gepubliceerd op 21 februari 2024
Besluit van de regering van de Franse Gemeenschap tot vaststelling van de criteria en de voorwaarden voor geldigheid van de professionele leergemeenschappen, andere nadere regel dan de voortgezette beroepsopleiding, ter uitvoering van artikel 6.1.5-11, § 2 van het wetboek voor het basis- en secundair onderwijs
18 JANUARI 2024. - Besluit van de regering van de Franse Gemeenschap tot vaststelling van de criteria en de voorwaarden voor geldigheid van de professionele leergemeenschappen, andere nadere regel dan de voortgezette beroepsopleiding, ter uitvoering van artikel 6.1.5-11, § 2 van het wetboek voor het basis- en secundair onderwijs
De Regering van de Franse Gemeenschap, Gelet op het Wetboek voor het basis- en secundair onderwijs, artikel 6.1.5-11, § 2, tweede lid;
Gelet op het decreet van 11 juli 2002Relevante gevonden documenten type decreet prom. 11/07/2002 pub. 31/08/2002 numac 2002029419 bron ministerie van de franse gemeenschap Decreet betreffende de opleiding tijdens de loopbaan in het buitengewoon onderwijs, het gewoon secundair onderwijs en de psycho-medisch-sociale centra en tot oprichting van een instituut voor opleidingen tijdens de loopbaan type decreet prom. 11/07/2002 pub. 31/08/2002 numac 2002029418 bron ministerie van de franse gemeenschap Decreet betreffende de opleiding tijdens de loopbaan voor het personeel van de inrichtingen voor gewoon basisonderwijs sluiten betreffende het "'Institut interréseaux de la Formation professionnelle continue (IFPC)", artikel 26, § 2, 2° ;
Gelet op het advies van de Raad voor voortgezette beroepsopleiding, gegeven op 7 september 2022;
Gelet op het advies van de Sturingscommissie, gegeven op 18 oktober 2022;
Gelet op de « gendertest » van 1 maart 2023 uitgevoerd met toepassing van artikel 4, tweede lid, 1°, van het decreet van 7 januari 2016Relevante gevonden documenten type decreet prom. 07/01/2016 pub. 12/02/2016 numac 2016029074 bron ministerie van de franse gemeenschap Decreet houdende integratie van de genderdimensie in het geheel van de beleidslijnen van de Franse Gemeenschap sluiten houdende integratie van de genderdimensie in het geheel van de beleidslijnen van de Franse Gemeenschap;
Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën, gegeven op 24 mei 2023;
Gelet op de akkoordbevinding van de Minister van Begroting van 15 juni 2023;
Gelet op het protocol voor vakbondsonderhandelingen in het onderhandelingscomité van Sector IX, het Comité voor de provinciale en plaatselijke overheidsdiensten - afdeling II en het onderhandelingscomité voor het statuut van het personeel van het gesubsidieerd vrij onderwijs overeenkomstig de procedure van het koninklijk besluit van 28 september 1984 tot uitvoering van de wet van 19 december 1974 tot regeling van de betrekkingen tussen de overheid en de vakbonden van haar personeel die onder deze overheid ressorteren, gesloten op 5 september 2023;
Gelet op het onderhandelingsprotocol van 12 september 2023 met het onderhandelingscomité tussen de Regering en Wallonie Bruxelles Enseignement en de federaties van inrichtende machten bedoeld in artikel 1.6.5-6 en volgende van het Wetboek voor het basis- en secundair onderwijs;
Gelet op het advies nr. 74.706/2 van de Raad van State, gegeven op 4 december 2023, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;
Op de voordracht van de Minister van Onderwijs;
Na beraadslaging, Besluit : HOOFDSTUK 1. - Algemene bepaling
