Etaamb.openjustice.be
Besluit Van De Vlaamse Regering van 07 oktober 2011
gepubliceerd op 18 november 2011

Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 25 maart 1997 tot uitvoering van het decreet van 24 juli 1996 houdende regeling tot erkenning van de instellingen voor schuldbemiddeling in de Vlaamse Gemeenschap

bron
vlaamse overheid
numac
2011205833
pub.
18/11/2011
prom.
07/10/2011
ELI
eli/besluit/2011/10/07/2011205833/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

7 OKTOBER 2011. - Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 25 maart 1997Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 25/03/1997 pub. 06/11/1997 numac 1997036348 bron ministerie van de vlaamse gemeenschap Besluit van de Vlaamse regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse regering van 10 november 1993 betreffende het subsidiëringsbeleid van de investeringen in de zeehavens sluiten tot uitvoering van het decreet van 24 juli 1996 houdende regeling tot erkenning van de instellingen voor schuldbemiddeling in de Vlaamse Gemeenschap


De Vlaamse Regering, Gelet op het decreet van 24 juli 1996 houdende regeling tot erkenning en subsidiëring van de instellingen voor schuldbemiddeling en tot subsidiëring van een Vlaams Centrum Schuldenlast, artikel 3, gewijzigd bij het decreet van 10 juli 2008, artikel 9, § 2, ingevoegd bij het decreet van 28 april 2006, en artikel 10ter, ingevoegd bij het decreet van 10 juli 2008;

Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 25 maart 1997Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 25/03/1997 pub. 06/11/1997 numac 1997036348 bron ministerie van de vlaamse gemeenschap Besluit van de Vlaamse regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse regering van 10 november 1993 betreffende het subsidiëringsbeleid van de investeringen in de zeehavens sluiten tot uitvoering van het decreet van 24 juli 1996 houdende regeling tot erkenning van de instellingen voor schuldbemiddeling in de Vlaamse Gemeenschap;

Gelet op het akkoord van de Vlaamse minister, bevoegd voor de begroting, gegeven op 15 juli 2011;

Gelet op advies 50.025/1/V van de Raad van State, gegeven op 9 augustus 2011, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 1°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;

Op voorstel van de Vlaamse minister van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin;

Na beraadslaging, Besluit :

Artikel 1.Het opschrift van het besluit van de Vlaamse Regering van 25 maart 1997Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 25/03/1997 pub. 06/11/1997 numac 1997036348 bron ministerie van de vlaamse gemeenschap Besluit van de Vlaamse regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse regering van 10 november 1993 betreffende het subsidiëringsbeleid van de investeringen in de zeehavens sluiten tot uitvoering van het decreet van 24 juli 1996 houdende regeling tot erkenning van de instellingen voor schuldbemiddeling in de Vlaamse Gemeenschap wordt vervangen door wat volgt : "Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van het decreet van 24 juli 1996 houdende regeling tot erkenning en subsidiëring van de instellingen voor schuldbemiddeling en tot subsidiëring van een Vlaams Centrum Schuldenlast".

Art. 2.In artikel 1 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse Regering van 24 november 2006 en 24 september 2010, worden punt 1° en 2° vervangen door wat volgt : "1° decreet : het decreet van 24 juli 1996 houdende regeling tot erkenning en subsidiëring van de instellingen voor schuldbemiddeling en tot subsidiëring van een Vlaams Centrum Schuldenlast; 2° instelling : het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn of het autonoom centrum voor algemeen welzijnswerk dat erkend is krachtens het decreet betreffende het algemeen welzijnswerk;".

Art. 3.In artikel 3, 1°, van hetzelfde besluit wordt punt a), vervangen door wat volgt : "a) voor de autonome centra voor algemeen welzijnswerk die door de Vlaamse Regering erkend zijn krachtens het decreet betreffende het algemeen welzijnswerk : een verwijzing naar het besluit waarbij die erkenning is verleend en de opgave van het normale werkingsgebied;".

