Etaamb.openjustice.be
Besluit Van De Vlaamse Regering van 05 juli 2024
gepubliceerd op 08 augustus 2024

Besluit van de Vlaamse Regering tot het waarborgen van toereikende wettelijke minimumlonen voor het personeel van het onderwijs in de Vlaamse Gemeenschap

bron
vlaamse overheid
numac
2024007587
pub.
08/08/2024
prom.
05/07/2024
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

5 JULI 2024. - Besluit van de Vlaamse Regering tot het waarborgen van toereikende wettelijke minimumlonen voor het personeel van het onderwijs in de Vlaamse Gemeenschap


Rechtsgronden Dit besluit is gebaseerd op: - de Codex Hoger Onderwijs van 11 oktober 2013, bekrachtigd bij het decreet van 20 december 2013Relevante gevonden documenten type decreet prom. 20/12/2013 pub. 05/03/2014 numac 2014035242 bron vlaamse overheid Decreet houdende instemming met het samenwerkingsakkoord van 12 juni 2013 tussen de federale overheid, de Gewesten en de Gemeenschappen voor de oprichting van het interfederaal Centrum voor gelijke kansen en bestrijding van discriminatie en racisme onder de vorm van een gemeenschappelijke instelling zoals bedoeld in artikel 92bis van de bijzondere wet van 8 augustus 1980 type decreet prom. 20/12/2013 pub. 28/01/2014 numac 2014200213 bron vlaamse overheid Decreet houdende instemming met het samenwerkingsakkoord van 12 juni 2013 tussen de federale overheid, de Gewesten en de Gemeenschappen voor de oprichting van het interfederaal Centrum voor gelijke kansen en bestrijding van discriminatie en racisme onder de vorm van een gemeenschappelijke instelling zoals bedoeld in artikel 92bis van de bijzondere wet van 8 augustus 1980 sluiten, artikel V.33, eerste lid, artikel V.60, eerste lid, artikel V.155 en artikel V.177; - de Codificatie sommige bepalingen voor het onderwijs van 28 oktober 2016, bekrachtigd bij het decreet van 23 december 2016Relevante gevonden documenten type decreet prom. 23/12/2016 pub. 24/01/2017 numac 2017020075 bron vlaamse overheid Decreet houdende wijziging van artikel 166 van het decreet van 27 maart 2009 betreffende radio-omroep en televisie, wat betreft de regionale televisieomroeporganisaties sluiten, artikel V.47, § 2 en V.48.

Vormvereisten De volgende vormvereisten zijn vervuld: - De Inspectie van Financiën heeft advies gegeven op 8 april 2024. - De gemeenschappelijke vergadering van Sectorcomité X, van onderafdeling Vlaamse Gemeenschap van afdeling 2 van het Comité voor de provinciale en plaatselijke overheidsdiensten en van het overkoepelend onderhandelingscomité, vermeld in artikel 4 van het decreet van 5 april 1995 tot oprichting van onderhandelingscomités in het vrij gesubsidieerd onderwijs, heeft protocol nr. 140 gesloten op 13 mei 2024. - Het Vlaams Onderhandelingscomité voor de basiseducatie, vermeld in artikel 4 van het decreet van 23 januari 2009Relevante gevonden documenten type decreet prom. 23/01/2009 pub. 26/03/2009 numac 2009201243 bron vlaamse overheid Decreet houdende oprichting van onderhandelingscomités voor de basiseducatie en voor het Vlaams Ondersteuningscentrum voor het Volwassenenonderwijs sluiten houdende oprichting van onderhandelingscomités voor de basiseducatie en voor het Vlaams Ondersteuningscentrum voor het Volwassenenonderwijs, heeft protocol nr. 225 gesloten op 13 mei 2024. - Het Vlaams Onderhandelingscomité voor het hoger onderwijs en het Universitair Ziekenhuis Gent, vermeld in de Codex Hoger Onderwijs van 11 oktober 2013, heeft protocol nr. 138 gesloten op 13 mei 2024. - De Raad van State heeft advies 76.599/1 gegeven op 26 juni 2024, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973.

Motivering Dit besluit is gebaseerd op het volgende motief: - Richtlijn 2022/2041 van 19 oktober 2022 betreffende toereikende minimumlonen in de Europese Unie legt de lidstaten op maatregelen te nemen die moeten zorgen voor toereikende minimumlonen zodat personeelsleden een behoorlijke levensstandaard kunnen genieten. De richtlijn moet uiterlijk op 15 november 2024 omgezet zijn.

