwerklagen aan ? Voert decoratieve schilderwerken uit (co 00978) - Zoekt kleurtonen en stelt kleuren samen volgens monsters - Voert imitaties en decoratief schilderwerk met effecten uit - Voert gewapend, structuur- of veelkleurig schilderwerk uit ? Brengt ornamenten en sierlijsten aan (co 00979) - Herkent decoratiestijlen - Selecteert de aan te brengen ornamenten en sierlijsten - Brengt ornamenten en sierlijsten aan ? Brengt wandbekledingen aan (co 00980) - Leest de plaatsingsvoorschriften - Maakt een behangplan - Selecteert de lijm (kant-en-klaar of aan te maken) - Knipt of snijdt het bekledingsmateriaal op lengte, rekening houdend met motieven, tekeningen en uitsparingen - Lijmt het bekledingsmateriaal in - Brengt het bekledingsmateriaal aan, rekening houdend met motieven, tekeningen en uitsparingen - Strijkt de bekleding aan en voorkomt luchtbellen - Verwijdert lijmresten - Plaatst indien nodig profielen ? Plaatst soepele vloerbekledingen (co 00981) - Laat de vloerbekleding acclimatiseren - Brengt de lijmlaag aan - Snijdt de vloerbekleding tot de gewenste afmetingen, rekening houdend verbanden, motieven, tekeningen en uitsparingen - Legt de vloerbekleding, rekening houdend met verbanden, motieven, tekeningen en uitsparingen - Strijkt de bekleding aan en voorkomt luchtbellen - Zet de naden aan met de gepaste techniek (spannen, frezen, lassen) - Plaatst en/of last de plinten - Werkt de vloerbekleding af ? Plaatst raamdecoratie (co 00982) - Selecteert de raamdecoratie en bevestigingen - Brengt indien nodig bevestigingen op maat - Plaatst de bevestigingen - Plaatst de raamdecoratie ? Onderhoudt en reinigt het materieel (co 00983) - Onderhoudt en reinigt de steigers - Onderhoudt en reinigt beschermingsmiddelen - Reinigt het materieel met oplos- of verdunningsmiddelen bij het overgaan op een andere bewerking, een andere verfsoort, enz. - Reinigt het gereedschap met oplos- of verdunningsmiddelen bij het beëindigen van de werkzaamheden ? Rondt de werkzaamheden af (co 00984) - Recycleert gebruikte verven, verdunners, verharders, versnellers en verpakkingen en ander afval volgens de voorschriften - Controleert de beschermingsmiddelen en bergt deze op - Laat de werkplek ordelijk en net achter - Plaatst de weggehaalde voorwerpen terug - Verwijdert de bescherming van niet te behandelen delen 2.2 Beschrijving van de competenties/activiteiten aan de hand van de descriptorelementen 2.2.1 Kennis - Basiskennis van milieuzorgsystemen - Basiskennis rekenen (inhoudsmaten, soortelijk gewicht, ...) - Basiskennis meetkunde (oppervlakten, volumes,...) - Basiskennis van fysische en chemische verschijnselen i.v.m. gebouwen (porositeit, capillariteit, condensatie, salpeter, verzeping, alkaliteitsgraad, carbonatatie, chloride-indringing, corrosie, uitzetting en inkrimping van materialen, vorming van schimmels, mossen en houtziekten) - Basiskennis van de functies in een woonruimte - Basiskennis van de principes van thermische en akoestische isolatie - Basiskennis van plaatsing en bevestigingsmethodes voor water-, lucht- en dampschermen - Basiskennis van water-, lucht- en dampschermen - Kennis van de bouwplaatsorganisatie - Kennis veiligheids-, gezondheids-, hygiëne- en welzijnsvoorschriften - Kennis van specifieke risico's van asbest, hout- en kwartsstof en andere gevaarlijke producten - Kennis van specifieke risico's bij het gebruik van solventen, de grenswaarden voor blootstelling en de nodige preventiemaatregelen - Kennis van specifieke risico's van elektriciteit, lawaai, trillingen, brand en explosies - Kennis van veilige en ergonomische hef-, til- en werktechnieken - Kennis van de voorschriften voor het veilig werken op hoogte - Kennis van PBM's en CBM's (2) - Kennis van (veiligheids)pictogrammen - Kennis van de voorschriften rond afvalbeheer en recyclage - Kennis van een geoptimaliseerd verbruik en recuperatie van water, materialen en energie - Kennis van werkdocumenten - Kennis van technische voorschriften en aanbevelingen in functie van de eigen werkzaamheden - Kennis van milieuvoorschriften in functie van de eigen werkzaamheden - Kennis van controle- en meetmethoden en -instrumenten - Kennis van kwaliteitsnormen, waarden en toleranties - Kennis van vakterminologie - Kennis van decoratiestijlen, met het oog op het gevraagde type verfraaiing - Kennis van de staat van het oppervlak : nieuw, oud, beschadigd, aangetast door vocht, roest, schimmel, alkaliteit, parasieten, ... - Kennis van soorten, gebruik en toepassingen van decapeer- en schuurmiddelen - Kennis van vochtproblematiek (hoe te herkennen, op te meten en te behandelen) - Kennis van materialen- en producten in functie van de ondergrond, of i.f.v de afwerklaag - Kennis van de principes van lucht-, water- en dampdichting - Kennis van lijmsoorten en hun toepassing en veiligheidsvoorschriften - Kennis van de verschillende soorten wand- en vloerbekleding - Kennis van de al dan niet toe te passen "inweektijd" - Kennis van de verschillende soorten raamdecoratie - Kennis van de verschillende uitlijn- en plaatsingsgereedschappen voor bekledingen - Kennis van de verschillende plaatsingswijzen voor bekleding : stotend of overlappend en dubbel-doorsnijden - Kennis van versnijdingsvoorschriften van bekleding - Kennis van gebruikte isolatiematerialen - Kennis van het legplan, plaatsingsvoorschriften en de richtlijnen van de fabrikant van gebruikte materialen - Kennis van plaatsings- en uitvoeringstechnieken van soepele vloerbekleding (spannen, frezen, lassen,...) - Kennis van de plaatsings- en uitvoeringstechnieken voor plinten en profielen - Kennis van de plaatsings- en uitvoeringstechnieken voor raamdecoratie - Grondige kennis van de aard van de ondergrond en implicaties voor de schilder- en decoratiewerken en de voorbereiding - Grondige kennis van de opeenvolgende stappen bij schilder- en decoratiewerk - Grondige kennis van oliën, oplos- en verdunnings- en verhardingsmiddelen : toepassingen en veiligheids- en recyclagevoorschriften - Grondige kennis van verven : toepassingsmogelijkheden, beschikbaarheid in de handel, kwalitatieve kenmerken, uitzicht, mengverhoudingen, pigmenten, kleurbenamingen, verenigbaarheid, neveneffecten, vuurbestendigheid of onbrandbaarheid, veiligheids- en recyclagevoorschriften,... - Grondige kennis van de gebruikte gereedschappen en machines : kenmerken, gebruiksaanwijzing en toepassingsgebied 2.2.2 Vaardigheden Cognitieve vaardigheden - Het mondeling en/of schriftelijk kunnen rapporteren met de leidinggevende - Het efficiënt kunnen communiceren met collega's, klanten en derden : kunnen overleggen over de voorbereiding, uitvoering en afwerking van de opdracht en afstemmen van de eigen werkzaamheden op de activiteiten van anderen (bouwteam) - Het kunnen controleren van de aanwezigheid van en kunnen gebruiken van PBM's en CBM's volgens de specifieke voorschriften - Het kunnen herkennen, voorkomen en beschermen tegen specifieke risico's van gevaarlijke stoffen (solventen, cement en hulpstoffen, hout- en kwartsstof, asbesthoudende producten, ...) - Het kunnen herkennen, voorkomen en beschermen tegen specifieke risico's zoals lawaai, trillingen, brand en explosies - Het kunnen herkennen en signaleren van gevaarlijke situaties, nemen van gepaste maatregelen bij ongelukken en melden van ongevallen en incidenten - Het kunnen opzoeken en raadplegen van beschikbare en betrouwbare informatiebronnen; - Het kunnen uitvoeren van de werkopdracht volgens de planning en timing - Het kunnen bepalen van de benodigde materialen, gereedschappen en machines - Het kunnen inrichten van de eigen werkplek volgens voorschriften en/of instructies en rekening houdend met de algemene bouwplaatsorganisatie en de logische werkvolgorde - Het zorgzaam, efficiënt en veilig kunnen omgaan met materialen, gereedschappen