Art. 4.In artikel 7bis van hetzelfde besluit, ingevoegd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 11 januari 2008Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 11/01/2008 pub. 20/03/2008 numac 2008200791 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 25 maart 1997 tot uitvoering van het decreet van 24 juli 1996 houdende regeling tot erkenning van de instellingen voor schuldbemiddeling in de Vlaamse Gemeenschap type besluit van de vlaamse regering prom. 11/01/2008 pub. 23/01/2008 numac 2008035096 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 6 februari 1991 houdende vaststelling van het Vlaams reglement betreffende de milieuvergunning en het besluit van de Vlaamse Regering van 7 december 2007 tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 6 februari 1991 houdende vaststelling van het Vlaams reglement betreffende de milieuvergunning en het besluit van de Vlaamse Regering van 1 juni 1995 houdende algemene en sectorale bepalingen inzake milieuhygiëne sluiten, worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° aan paragraaf 1 wordt een tweede lid toegevoegd, dat luidt als volgt : "De minister bepaalt jaarlijks het model van jaarverslag."; 2° in paragraaf 3 wordt de zin "Het model van de jaarlijkse basisregistratie wordt als bijlage II bij dit besluit gevoegd." vervangen door de zin "De minister bepaalt jaarlijks het model van die basisregistratie."; 3° in paragraaf 4, derde lid, wordt de zin "De vragenlijst die gebruikt wordt in die applicatie, wordt als bijlage III bij dit besluit gevoegd." vervangen door de zin "De minister bepaalt de nadere inhoud van de vragenlijst die gebruikt wordt in die applicatie.".

Art. 5.In hetzelfde besluit, gewijzigd bij het besluit van 31 maart 2006, 24 november 2006, 11 januari 2008 en 24 september 2010, wordt een hoofdstuk Vbis , dat bestaat uit artikel 15bis tot en met 15septies decies, ingevoegd, dat luidt als volgt : "Hoofdstuk Vbis . Vlaams Centrum Schuldenlast Afdeling 1. - Voorwaarden tot subsidiëring

Art.15bis . Een vereniging zonder winstoogmerk die als Vlaams Centrum Schuldenlast gesubsidieerd wil worden, richt haar aanvraag tot subsidiëring via een aangetekende brief met ontvangstbewijs aan de administratie.

Een aanvraag tot subsidiëring is alleen ontvankelijk als ze volgende stukken bevat : 1° een exemplaar van de bij de griffie van de rechtbank van koophandel ingediende statuten en de akten betreffende de benoeming van de bestuurders;2° de ledenlijst van de vereniging;3° in voorkomend geval het huishoudelijk reglement;4° het jaarplan voor het eerste werkjaar, opgesteld overeenkomstig artikel 15septies. Als de aanvraag niet ontvankelijk is, wordt ze uiterlijk dertig dagen na de ontvangst door de administratie teruggestuurd naar de aanvragende organisatie met vermelding van de reden waarom de aanvraag niet in behandeling genomen wordt. In het andere geval beslist de minister over de aanvraag binnen drie maanden na de ontvangst ervan.

Art. 15ter.Met behoud van de toepassing van artikel 10ter, § 1, van het decreet kan een vereniging alleen gesubsidieerd worden als Vlaams Centrum Schuldenlast als ze aan de volgende voorwaarden voldoet : 1° de volgende actoren maken deel uit van de vereniging : a) een organisatie die de armen en hun verenigingen ondersteunt bij hun deelname aan het beleid;b) een organisatie die vorming organiseert rond de armoedeproblematiek;c) een organisatie die de verbruikersorganisaties vertegenwoordigt;d) twee vertegenwoordigers van instellingen voor schuldbemiddeling die erkend zijn overeenkomstig het decreet;e) een deskundige uit de academische wereld;2° de vereniging voorziet in de mogelijkheid dat de werkgroep, vermeld in artikel 10ter, § 1, 3°, g), van het decreet, een beroep kan doen op andere deskundigen dan de deskundigen die in het decreet vermeld zijn;3° de vereniging organiseert de gespecialiseerde opleiding, vermeld in artikel 5 van het decreet overeenkomstig artikel 12 van dit besluit;4° de vereniging organiseert verdiepingsmodules die ingaan op specifieke maatschappelijke, juridische, financiële, methodische of deontologische aspecten van schuldbemiddeling.