Artikel 1.In dit besluit wordt verstaan onder : 1° « begunstigde van de opleiding » : de begunstigde van de opleiding bedoeld in artikel 6.1.1-2, 2° en 3°, van het Wetboek voor het onderwijs; 2° « Wetboek voor het onderwijs » : het Wetboek voor het basis- en secundair onderwijs;3° « professionele leergemeenschap » : de nadere regel voor de opleiding die, door een evenwicht tussen de erkenning van de ervaring van beoefenaars en het gebruik van expertise, een beslissende plaats geeft aan collectieve reflectie, de analyse van beroepspraktijken tussen collega's en samenwerking om de discussies te concentreren op de kern van de taak van de begunstigde van de opleiding, binnen een kader van steun, respect en vertrouwen; 4° « portfolio » : hulpmiddel voor beroepsontwikkeling bepaald in artikel 6.1.6-7 van het Wetboek voor het onderwijs; 5° « verantwoordelijke van de opleiding » : het "Institut interréseaux de la Formation professionnelle continue", Wallonie-Bruxelles Enseignement, of een federatie van inrichtende machten in functie van de verantwoordelijkheid die hen wordt toevertrouwd overeenkomstig artikel 6.1.3-3 van het Wetboek voor het onderwijs. HOOFDSTUK 2. - Professionele leergemeenschappen
Art. 2.§ 1. Om erkend te worden als programma van voortgezette beroepsopleiding in artikel 6.1.5-11, § 2, tweede lid van het Wetboek voor het onderwijs moet een professionele leergemeenschap garanderen dat aan alle volgende criteria wordt voldaan : 1° een betrokkenheid bij samenwerking gebaseerd op het delen van beroepspraktijken;2° een specifieke duur en wijze van organisatie;3° een geschikt kader dat voorwaarden biedt die bevorderlijk zijn voor de uitwisseling en het bevorderen van de voorwaarden voor expressie van elke deelnemer;4° een karakter interschool en/of inter-PMS centra en/of territoriale interpolen;5° een specifieke houding van de opleider-animator;6° het gebruik van expertise, ongeacht of deze academisch, professioneel of wetenschappelijk van aard is;7° een werk binnen de professionele leergemeenschap waarbij de leerling centraal staat en die op concrete praktijken gebaseerd is;8° de definitie, door de groep, van expliciete doelstellingen en specifieke en concrete producties;9° de mobilisatie van reflexiviteitsbenaderingen. De paragrafen 2 tot 10 bepalen de voorwaarden waaraan moet worden voldaan om aan de criteria bedoeld in het eerste lid te voldoen. De verantwoordelijke van de opleiding moet bij het organiseren van een professionele leergemeenschap aan deze voorwaarden voldoen. § 2. Om te voldoen aan het criterium van betrokkenheid bij een samenwerking op basis van het delen van beroepspraktijken bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, 1°, moet de professionele leergemeenschap zodanig georganiseerd zijn dat ze aan de volgende voorwaarden voldoet : 1° de inschrijving vindt uitsluitend plaats op basis van een vrijwillige keuze met betrekking tot het programma van de opleiding; 2° de inschrijvingsvoorwaarden verplichten de begunstigden van de opleiding om : a) de opleiding in zijn geheel te volgen overeenkomstig artikel 6.1.3-1, § 1, derde lid; b) de vertrouwelijkheid na te leven van de uitwisselingen en de concrete sporen die tijdens de opleiding worden achtergelaten;c) een overeenkomst tussen coauteurs te formaliseren die erop gericht is producties die in het kader van de professionele leergemeenschap worden gecreëerd te dekken door een licentie die de voorwaarden voor hergebruik en verspreiding van werken regelt, die op zijn minst een toestemming tot delen, verspreiden en reproduceren zal bieden voor niet- commerciële doeleinden, met vermelding van de auteurs, zonder de mogelijkheid om de inhoud te wijzigen. § 3. Om te voldoen aan het criterium van specifieke duur en wijze van organisatie bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, 2°, moet de professionele leergemeenschap zodanig georganiseerd zijn dat ze aan de volgende voorwaarden voldoet : 1° georganiseerd worden over één of twee opeenvolgende schooljaren, waarbij de bijeenkomsten zodanig zijn gespreid dat er heen en weer wordt gewisseld tussen de collectieve reflectieruimte van de professionele leergemeenschap en de veldproeven van de deelnemer, met een minimum van 6 halve dagen en een maximum van 14 halve dagen;2° hoofdzakelijk persoonlijk worden georganiseerd.Deskundigen kunnen tussenkomen via videoconferentie. § 4. Om te voldoen aan het criterium met betrekking tot het aangepaste kader dat voorwaarden biedt die bevorderlijk zijn voor de uitwisseling en het bevorderen van de voorwaarden voor expressie van elke deelnemer bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, 3°, moet de professionele leergemeenschap zodanig georganiseerd zijn dat de deelname garanderen van minimaal 8 begunstigden van de opleiding en maximaal 18 begunstigden van de opleiding. § 5. Om te voldoen aan het criterium met betrekking tot het karakter interschool en/of inter-PMS centra en/of territoriale interpolen bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, 4°, moet de professionele leergemeenschap zodanig georganiseerd zijn om de deelname van de begunstigden van de opleiding van ten minste twee verschillende scholen, PMS-centra of territoriale polen te garanderen. § 6. Om te voldoen aan het criterium met betrekking tot de specifieke houding van de opleider-facilitator bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, 5°, moet de professionele leergemeenschap zodanig georganiseerd zijn dat zij geleid wordt door een opleider-facilitator die de opleiding eerder heeft gevolgd die specifiek is voor het systeem van de professionele leergemeenschap bedoeld in dit artikel en die is aangewezen door een opleidingsoperator bedoeld in artikel 6.1.7-1 van het Wetboek voor het onderwijs om het functioneren van een professionele leergemeenschap te verzekeren.
De verantwoordelijke van de opleiding vertrouwt het faciliteren van een professionele leergemeenschap toe aan een opleider-facilitator die aantoont een opleiding gevolgd te hebben die minstens de volgende elementen omvat : 1° de belangrijkste theoretische elementen van het concept van de professionele leergemeenschap, evenals de opvattingen over leren die aan het concept ten grondslag liggen;2° de werkingswijze van het systeem dat wordt vertegenwoordigd door professionele leergemeenschappen en de onderliggende dynamiek;3° facilitatie- en animatietechnieken die het mogelijk maken een collectief van professionals te ondersteunen en dynamiek en uitwisseling tussen deelnemers te bevorderen;4° het experimenteren met samenwerkingshulpmiddelen, maar ook met reflexiviteithulpmiddelen;5° het zich toe-eigenen van de specifieke houding van opleider-facilitator van een professionele leergemeenschap. De verantwoordelijken van de opleiding identificeren en delen aan de Algemene Administratie Onderwijs de kandidaten-opleiders-facilitators mee die bedoeld zijn om opleidingen te geven in de vorm van professionele leergemeenschappen op netoverschrijdend niveau of op netwerk niveau. Deze kandidaten moeten het volgende volgen : 1° een opleiding georganiseerd door het "Institut interréseaux de la Formation professionnelle continue" (Netoverschrijdend instituut voor voortgezette beroepsopleiding) met toepassing van artikel 26, § 2, 2° van het decreet van 11 juli 2002Relevante gevonden documenten type decreet prom. 11/07/2002 pub. 31/08/2002 numac 2002029419 bron ministerie van de franse gemeenschap Decreet betreffende de opleiding tijdens de loopbaan in het buitengewoon onderwijs, het gewoon secundair onderwijs en de psycho-medisch-sociale centra en tot oprichting van een instituut voor opleidingen tijdens de loopbaan type decreet prom. 11/07/2002 pub. 31/08/2002 numac 2002029418 bron ministerie van de franse gemeenschap Decreet betreffende de opleiding tijdens de loopbaan voor het personeel van de inrichtingen voor gewoon basisonderwijs sluiten betreffende het Institut interréseaux de la Formation professionnelle continue (IFPC).Deze opleiding voldoet aan de voorwaarden bepaald in het tweede lid en moet voor minimaal 75 procent van de opleidingstijd gevolgd te worden, met dien verstande dat de 25% afwezigheid gerechtvaardigd is door een uitzonderlijke omstandigheid die buiten de wil van het personeelslid ligt of vanwege een medische reden; 2° begeleiding door de opleidingsmanager.Hij controleert minimaal een jaar lang de opleiders-facilitators die van hem afhankelijk zijn. Dit toezicht sluit aan bij de opleiding bedoeld in 1° en heeft tot doel de professionele ontwikkeling van opleiders-facilitators te ondersteunen en hun praktijken te reguleren.