en machines - Het kunnen sorteren van afval volgens de richtlijnen - Het kunnen lezen en begrijpen van werkdocumenten (werkopdracht, voorstudie, bestek, werkplan,...) - Het kunnen controleren van leveringen op basis van de bestelstaat - Het kunnen berekenen van oppervlakten, volumes en hoeveelheden - Het kunnen controleren van de hoeveelheden, de kwaliteit en de houdbaarheid, en de correcte opslag van de vereiste materialen en materieel - Het kunnen vaststellen van de aard en de staat van de ondergronden (vlakheid, effenheid, zuurtegraad, vochtigheidsgraad,...) - Het kunnen gebruiken van een vochtmeter en pH-meter - Het kunnen vochtvrij maken van de ondergrond - Het kunnen opstellen en opvolgen van de planning. - Het kunnen herkennen en benoemen van producten, handgereedschap, apparatuur en machines. - Het kunnen lezen en begrijpen van de etiketten, veiligheids- en gezondheidsfiches, pictogrammen en de veiligheidsaanbevelingen (bv. brandbaar, niet roken, corrosief, ...) en de technische fiches in verband met de behandeling en de toepassing van verven. - Het kunnen bepalen wanneer welke belemmerende obstakels verwijderd moeten worden - Het correct kunnen afdekken en beschermen van niet te behandelen en niet-verplaatsbare delen - Het kunnen werken met gevaarlijke producten (afbijtmiddelen, verdunners,...) volgens de veiligheidsvoorschriften - Het kunnen optimaliseren van de werkplek volgens de veiligheidsvoorschriften (verluchten / ventileren, voorkomen van brand,...) - Het kunnen achterhalen van oorzaken van vochtproblemen (lekkage of opstijgend vocht) Het kunnen kiezen van de kleur van de grondlaag in functie van de afwerklaag - Het kunnen aanpassen van de uitvoeringsfases aan de droogsnelheid van de verf volgens de technische voorschriften - Het kunnen respecteren van de voorgeschreven mengverhoudingen tussen de verschillende componenten om de gewenste kleur en kwaliteit van het product te bekomen. - Het correct kunnen gebruiken van verharders, verdunners en versnellers,... - Het kunnen beoordelen van de homogeniteit van het verfmengsel. - Het kunnen beoordelen van de viscositeit van het verfmengsel - Het kunnen bepalen van de meest geschikte verftechniek - Het correct kunnen gebruiken van de juiste borstels, rollen, spatels, verfpistool,... volgens het te behandelen oppervlak - Het kunnen bijregelen van de luchtdruk, het verfdebiet en het luchtdebiet van een verfpistool. - Het erop kunnen toezien dat de aangebrachte verflaag niet bevuild of gecontamineerd raakt - Het kunnen bepalen waar te beginnen met behangen met het oog op beperken van overschot/afval, rekening houdend met motieven, tekeningen en uitsparingen - Het kunnen controleren van de staat van het te behandelen oppervlak - Het kunnen bepalen of de wandbekleding dan wel het muuroppervlak dient gelijmd te worden - Het kunnen selecteren van de lijm i.f.v. de te plaatsen wandbekleding - Het kunnen afmeten op de behangtafel of op het afrol-meetapparaat. - Het kunnen verzekeren van de loodrechtheid en horizontaliteit met het gepaste gereedschap (schietlood, lijnlaser, waterpas,...) - Het kunnen aanmaken van een egalisatiemortel voor soepele vloerbekleding volgens de technische voorschriften - Het kunnen selecteren van een lijm i.f.v. de te plaatsen vloerbekleding. - Het kunnen invullen van fiches en werkdocumenten - Het kunnen bijhouden van werkadministratie Probleemoplossende vaardigheden - Het kwalitatief en kwantitatief kunnen evalueren en desnoods bijsturen van zijn eigen werkzaamheden - Het gepast kunnen reageren op vastgestelde problemen met betrekking tot kwaliteit, veiligheid, milieu, proces en techniek rekening houdend met de voorschriften/procedures - Het kunnen rekening houden met de beschikbare tijd (opgelegde termijn), de plaats (bereikbaarheid van de werf), de machines, gereedschappen en materialen (soorten en de verwerking ervan, ...) bij de planning