Art. 15quater.§ 1. Alleen als een organisatie als vermeld in artikel 10ter, § 1,1°, van het decreet of in artikel 15ter, 1°, van dit besluit, geen deel wil uitmaken van de vereniging, kan de vereniging afwijken van de minimale samenstelling, vermeld in artikel 10ter, § 1, 1°, van het decreet of in artikel 15ter, 1°, van dit besluit. De vereniging toont in dat geval aan dat ze per aangetekende brief alle relevante organisaties heeft uitgenodigd om deel uit te maken van de vereniging.

De minimale samenstelling wordt verminderd met de organisatie die weigert deel te nemen aan de vereniging. § 2. De organisatie die overeenkomstig paragraaf 1 weigerde deel uit te maken van de vereniging, kan per aangetekende brief vragen om alsnog deel uit maken van de vereniging. Op de eerstvolgende algemene vergadering van het Vlaams Centrum Schuldenlast wordt het lidmaatschap bevestigd. De minimale samenstelling wordt vanaf dat moment uitgebreid met die organisatie. § 3. Alleen als de organisaties, vermeld in artikel 10ter, § 1, 1°, van het decreet, geen deel willen uitmaken van de raad van bestuur van de vereniging, kan de vereniging afwijken van de minimale samenstelling, vermeld in artikel 10ter, § 1, 2°, van het decreet. De vereniging toont in dat geval aan dat ze per aangetekende brief alle relevante organisaties heeft uitgenodigd zich kandidaat te stellen voor de raad van bestuur.

De minimale samenstelling wordt verminderd met de organisatie die weigert deel te nemen aan de raad van bestuur van de vereniging voor de actoren vermeld in artikel 10ter, § 1, 1°, b) en c), van het decreet. Voor de andere actoren, vermeld in artikel 10ter, § 1, 1°, van het decreet, wordt de minimale samenstelling pas verminderd als geen of slechts één lid deel wil uit maken van de raad van bestuur. § 4. Zolang de minimale samenstelling van de raad van bestuur van de vereniging niet bereikt is, kan elke organisatie die aan de voorwaarden, vermeld in artikel 10ter, § 1, 2°, van het decreet, voldoet, zich kandidaat stellen voor de raad van bestuur. Op de eerstvolgende algemene vergadering van het Vlaams Centrum Schuldenlast wordt de kandidatuur bevestigd. De minimale samenstelling wordt vanaf dat moment uitgebreid met die organisatie. § 5. De vereniging toont aan dat ze per aangetekende brief alle relevante organisaties als vermeld in artikel 10ter, § 1, 3°, g), van het decreet, heeft uitgenodigd om deel uit te maken van de werkgroep. Afdeling 2. - Toekenning en vereffening van de subsidies

Art. 15quinquies.Het Vlaams Centrum Schuldenlast dient bij de minister een meerjarenplan in voor 15 mei van het jaar dat voorafgaat aan de periode waarop dat plan betrekking heeft.

De minister beslist voor 1 oktober van hetzelfde jaar over de goedkeuring van het ingediende meerjarenplan.

Art. 15sexies.Het meerjarenplan wordt opgemaakt voor een periode van vijf jaar en bevat minstens : 1° een omgevingsanalyse inzake schuldenlast in de Vlaamse Gemeenschap;2° de ontwikkelingen ten opzichte van het vorige meerjarenplan;3° de beschrijving van de strategische en operationele doelstellingen in relatie tot de opdrachten, vermeld in artikel 10ter, § 1, 3°, van het decreet;4° de beoogde resultaten;5° het tijdstip en de wijze waarop de resultaten geëvalueerd zullen worden;6° de opgave van de interne organisatiestructuur;7° de personeelsformatie en de toepasselijke salarisschalen;8° een overzicht van de externe samenwerkingsverbanden;9° de begroting voor de volledige periode van het meerjarenplan;10° de ledenlijst;11° voor het eerste werkjaar van het meerjarenplan : een jaarplan waarvan de inhoud beantwoordt aan de bepalingen van artikel 15septies.

