gepubliceerd op 13 juli 2004
Besluit van de Vlaamse regering tot oprichting van het intern verzelfstandigd agentschap "Agentschap voor Facilitair Management"
11 JUNI 2004. - Besluit van de Vlaamse regering tot oprichting van het intern verzelfstandigd agentschap "Agentschap voor Facilitair Management"
De Vlaamse regering, Gelet op artikel 97, § 1 van de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen;
Gelet op het kaderdecreet bestuurlijk beleid van 18 juli 2003, in het bijzonder op de artikelen 6, § 2, en 7;
Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 10 oktober 2003 tot regeling van de delegatie van beslissingsbevoegdheden aan de hoofden van de intern verzelfstandigde agentschappen van de Vlaamse overheid;
Gelet op het ministerieel besluit van 1 september 2003 houdende delegatie van sommige bevoegdheden inzake de huisvesting van de diensten van de Vlaamse regering aan ambtenaren van het Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap;
Gelet op het ministerieel besluit van 3 november 1993 houdende delegatie van sommige bevoegdheden inzake logistiek aan ambtenaren van het ministerie van de Vlaamse Gemeenschap, gewijzigd bij ministerieel besluit van 28 februari 1994 en 8 januari 2001;
Gelet op het akkoord van de Vlaamse minister, bevoegd voor de begroting, gegeven op 6 mei 2004;
Gelet op advies 37.181/3 van de Raad van State, gegeven op 2 juni 2004, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 1° van de gecoordineerde wetten op de Raad van State;
Op voorstel van de Vlaamse minister van Binnenlandse Aangelegenheden, Cultuur, Jeugd en Ambtenarenzaken;
Na beraadslaging, Besluit : HOOFDSTUK I. - Algemene bepalingen
Artikel 1.Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder : 1° het Algemeen Delegatiebesluit : het besluit van de Vlaamse regering van 10 oktober 2003 tot regeling van de delegatie van beslissingsbevoegdheden aan de hoofden van de intern verzelfstandigde agentschappen van de Vlaamse overheid;2° het agentschap : het Agentschap voor Facilitair Management;3° de minister : de Vlaamse minister bevoegd voor Facilitair Management;4° het comité : het Raadgevend Comité bij het Agentschap voor Facilitair Management;5° het lijnmanagement : de hoofden van de organisatorische entiteiten binnen de Vlaamse overheid die het hiërarchisch en functioneel gezag over het personeel van hun entiteit uitoefenen. HOOFDSTUK II. - Benaming, doelstellingen en taken van het agentschap
Art. 2.Binnen het Vlaams ministerie van Bestuurszaken wordt een intern verzelfstandigd agentschap zonder rechtspersoonlijkheid opgericht, onder de benaming "Agentschap voor Facilitair Management".
Het agentschap wordt opgericht voor de uitvoering van het beleid inzake facilitair management.
Het agentschap behoort tot het beleidsdomein Bestuurszaken.
Art. 3.Het agentschap heeft als missie het verstrekken van facilitaire dienstverlening met het oog op het kwaliteitsvol, effectief, marktconform en zuinig uitbouwen en beheren van het patrimonium, teneinde de dienstverlening van de organisatie-entiteiten binnen de beleidsdomeinen te ondersteunen.
Art. 4.Het agentschap heeft tot taak de operationele ondersteuning en uitvoering van facilitaire diensten in de diverse beleidsdomeinen. Dit omvat de volgende activiteiten : 1° het uitvoeren van het portefeuille-, ruimte- en projectbeheer, alsook het optreden als technische studiecel, voor het vastgoed van de Vlaamse administratie;2° het leveren van ondersteunende gebouwgebonden diensten op het vlak van technisch onderhoud, verhuizingen, bekabeling, energiebeheer, beheer van meubilair, beveiliging, catering, schoonmaak, beheer van vergaderzalen, reprografie, postbedeling, afvalverwerking binnen de gebouwen van de Vlaamse administratie;3° het leveren van niet-gebouwgebonden facilitaire diensten op het vlak van aankoop en beheer van roerende goederen.
