gepubliceerd op 29 juli 2024
Besluit van de Vlaamse Regering tot toekenning van een financiële ondersteuning van maximaal 800.000 euro aan TAJO vzw voor het project `Talentateliers voor jongeren' voor de periode van 3 mei 2024 tot en met 2 mei 2026
3 MEI 2024. - Besluit van de Vlaamse Regering tot toekenning van een financiële ondersteuning van maximaal 800.000 euro aan TAJO vzw voor het project `Talentateliers voor jongeren' voor de periode van 3 mei 2024 tot en met 2 mei 2026
Rechtsgronden Dit besluit is gebaseerd op: - de
wet van 16 mei 2003Relevante gevonden documenten
type
wet
prom.
16/05/2003
pub.
25/06/2003
numac
2003003343
bron
federale overheidsdienst budget en beheerscontrole en federale overheidsdienst financien
Wet tot vaststelling van de algemene bepalingen die gelden voor de begrotingen, de controle op de subsidies en voor de boekhouding van de gemeenschappen en de gewesten, alsook voor de organisatie van de controle door het Rekenhof
type
wet
prom.
16/05/2003
pub.
30/07/2015
numac
2015000394
bron
federale overheidsdienst binnenlandse zaken
Wet tot vaststelling van de algemene bepalingen die gelden voor de begrotingen, de controle op de subsidies en voor de boekhouding van de gemeenschappen en de gewesten, alsook voor de organisatie van de controle door het Rekenhof. - Officieuze coördinatie in het Duits
sluiten tot vaststelling van de algemene bepalingen die gelden voor de begrotingen, de controle op de subsidies en voor de boekhouding van de gemeenschappen en de gewesten, alsook voor de organisatie van de controle door het Rekenhof, artikelen 11 tot en met 14; - het
decreet van 29 maart 2019Relevante gevonden documenten
type
decreet
prom.
29/03/2019
pub.
29/05/2019
numac
2019012533
bron
vlaamse overheid
Decreet houdende de Vlaamse Codex Overheidsfinanciën
sluiten houdende de Vlaamse Codex Overheidsfinanciën, hoofdstuk 8, gewijzigd bij de decreten van 9 juli 2021 en 1 juli 2022; - het
decreet van 22 december 2023Relevante gevonden documenten
type
decreet
prom.
22/12/2023
pub.
29/01/2024
numac
2024000498
bron
vlaamse overheid
Decreet houdende de uitgavenbegroting van de Vlaamse Gemeenschap voor het begrotingsjaar 2024
sluiten houdende de algemene uitgavenbegroting van de Vlaamse Gemeenschap voor het begrotingsjaar 2024, artikel 30; - het
besluit van de Vlaamse Regering van 2 oktober 2019Relevante gevonden documenten
type
besluit van de vlaamse regering
prom.
02/10/2019
pub.
18/10/2019
numac
2019014947
bron
vlaamse overheid
Besluit van de Vlaamse Regering tot bepaling van de bevoegdheden van de leden van de Vlaamse Regering
sluiten tot bepaling van de bevoegdheden van de leden van de Vlaamse Regering, het laatst gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 18 mei 2022.
Vormvereisten De volgende vormvereisten zijn vervuld: - De Inspectie van Financiën heeft een gunstig advies gegeven op 9 april 2024; - De Vlaamse minister, bevoegd voor het budgettair beleid, heeft zijn akkoord gegeven op 1 mei 2024.
Motivering Dit besluit is gebaseerd op het volgende motief: - Door dit project te realiseren wordt bijgedragen aan doelstellingen voor de uitvoering van de beleidsnota Onderwijs 2019-2024 met betrekking tot de bepalingen over spijbelen en vroegtijdig schoolverlaten.
Juridisch kader Dit besluit sluit aan bij de volgende regelgeving: - het besluit van de Vlaamse Regering van 17 mei 2019Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 17/05/2019 pub. 08/08/2019 numac 2019041469 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering ter uitvoering van de Vlaamse Codex Overheidsfinanciën van 29 maart 2019 sluiten ter uitvoering van de Vlaamse Codex Overheidsfinanciën van 29 maart 2019, hoofdstuk 8, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 28 oktober 2022.
Initiatiefnemer Dit besluit wordt voorgesteld door de Vlaamse minister van Onderwijs, Sport, Dierenwelzijn en de Vlaamse Rand.
Na beraadslaging, DE VLAAMSE REGERING BESLUIT:
Artikel 1.Ten laste van het krediet dat is ingeschreven onder begrotingsartikel FB0-1FGD2GE-WT basisallocatie 1FG051 van de algemene uitgavenbegroting van de Vlaamse overheid voor het begrotingsjaar 2024, wordt een financiële ondersteuning verleend aan TAJO vzw, gevestigd in de Gaston Crommenlaan 4 noord, 9050 Ledeberg, met ondernemingsnummer 0701.661.673, voor een bedrag van maximaal 800.000 euro (achthonderdduizend euro).