Initiatiefnemer Dit besluit wordt voorgesteld door de Vlaamse minister van Onderwijs, Sport, Dierenwelzijn en Vlaamse Rand.

Na beraadslaging, DE VLAAMSE REGERING BESLUIT:

HOOFDSTUK 1. - Algemene bepaling

Artikel 1.Dit besluit voorziet in een gedeeltelijke omzetting van de richtlijn (EU) 2022/2041 van het Europees Parlement en de Raad van 19 oktober 2022 betreffende toereikende minimumlonen in de Europese Unie.

HOOFDSTUK 2. - Wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 20 oktober 2000Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 20/10/2000 pub. 28/11/2000 numac 2000036136 bron ministerie van de vlaamse gemeenschap Besluit van de Vlaamse regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse regering van 22 juni 1999 betreffende de minimale studieomvang van de voortgezette lerarenopleidingen in de hogescholen van de Vlaamse Gemeenschap type besluit van de vlaamse regering prom. 20/10/2000 pub. 13/12/2000 numac 2000036171 bron ministerie van de vlaamse gemeenschap Besluit van de Vlaamse regering tot reglementering van het sociale huurstelsel voor sociale huurwoningen die worden verhuurd of onderverhuurd door de Vlaamse Huisvestingsmaatschappij of een sociale huisvestingsmaatschappij met toepassing van titel VII van de Vlaamse Wooncode sluiten tot vaststelling van de niveaus, de graden en de daaraan verbonden salarisschalen van het administratief en technisch personeel van de universiteiten in de Vlaamse Gemeenschap

Art. 2.Aan hoofdstuk 1 van het besluit van de Vlaamse Regering van 20 oktober 2000Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 20/10/2000 pub. 28/11/2000 numac 2000036136 bron ministerie van de vlaamse gemeenschap Besluit van de Vlaamse regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse regering van 22 juni 1999 betreffende de minimale studieomvang van de voortgezette lerarenopleidingen in de hogescholen van de Vlaamse Gemeenschap type besluit van de vlaamse regering prom. 20/10/2000 pub. 13/12/2000 numac 2000036171 bron ministerie van de vlaamse gemeenschap Besluit van de Vlaamse regering tot reglementering van het sociale huurstelsel voor sociale huurwoningen die worden verhuurd of onderverhuurd door de Vlaamse Huisvestingsmaatschappij of een sociale huisvestingsmaatschappij met toepassing van titel VII van de Vlaamse Wooncode sluiten tot vaststelling van de niveaus, de graden en de daaraan verbonden salarisschalen van het administratief en technisch personeel van de universiteiten in de Vlaamse Gemeenschap, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 14 maart 2003, 19 januari 2007 en 22 april 2022, wordt een artikel 3/1 toegevoegd, dat luidt als volgt: "

Art. 3/1.Met ingang van 1 november 2024 wordt iedere vier jaar de toereikendheid beoordeeld van het aanvangssalaris van de laagste nog geldende salarisschaal in niveau D, vermeld in artikel 2. De Vlaamse minister, bevoegd voor het onderwijs, beslist wie de beoordeling uitvoert. Bij die beoordeling wordt rekening gehouden met: 1° de koopkracht van de personeelsleden die de aanvangssalarissen van de laagste nog geldende salarisschaal in niveau D, vermeld in artikel 2, ontvangen, rekening houdend met de kosten voor levensonderhoud;2° het algemene niveau van de wedden en lonen en de verdeling ervan;3° het groeipercentage van de wedden en lonen;4° nationale productiviteitsniveaus en -ontwikkelingen op lange termijn;5° de indicatieve referentiewaarde van 50% van de gemiddelde brutowedde en het gemiddelde brutoloon. De beoordeling, vermeld in het eerste lid, wordt door de Vlaamse minister, bevoegd voor het onderwijs, voor advies voorgelegd aan een commissie die samengesteld is uit een afvaardiging van de representatieve vakorganisaties en van de onderwijsverstrekkers. De commissie bezorgt uiterlijk twee maanden na de aanvraag haar advies aan de Vlaamse minister, bevoegd voor het onderwijs.

Een afvaardiging als vermeld in het tweede lid, bestaat uit maximaal tien leden. Een personeelslid van het beleidsdomein Onderwijs en Vorming treedt op als secretaris van de commissie."