Art. 15septies.Op basis van het goedgekeurde meerjarenplan dient het Vlaams Centrum Schuldenlast bij de secretaris-generaal jaarlijks voor 1 november een jaarplan in voor het volgende werkjaar. Dat jaarplan bevat minstens de volgende elementen : 1° de strategische en operationele doelstellingen;2° de concrete activiteiten voor de realisatie van de operationele doelstellingen;3° de beoogde resultaten en de gehanteerde indicatoren;4° de begroting voor de uitvoering van het jaarplan. De minister beslist voor 1 februari van het werkjaar over de goedkeuring van het jaarplan.

Art. 15octies.Op basis van het goedgekeurde jaarplan, kent de minister aan het Vlaams Centrum Schuldenlast, binnen de beschikbare kredieten, een subsidie toe van 374.000 euro voor het werkjaar waarop het plan betrekking heeft.

Art. 15novies.Met behoud van de toepassing van artikel 15undecies en 15duodecies bepaalt de minister de nadere voorwaarden voor de verantwoording van de aanwending van de subsidie, zowel inhoudelijk als financieel.

Art. 15decies.Het Vlaams Centrum Schuldenlast stelt een lid van het Instituut van de Bedrijfsrevisoren aan als commissaris. De commissaris is belast met de controle op de financiële toestand, op de jaarrekening en op de regelmatigheid van de in de jaarrekening weergegeven verrichtingen ten aanzien van de wet en de statuten.

Art. 15undecies.Het inhoudelijk en het financieel verslag, vermeld in artikel 10ter, § 2, derde lid, van het decreet, moeten uiterlijk op 1 mei, volgend op het werkjaar waarvoor de subsidie werd verleend, bij de administratie ingediend worden, overeenkomstig de bepalingen van het besluit van de Vlaamse Regering van 13 januari 2006Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 13/01/2006 pub. 16/05/2006 numac 2006035728 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering betreffende de boekhouding en het financieel verslag voor de voorzieningen in bepaalde sectoren van het beleidsdomein Welzijn, Volksgezondheid en Gezin sluiten betreffende de boekhouding en het financieel verslag voor de voorzieningen in bepaalde sectoren van het beleidsdomein Welzijn, Volksgezondheid en Gezin.

Bij laattijdige indiening van het inhoudelijk of financieel verslag wordt 5 % van de toegekende subsidie niet uitbetaald.

Art. 15duodecies.Het Vlaams Centrum Schuldenlast wendt de subsidies aan voor : 1° huisvestingskosten;2° personeelskosten;3° werkingskosten;4° overeenkomsten met derden. Ten minste 70 % van de jaarlijkse subsidie wordt aangewend voor personeelskosten. Als minder dan 70 % van de subsidie aan personeelskosten wordt besteed, wordt de subsidie voor het jaar in kwestie verminderd in evenredigheid met het deel dat niet aan personeelskosten werd besteed.

Art. 15ter decies. Als het Vlaams Centrum Schuldenlast zijn subsidie in het jaar waarvoor die wordt toegekend, niet volledig aanwendt om de kosten, vermeld in artikel 15duodecies, eerste lid, te dekken, legt het reserves aan met het niet-aangewende gedeelte. Het wendt die reserves aan om uitgaven te financieren die bijdragen tot de realisatie van zijn taken en om de wettelijk bepaalde provisie voor vakantiegeld aan te leggen.

Van reserves die op het ogenblik waarop het boekjaar wordt afgesloten meer bedragen dan de jaarlijkse subsidie, stort het Vlaams Centrum Schuldenlast de som die de jaarlijkse subsidie overschrijdt, terug aan de Vlaamse Gemeenschap.