Art. 2.De financiële ondersteuning, vermeld in artikel 1, moet worden aangewend voor de personeels- en werkingskosten die verbonden zijn aan de uitvoering van het project Talentateliers voor jongeren.
Art. 3.De financiële ondersteuning, vermeld in artikel 1, heeft betrekking op de periode van 3 mei 2024 tot en met 2 mei 2026.
Art. 4.Het project Talentateliers voor jongeren heeft de opdrachten om: 1° in te zetten op een brede uitrol van talentateliers met het oog op een bestendiging van de werking in Kortrijk en een uitbreiding van de werking naar Antwerpen door middel van replicatie, professionalisering en verhoogde rendabiliteit.Dat houdt ten minste in dat het project Talentateliers voor jongeren in de steden Kortrijk en Antwerpen: a) kennis rond en professionalisering van opstartmethodologie repliceert;b) kennis rond en professionalisering van opmaak van een curriculum van drie jaargangen repliceert, waarbij die expertise in-house gegenereerd wordt;c) de rapportage van data rond de onderwijsloopbaan van de deelnemende jongeren in een CRM-tool automatiseert;d) een rendabel netwerk van professionals, bestaande uit vrijwillige gastdocenten, opbouwt, waarbij die expertise in-house gegenereerd wordt;2° investeren in structureel educatief materiaal ter ondersteuning van de talentateliers in de steden Kortrijk en Antwerpen;3° in de steden Kortrijk en Antwerpen per klas een educatief coördinator aanstellen, die de opdracht heeft om: a) professionals te engageren;b) ateliers te ontwikkelen;c) de zaterdagwerking tijdens het schooljaar te coördineren;4° in de steden Kortrijk en Antwerpen een sitemanager aanstellen, die de opdracht heeft om: a) de TAJO-methodologie en het TAJO-netwerk structureel neer te zetten;b) data te verzamelen met het oog op impactmetingen.
Art. 5.§ 1. TAJO vzw, vermeld in artikel 1, levert uiterlijk op 1 juni 2025 een tussentijds inhoudelijk en financieel verslag af. Het tussentijdse inhoudelijk en financieel verslag wordt elektronisch ter beschikking gesteld van het Departement Onderwijs en Vorming, afdeling Leerplicht. Het tussentijdse inhoudelijk en financieel verslag omvat minstens de volgende elementen: 1° een omschrijving van hoe ingezet wordt op een brede uitrol van talentateliers met het oog op een bestendiging van de werking in Kortrijk en een uitbreiding van de werking naar Antwerpen door middel van replicatie, professionalisering en verhoogde rendabiliteit, waarbij aandacht wordt besteed aan hoe: a) kennis rond en professionalisering van opstartmethodologie gerepliceerd wordt in de steden Kortrijk en Antwerpen;b) kennis rond en professionalisering van opmaak van een curriculum van drie jaargangen gerepliceerd wordt;c) de rapportage van data in een CRM-tool geautomatiseerd wordt;d) een rendabel netwerk van professionals, bestaande uit gastdocenten, opgebouwd wordt;2° een omschrijving van hoe geïnvesteerd wordt in structureel educatief materiaal ter ondersteuning van de talentateliers in de steden Kortrijk en Antwerpen;3° een omschrijving van hoe invulling wordt gegeven aan de taken van de educatief coördinatoren en de sitemanagers;4° een omschrijving van hoe wordt gewerkt naar het behalen van de kritische prestatie-indicatoren zoals opgenomen in de projectaanvraag, terug te vinden in bijlage 1 bij dit besluit;5° een stand van zaken van de reeds gemaakte kosten, duidelijk opgedeeld in kostencategorieën en getoetst aan de begroting. § 2. TAJO vzw, vermeld in artikel 1, levert uiterlijk op 1 juni 2026 een eindrapport af. Het eindrapport wordt elektronisch ter beschikking gesteld van het Departement Onderwijs en Vorming, afdeling Leerplicht.