HOOFDSTUK 3. - Wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 4 mei 2001Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 04/05/2001 pub. 09/01/2002 numac 2001036476 bron ministerie van de vlaamse gemeenschap Besluit van de Vlaamse regering tot vaststelling van de salarisschalen van het assisterend academisch personeel van de universiteiten in de Vlaamse Gemeenschap sluiten tot vaststelling van de salarisschalen van het assisterend academisch personeel van de universiteiten in de Vlaamse Gemeenschap.

Art. 3.In het besluit van de Vlaamse Regering van 4 mei 2001Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 04/05/2001 pub. 09/01/2002 numac 2001036476 bron ministerie van de vlaamse gemeenschap Besluit van de Vlaamse regering tot vaststelling van de salarisschalen van het assisterend academisch personeel van de universiteiten in de Vlaamse Gemeenschap sluiten tot vaststelling van de salarisschalen van het assisterend academisch personeel van de universiteiten in de Vlaamse Gemeenschap, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 14 maart 2003, wordt een artikel 2/1 ingevoegd, dat luidt als volgt: "

Art. 2/1.Met ingang van 1 november 2024 wordt iedere vier jaar de toereikendheid beoordeeld van het aanvangssalaris van assistent, vermeld in artikel 1, § 2. De Vlaamse minister, bevoegd voor het onderwijs, beslist wie de beoordeling uitvoert. Bij die beoordeling wordt rekening gehouden met: 1° de koopkracht van de personeelsleden die het aanvangssalaris, vermeld in artikel 1, § 2, ontvangen, rekening houdend met de kosten voor levensonderhoud;2° het algemene niveau van de wedden en lonen en de verdeling ervan;3° het groeipercentage van de wedden en lonen;4° nationale productiviteitsniveaus en -ontwikkelingen op lange termijn;5° de indicatieve referentiewaarde van 50% van de gemiddelde brutowedde en het gemiddelde brutoloon. De beoordeling, vermeld in het eerste lid, wordt door de Vlaamse minister, bevoegd voor het onderwijs, voor advies voorgelegd aan een commissie die samengesteld is uit een afvaardiging van de representatieve vakorganisaties en van de onderwijsverstrekkers. De commissie bezorgt uiterlijk twee maanden na de aanvraag haar advies aan de Vlaamse minister, bevoegd voor het onderwijs.

Een afvaardiging als vermeld in het tweede lid, bestaat uit maximaal tien leden. Een personeelslid van het beleidsdomein Onderwijs en Vorming treedt op als secretaris van de commissie.".

HOOFDSTUK 4. - Wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 21 februari 2003Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 21/02/2003 pub. 28/04/2003 numac 2003035363 bron ministerie van de vlaamse gemeenschap Besluit van de Vlaamse regering houdende vaststelling van de loopbaanstructuur en van de salarisschalen van het administratief en technisch personeel van de hogescholen in de Vlaamse Gemeenschap type besluit van de vlaamse regering prom. 21/02/2003 pub. 16/07/2003 numac 2003035729 bron ministerie van de vlaamse gemeenschap Besluit van de Vlaamse regering houdende vaststelling van de salarisschalen en de concordantie van de ambten van de leden van het bestuurs- en onderwijzend personeel en houdende vaststelling van de loopbaanstructuur, de salarisschalen en de concordantie van de ambten van de leden van het administratief en technisch personeel van de Hogere Zeevaartschool sluiten houdende vaststelling van de loopbaanstructuur en van de salarisschalen van het administratief en technisch personeel van de hogescholen in de Vlaamse Gemeenschap

Art. 4.In het besluit van de Vlaamse Regering van 21 februari 2003Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 21/02/2003 pub. 28/04/2003 numac 2003035363 bron ministerie van de vlaamse gemeenschap Besluit van de Vlaamse regering houdende vaststelling van de loopbaanstructuur en van de salarisschalen van het administratief en technisch personeel van de hogescholen in de Vlaamse Gemeenschap type besluit van de vlaamse regering prom. 21/02/2003 pub. 16/07/2003 numac 2003035729 bron ministerie van de vlaamse gemeenschap Besluit van de Vlaamse regering houdende vaststelling van de salarisschalen en de concordantie van de ambten van de leden van het bestuurs- en onderwijzend personeel en houdende vaststelling van de loopbaanstructuur, de salarisschalen en de concordantie van de ambten van de leden van het administratief en technisch personeel van de Hogere Zeevaartschool sluiten houdende vaststelling van de loopbaanstructuur en van de salarisschalen van het administratief en technisch personeel van de hogescholen in de Vlaamse Gemeenschap, het laatst gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 2 december 2022Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 02/12/2022 pub. 08/02/2023 numac 2022043344 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van de bijlage bij het besluit van de Vlaamse regering van 21 februari 2003 houdende vaststelling van de loopbaanstructuur en van de salarisschalen van het administratief en technisch personeel van de hogescholen in de Vlaamse Gemeenschap en artikel 2 van het besluit van de Vlaamse Regering van 5 oktober 2018 tot vaststelling van de salarisschalen van de leden van het onderwijzend personeel van de hogescholen in de Vlaamse Gemeenschap sluiten, wordt een artikel 6/1 ingevoegd, dat luidt als volgt: "