Op verzoek van de verantwoordelijke van de opleiding kan de Algemene Administratie Onderwijs de opleider-facilitator vrijstellen van het volgen van de opleiding bedoeld in het derde lid, 1°, indien wordt aangetoond dat hij ten minste vijf jaar ervaring heeft met het faciliteren van de professionele leergemeenschappen. Deze ervaring moet aantonen dat de elementen bedoeld in het tweede lid beheerst zijn.? De Algemene Administratie Onderwijs stelt aan de verantwoordelijken van de opleiding de lijst ter beschikking van de opleiders-facilitators die de opleiding hebben gevolgd of die ervan vrijgesteld waren. § 7. Om te voldoen aan het criterium betreffende het beroep op een expertise, van academische, professionele of wetenschappelijke aard bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, 6°, moet de professionele leergemeenschap zodanig georganiseerd zijn dat ze een beroep kan doen op : 1° de tussenkomst van een academische deskundige;2° En/of de tussenkomst van een actor gekozen vanwege zijn professionele expertise, aansluitend bij het thema dat binnen de professionele leergemeenschap aan bod komt;3° en, wanneer de onmogelijkheid van de opties bedoeld in 1° of 2° wordt aangetoond, op het mobiliseren van wetenschappelijke literatuur ter ondersteuning van de doelstellingen die expliciet bij aanvang van de opleiding zijn vastgelegd.Naast de opties bedoeld in 1° en 2° kan steeds gebruik worden gemaakt van wetenschappelijke literatuur.
De expertise bedoeld in het eerste lid, 1° en 2° kan niet afkomstig zijn van de opleider-facilitator of van de deelnemers van de professionele leergemeenschap. § 8. Om te voldoen aan het criterium met betrekking tot het werken binnen de professionele leergemeenschap waarin de leerling centraal staat en gebaseerd is op concrete praktijken bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, 7°, moet de professionele leergemeenschap zo georganiseerd zijn dat zij als voornaamste doelstelling de ontwikkeling van professionele praktijken met het oog op het verbeteren van het leren van leerlingen, het ondersteunen van het schooltraject van leerlingen en/of de ontwikkeling van leerlingen door daarop te concentreren op basis van reële praktijken. § 9. Om te voldoen aan het criterium met betrekking tot de definitie, door de groep, van expliciete doelstellingen en specifieke en concrete producties bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, 8°, moet de professionele leergemeenschap zo georganiseerd zijn dat alle begunstigden van de opleiding vanaf het begin van de opleiding een of meer expliciete doelstellingen definiëren die moeten worden bereikt.
De professionele leergemeenschap moet leiden tot concrete productie die collectief door de begunstigden van de opleiding wordt gegenereerd.
Deze productie wordt meegedeeld aan de verantwoordelijke van de opleiding en, op zijn verzoek, aan de Algemene Administratie van het Onderwijs. Zet kan openbaar worden gemaakt met instemming van alle begunstigden van de opleiding die aan de totstandkoming ervan hebben deelgenomen. § 10. Om te voldoen aan het criterium met betrekking tot de mobilisatie van reflexiviteitsbenaderingen bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, 9°, moet de professionele leergemeenschap zodanig georganiseerd zijn dat er tijdens de opleiding wordt voorzien voor momenten gewijd aan een individuele reflectieve benadering en collectief, door verschillende instrumenten van individuele en collectieve reflexiviteit te mobiliseren, bijvoorbeeld het portfolio, en door activiteiten voor dit doel te plannen. HOOFDSTUK 3. - Slotbepalingen
Art. 3.Dit besluit treedt in werking op 26 augustus 2024.
In afwijking van het eerste lid kan de opleiding bedoeld in artikel 2, § 6, vanaf 15 mei 2024 georganiseerd worden.
Art. 4.De Minister van Leerplichtonderwijs is belast met de uitvoering van dit besluit.
Brussel, 18 januari 2024.
De Minister-President, belast met Internationale Betrekkingen, Sport en Onderwijs voor sociale promotie, P.-Y. JEHOLET De Minister van Onderwijs, C. DESIR