Etaamb.openjustice.be
Besluit Van De Vlaamse Regering van 12 maart 2010
gepubliceerd op 27 april 2010

Besluit van de Vlaamse Regering tot bepaling van de nadere regeling met betrekking tot de kredietregeling, vermeld in artikel 4.1.16 van het decreet van 27 maart 2009 betreffende het grond- en pandenbeleid, tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 28 mei 2004 betreffende de dossiersamenstelling van de aanvraag voor een stedenbouwkundige vergunning en tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 29 mei 2009 betreffende de dossiersamenstelling van de aanvraag voor een verkavelingsvergunning

bron
vlaamse overheid
numac
2010035290
pub.
27/04/2010
prom.
12/03/2010
ELI
eli/besluit/2010/03/12/2010035290/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

12 MAART 2010. - Besluit van de Vlaamse Regering tot bepaling van de nadere regeling met betrekking tot de kredietregeling, vermeld in artikel 4.1.16 van het decreet van 27 maart 2009Relevante gevonden documenten type decreet prom. 27/03/2009 pub. 15/05/2009 numac 2009035411 bron vlaamse overheid Decreet betreffende het grond- en pandenbeleid sluiten betreffende het grond- en pandenbeleid, tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 28 mei 2004Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 28/05/2004 pub. 26/11/2004 numac 2004036708 bron ministerie van de vlaamse gemeenschap Besluit van de Vlaamse Regering betreffende de dossiersamenstelling van de aanvraag voor een stedenbouwkundige vergunning sluiten betreffende de dossiersamenstelling van de aanvraag voor een stedenbouwkundige vergunning en tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 29 mei 2009Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 29/05/2009 pub. 05/08/2009 numac 2009035719 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering betreffende de dossiersamenstelling van de aanvraag voor een verkavelingsvergunning type besluit van de vlaamse regering prom. 29/05/2009 pub. 05/08/2009 numac 2009035717 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot wijzing van het besluit van de Vlaamse Regering van 28 mei 2004 betreffende de dossiersamenstelling van de aanvraag voor een stedenbouwkundige vergunning sluiten betreffende de dossiersamenstelling van de aanvraag voor een verkavelingsvergunning


De Vlaamse Regering, Gelet op het decreet van 27 maart 2009Relevante gevonden documenten type decreet prom. 27/03/2009 pub. 15/05/2009 numac 2009035411 bron vlaamse overheid Decreet betreffende het grond- en pandenbeleid sluiten betreffende het grond- en pandenbeleid, artikel 4.1.16;

Gelet op de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, artikel 4.7.13, tweede lid;

Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 28 mei 2004Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 28/05/2004 pub. 26/11/2004 numac 2004036708 bron ministerie van de vlaamse gemeenschap Besluit van de Vlaamse Regering betreffende de dossiersamenstelling van de aanvraag voor een stedenbouwkundige vergunning sluiten betreffende de dossiersamenstelling van de aanvraag voor een stedenbouwkundige vergunning;

Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 29 mei 2009Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 29/05/2009 pub. 05/08/2009 numac 2009035719 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering betreffende de dossiersamenstelling van de aanvraag voor een verkavelingsvergunning type besluit van de vlaamse regering prom. 29/05/2009 pub. 05/08/2009 numac 2009035717 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot wijzing van het besluit van de Vlaamse Regering van 28 mei 2004 betreffende de dossiersamenstelling van de aanvraag voor een stedenbouwkundige vergunning sluiten betreffende de dossiersamenstelling van de aanvraag voor een verkavelingsvergunning;

Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën, gegeven op 3 september 2009;

Gelet op het advies 47.726/1 van de Raad van State, gegeven op 2 februari 2010, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 1°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;

Op voorstel van de Vlaamse minister van Energie, Wonen, Steden en Sociale Economie, en de Vlaamse minister van Financiën, Begroting, Werk, Ruimtelijke Ordening en Sport;

