gepubliceerd op 08 juni 1999
Besluit van de Vlaamse regering tot vaststelling van de datum van inwerkingtreding van sommige bepalingen van het decreet van 9 juni 1998 houdende bepalingen tot wijziging van het Wetboek van de inkomstenbelastingen voor wat de onroerende voorheffing betreft en tot machtiging van de Vlaamse minister bevoegd voor de financiën om ambtenaren aan te wijzen belast met de vestiging en invordering van de onroerende voorheffing
4 MEI 1999. - Besluit van de Vlaamse regering tot vaststelling van de datum van inwerkingtreding van sommige bepalingen van het decreet van 9 juni 1998 houdende bepalingen tot wijziging van het Wetboek van de inkomstenbelastingen voor wat de onroerende voorheffing betreft en tot machtiging van de Vlaamse minister bevoegd voor de financiën om ambtenaren aan te wijzen belast met de vestiging en invordering van de onroerende voorheffing
De Vlaamse regering, Gelet op het wetboek van de inkomstenbelastingen 1992, inzonderheid op artikelen 298, 335, 336, 355, 356, 366, 367, 374, 375, 376, § 1 en § 3, 377, 378, 381, 382, 394bis, eerste en derde lid, 410, 414, § 2, 417, 420, 421, 445, 447, 461 en 469, gewijzigd bij het decreet van 9 juni 1998;
Gelet op het decreet van 9 juni 1998 houdende bepalingen tot wijziging van het wetboek van de inkomstenbelastingen voor wat de onroerende voorheffing betreft, inzonderheid op artikel 28, tweede lid;
Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën, gegeven op 16 februari 1999;
Gelet op de dringende noodzakelijkheid, gemotiveerd door de omstandigheid dat bij gebrek aan dit besluit de inkohiering niet van start kan gaan en de behandeling van de bezwaarschriften geen doorgang kan vinden waardoor de rechten van de burgers in het gedrang worden gebracht;
Gelet op het advies van de Raad van State, gegeven op 22 april 1999, met toepassing van artikel 84, eerste lid, 2°, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State;
Op voorstel van de Vlaamse minister van Financiën, Begroting en Gezondheidsbeleid;
Na beraadslaging, Besluit :
Artikel 1.Artikel 8 tot en met 27 van het decreet van 8 juni 1998 houdende bepalingen tot wijziging van het Wetboek van de inkomstenbelastingen voor wat betreft de onroerende voorheffing hebben uitwerking met ingang van 1 januari 1999.
Art. 2.Wat het Vlaams Gewest betreft, wordt de Vlaamse minister, bevoegd voor de financiën, gemachtigd om de ambtenaren aan te wijzen als bedoeld in artikelen 298, 335, 336, 355, 356, 366, 367, 374, 375, 376, § 1 en § 3, 377, 378, 381, 382, 394bis, eerste en derde lid, 410, 414, § 2, 417, 420, 421, 445, 447, 461 en 469 van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992.
Art. 3.De Vlaamse minister, bevoegd voor de financiën, is belast met de uitvoering van dit besluit.
Brussel, 4 mei 1999.
De minister-president van de Vlaamse regering, L. VAN DEN BRANDE De Vlaamse minister van Financiën, Begroting en Gezondheidsbeleid, Mevr. W. DEMEESTER-DE MEYER