Art. 5.Overeenkomstig artikel 9, § 1, 1°, van het kaderdecreet bestuurlijk beleid van 18 juli 2003, regelt de beheersovereenkomst de concretisering van de kwalitatieve en kwantitatieve wijze waarop het agentschap zijn taken moet vervullen, met strategische en operationele doelstellingen, beschreven aan de hand van meetbare criteria.
Art. 6.Bij het uitoefenen van zijn missie en taken treedt het agentschap op namens de rechtspersoon Vlaamse Gemeenschap of de rechtspersoon Vlaams Gewest, afhankelijk van de behandelde materie waarvoor het agentschap bevoegd is. HOOFDSTUK III. - Aansturing en leiding van het agentschap
Art. 7.Het agentschap ressorteert onder het hiërarchisch gezag van de minister.
Art. 8.De minister stuurt het agentschap aan, inzonderheid via de beheersovereenkomst.
Art. 9.Overeenkomstig artikel 6, § 3, van het kaderdecreet bestuurlijk beleid van 18 juli 2003 is het hoofd van het agentschap belast met de algemene leiding, de werking en de vertegenwoordiging van het agentschap onverminderd de mogelijkheid tot delegatie en subdelegatie van die bevoegdheid. HOOFDSTUK IV. - Delegatie van beslissingsbevoegdheden
Art. 10.Het hoofd van het agentschap heeft delegatie van beslissingsbevoegdheid voor de aangele genheden die zijn vastgesteld in het Algemeen Delegatiebesluit.
Art. 11.Bij het gebruik van de delegaties gelden de algemene voorwaarden en beperkingen, alsook de bepalingen inzake de mogelijkheid tot subdelegatie, de regeling bij vervanging en de verantwoording, zoals vervat in het voornoemd besluit. HOOFDSTUK V. - Controle, opvolging en toezicht
Art. 12.Onverminderd de artikelen 9, 33 en 34 van het kaderdecreet bestuurlijk beleid van 18 juli 2003 met betrekking tot informatieverstrekking, rapportering, interne controle en interne audit, is de minister verantwoordelijk voor de opvolging van en het toezicht op het agentschap.
Art. 13.De minister kan, in het kader van de opvolging en de uitoefening van het toezicht, op ieder ogenblik aan het hoofd van het agentschap informatie, rapportering en verantwoording vragen over bepaalde aangelegenheden, zowel op geaggregeerd niveau als op niveau van individuele onderwerpen en dossiers. HOOFDSTUK VI. - Raadgevend comité
Art. 14.§ 1 Bij het agentschap wordt een raadgevend comité opgericht.
Dit comité bezit uitsluitend een adviserende bevoegdheid. § 2. Het comité heeft tot taak het hoofd van het agentschap te adviseren bij de uitvoering van de activiteiten inzake vastgoedbeheer en facilitaire diensten.
Art. 15.Het comité is samengesteld uit één vertegenwoordiger van elk beleidsdomein, aangeduid door het managementcomité binnen eik beleidsdomein.
Art. 16.Het comité stelt een huishoudelijk reglement op dat ter goedkeuring wordt voorgelegd aan de minister. HOOFDSTUK VII. - Wijzigings, inwerkingtredings- en uitvoeringsbepalingen
Art. 17.De volgende regelingen worden opgeheven : 1° het ministerieel besluit van 1 september 2003 houdende delegatie van sommige bevoegdheden inzake de huisvesting van de diensten van de Vlaamse regering aan ambtenaren van het Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap;2° het ministerieel besluit van 3 november 1993 houdende delegatie van sommige bevoegdheden inzake logistiek aan ambtenaren van het ministerie van de Vlaamse Gemeenschap, gewijzigd bij ministerieel besluit van 28 februari 1994 en 8 januari 2001.
Art. 18.De Vlaamse regering bepaalt de datum van inwerkingtreding van dit besluit.
Art. 19.De Vlaamse minister bevoegd voor Facilitair Management is belast met de uitvoering van dit besluit.
Brussel, 11 juni 2004.
De minister-president van de Vlaamse regering, B. SOMERS De Vlaamse minister van Binnenlandse Aangelegenheden, Cultuur, Jeugd en Ambtenarenzaken, P. VAN GREMBERGEN