Na beraadslaging, Besluit : HOOFDSTUK 1. - De kredietregeling

Artikel 1.In dit hoofdstuk worden de begrippen, vermeld in het decreet van 27 maart 2009Relevante gevonden documenten type decreet prom. 27/03/2009 pub. 15/05/2009 numac 2009035411 bron vlaamse overheid Decreet betreffende het grond- en pandenbeleid sluiten betreffende het grond- en pandenbeleid, gebruikt, en wordt daarnaast verstaan onder : 1° CBO-procedure : de procedure, vermeld in artikel 33, § 1, tweede lid, 8°, van de Vlaamse Wooncode;2° decreet grond- en pandenbeleid : het decreet van 27 maart 2009Relevante gevonden documenten type decreet prom. 27/03/2009 pub. 15/05/2009 numac 2009035411 bron vlaamse overheid Decreet betreffende het grond- en pandenbeleid sluiten betreffende het grond- en pandenbeleid;3° kredieteenheid : a) de eenheid die verkregen wordt voor elke extra verwezenlijkte sociale huurwoning, sociale koopwoning of sociale kavel ter uitvoering van een sociale last;b) de eenheid die verkregen wordt voor elke verwezenlijkte sociale huurwoning in het kader van de CBO-procedure, in zoverre daarbij de voor sociale huisvestingsmaatschappijen geldende prijsnormen in acht genomen worden;4° minister : de Vlaamse minister, bevoegd voor het beleidsveld woonbeleid; 5° sociale last : de sociale last, vermeld in artikel 4.1.16, § 1, van het decreet grond- en pandenbeleid; 6° Vlaamse Wooncode : het decreet van 15 juli 1997Relevante gevonden documenten type decreet prom. 15/07/1997 pub. 19/08/1997 numac 1997036023 bron ministerie van de vlaamse gemeenschap Decreet houdende de Vlaamse Wooncode sluiten houdende de Vlaamse Wooncode;7° VMSW : de Vlaamse Maatschappij voor Sociaal Wonen, vermeld in artikel 30 van de Vlaamse Wooncode.

Art. 2.§ 1. Als een verkavelingsproject of een bouwproject onderworpen is aan een norm sociaal woonaanbod als vermeld in boek 4, titel 1, hoofdstuk 2, afdeling 2, van het decreet grond- en pandenbeleid, waardoor aan de verkavelingsvergunning, respectievelijk aan de stedenbouwkundige vergunning van rechtswege een sociale last verbonden is, kan de verkavelaar of bouwheer het vergunningverlenende bestuursorgaan verzoeken een hogere sociale last op te leggen dan deze die krachtens de toepasselijke normering principieel vereist is. Het verzoek dient uitdrukkelijk te zijn en met redenen omkleed te worden die steunen op de aan de verhoging van de sociale last verbonden voordelen, meerwaarden en opportuniteiten op het vlak van ruimtegebruik, clustering en inrichtingslogica.

Als het vergunningverlenende bestuurorgaan instemt met het verzoek, vermeld in het eerste lid, en een hogere sociale last oplegt dan deze die krachtens de toepasselijke normering principieel vereist is, voegt het bij de afgifte van de verkavelingsvergunning, respectievelijk de stedenbouwkundige vergunning, een verklaring waarin het aantal kredieteenheden vermeld wordt dat de verkavelaar of bouwheer verkrijgt na volledige uitvoering van de verhoogde sociale last, gelijk aan het aantal extra verwezenlijkte sociale huurwoningen, sociale koopwoningen of sociale kavels. Het vergunningverlenende bestuursorgaan bezorgt bij beveiligde zending een afschrift van de verklaring aan de VMSW. Voor de toepassing van deze paragraaf wordt verstaan onder « sociale last die krachtens de toepasselijke normering principieel vereist is », de sociale last die overeenkomt met : 1° het percentage voor de verwezenlijking van een sociaal woonaanbod, als de toepasselijke normering één specifiek percentage oplegt;2° het maximale percentage voor de verwezenlijking van een sociaal woonaanbod, als de toepasselijke normering een maximaal en een minimaal percentage vaststelt en de concrete invulling ervan overlaat aan het vergunningverlenend bestuursorgaan. § 2. Als de verkavelaar of bouwheer de verhoogde sociale last, bepaald met toepassing van paragraaf 1, geheel of gedeeltelijk uitgevoerd heeft in natura, voegt de VMSW bij de afgifte van het deelattest nummer 3, vermeld in artikel 4.1.20, § 5, van het decreet grond- en pandenbeleid, een verklaring waarin het aantal kredieteenheden vermeld wordt dat de verkavelaar of bouwheer verkregen heeft, gelijk aan het aantal extra verwezenlijkte sociale huurwoningen, sociale koopwoningen of sociale kavels.