Art. 15quater decies. De subsidie aan het Vlaams Centrum Schuldenlast wordt geïndexeerd op de wijze die bepaald is in de wet van 1 maart 1977Relevante gevonden documenten type wet prom. 01/03/1977 pub. 05/03/2009 numac 2009000107 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet houdende inrichting van een stelsel waarbij sommige uitgaven in de overheidssector aan het indexcijfer van de consumptieprijzen van het Rijk worden gekoppeld. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten houdende inrichting van een stelsel waarbij sommige uitgaven in de overheidssector aan het indexcijfer van de consumptieprijzen van het Rijk worden gekoppeld. Die koppeling aan het indexcijfer wordt berekend en toegepast overeenkomstig artikel 2 van het koninklijk besluit van 24 december 1993 ter uitvoering van de wet van 6 januari 1989 tot vrijwaring van 's lands concurrentievermogen.

Art. 15quinquies decies. Personeelsleden van de administratie controleren ter plaatse of op stukken of het Vlaams Centrum Schuldenlast de voorwaarden, vermeld in het decreet van 24 juli 1996 en de uitvoeringsbesluiten ervan, naleeft, met behoud van de toepassing van artikel 55 tot en met 58 van de wetten op de Rijkscomptabiliteit, gecoördineerd op 17 juli 1991.

De personeelsleden die met het toezicht belast zijn, hebben het recht het Vlaams Centrum Schuldenlast te bezoeken. Het Vlaams Centrum Schuldenlast stelt aan die personeelsleden alle gegevens ter beschikking die voor het toezicht noodzakelijk zijn. Ze staan die personeelsleden toe om ter plaatse de naleving van de bepalingen, vermeld in het eerste lid, te verifiëren en alle stappen te ondernemen die daarvoor nodig zijn.

Van hun vaststellingen maken de personeelsleden, vermeld in het tweede lid, een verslag op. Een afschrift van het verslag wordt naar het Vlaams Centrum Schuldenlast gestuurd. Afdeling 3. - Overgangsbepalingen

Art. 15sexies decies. De beslissing over de subsidiëring met toepassing van artikel 15bis valt samen met de beslissing over de goedkeuring van het eerste jaarplan, bedoeld in artikel 15septies.

Art. 15septies decies. In afwijking van artikel 15sexies wordt het eerste meerjarenplan van het Vlaams Centrum Schuldenlast opgemaakt voor een periode van drie jaar, van 1 januari 2013 tot en met 31 december 2015.

In afwijking van artikel 15quinquies dient het Vlaams Centrum Schuldenlast dat eerste meerjarenplan voor 30 juni 2012 in bij de administratie. De behandeling en goedkeuring verlopen verder overeenkomstig de bepalingen in dit besluit."

Art. 6.Bijlage II en III van hetzelfde besluit, toegevoegd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 11 januari 2008Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 11/01/2008 pub. 20/03/2008 numac 2008200791 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 25 maart 1997 tot uitvoering van het decreet van 24 juli 1996 houdende regeling tot erkenning van de instellingen voor schuldbemiddeling in de Vlaamse Gemeenschap type besluit van de vlaamse regering prom. 11/01/2008 pub. 23/01/2008 numac 2008035096 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 6 februari 1991 houdende vaststelling van het Vlaams reglement betreffende de milieuvergunning en het besluit van de Vlaamse Regering van 7 december 2007 tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 6 februari 1991 houdende vaststelling van het Vlaams reglement betreffende de milieuvergunning en het besluit van de Vlaamse Regering van 1 juni 1995 houdende algemene en sectorale bepalingen inzake milieuhygiëne sluiten, worden opgeheven.

Art. 7.Dit besluit treedt in werking op 1 oktober 2011.

Art. 8.De Vlaamse minister, bevoegd voor de bijstand aan personen, is belast met de uitvoering van dit besluit.

Brussel, 7 oktober 2011.

De minister-president van de Vlaamse Regering, K. PEETERS De Vlaamse minister van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin, J. VANDEURZEN

^