Art. 6/1.Met ingang van 1 november 2024 wordt iedere vier jaar de toereikendheid beoordeeld van het minimumsalaris van de laagste nog geldende salarisschaal in niveau D, vermeld in de bijlage. De Vlaamse minister, bevoegd voor het onderwijs, beslist wie de beoordeling uitvoert. Bij die beoordeling wordt rekening gehouden met: 1° de koopkracht van de personeelsleden die de minimumsalarissen van de laagste nog geldende salarisschaal in niveau D, vermeld in de bijlage, ontvangen, rekening houdend met de kosten voor levensonderhoud;2° het algemene niveau van de wedden en lonen en de verdeling ervan;3° het groeipercentage van de wedden en lonen;4° nationale productiviteitsniveaus en -ontwikkelingen op lange termijn;5° de indicatieve referentiewaarde van 50% van de gemiddelde brutowedde en het gemiddelde brutoloon. De beoordeling, vermeld in het eerste lid, wordt door de Vlaamse minister, bevoegd voor het onderwijs, voor advies voorgelegd aan een commissie die samengesteld is uit een afvaardiging van de representatieve vakorganisaties en van de onderwijsverstrekkers. De commissie bezorgt uiterlijk twee maanden na de aanvraag haar advies aan de Vlaamse minister, bevoegd voor het onderwijs.

Een afvaardiging als vermeld in het tweede lid, bestaat uit maximaal tien leden. Een personeelslid van het beleidsdomein Onderwijs en Vorming treedt op als secretaris van de commissie.".

HOOFDSTUK 5. - Wijzigingen van het besluit van de Vlaamse Regering van 5 oktober 2018Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 05/10/2018 pub. 07/11/2018 numac 2018040744 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot vaststelling van de salarisschalen van de leden van het onderwijzend personeel van de hogescholen in de Vlaamse Gemeenschap type besluit van de vlaamse regering prom. 05/10/2018 pub. 31/10/2018 numac 2018040749 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering houdende de salarisschalen van bepaalde personeelsleden van het onderwijs sluiten tot vaststelling van de salarisschalen van de leden van het onderwijzend personeel van de hogescholen in de Vlaamse Gemeenschap.

Art. 5.In artikel 2, § 2, van het besluit van de Vlaamse Regering van 5 oktober 2018Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 05/10/2018 pub. 07/11/2018 numac 2018040744 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot vaststelling van de salarisschalen van de leden van het onderwijzend personeel van de hogescholen in de Vlaamse Gemeenschap type besluit van de vlaamse regering prom. 05/10/2018 pub. 31/10/2018 numac 2018040749 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering houdende de salarisschalen van bepaalde personeelsleden van het onderwijs sluiten tot vaststelling van de salarisschalen van de leden van het onderwijzend personeel van de hogescholen in de Vlaamse Gemeenschap wordt in de zesde rij van de eerste kolom van de tabel het woord "assistent" vervangen door de zinsnede "assistent, praktijkassistent".

Art. 6.In hoofdstuk 2 van hetzelfde besluit, het laatst gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 2 december 2022Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 02/12/2022 pub. 08/02/2023 numac 2022043344 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van de bijlage bij het besluit van de Vlaamse regering van 21 februari 2003 houdende vaststelling van de loopbaanstructuur en van de salarisschalen van het administratief en technisch personeel van de hogescholen in de Vlaamse Gemeenschap en artikel 2 van het besluit van de Vlaamse Regering van 5 oktober 2018 tot vaststelling van de salarisschalen van de leden van het onderwijzend personeel van de hogescholen in de Vlaamse Gemeenschap sluiten, wordt een artikel 3/1 ingevoegd, dat luidt als volgt: "