van de werkzaamheden Motorische vaardigheden - Het kunnen toepassen van ergonomische hef- en tiltechnieken - Het kunnen monteren en demonteren van steigers volgens instructies - Het kunnen gebruiken van ladders en steigers volgens de veiligheidsregels - Het kunnen behouden van fysiek evenwicht - Het kunnen demonteren en monteren van afdekplaatjes van stopcontacten en lichtschakelaars. - Het zorgvuldig kunnen opvullen met vulmiddelen; - Het kunnen voorbereiden en reinigen van de ondergrond (verwijderen van oude lagen, afwassen met detergent en oplosmiddelen, stof- en vochtvrij maken, ...) - Het kunnen repareren en effenen van de ondergrond (plamuren,...) - Het kunnen effenen van te bekleden vloeroppervlakken (uitstrijken en ontluchten van egalisatiemortels, ...) - Het veilig en secuur kunnen werken met handgereedschap (o.a. handschaaf, steekmessen, plamuurmessen, schaar, afbreekmes of dubbelsnijder,...) en elektrisch en pneumatisch gereedschap ( schuurapparatuur, stofzuiger, afstoomapparaat,... ); - Het kunnen afsteken van oude wandbekleding zonder de ondergrond te beschadigen; - Het gelijkmatig mechanisch of handmatig kunnen schuren of ontroesten - Het kunnen plaatsen en bevestigingen van water-, lucht- en dampschermen - Het kunnen polijsten. - Het egaal kunnen schilderen. - Het kunnen afkitten - Het kunnen opwrijven tot het gewenste einduitzicht verkregen wordt. - Het kunnen onderscheiden van kleuren, kleurschakeringen en helderheid - Het kunnen toepassen van decoratieve schildertechnieken met effecten (toepassing van spattechnieken, gewapend, structuur- of veelkleurig schilderwerk, imitaties, impasto, ...). - Het onder gelijkmatige druk en op regelmatige wijze kunnen voortbewegen van het pistool. - Het kunnen uitwassen van de verfrollen, spatels en borstels met de geschikte producten. - Het grondig kunnen reinigen van het verfpistool - Het kunnen opbergen van gereinigde gereedschappen - Het egaal kunnen inlijmen van een oppervlak - Het secuur kunnen aanstrijken van de wandbekleding met het gepaste gereedschap om luchtbellen en rimpels te vermijden - Het kunnen snijden van soepele vloerbekledingen - Het nauwkeurig kunnen opspannen van de bekleding - Het gelijkmatig kunnen verlijmen op de dekvloer of op een ondertapijt - Het aan elkaar kunnen lassen of stotend kunnen leggen en naadloos plaatsen van de stroken - Het kunnen plaatsen van plinten en profielen - Het op uniforme en continue wijze kunnen plaatsen van isolatiemateriaal (mechanisch of door verlijming). 2.2.3 Context Omgevingscontext - Dit beroep wordt uitgeoefend op locatie in open of gesloten bouwplaatsen (woning- en utiliteitsbouw). - Dit beroep wordt meestal in teamverband uitgeoefend, meestal in een onderneming waar de nodige flexibiliteit belangrijk is om zich aan te passen aan wijzigingen van planning, collega's, omgeving, klimatologische omstandigheden, grondstoffen en machines. - De werkopdracht en het eindresultaat wordt strikt afgebakend en er heersen in veel gevallen strikte deadlines, wat resultaatgerichtheid, stressbestendigheid, concentratie, flexibiliteit en doorzettingsvermogen vraagt. - De bouwsector kent veel reglementeringen, normen, aanbevelingen, codes van goede praktijk en technische voorlichtingsfiches inzake kwaliteit, veiligheid, gezondheid, hygiëne, welzijn, milieu en duurzaam bouwen. Verspilling en de rijzende afvalberg dwingen tot een economische en ecologische omgang met en hergebruik van grondstoffen en materialen. - De situatie op de werkplek kan het dragen van lasten, het werken op hoogte, contact met gevaarlijke producten (verven, verdunners, ..) en werken in moeilijke houdingen en omstandigheden impliceren. - Op de bouwplaats maakt men gebruik van hand-, elektrisch en pneumatisch gereedschap. Dit kan gevaar inhouden voor lawaaihinder en stof, het oplopen van snijwonden, het stoten tegen voorwerpen, gevaar voor elektrocutie,... .