Als de verkavelaar of bouwheer de verhoogde sociale last, bepaald met toepassing van paragraaf 1, geheel of gedeeltelijk uitgevoerd heeft door verhuring van binnen het project verwezenlijkte woningen aan een sociaal verhuurkantoor als vermeld in artikel 2, § 1, eerste lid, 21°, van de Vlaamse Wooncode, brengt het sociaal verhuurkantoor de VMSW daarvan op de hoogte. De VMSW bezorgt de verkavelaar of bouwheer per beveiligde zending een verklaring waarin het aantal kredieteenheden vermeld wordt dat de verkavelaar of bouwheer verkregen heeft, gelijk aan het aantal extra verwezenlijkte sociale huurwoningen.

De VMSW neemt de verklaringen, vermeld in het eerste en het tweede lid, op in het kredieteenhedenregister, vermeld in artikel 5.

Art. 3.Als een verkavelaar of bouwheer in het kader van de CBO-procedure een of meer sociale huurwoningen verwezenlijkt, spreekt de VMSW zich uit over de conformiteit van de prijsberekening met de prijsnormen die gelden voor sociale huisvestingsmaatschappijen. Als de VMSW de conformiteit heeft vastgesteld, bezorgt zij de verkavelaar of bouwheer na de voltooiing van de werken, zoals deze blijkt uit de voorlopige oplevering of het dagboek der werken, per beveiligde zending een verklaring waarin het aantal kredieteenheden vermeld wordt dat de verkavelaar of bouwheer verkregen heeft, gelijk aan het aantal verwezenlijkte sociale huurwoningen.

De VMSW neemt de verklaring, vermeld in het eerste lid, op in het kredieteenhedenregister, vermeld in artikel 5.

Art. 4.Als een verkavelingsproject of een bouwproject onderworpen is aan een norm sociaal woonaanbod als vermeld in boek 4, titel 1, hoofdstuk 2, afdeling 2, van het decreet grond- en pandenbeleid, waardoor aan de verkavelingsvergunning, respectievelijk de stedenbouwkundige vergunning, van rechtswege een sociale last verbonden is, kan de verkavelaar of bouwheer het vergunningverlenende bestuursorgaan verzoeken een of meer kredieteenheden die op zijn naam geregistreerd zijn in het kredieteenhedenregister, vermeld in artikel 5, in mindering te brengen van de principieel uit te voeren sociale last, op voorwaarde dat het project gelegen is binnen dezelfde gemeente als die waar de kredieteenheden verworven zijn.

Kredieteenheden die een verkavelaar of bouwheer op grond van artikel 2 of 3 verkregen heeft, kunnen niet in mindering gebracht worden van de principieel uit te voeren sociale last die wordt opgelegd bij een project van een andere verkavelaar of bouwheer.

Het vergunningverlenende bestuursorgaan brengt de kredieteenheden, vermeld in het eerste lid, in mindering van de principieel uit te voeren sociale last en bezorgt de VMSW een verklaring waarin het aantal kredieteenheden vermeld wordt dat de verkavelaar of bouwheer aangewend heeft.

Kredieteenheden kunnen aangewend worden gedurende een periode van vijftien jaar na de datum van registratie van de verkregen kredieteenheden in het kredieteenhedenregister, vermeld in artikel 5.

Als het bindend sociaal objectief, vermeld in artikel 4.1.2 van het decreet grond- en pandenbeleid, van de gemeente waar de kredieteenheden verworven zijn, verwezenlijkt is, kunnen kredieteenheden niet meer aangewend worden van zodra het gemeentelijk reglement Sociaal Wonen, vermeld in artikel 4.1.9 van dat decreet, afziet van het opleggen van een percentage sociaal woonaanbod.

Art. 5.Er wordt een register aangelegd van kredieteenheden die krachtens dit besluit verkregen worden. Dat register draagt de benaming « kredieteenhedenregister » en wordt beheerd door de VMSW. Elke registratie in het kredieteenhedenregister bevat minstens de volgende gegevens : 1° de datum van registratie;2° het unieke nummer voor elke geregistreerde verklaring;3° de identificatiegegevens van het project waarvoor een of meer kredieteenheden verkregen zijn;4° de identificatiegegevens van de verkavelaar of bouwheer;5° de identificatiegegevens van het vergunningverlenende bestuursorgaan;6° het aantal verkregen, niet aangewende kredieteenheden;7° het aantal aangewende kredieteenheden. Wanneer een of meer kredieteenheden worden aangewend overeenkomstig artikel 4, wordt de registratie in het kredieteenhedenregister aangepast.

Op eerste verzoek bezorgt de VMSW de verkavelaar of bouwheer bij beveiligde zending een verklaring waarin het aantal kredieteenheden vermeld wordt waarover de verkavelaar of bouwheer volgens het kredieteenhedenregister beschikt.

Art. 6.De VMSW zorgt tot vijf jaar na het verstrijken van de termijn, vermeld in artikel 4, vierde lid, voor de fysieke bewaring van alle documenten die het heeft ontvangen in het kader van de registratie in het kredieteenhedenregister, vermeld in artikel 5. HOOFDSTUK 2. - Wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 28 mei 2004Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 28/05/2004 pub. 26/11/2004 numac 2004036708 bron ministerie van de vlaamse gemeenschap Besluit van de Vlaamse Regering betreffende de dossiersamenstelling van de aanvraag voor een stedenbouwkundige vergunning sluiten betreffende de dossiersamenstelling van de aanvraag voor een stedenbouwkundige vergunning

Art. 7.In artikel 16, eerste lid, van het besluit van de Vlaamse Regering van 28 mei 2004Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 28/05/2004 pub. 26/11/2004 numac 2004036708 bron ministerie van de vlaamse gemeenschap Besluit van de Vlaamse Regering betreffende de dossiersamenstelling van de aanvraag voor een stedenbouwkundige vergunning sluiten betreffende de dossiersamenstelling van de aanvraag voor een stedenbouwkundige vergunning, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse Regering van 23 december 2005, 29 mei 2009 en 3 juli 2009, worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° in punt 11° worden de woorden « een attest van de gemeente » vervangen door de woorden « een verklaring van de VMSW »; 2° punt 12° wordt vervangen door wat volgt : « 12° als de werken onderworpen zijn aan een norm als bepaald krachtens boek 4, titel 1, hoofdstuk 2, afdeling 2, van het decreet van 27 maart 2009Relevante gevonden documenten type decreet prom. 27/03/2009 pub. 15/05/2009 numac 2009035411 bron vlaamse overheid Decreet betreffende het grond- en pandenbeleid sluiten betreffende het grond- en pandenbeleid en de aanvrager in het kader van de CBO-procedure, vermeld in artikel 33, § 1, tweede lid, 8°, van het decreet van 15 juli 1997Relevante gevonden documenten type decreet prom. 15/07/1997 pub. 19/08/1997 numac 1997036023 bron ministerie van de vlaamse gemeenschap Decreet houdende de Vlaamse Wooncode sluiten houdende de Vlaamse Wooncode, kredieteenheden verkregen heeft die hij krachtens artikel 4.1.16, § 3, van dat decreet in mindering wil brengen van de principieel uit te voeren sociale last, een verklaring van de VMSW waaruit blijkt dat de aanvrager de kredieteenheden daadwerkelijk verkregen heeft voor de verwezenlijking in het kader van de CBO-procedure van sociale huurwoningen binnen dezelfde gemeente als deze waar de huidig geplande werken uitgevoerd zullen worden indien er een stedenbouwkundige vergunning bekomen wordt; ». HOOFDSTUK 3. - Wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 29 mei 2009Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 29/05/2009 pub. 05/08/2009 numac 2009035719 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering betreffende de dossiersamenstelling van de aanvraag voor een verkavelingsvergunning type besluit van de vlaamse regering prom. 29/05/2009 pub. 05/08/2009 numac 2009035717 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot wijzing van het besluit van de Vlaamse Regering van 28 mei 2004 betreffende de dossiersamenstelling van de aanvraag voor een stedenbouwkundige vergunning sluiten betreffende de dossiersamenstelling van de aanvraag voor een verkavelingsvergunning