Art. 3/1.Met ingang van 1 november 2024 wordt iedere vier jaar de toereikendheid beoordeeld van het laagste minimumsalaris. De Vlaamse minister, bevoegd voor het onderwijs, beslist wie de beoordeling uitvoert. Bij deze beoordeling wordt rekening gehouden met: 1° de koopkracht van de personeelsleden die het in de tabel in artikel 2, § 2, opgenomen laagste minimumsalaris ontvangen, rekening houdend met de kosten voor levensonderhoud;2° het algemene niveau van de wedden en lonen en de verdeling ervan;3° het groeipercentage van de wedden en lonen;4° nationale productiviteitsniveaus en - ontwikkelingen op lange termijn;5° de indicatieve referentiewaarde van 50% van de gemiddelde brutowedde en -loon. De beoordeling, vermeld in het eerste lid, wordt door de Vlaamse minister, bevoegd voor het onderwijs, voor advies voorgelegd aan een commissie die samengesteld is uit een afvaardiging van de representatieve vakorganisaties en van de onderwijsverstrekkers. De commissie bezorgt uiterlijk twee maanden na de aanvraag haar advies aan de Vlaamse minister, bevoegd voor het onderwijs.

Een afvaardiging als vermeld in het tweede lid, bestaat uit maximaal tien leden. Een personeelslid van het beleidsdomein Onderwijs en Vorming treedt op als secretaris van de commissie.".

HOOFDSTUK 6. - Wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 5 oktober 2018Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 05/10/2018 pub. 07/11/2018 numac 2018040744 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot vaststelling van de salarisschalen van de leden van het onderwijzend personeel van de hogescholen in de Vlaamse Gemeenschap type besluit van de vlaamse regering prom. 05/10/2018 pub. 31/10/2018 numac 2018040749 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering houdende de salarisschalen van bepaalde personeelsleden van het onderwijs sluiten houdende de salarisschalen van bepaalde personeelsleden van het onderwijs

Art. 7.Aan hoofdstuk 2 van het besluit van de Vlaamse Regering van 5 oktober 2018Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 05/10/2018 pub. 07/11/2018 numac 2018040744 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot vaststelling van de salarisschalen van de leden van het onderwijzend personeel van de hogescholen in de Vlaamse Gemeenschap type besluit van de vlaamse regering prom. 05/10/2018 pub. 31/10/2018 numac 2018040749 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering houdende de salarisschalen van bepaalde personeelsleden van het onderwijs sluiten houdende de salarisschalen van bepaalde personeelsleden van het onderwijs, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 22 april 2022, wordt een artikel 2/1 toegevoegd, dat luidt als volgt: "

Art. 2/1.Met ingang van 1 november 2024 wordt iedere vier jaar de toereikendheid beoordeeld van de minimumsalarissen van de salarisschalen 121 en 229, vermeld in de bijlage bij dit besluit. De Vlaamse minister, bevoegd voor het onderwijs, beslist wie de beoordeling uitvoert. Bij die beoordeling wordt rekening gehouden met: 1° de koopkracht van de personeelsleden die de minimumsalarissen van de salarisschalen 121 en 229, vermeld in de bijlage bij dit besluit, ontvangen, rekening houdend met de kosten voor levensonderhoud;2° het algemene niveau van de wedden en lonen en de verdeling ervan;3° het groeipercentage van de wedden en lonen;4° nationale productiviteitsniveaus en -ontwikkelingen op lange termijn;5° de indicatieve referentiewaarde van 50% van de gemiddelde brutowedde en het gemiddelde brutoloon. De beoordeling, vermeld in het eerste lid, wordt door de Vlaamse minister, bevoegd voor het onderwijs, voor advies voorgelegd aan een commissie die samengesteld is uit een afvaardiging van de representatieve vakorganisaties en van de onderwijsverstrekkers. De commissie bezorgt uiterlijk twee maanden na de aanvraag haar advies aan de Vlaamse minister, bevoegd voor het onderwijs.

Een afvaardiging als vermeld in het tweede lid, bestaat uit maximaal tien leden. Een personeelslid van het beleidsdomein Onderwijs en Vorming treedt op als secretaris van de commissie.".

HOOFDSTUK 7. - Slotbepalingen

Art. 8.Dit besluit treedt in werking op 1 november 2024, met uitzondering van artikel 5, dat uitwerking heeft met ingang van 1 april 2024.

Art. 9.De Vlaamse minister, bevoegd voor onderwijs en vorming, is belast met de uitvoering van dit besluit.

Brussel, 5 juli 2024.

De minister-president van de Vlaamse Regering, J. JAMBON De Vlaamse minister van Onderwijs, Sport, Dierenwelzijn en Vlaamse Rand, B. WEYTS


^