Handelingscontext - Oog hebben voor kwaliteit en de tevredenheid van de klant door met zorg, precisie, toewijding en zin voor esthetiek te werken. - Op constructieve en gebruiksvriendelijke wijze uitwisselen van informatie met klanten en collega's en derden. - Aandacht hebben voor gevaarlijke situaties, waarschuwingstekens en veiligheidssignalisatie op de bouwplaats respecteren en PBM's en CBM's met zorg gebruiken, onderhouden en opbergen. - Omzichtig omgaan met en opbergen van grondstoffen en producten, rekening houdend met veiligheids-, plaatsings- en milieuvoorschriften. - Zorgvuldig en nauwkeurig gebruiken van machines, gereedschappen en materialen. - Het bijblijven met de (technologische) ontwikkelingen binnen de sector vergt leergierigheid en het volgen van (verplichte) opleidingen. 2.2.4 Autonomie Is zelfstandig in : - het plannen en voorbereiden van de eigen werkzaamheden - het bepalen van de werkvolgorde - het inrichten van de eigen werkplek - de uitvoering en rapportering van de eigen werkzaamheden Is gebonden aan : - een ontvangen werkopdracht, schilder- of decoratiemethode en tijdsplanning - klimatologische omstandigheden - kwaliteits- en milieuvoorschriften - codes van goede praktijk - wettelijke en technische voorschriften - veiligheids- en gezondheidsinstructies - afspraken met collega's en derden, instructies van de leidinggevende, de bouwplaatsverantwoordelijke en/of klant.

Doet beroep op : - een leidinggevende voor de werkopdracht en de bouwplaatsverantwoordelijke bij problemen (gevaarlijke en/of onveilige situaties, vochtproblemen waarvan hij zelf de oorzaak niet kan achterhalen of verhelpen,...). 2.2.5 Verantwoordelijkheid - Het werken in teamverband - Het werken met oog voor kwaliteit - Het werken met oog voor welzijn, veiligheid en milieu - Het gebruiken van machines en gereedschappen - Het veilig en ordelijk organiseren van zijn werkplek - Het werken op hoogte - Het beheren van het materiaal en het materieel - Het bijhouden van de werkadministratie - Het plannen van de schilder- of decoratiewerkzaamheden - Het voorbereiden van de werkplek - Het voorbereiden van de te beschilderen of te decoreren oppervlakken - Het voorbereiden van de verf - Het manueel schilderen - Het schilderen met een verfpistool - Het uitvoeren van decoratieve schilderwerken - Het aanbrengen van ornamenten en sierlijsten - Het aanbrengen van wandbekledingen - Het plaatsen van soepele vloerbekledingen - Het plaatsen van raamdecoratie - Het onderhouden en reinigen van het materieel - Het afronden van de werkzaamheden 2.3 Vereiste attesten 2.3.1 Wettelijke attesten Er zijn geen wettelijke attesten. 2.3.2 Vereiste attesten Er zijn geen verplichte attesten, maar voor het uitoefenen van bepaalde werkzaamheden en/of risicovolle taken zijn bepaalde attesten en/of certificaten vereist, zoals VCA, attest veilig werken op hoogte, ...

Het is steeds aangeraden de vigerende wetgeving te raadplegen, daar deze onderhevig kan zijn aan veranderingen.

Gezien om gevoegd te worden bij het besluit van de Vlaamse Regering van 13 februari 2015 tot erkenning van de beroepskwalificatie schilder-decorateur.

Brussel, 13 februari 2015.

De minister-president van de Vlaamse Regering, G. BOURGEOIS De Vlaamse minister van Onderwijs, H. CREVITS De Vlaamse minister van Werk, Economie, Innovatie en Sport, Ph. MUYTERS _______ Nota's 1 PBM's en CBM's = persoonlijke en collectieve beschermingsmiddelen 2 PBM's en CBM's = Persoonlijke en collectieve beschermingsmiddelen

^