Art. 8.In artikel 3 van het besluit van de Vlaamse Regering van 29 mei 2009Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 29/05/2009 pub. 05/08/2009 numac 2009035719 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering betreffende de dossiersamenstelling van de aanvraag voor een verkavelingsvergunning type besluit van de vlaamse regering prom. 29/05/2009 pub. 05/08/2009 numac 2009035717 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot wijzing van het besluit van de Vlaamse Regering van 28 mei 2004 betreffende de dossiersamenstelling van de aanvraag voor een stedenbouwkundige vergunning sluiten betreffende de dossiersamenstelling van de aanvraag voor een verkavelingsvergunning worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° in punt 13° worden de woorden « een attest van de gemeente » vervangen door de woorden « een verklaring van de VMSW »; 2° punt 14° wordt vervangen door wat volgt : « 14° als de verkaveling onderworpen is aan een norm als bepaald krachtens boek 4, titel 1, hoofdstuk 2, afdeling 2, van het decreet van 27 maart 2009Relevante gevonden documenten type decreet prom. 27/03/2009 pub. 15/05/2009 numac 2009035411 bron vlaamse overheid Decreet betreffende het grond- en pandenbeleid sluiten betreffende het grond- en pandenbeleid en de aanvrager in het kader van de CBO-procedure, vermeld in artikel 33, § 1, tweede lid, 8°, van het decreet van 15 juli 1997Relevante gevonden documenten type decreet prom. 15/07/1997 pub. 19/08/1997 numac 1997036023 bron ministerie van de vlaamse gemeenschap Decreet houdende de Vlaamse Wooncode sluiten houdende de Vlaamse Wooncode, kredieteenheden verkregen heeft die hij krachtens artikel 4.1.16, § 3, van dat decreet in mindering wil brengen van de principieel uit te voeren sociale last, een verklaring van de VMSW waaruit blijkt dat de aanvrager de kredieteenheden daadwerkelijk verkregen heeft voor de verwezenlijking in het kader van de CBO-procedure van sociale huurwoningen binnen dezelfde gemeente als deze waar de huidige geplande verkaveling uitgevoerd zal worden indien er een verkavelingsvergunning bekomen wordt; ». HOOFDSTUK 4. - Slotbepaling

Art. 9.De Vlaamse minister, bevoegd voor het beleidsveld wonen, en de Vlaamse minister, bevoegd voor het beleidsveld ruimtelijke ordening, zijn, ieder van hem of haar betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.

Brussel, 12 maart 2010.

De minister-president van de Vlaamse Regering, K. PEETERS De Vlaamse minister van Energie, Wonen, Steden en Sociale Economie, F. VAN DEN BOSSCHE De Vlaamse minister van Financiën, Begroting, Werk, Ruimtelijke Ordening en Sport, Ph. MUYTERS

^