Het eindrapport bevat de volgende elementen: 1° een inhoudelijk verslag dat minstens de volgende elementen bevat: a) een omschrijving van hoe ingezet werd op een brede uitrol van talentateliers met het oog op een bestendiging van de werking in Kortrijk en een uitbreiding van de werking naar Antwerpen door middel van replicatie, professionalisering en verhoogde rendabiliteit, waarbij aandacht wordt besteed aan hoe: 1) kennis rond en professionalisering van opstartmethodologie gerepliceerd werd in de steden Kortrijk en Antwerpen;2) kennis rond en professionalisering van opmaak van een curriculum van drie jaargangen gerepliceerd werd;3) de rapportage van data in een CRM-tool geautomatiseerd werd;4) een rendabel netwerk van professionals, bestaande uit gastdocenten, opgebouwd werd;b) een omschrijving van hoe geïnvesteerd werd in structureel educatief materiaal ter ondersteuning van de talentateliers in de steden Kortrijk en Antwerpen;c) een omschrijving van hoe invulling werd gegeven aan de taken van de educatief coördinatoren en de sitemanagers;d) een omschrijving van hoe werd gewerkt naar het behalen van de kritische prestatie-indicatoren zoals opgenomen in de projectaanvraag, terug te vinden in bijlage 1 bij dit besluit;2° een financieel verslag met een overzicht van alle gemaakte kosten met de bijbehorende facturen en bewijsstukken.De verantwoordingsstukken moeten worden ingediend conform de richtlijnen van het Departement Onderwijs en Vorming.
Het Departement Onderwijs en Vorming kan vrij beschikken over het eindrapport en kan alle gegevens die in het kader van de opdracht zijn aangemaakt of verzameld, opvragen op een geïnformatiseerde of elektronische drager. § 3. De gegevens die ter beschikking worden gesteld aan TAJO vzw, vermeld in artikel 2, met het oog op de uitvoering van het project, vermeld in artikel 5, kunnen niet voor andere doeleinden worden gebruikt of worden meegedeeld aan derden.
Art. 6.Een eerste schijf van 40% wordt uitbetaald nadat dit besluit is goedgekeurd en nadat de middelen zijn vastgelegd.
Een tweede schijf van 40% wordt uitbetaald nadat het tussentijdse inhoudelijke en financiële verslag, vermeld in artikel 5, § 1, is goedgekeurd door het Departement Onderwijs en Vorming, afdeling Leerplicht.
Het saldo van maximaal 20% wordt uitbetaald nadat het Departement Onderwijs en Vorming, afdeling Leerplicht het eindrapport, vermeld in artikel 5, § 2, heeft ontvangen en goedgekeurd. Naast het eindrapport, vermeld in artikel 5, § 2, worden ook een schuldvordering en de nodige bewijsstukken over de uitgaven voorgelegd, waaruit blijkt dat de uitgaven zijn gedaan binnen de periode, vermeld in artikel 3.
De financiële ondersteuning wordt overgeschreven op het rekeningnummer BE24 8903 1419 3438 (BIC VDSP BE91) van TAJO vzw, Gaston Crommenlaan 4 noord, 9050 Ledeberg, ondernemingsnummer 0701.661.673.
Art. 7.Alle briefwisseling, overleg en betalingen tussen het Departement Onderwijs en Vorming en TAJO vzw, vermeld in artikel 1, worden geregeld via het Departement Onderwijs en Vorming, afdeling Leerplicht, gevestigd in Koning Albert II-laan 15, 1210 Brussel.
Art. 8.Met behoud van de toepassing van de bepalingen over administratie en begrotingscontrole aanvaardt TAJO vzw, vermeld in artikel 1, de controle van de uitvoering van het project, conform artikel 4, door de personeelsleden van de Vlaamse overheid of door de personeelsleden van het Rekenhof.
Art. 9.TAJO vzw, vermeld in artikel 1, gebruikt bij elke communicatie over het project waarvoor de financiële ondersteuning wordt verleend op elke informatiedrager het standaardlogo van de Vlaamse overheid met of zonder bijschrift. Het voormelde standaardlogo met en zonder bijschrift staat op de website van het Vlaams Ministerie van Onderwijs en Vorming.
TAJO vzw, vermeld in artikel 1, engageert zich ertoe om het belang van het gebruik van het Nederlands te erkennen bij de uitvoering van de activiteiten.
Art. 10.TAJO vzw, vermeld in artikel 1, betaalt onmiddellijk het bedrag of een gedeelte van de verleende financiële ondersteuning terug als de toekenningsvoorwaarden onvolledig, onzorgvuldig, niet of niet tijdig zijn vervuld of als de financiële ondersteuning is aangewend voor andere doeleinden dan waarvoor ze is verleend.
Art. 11.Het Departement Onderwijs en Vorming kan in geen geval aansprakelijk worden gesteld voor om het even welke schade aan goederen en personen die rechtstreeks of onrechtstreeks voortvloeit uit de uitvoering van het project, vermeld in artikel 4.
Art. 12.De bijlage bij dit besluit maakt er integraal deel van uit.
Art. 13.De Vlaamse minister, bevoegd voor onderwijs en vorming, is belast met de uitvoering van dit besluit.
Brussel, 3 mei 2024.
De minister-president van de Vlaamse Regering, J. JAMBON De Vlaamse minister van Onderwijs, Sport, Dierenwelzijn en Vlaamse Rand, B. WEYTS
Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld